La tête d`Actéon programmaboekje (pdf

PERFORMANCE – BRUSSELS
CREATION
Vincent Glowinski
L A T Ê T E D ’A CT É O N
06 - 28.05.2016
B RUSSEL / BRUXELLES / BRUSSELS
KUNSTENFESTIVALDESARTS
Directed & performed by Vincent Glowinski
Music Walter Hus, Teun Verbruggen, Andrew Claes
Lighting Davy Deschepper
Botanique
12/05 – 20:00
12/05 – 22:00
50min
Production Entropie Production (Brussels)
Co-production Kunstenfestivaldesarts, Le Botanique – Centre Culturel
de la Fédération Wallonie Bruxelles
NL
L A T Ê T E D ’A CT É O N
Op het hoofd van Aktaion groeit een gewei. De uitsteeksels en vertakkingen op zijn hoofd zijn een verlengstuk van zijn hersenen. Door een
vreemd lot kan hij ‘buiten zichzelf’ denken. De hoed past hem als een
droom, een herinnering, en wordt gedragen door de noodzaak om de
droom ‘naar buiten te laten komen’. Het is het deel van zijn hoofd dat
hem niet toebehoort, dat hij erft maar niet erkent. Aktaion is een figuur
uit de Griekse mythologie die door jachtgodin Artemis in een hert wordt
veranderd nadat hij haar naakt heeft zien baden. Voor deze creatie wordt
Aktaion opnieuw de schuldige, de man wiens ogen men had moeten uitsteken maar die men liever zag lijden, verscheurd door zijn eigen honden; hem zien sterven met evenveel genoegen als wat hij zelf ervaarde
op het ogenblik van zijn misstap. Op zijn hoofd groeit een gewei, maar
nu valt het af.
Vincent Glowinski deed de afgelopen jaren van zich spreken als straatkunstenaar Bonom, zowel op de muren van de steden waar hij werkte
als in zijn beeldende kunst- en theaterprojecten. Voor deze creatie werkt
Glowinski samen met hedendaags componist Walter Hus en diens computergestuurd Decaporgel, een soort groot orkest van robots. De muzikale creatie is de vrucht van zijn samenwerking met de muzikanten
Teun Verbruggen (drums) en Andrew Claes (saxofoon).
5
NL
BIO
Vincent Glowinski wordt op 10 augustus 1986 in Parijs geboren. In 2004
begint hij aan een artistieke studie. Hij brengt veel tijd door in natuurhistorische musea om observatietekeningen te maken. Naast tekenlessen volgt hij de cursussen anatomie en vormleer aan de École nationale
supérieure des beaux-arts de Paris. Van 2005 tot 2008 studeert hij aan
La Cambre in Brussel, alvorens zich helemaal op zijn eigen creatieve
werk te storten. Onder het pseudoniem Bonom raakt Glowinski in Brussel en het buitenland bekend om zijn gigantische muur-¬schil¬der¬ingen
die het stadsbeeld mee bepalen. Omwille van de macabere esthetiek van
zijn meest voorkomende motieven (dieren met reuzen-¬groei, monsterlijke en mythische wezens, skeletten en zelfs foetussen), laat zijn urban
art, die hij zowel in opdracht als op eigen initiatief creëert, niemand onverschillig. De uitgesproken beeldtaal ontleent haar zeggings¬kracht aan
de wereld van sprookjes, legendes en mythen, die vanuit de diepe lagen
van ons onbewuste meteen tot ons spreekt en zodoende de wereld waarin
we leven een spiegel voorhoudt. De laatste jaren maakt Glowinski projecten in tal van richtingen: beeldende kunst (sculpturen in perkamentleer), performances (Human Brush) en nog allerhande teken- en
schilder¬technieken. Sinds 2008 werkt hij met Jean-François Roversi
aan Human Brush (te zien op het Kunstenfestivaldesarts in 2010), een
performance waarin hij met zijn lichaam afbeeldingen op een scherm
tevoorschijn tovert, met behulp van een apparaat dat bewegingen in
realtime opneemt en projecteert. Dit project levert hem een residentie op
bij choreograaf Wim Vandekeybus en diens gezelschap Ultima Vez, waar
