bas lotto / max lotto

BAS LOTTO / MAX LOTTO
Anleitung – handleiding – instructions – notice pédagogique
Nederlands
Doelstelling:
Door het spelen met de Bas lotto’s worden meerdere
vaardigheden geoefend. Het kind leert onder andere goed
waarnemen en het herkennen van deel/geheel. De
taalontwikkeling wordt bevorderd door het praten over en het
benoemen van de afbeeldingen. Bovendien worden de kinderen
gestimuleerd te vertellen over hun eigen ervaringen in gelijke
situaties als afgebeeld. Uiteraard zijn de afbeeldingen ook zeer
geschikt voor kringgesprekken.
De verschillende thema’s sluiten zeer goed aan bij de
belevingswereld van het jonge kind, en zijn afkomstig uit de
boeken: Ik ben Bas - Bas, ga je mee? en Bas, waar ga je heen?
van Uitgeverij Groen.
Het materiaal is zelfcontrolerend.
Inhoud set 1, 2 en 3:
- een kist met deksel (33 x 23 x 3,6 cm);
- vier lottoplaten met controle op de achterkant;
- 48 kaartjes met afbeeldingen;
- een handleiding.
Inhoud set 4:
- een kist met deksel (43,5 x 27 x 2,5 cm);
- vier lottoplaten met controle op de achterkant;
- 56 kaartjes met afbeeldingen;
- een handleiding.
De verschillende thema’s zijn:
Set 1 – Bas thuis
De keuken - De woonkamer - De slaapkamer - De garage
Set 2 – Nieuwe belevenissen
De kleuterklas - Een verjaardagsfeestje - Het ziekenhuis - De
tandarts
3
Nederlands
Set 3 – Vakantie avonturen
Het strand - De camping - De kinderboerderij - De bouwplaats
Set 4 – Bas onderweg
Bij de bakker - In de muziekwinkel - In de kinderboetiek In de tuin van Opa en Oma
Werkwijze:
Introductie
Het is belangrijk dat de thema’s op de lottoplaten eerst samen
met de kinderen worden bekeken en besproken. Als de kinderen
al vertrouwd zijn met de afbeeldingen, dan is het leuk ze te laten
vertellen, wat ze zien. Als het materiaal nieuw is, is het een leuk
idee om samen met de kinderen een verhaal te bedenken bij
ieder thema.
Indien u in het bezit bent van bovengenoemde Bas-boeken kunt u
deze in combinatie met de lotto’s gebruiken.
Visueel Lotto I (2 – 4 kinderen)
Benodigd: de vier lottoplaten en alle kaartjes.
De lottoplaten worden verdeeld en de kaartjes worden open op
tafel gelegd.
Om de beurt mag een kind een kaartje pakken waarvan het denkt
dat het bij haar/zijn lottoplaat past. Er wordt doorgespeeld tot alle
kinderen hun kaartjes hebben verzameld. Vervolgens worden de
lottoplaten omgedraaid, en kunnen de kinderen aan de hand van
de controle op de achterzijde zien, of ze de correcte kaartjes
hebben gepakt. Het is belangrijk om dit samen met de kinderen te
doen. Zo leren ze zelf te zien hoe ze kunnen controleren of ze de
oefening goed hebben uitgevoerd, zodat ze dit op een later
moment zelfstandig kunnen doen. Bij eventuele fout gekozen
kaartjes kan dan samen met de kinderen nog eens worden
gekeken naar de lottoplaat en worden besproken waarom een
bepaald onderwerp niet bij de betreffende lottoplaat past.
Dit kan een goed moment zijn om vragen te stellen aan de
kinderen en een gesprekje hier over te voeren. Bijvoorbeeld:
4
Nederlands
“Waarom hoort de fietspomp niet in de woonkamer?” “Waar staat
de fietspomp bij jullie thuis?”, enz. Natuurlijk kunt u zelf vele
vragen bedenken.
Het belangrijkste is, de kinderen te laten praten over de
verschillende thema’s en situaties.
Wanneer een kind een antwoord niet weet of bepaalde dingen
niet (her-)kent of snapt, dan kan dit nu nog eens benoemd en/of
worden uitgelegd.
Visueel Lotto II (2 – 4 kinderen)
Benodigd: de vier lottoplaten en alle kaartjes. De lottoplaten
worden verdeeld, en dit keer worden alle kaartjes op een stapel
gelegd. De spelleidster/-der laat snel een kaartje zien, en de
kinderen kijken vervolgens of het bij hun lottoplaat past. Als een
kind denkt dat het bij zijn/haar plaat past, mag het kind het kaartje
vragen. Als het goed is, mag het dit behouden. Is het fout, dan
wordt het kaartje weer onder op de stapel gelegd. In beide
gevallen wordt er vervolgens verder gespeeld.
