TKB 90 - UHasselt

Transcription

TKB 90 - UHasselt
TKB 90
Anne-Marie: deux ans d'université en Chine
Au mois de novembre 1973, je me trouvais, avec vingt-neuf étudiants de mon âge, dans un avion qui
partait pour la Chine, pays mythique! Après seulement deux ans d'étude du chinois, en France à la
Faculté de Dauphine, mon bagage linguistique n'était évidemment pas suffisant. Qu'importe! Mon
enthousiasme était immense, ainsi que ma curiosité: j'avais, en effet, envie de visiter le pays, de voir
de près le fonctionnement de la “société” chinoise, mais aussi de me perfectionner dans la langue, de
1
vivre tous les jours avec des Chinois. Pour obtenir une bourse d'études , il fallait constituer un
dossier comprenant le niveau de langue chinoise, l'explication de la recherche qu'on voulait faire en
2
Chine et au moins trois lettres de recomman-dation aux professeurs de faculté. Moi, j'avais choisi
l'Histoire, mais, parmi les candidats retenus, se trouvaient aussi des étudiants en médecine et ... un
musicien! Je sais, par des amis, que désormais, les critères de sélection pour les trente étudiants
français s'envolant chaque année pour la Chine, sont devenus plus sévères, comprenant même des
tests psychologiques: je crois que cela est dû en partie au fait que certains d'entre nous n'ont pas
3
supporté la Chine plus de trois mois et ont demandé leur rapatriement en France.
La première année, à Pékin, était un peu décevante: les Chinois étaient méfiants à notre égard, nous
enfermant dans un véritable “ghetto pour étrangers”: les chambres, les douches, les restaurants
aussi étaient différents pour les étudiants chinois et les boursiers étrangers. Chaque mois, le
4
gouvernement chinois nous donnait nos 120 yans . Après un mois de vacances chez ma famille en
5
Europe, et un voyage à mes frais par le Transsibérien, je passais une seconde année beaucoup
plus satisfaisante, à Shanghai, cette fois, ou j'étudiais la littérature.
Je partageais avec plaisir ma chambre avec deux étudiantes chinoises. Mon niveau de chinois, testé
et considéré comme moyen, lors de mon arrivée à Pékin, s'était considérablement amélioré.
Nous avions de temps en temps des cours, appelés par les Chinois “cours à portes ouvertes”. Il
s'agissait d'aller passer une semaine ou plus dans une usine, ou bien à la campagne. Le matin, les
étudiants participaient, avec les paysans ou les ouvriers, aux travaux manuels ou à la chaîne.
L'après-midi était consacré à des discussions qui rassemblaient ouvriers (ou paysans) et étudiants.
Dans ces réunions, nous parlions de telle ou telle période de l’histoire, ou de la littérature chinoise!
Ainsi, j’ai entendu parler de l’Opéra chinois dans une biscuiterie! A l’université, les étudiants
étrangers avaient des cours différents des étudiants chinois, et des conférences communes. Au bout
de dix-huit mois, à regret, j’ai regagné Paris.
D’après Jacinte.
1. Indiquez la proposition qui convient.
Door "Qu'importe!" (lijn 4) te zeggen, bedoelt Anne-Marie dat
1 de Chinese taal haar niet erg interesseert.
2 ze zich niet al te veel zorgen maakt over het lage niveau van het onderwijs van de Chinese taal in
Frankrijk.
3 ze weinig bezorgd is over het feit dat ze onvoldoende Chinees kent.
4 men in China toch geen belang hecht aan haar taalbeheersing.
5 Geen enkel antwoord is juist.
2. Indiquez la proposition qui convient.
In de zin "j'avais, en effet, envie ... avec des Chinois." (lijnen 5-8) wil Anne-Marie aantonen dat
1 ze veeleer zin had om het land te bezoeken dan wel met de Chinezen kennis te maken.
1
een studiebeurs
een aanbevelingsbrief
3
repatriëring (terugkeer naar het vaderland)
4
yuan (Chinese munteenheid)
5
kosten
2
2 alvorens de werking van de Chinese maatschappij te bestuderen, ze zich eerst moest perfectioneren
in de taal.