hij werkt aan de creatie van zijn eigen voorstelling: Méduses. Sinds 2010
werkt Glowinski ook driedimen¬sionaal. Nadat hij zich bij leerbewerker
Geoffrey Corman heeft bekwaamd in de techniek van het werken met
perkamentleer, creëert hij gigantische skeletten en monumentale marionetten. Verder maakt hij Duo à l’encre, een project voor de scène in
samenwerking met drummer Teun Verbruggen: een spontane, korte
performance die lijkt op een miniatuurtheater. Met water en verf, marionetten, een drumstel en diverse objecten wordt een muzikaal en
visueel verhaal verteld, dat bij elke voorstelling anders is. Na twee belangrijke tentoonstellingen, in het Museum van Elsene (2012) en in het
Brusselse Iselp (2014), stelt hij in 2016 in het Musée du Botanique zijn
sculpturen tentoon als in een natuur¬historisch museum, waartussen
ook werken van zijn moeder staan opgesteld.
6
NL
Walter Hus (1959) is een Belgisch pianist en componist met zin voor
avontuur. Na pianostudies aan het Brusselse conservatorium speelde
hij in de jaren tachtig free jazz bij het Belgisch Pianokwartet en is hij
medeoprichter van de avant-garde groep Maximalist! (met o.a. Thierry
De Mey, Peter Vermeersch, Eric Sleichim en Jean-Paul Dessy), waarmee
hij de wereld rondreist. Vanaf de jaren negentig gaat Hus zich meer
profileren als componist: hij creëert een omvangrijk oeuvre van strijkkwartetten, concerto’s, liedcycli, koormuziek, opera’s, kamer- en ensemblemuziek, pianomuziek en symfonische werken. Zijn magistraal
album van 24 preluden en fuga’s, dat hij rond de eeuwwisseling schreef
als eerbetoon aan Bach, is Hus op het hoogtepunt van zijn contrapuntisch kunnen. Tijdens de laatste editie van Ars Musica stond zijn oeuvre centraal doorheen vijf concerten, waaronder de creatie van Temesta
Blues Concerto en de stripopera LINT. Over de jaren heen wordt de muziek van Walter Hus uitgevoerd door o.m. Bojan Vodenicharov, Frederic
Rzewski, het Goeyvaerts Consort, het Blindman Quartet, het Arditti
Quartet, The Moskow Soloists, het Quadro Quartet, het Smith Quartet,
het Bela Quartet, het Spectra Ensemble, het Prometheus Ensemble, het
Calefax Reed Quintet, het Shimonozeki Woodwind Sextet, het Bureau
des Pianistes, het Oxalys Ensemble, het Collectief, de Nieuwe Muziekgroep, het Symfonieorkest van Vlaanderen, de Brussels Philharmonic,
enz. Hus werkt bovendien samen met schilders, schrijvers, videokunstenaars, choreografen, striptekenaars, theatermakers, cineasten, video
game designers en musici uit de rock- en technowereld. (Michel Thuns,
David Van Reybrouck, Stefan Hertmans, Ben Okri, Walter Verdin, Pierre
Radisic, Marie André, Rosas, Roxane Huilmand, Jan Ritsema, maatschappij Discordia, Guy Cassiers, Needcompany, Bud Blumenthal, Peter
Greenaway, Chris Ware, Tale of Tales, Push, Fatoumata Diawara, Angélique Willkie, Lucie Graumann, Peter Krüger, Manu Riche, Guo Gan en
vele anderen). Hus ontwikkelt ook projecten met kinderen (kinderopera
De Nacht), amateurs (De Marollenopera), straatmuzikanten (Brussels
Street All Stars) en militaire blaaskapellen. Rond 2000 ontdekt Hus het
Decapinstrumentarium, een computergestuurde set-up van geautomatiseerde orgels, accordeons en slagwerkinstrumenten, ontwikkeld door
de firma Decap uit Herentals. Hij krijgt van Decap een eigen installatie
om mee te werken. Met zijn Decap Orchestrion componeert Hus soundscapes, opera’s, film scores, ballet- en theatermuziek, rock- en technonummers. Met zijn installatie brengt hij ook live performances en
concerten in kerken, fabrieken, theaters, musea en openbare plaatsen.