Het kind dat als eerste alle kaartjes heeft verzameld, meldt dit en
mag dan de lottoplaat omdraaien om het resultaat te controleren.
Als alle kaartjes goed zijn, is dit kind winnaar.
Er kan worden doorgespeeld tot alle lottoplaten compleet zijn.
Vervolgens is het goed om de kinderen iets te laten vertellen over
de verschillende thema’s in relatie tot hun eigen situatie.
Bijvoorbeeld: “Hoe ziet jullie keuken er thuis uit?, Wat is er
anders?”, “Wat eten jullie bij het ontbijt?”, enz. enz. De thema’s
bieden veel gespreksstof.
Luister Lotto (2 – 4 kinderen)
Benodigd: de vier lottoplaten en alle bijbehorende kaartjes. De
lottoplaten worden verdeeld en de kleine kaartjes worden op een
stapel gelegd.
De spelleidster/-der pakt een kaartje en omschrijft heel duidelijk
en uitvoerig wat er op staat.
Het kind dat het omschrevene denkt te herkennen, mag het
kaartje vragen en dit houden als het past. Als het niet past, wordt
5
Nederlands
het weer onder op de stapel gelegd en wordt er verder gespeeld.
Er wordt gespeeld tot alle kaartjes bij de lottoplaten zijn
aangelegd. Vervolgens worden de lottoplaten omgedraaid, zodat
de controle op de achterzijde kan worden vergeleken met de
verzamelde kaartjes.
Zoek de namen/woorden
Voor de kinderen die al kunnen lezen, is er een setje met
namen/woorden separaat te bestellen, die horen bij de kleine
kaartjes met afbeeldingen.
Het volgende spel kan individueel of met meerdere kinderen
gespeeld worden.
Benodigd: de kleine kaartjes met afbeelding en de woordkaartjes.
De kaartjes met de afbeelding worden verdeeld en de
woordkaartjes worden op tafel gelegd.
De kinderen mogen om de beurt één woordkaartje pakken en dit
bij het betreffende kaartje met afbeelding leggen.
Als alle woordkaartjes bij de kaartjes met afbeelding zijn gelegd,
wordt gecontroleerd of dit juist is gedaan.
Wanneer deze oefening goed gaat, kan het spel ook omgekeerd
worden gespeeld.
Nu worden de woordkaartjes verdeeld en liggen de kaartjes met
afbeelding in het midden. Om de beurt mogen de kinderen een
kaartje met afbeelding bij het woordkaartje zoeken.
Illustraties: Dagmar Stam – Copyright Uitgeverij Groen
Bestelnr.:
3.047.00 Set
3.048.00 Set
3.049.00 Set
3.062.00 Set
3.057.00 Set
3.058.00 Set
3.059.00 Set
3.063.00 Set
6
1
2
3
4
1
2
3
4
–
–
–
–
–
–
–
–
Bas thuis
Nieuwe belevenissen
Vakantie avonturen
Bas onderweg
Woordkaartjes bij Bas thuis
Woordkaartjes bij Nieuwe belevenissen
Woordkaartjes bij Vakantie avonturen
Woordkaartjes bij Bas onderweg
English
Objective:
Playing with the Bas Lottos helps exercise various skills.
Children learn how to observe and recognise parts out of a
whole picture. They develop language skills by talking about and
naming the illustrations. Moreover, they are encouraged to talk
about their own experiences in situations similar to those
illustrated. The illustrations are of course ideally suited for group
discussions. The various themes tie in perfectly with the
experiences of young children.
The illustrations come from the books: Ik ben Bas - Bas, ga je
mee? en Bas, waar ga je heen? published by Uitgeverij Groen,
Holland.
The material is self-checking.
Contents Set 1, 2 and 3:
- a box with lid (33 x 23 x 3,6 cm).
- four lotto boards with answers on the reverse sides.
- 48 small boards.
- instructions.
Contents Set 4:
- a box with lid (43,5 x 27 x 2,5 cm).
- 4 lotto boards with control on the reverse sides.
- 56 small boards.
- Instructions.
The various themes are:
Set 1 – Bas at home
The kitchen - The living room - The bedroom - The garage
Set 2 – New experiences
The nursery class - A birthday party - The hospital - The dentist
7
English
Set 3 – Holiday adventures
The beach - The campsite - The children's farm – The building
site
Set 4 – Bas going places
At the bakery - In the music store - In the children’s boutique - In
grandma’s and grandpa’s garden
How to use the Bas Lottos:
Introduction
It is important that the children first look at and then talk about
the themes on the lotto boards together with the teacher. When
the children are familiar with the illustrations, they will have fun
talking about what they see and what they think is happening in
the various situations.