3 haar enthousiasme om een reis per vliegtuig te maken groter was dan haar nieuwsgierigheid naar
China zelf.
4 haar enthousiasme voor China even groot was als haar nieuwsgierigheid.
5 Geen enkel antwoord is juist.
3. Indiquez la proposition qui convient.
Met "un dossier comprenant le niveau de langue chinoise" (lijnen 7-8) bedoelt men een dossier waarin
de kandidaat
1 het aantal keren opgeeft dat hij de kans heeft gehad Chinees te spreken buiten de les.
2 uitlegt wat er aan de Chinese taal zo moeilijk is.
3 aantoont in welke mate hij de Chinese taal beheerst.
4 uitlegt op welke manier hij Chinees geleerd heeft.
5 Geen enkel antwoord is juist.
4. Indiquez la proposition qui convient.
De vrienden van Anne-Marie hebben haar verteld dat
1 het moeilijker geworden is om een studiebeurs voor China te
2 er dit jaar opvallend weinig aanvragen zijn voor China.
3 de psychologische testen die afgenomen worden nu veel moeilijker zijn dan vroeger.
4 men nu in China zelfs studenten in de psychologie voor een periode van drie maanden aanvaardt.
5 Geen enkel antwoord is juist.
5. Indiquez la proposition qui convient.
Waarom worden er volgens Anne-Marie, voor de beurzen toegekend worden, psychologische testen
afgenomen? - Omdat:
1 sommige Chinese studenten de aanwezigheid van Franse studenten moeilijk konden aanvaarden.
2 sommige Franse studenten door de Chinezen terug naar huis gestuurd werden.
3 sommige Franse studenten China verlieten omdat ze aanpassingsproblemen hadden.
4 sommige Franse studenten zich verzet hadden tegen de gangbare politieke ideeën in China.
5 Geen enkel antwoord is juist.
6. Indiquez la proposition qui convient.
Anne-Marie vond
1 het eerste jaar in Peking erg aangenaam, omdat ze o.a. in andere restaurants mocht eten dan de
Chinese studenten.
2 het eerste jaar in Peking erg aangenaam, omdat de Chinezen haar vanaf de eerste aanblik volledig
vertrouwden.
3 het tweede jaar in Shangai veel aangenamer dan het eerste jaar omdat ze financieel beter gesteld
was.
4 het tweede jaar in Shangai veel aangenamer dan het eerste omdat ze niet meer op afstand
gehouden werd van de Chinese studenten.
5 Geen enkel antwoord is juist.
7. Indiquez la proposition qui convient.
Anne-Maries kennis van het Chinees was tijdens het tweede jaar
1 er grondig op vooruit gegaan.
2 veelvuldig getest en toch maar als middelmatig beoordeeld.
3 er op achteruit gegaan.
4 niet beter dan sinds haar aankomst in Peking.
5 Geen enkel antwoord is juist.
8. Indiquez la proposition qui convient.
Wat deden de Franse studenten tijdens de "cours à portes ouvertes" (lijnen 25-26)?
1 Ze discussieerden met de Chinese studenten die elke week gedurende enkele dagen als arbeiders
werkten.
2 Ze gaven de Chinese arbeiders richtlijnen m.b.t. handenarbeid of bandwerk.
3 Ze deden hetzelfde werk als de arbeiders of landbouwers en discussieerden met hen.
4 Ze werkten in een fabriek of op het platteland om hun studies te kunnen betalen.
5 Geen enkel antwoord is juist.
9. Indiquez la proposition qui convient.
Met de zin: "Ainsi, j'ai entendu ... une biscuiterie!" (lijnen 30-31) wil Anne-Marie
1 de tegenstelling aantonen tussen arbeiders en landbouwers.
2 de tegenstelling aantonen tussen de onderwerpen waarover men discussieerde en de plaats waar
dat gebeurde.
3 de tegenstelling aantonen tussen de gesprekken op de campus en die op de fabriek.
4 de gelijkenis aantonen tussen het niveau van de gesprekken en dat van het werk van de arbeiders
en de landbouwers.
5 Geen enkel antwoord is juist.
10. Indiquez la proposition qui convient.
Na achttien maanden
1 was Anne-Marie erg gelukkig dat ze eindelijk naar Parijs terug kon.
2 was Anne-Marie nog altijd even gelukkig in China als voorheen in Parijs.
3 ging Anne-Marie tot haar spijt terug naar Parijs.
4 ging Anne-Marie met een nieuw toegekende beurs naar Parijs.
5 Geen enkel antwoord is juist.

Documents pareils