7
FR
L A T Ê T E D ’A CT É O N
Sur la tête d’Actéon pousse un bois. Les troncs et branches qui lui couvrent le chef sont le prolongement de ses arborescences cérébrales. Un
curieux sort qui le rend capable de penser « en dehors de lui même ». Ce
chapeau lui va comme un rêve, un souvenir, et se porte précisément par
la nécessité de « faire sortir ». C’est la partie de sa tête qui ne lui appartient pas, ce dont il hérite mais ne reconnait pas. Actéon est ce personnage de la mythologie grecque qui fut transformé en cerf par Artémis,
déesse de la chasse, après qu’il l’eut vu, prenant son bain, nue. Cette
année, et pour cette nouvelle création, Actéon redevient l’homme coupable à qui on aurait dû crever les yeux, mais que l’on a préféré regarder
souffrir déchiqueté par ses propres chiens ; le regarder mourir avec autant de délice – et peut-être de dégout – qu’il a pu en avoir à l’instant de
sa faute. Sur sa tête poussent des bois, mais cette année, ils tomberont.
Street artiste reconnu sous le pseudo de Bonom, Vincent Glowinski s’est
confirmé ces dernières années tant sur les murs des villes où il est passé,
que dans ses œuvres plastiques et ses projets scéniques. Pour cette création inédite, il collabore avec le compositeur contemporain Walter Hus.
Ce dernier a développé un « Orgue Decap », sorte de grand orchestre d’automates, manipulé par ordinateur, développé par la firme du même nom.
La création musicale est le fruit de sa collaboration avec les musiciens
Teun Verbruggen (batterie) et Andrew Claes (saxophone).
8
FR
BIO
Vincent Glowinski est né à Paris le 10 août 1986. En 2004, il entreprend
des études artistiques, et pratique surtout le dessin d’observation dans
les musées d’histoire naturelle. Il suit pendant un an des cours d’anatomie et de morphologie à l’École nationale supérieure des Beaux-Arts de
Paris, ainsi que des cours de dessin. De 2005 à 2008, il étudie à l’École
Nationale supérieure des Arts Visuels de La Cambre à Bruxelles, avant
de se consacrer pleinement à sa création personnelle, à Paris et Bruxelles. Sous le pseudonyme de Bonom, il s’est acquis une belle réputation
d’abord à Bruxelles puis sur le plan international grâce à ses œuvres
gigantesques dispersées dans le paysage urbain. Ses créations urbaines, fruits de commandes ou entreprises personnelles ne laissent jamais
indifférent. Une esthétique macabre se dégage en effet des motifs les
plus récurrents (animaux atteint de gigantisme, monstrueux ou mythiques, squelettes ou encore fœtus). Cette imagerie spécifique tire sa
puissance des contes, légendes et récit mythiques dont les structures
sous-jacentes – et néanmoins toujours prégnantes – affleurent à la surface du réel et en questionnent les fondements actuels. L’artiste a multiplié les projets qui touchent maintenant aux arts plastiques (création
de sculptures en cuir parchemin), à la performance (Human Brush) et à
différentes techniques de dessin, peinture, etc. Depuis 2008, il développe
avec Jean-François Roversi la performance Human Brush (Kunstenfestivaldesarts 2010), dans laquelle il dessine avec son corps sur un écran,
grâce à un dispositif de captation des mouvements en temps réel. Ceci
l’amène à être accueilli en résidence par le chorégraphe Wim Vandekeybus et sa compagnie Ultima Vez, pour la création de son propre spectacle, Méduses. Depuis 2010, suite à sa rencontre avec le bourrelier
Geoffrey Corman qui lui a appris à manipuler le cuir parchemin, il travaille aussi le volume. De grands squelettes et des marionnettes monumentales naissent de ce travail. Son travail sur scène se poursuit aussi
en collaboration avec le musicien Teun Verbruggen (batterie) : Duo à l’encre, une forme courte spontanée donnant à voir un théâtre miniature.