Visual Lotto I (2 – 4 children)
Required: the four lotto boards and all small boards. The lotto
boards are distributed and the small boards are placed face up
on the table. Taking turns, the children take a small board that
they think goes with their own lotto board.
Play continues until all the children have collected all their small
boards. The lotto boards are then turned over and the children
can check on the reverse sides whether they collected the right
boards. It is important to do this with the children. They learn
how to check whether they did the exercise correctly, so that
they can do this independently later on.
If any small boards have been selected in error, the teacher can
check the lotto board again with the children and talk about why
a certain subject does not fit the lotto board in question.
This could be a good moment to ask the children questions and
to get a discussion going. For example: 'Why does the bicycle
pump not belong in the living room?' 'Where do you keep your
bicycle pump at home?' You can of course ask many other
questions.
8
English
What is important is, that the children learn to talk about the
various themes and situations. When a child does not know an
answer or does not recognise or understand certain things, the
idea can be repeated or explained again.
Visual Lotto II (2 – 4 children)
Required: the four lotto boards and all small boards. The lotto
boards are distributed and this time the small boards are placed
in a stack. The teacher quickly shows a picture and the children,
check to see whether it goes with their own lotto board. If a child
thinks it fits to his/her board, he/she can ask for it and check if
this is correct. If this is the case he/she may keep it. If it doesn’t
match the board, the picture is returned to the teacher. The
teacher continues showing new pictures. The first child to collect
all the small boards announces this and gets to turn over the
lotto board to check the results. If all the boards are correct, this
child is the winner. Play could continue until all the lotto boards
are complete. It is then a good idea to have the children talk
about the various themes in relation to their own situations. For
example: ‘How does your kitchen at home look? How does it
differ from this one?’ ‘What do you eat for breakfast?’ Etc. etc.
The themes are good conversational pieces.
Listening Lotto (2 – 4 children)
Required: the four lotto boards and all small boards. The lotto
boards are distributed and the small boards are put in a stack.
The teacher takes a small board, describing clearly and in
detail what he or she sees on the board.
The child that thinks he/she recognises what is described may
claim the board and keep it if it fits. If it does not fit, the small
board is placed at the bottom of the stack and the turn passes to
the next child. Play continues until all the small boards have
been placed next to the lotto boards. Then the lotto boards are
turned over so that the reverse sides can be compared to the
small boards collected.
9
English
Illustrations: Dagmar Stam – Copyright Uitgeverij Groen
Article no.:
3.047.00 Set
3.048.00 Set
3.049.00 Set
3.062.00 Set
10
1
2
3
4
–
–
–
–
Bas at home
New experiences
Holiday adventures
Bas going places
Deutsch
Ziel:
Durch das Spielen mit den Max Lottos werden mehrere
Fähigkeiten geübt. Das Kind lernt u.a. gut wahrzunehmen und
einem Teil vom Ganzen zu erkennen. Die Sprachentwicklung
wird durch das Besprechen und die Benennung der Abbildungen
gefördert. Darüber hinaus werden die Kinder stimuliert, über
ihre eigenen Erfahrungen in ähnlichen Situationen wie den
abgebildeten zu erzählen. Selbstverständlich sind die
Abbildungen auch äußerst geeignet für Gruppengespräche.
Die verschiedenen Themen schließen besonders gut an die
Erlebniswelt des jungen Kindes an und stammen aus den
Büchern: Ich bin Max - Max, gehst du mit? und Max, wo gehst
du hin? vom Verlag Uitgeverij Groen, Holland und Prolog
Therapie- und Lernmittel ohg.
Das Material ist selbstkontrollierend.
Inhalt Satz 1, 2 und 3:
- eine Kiste mit Deckel (33 x 23 x 3,6 cm);
- vier Lottoplatten mit Kontrollmöglichkeit auf der Rückseite;
- 48 Bildkärtchen;
- eine Anleitung.
Inhalt Satz 4:
- eine Kiste mit Deckel (43,5 x 27 x 2,5 cm);
- vier Lottoplatten mit Kontrollmöglichkeit auf der Rückseite;
- 56 Bildkärtchen;
- eine Anleitung.