Sur un bureau, dessins et objet animés se mêlent au rythme de la musique dans une écriture narrative. L’histoire change et évolue d’une représentation à l’autre. Après deux expositions importantes à Bruxelles
à l’Iselp (2014) et au Musée d’Ixelles (2012), en 2016 le Musée du Botanique lui a ouvert ses portes où il a présenté son travail de sculptures
sous forme de Museum d’histoire naturelle dans lequel se mêlent son
travail et celui de sa mère.
9
FR
Walter Hus(1959) est un pianiste et compositeur belge à l’esprit aventureux et
en quête d’expérimentation. Après avoir achevé ses études de piano au Conservatoire de Bruxelles, il flirte avec le free-jazz dans les années 80 et se produit
avec le Belgisch Pianokwartet. Il est par ailleurs l’un des cofondateurs – avec,
entre autres, Thierry De Mey, Peter Vermeersch, Eric Sleichim et Jean-Paul
Dessy – de l’ensemble avant-gardiste Maximalist ! À partir des années 90, Hus
se profile davantage en tant que compositeur et crée une œuvre considérable,
composée de quatuors à cordes, de concertos, d’opéras, d’œuvres symphoniques, de cycles de lieder, de musique de chambre, pour piano, pour ensemble,
pour chœurs… Au tournant du siècle, son album magistral de 24 préludes et
fugues composés en hommage à Bach donne toute la mesure de son talent
contrapuntique. Lors de la dernière édition du festival Ars Musica, son œuvre
occupe une place prépondérante : cinq concerts, dont la création de son Temesta
Blues Concerto et son opéra en bande dessinée LINT. Depuis ses débuts, de
grands noms de la musique ont interprété ses compositions, entre autres, Bojan
Vodenicharov, Frederic Rzewski, le Goeyvaerts Consort, le Blindman Quartet,
le Quartet Arditti, The Moskow Soloists, le Quartet Quadro, le Quartet Smith, le
Quartet Bela, l’ensemble Spectra, l’ensemble Prometheus, le quintette Calefax,
le sextette Shimonozeki Woodwind, le Bureau des Pianistes, l’ensemble Oxalys,
het Collectief, le Nieuwe Muziekgroep, l’Orchestre symphonique de Flandre, le
Brussels Philharmonic… Walter Hus travaille en outre avec artistes d’autres
disciplines : des peintres, des écrivains, des vidéastes, des chorégraphes, des
dessinateurs de bande dessinée, des créateurs et des compagnies de théâtre,
des cinéastes, des concepteurs de jeux vidéo, des musiciens de la scène rock et
techno… (Michel Thuns, David Van Reybrouck, Stefan Hertmans, Ben Okri, Walter Verdin, Pierre Radisic, Marie André, Rosas, Roxane Huilmand, Jan Ritsema,
maatschappij Discordia, Guy Cassiers, Needcompany, Bud Blumenthal, Peter
Greenaway, Chris Ware, Tale of Tales, Push, Fatoumata Diawara, Angélique
Willkie, Lucie Graumann, Peter Krüger, Manu Riche, Guo Gan et bien d’autres.)
Walter Hus réalise de surcroît des projets avec des enfants (opéra pour enfants
La Nuit), avec des amateurs (L’opéra des Marolles), avec des musiciens de rue
(Brussels Street All Stars) et avec des fanfares militaires. Vers le tournant de
l’an 2000, Hus découvre les instruments Decap – un dispositif d’orgues, d’accordéons et d’instruments de percussion informatisés, que la firme Decap à
Herentals a conçus et développés. Fasciné, il explore cette nouvelle instrumentation et Decap lui met à disposition une installation pour réaliser son projet.
Avec son Orchestrion Decap, il compose des paysages sonores, des opéras, des
musiques de film, de ballet et de théâtre, des chansons rock et techno. Ce dispositif lui permet en outre de se produire en public et de monter des installations dans des églises, des usines, des théâtres, des musées, des lieux publics.
10
EN
L A T Ê T E D ’A CT É O N
Antlers are growing on Actaeon’s head. The trunks and branches that
cover his head are the extension of the tree structure of his brain. A
strange fate that means he is able to think “outside of himself”. This hat
fits him like a dream, a souvenir, and is worn out of the need to “make
this dream come out”. It’s the part of his head that doesn’t belong to him,
that he has inherited but doesn’t recognise. Actaeon is a character from
Greek mythology who was transformed into a stag by Artemis, goddess
of the hunt, after he saw her bathing naked. This year, and for this new
creation, Actaeon turns back into the sinful man who should have had
his eyes clawed out but who is rather left to suffer, torn into strips by
his own dogs; watched to die with as much delight as he must have felt
at the moment of his error. Antlers are growing on his head but this year
they will fall.
The street artist known as Bonom, Vincent Glowinski has become established over recent years both on the walls of cities he passes through
as well as through his plastic art works and his theatre projects. For this
creation, he worked with composer Walter Hus, who created a Decap
Organ, a kind of large automated orchestra, controlled by a computer
and developed by the company of the same name. The musical creation
is the fruit of a joint effort with musicians Teun Verbruggen (drums) and
Andrew Claes (saxophone).
11
EN
BIO
Vincent Glowinski was born on 10 August 1986 in Paris. He began studying art in 2004, focusing on observational drawing in natural history
museums. He then spent a year studying anatomy and morphology at
the École nationale supérieure des Beaux-Arts in Paris, as well as taking
drawing classes. He continued his studies at La Cambre in Brussels from
2005 to 2008 before devoting himself entirely to his own creations
in Paris and Brussels. Under the pseudonym Bonom, he has acquired a
fine reputation, initially in Brussels then internationally, for his huge
works spread out in the urban landscape. His urban creations, either
commissioned work or personal undertakings, certainly do not leave
people indifferent. A macabre aesthetic is unleashed from his most
recurrent motifs (monstrous or mythical animals suffering from gigantism, skeletons and even foetuses). This specific imagery draws its
power from stories, legends and myths whose underlying but always
vivid structures rise to the surface of reality, questioning current foundations. The artist has increasingly undertaken projects involving visual art (the creation of sculptures in parchment leather), performance
(Human Brush) and various drawing and painting techniques. In 2008,
he developed the performance Human Brush with Jean-François Roversi,
in which he uses his body to draw on a screen thanks to a sensor picking
up movements in real time (performed at the Kunstenfestivaldesarts in
2010). This led him to been given a residence by the choreographer Wim
Vandekeybus and his company Ultima Vez for the creation of his own
show, Méduses. Since 2010, following an encounter with the saddler
Geoffrey Corman who taught him how to work with parchment leather,
he has also been working on volume, producing large skeletons and
monumental puppets. His work on stage is a collaboration with the musician Teun Verbruggen (drums). Duo à l’encre is a spontaneous short
form revealing a miniature theatre. On a desk, drawings and animated
objects merge to the rhythm of the music in a narrative writing. The
story changes and evolves from one performance to the next. After two
major exhibitions in Brussels at Iselp (2014) and Ixelles Museum (2012),
the museum at the Botanique opened its doors to him in 2016 for a presentation of his sculptures in the form of a natural history museum,
combining his work with that of his mother.