Die verschiedenen Themen sind:
Satz 1 – Max zu Hause
Die Küche - Das Wohnzimmer - Das Schlafzimmer - Die Garage
Satz 2 – Neue Erlebnisse mit Max
Die Kindergartenklasse - Eine Geburtstagsfeier - Das
Krankenhaus - Der Zahnarzt
11
Deutsch
Satz 3 – Ferien Abenteuer mit Max
Der Strand - Der Campingplatz - Der Kinderzoo - Der Bauplatz
Satz 4 – Max unterwegs
Zur Backstube - Im Musikladen - In der Kinderboutique - Im
Großmutter’s und Großvater’s Garten
Arbeitsweise:
Einführung
Es ist wichtig, zuerst die Themen auf den Lottoplatten
zusammen mit den Kindern eingehend zu betrachten und zu
besprechen. Sind den Kindern die Abbildungen vertraut,
empfiehlt es sich, die Kinder erzählen zu lassen, was sie sehen
und was ihrer Meinung nach in den verschiedenen abgebildeten
Situationen passiert. Zunächst, ist es eine gute Idee, sich
gemeinsam mit den Kindern zu jedem Thema eine Geschichte
auszudenken.
Visuelles Lotto I (2 – 4 Kinder)
Benötigt werden: Die vier Lottoplatten und die Bildkärtchen. Die
Lottoplatten werden verteilt und die Bildkärtchen werden offen
auf den Tisch gelegt.
Der Reihe nach darf ein Kind ein Bildkärtchen nehmen, das
seiner Meinung nach zu seiner Lottoplatte passt.
Es wird weitergespielt, bis alle Kinder ihre Bildkärtchen
zusammenhaben. Anschließend werden die Lottoplatten
umgedreht, und die Kinder können anhand der Rückseite
kontrollieren, ob sie die richtigen Bildkärtchen genommen
haben.
Es ist wichtig, diese Kontrolle zusammen mit den Kindern
vorzunehmen. So lernen die Kinder, wie sie selbst kontrollieren
können, ob sie die Aufgabe richtig gelöst haben, damit sie es
später selbständig können.
12
Deutsch
Wurden verkehrte Bildkärtchen ausgesucht, kann die Lottoplatte
zusammen mit den Kindern noch einmal angesehen und
besprochen werden, warum ein bestimmtes Thema nicht zu
dieser bestimmten Lottoplatte passt.
Das ist dann vielleicht auch gleich der geeignete Augenblick,
den Kindern Fragen zu stellen und ein Gespräch mit ihnen zu
führen. Beispielsweise: „Warum gehört die Fahrradpumpe nicht
ins Wohnzimmer?” „Wo steht bei euch zu Hause die
Fahrradpumpe?”, usw. Selbstverständlich können Sie sich
selbst viele Fragen ausdenken.
Das Wichtigste ist, die Kinder über die verschiedenen Themen
und Situationen sprechen zu lassen.
Wenn ein Kind eine Frage nicht beantworten kann, oder
bestimmte Dinge nicht erkennt oder begreift, dann ist es
möglich, dies jetzt noch einmal zu benennen bzw. zu erklären.
Visuelles Lotto II (2 – 4 Kinder)
Benötigt werden: Die vier Lottoplatten und die Bildkärtchen. Die
Lottoplatten werden verteilt, und diesmal werden die
Bildkärtchen auf einem Stapel auf den Tisch gelegt. Die
Lehrkraft zeigt kurz ein Bildkärtchen. Jetzt kann das Kind sich
melden, das meint dass dieses Kärtchen zu seiner Lottoplatte
passt. Wenn es passt, darf das Kind das Kärtchen behalten und
wird weiter gespielt. Wenn es nicht passt, wird das Kärtchen
wieder verdeckt unten auf den Stapel gelegt.
Es wird weiter gespielt bis ein Kind alle Kärtchen hat. Das Kind
teilt dies mit, und darf danach die Lottoplatte umdrehen, um das
Ergebnis zu kontrollieren. Wenn alle Brettchen richtig sind, hat
dieses Kind gewonnen. Man kann weiterspielen bis alle
Lottoplatten komplett sind.
Anschließend sollte man die Kinder anregen, in Bezug auf die
verschiedenen Themen etwas über ihre eigene Situation zu
erzählen. Beispielsweise: „Wie sieht bei euch zu Hause die
Küche aus?, Was ist bei euch anders?”, „Was esst ihr zum
13
Deutsch
Frühstück?”, usw., usw. Die Themen bieten genügend
Gesprächsstoff.
Verbales Lotto (2 – 4 Kinder)
Benötigt werden: Die vier Lottoplatten und alle Bildkärtchen. Die
Lottoplatten werden verteilt und die Bildkärtchen werden auf
einen Stapel gelegt.