12
EN
Walter Hus (b. 1959) is a Belgian pianist and composer with a sense of
adventure. Having studied piano at the Brussels Conservatory, he went
on to play free jazz in the 1980s with the Belgian Piano Quartet. He’s
also a co-founder of the avant-garde group Maximalist! (along with,
among others, Thierry De Mey, Peter Vermeersch, Eric Sleichim, and
Jean-Paul Dessy). Since the 1990s, Hus has presented himself more as a
composer, creating an extensive oeuvre of string quartets, concertos,
song cycles, choral music, operas, chamber and ensemble music, piano
music, and symphonic works. The masterful album of 24 preludes and
fugues that he wrote roundabout the turn of the century in homage to
Bach shows him at the height of his contrapuntal abilities. During the
last edition of the Ars Musica festival, his work formed the heart of five
concerts, including his Temesta Blues Concerto creation and his comic
opera LINT. Over the years, Hus’s music has been performed by Bojan
Vodenicharov, Frederic Rzewski, Goeyvaerts Consort, Blindman quartet, Arditti Quartet, Moscow Soloists, Quadro Quartet, Smith Quartet,
Bela Quartet, Spectra Ensemble, Prometheus Ensemble, Calefax reed
quintet, Shimonozeki woodwind sextet, Bureau des Pianistes, Oxalys
Ensemble, Collective, New Music Group, Flanders Symphony Orchestra,
Brussels Philharmonic, and others. He also works with internationally
renowned painters, writers, video artists, choreographers, cartoonists,
theatre makers, cineastes, video game designers, and musicians from
the rock and techno world, such as Michel Thuns, David Van Reybrouck,
Stefan Hertmans, Ben Okri, Walter Verdin, Pierre Radisic, Marie André,
Rosas, Roxane Huilmand, Jan Ritsema, Discordia, Guy Cassiers, Needcompany, Bud Blumenthal, Peter Greenaway, Chris Ware, Tale of Tales,
Push, Fatoumata Diawara, Angélique Willkie, Lucie Graumann, Peter
Krüger, Manu Riche, Guo Gan, and many others. In addition, Hus realises projects with children (the children’s opera De Nacht), as well as with
amateurs (Marollenopera), buskers (Brussels Street All Stars Orchestra),
and military brass bands. Around the year 2000, he discovered the
Decap instrumentarium, a computer-controlled assemblage of automated organs, accordions, and percussion instruments developed by the
Decap company in Herentals. He began to explore this new instrumentarium, and Decap gave him access to one of these instrument installations for creating new works. With the Decap Orchestrion he composes
soundscapes, operas, film scores, ballet and theatre music, and rock and
techno songs. He also brings live performances and installations to
churches, factories, theatres, museums.
13
Ook te zien op het Kunstenfestivaldesarts / À voir aussi au Kunstenfestivaldesarts / Also at the Kunstenfestivaldesarts
Germaine Kruip
A Possibility of An Abstraction
Kaaitheater
14/05 – 20:30
15/05 – 15:00 + 20:30
WELCOME TO CAVELAND!
Een tiendaags activiteitenprogramma in een grot in Les Brigittines,
ontworpen en uitgewerkt door Philippe Quesne.
Un programme d’activités de dix jours, prenant place dans une
grotte aux Brigittines, conçu et commissionné par Philippe Quesne.
A ten-day activity programme in a cave at Les Brigittines,
conceived and curated by Philippe Quesne.
Caveland! Concert
Ictus
Les Brigittines
19/05 – 20:30
Caveland! Dark concert
Stephen O’Malley
Les Brigittines
28/05 – 20:00
KUNSTENFESTIVALDESARTS
BOX OFFICE
MEETING POINT
WELCOME TO CAVELAND!
Les Brigittines
Korte Brigittinenstraat / Petite rue des Brigittines
1000 Brussel / Bruxelles
02 210 87 37
[email protected]
www.kfda.be
Steun ons / Soutenez-nous / Support us
www.kfda.be/friends