Der/die Spielleiter(in) nimmt ein Bildkärtchen und beschreibt
deutlich und ausführlich, was auf dem Kärtchen steht.
Das Kind, das meint, das Beschriebene zu erkennen, darf um
das Kärtchen bitten und es behalten, wenn es passt. Passt es
nicht, wird das Kärtchen wieder unten auf den Stapel gelegt und
ist das nächste Kind an der Reihe.
Es wird weitergespielt, bis alle Bildkärtchen an die Lottoplatten
angelegt worden sind.
Anschließend werden die Lottoplatten umgedreht, um die
Kontrollkodierung auf der Rückseite mit der auf den
gesammelten Bildkärtchen zu vergleichen.
Illustrationen: Dagmar Stam – Copyright Uitgeverij Groen
Bestellnr.:
3.047.00 Satz
3.048.00 Satz
3.049.00 Satz
3.062.00 Satz
14
1
2
3
4
–
–
–
–
Max zu Hause
Neue Erlebnisse mit Max
Ferien Abenteuer mit Max
Max unterwegs
Français
Objectif:
Les lotos de Bas permettent d’exercer par le jeu plusieurs
aptitudes. L’enfant apprend entre autres à bien observer des
détails, à distinguer des éléments d’un ensemble. De parler des
illustrations et de les nommer permet de stimuler le langage.
Les enfants sont en outre encouragés à parler de ce qu’ils ont
eux-mêmes vécu dans des situations semblables à celles des
images. Les images conviennent bien évidemment aux
discussions de groupe aussi. Les différents thèmes
correspondent au vécu du jeune enfant et sont empruntés aux
livres: Ik ben Bas - Bas, ga je mee? et Bas, waar ga je heen? de
la maison d’édition Uitgeverij Groen, Pays-Bas.
Le matériel est autocorrectif.
Contenu des Jeux 1, 2 et 3:
- un coffret avec couvercle (33 x 23 x 3,6 cm).
- quatre planches à loto avec images de vérification au dos.
- 48 planchettes.
- une notice.
Contenue de Jeu 4:
- un coffret avec couvercle (43,5 x 27 x 2,5 cm).
- 4 cartes à loto avec un code de contrôle
- 56 cartes image.
- une notice.
Les thèmes sont les suivants:
Jeu 1 – Bas à la maison
La cuisine - Le séjour - La chambre - Le garage
Jeu 2 – Le monde proche
La classe de maternelle - Une fête d’anniversaire - L’hôpital –
Le dentiste
15
Français
Jeu 3 – Les vacances
La plage - Le camping - La mini-ferme - Le chantier
Jeu 4 – Bas en route
Chez la boulangerie - Chez la boutique du marchand de
musique -Chez le boutique pour enfants - Dans le jardin de la
grand-mère et du grand-père
Méthode de travail:
Présentation du matériel
Il est important de commencer par regarder et discuter avec les
enfants des thèmes figurant sur les planches/cartes à loto. S’ils
sont déjà familiarisés avec les images, il est intéressant de leur
faire dire ce qu’ils voient et ce qui se passe selon eux dans les
différentes situations. Ensuite, il peut être intéressant d’imaginer
avec les enfants une petite histoire sur chaque thème.
Loto visuel I (2 – 4 enfants)
Matériel requis : les quatre planches/cartes à loto et les
planchettes/cartes image. Les planches/cartes à loto sont
distribuées et les planchettes/cartes image posées en évidence
sur la table.
A tour de rôle, les enfants prennent la planchette/carte image
dont ils pensent qu’elle correspond à leur planche/carte à loto.
Le jeu se poursuit jusqu’à ce que tous les enfants aient réuni
leurs planchettes/cartes image. Ensuite, les planches/cartes à
loto sont retournées et les enfants regardent à l’aide du contrôle
au dos s’ils ont pris les bonnes planchettes/cartes images.
Il est important de vérifier avec les enfants. Ils apprennent ainsi
à voir comment vérifier par eux-mêmes s’ils ont fait
correctement leur exercice et à le faire de façon autonome plus
tard.
En cas d’erreur, l’enseignant regarde les planches avec les
enfants et leur explique pourquoi tel ou tel sujet ne correspond
pas à la planche/carte en question.
16
Français
Ce peut être le moment opportun pour poser des questions aux
enfants et entamer la conversation à ce sujet. Exemple:
“Pourquoi la pompe à vélo ne va-t-elle pas dans le séjour?” “Où
est rangée la pompe à vélo, chez vous ?”, etc. Il vous sera facile
d’imaginer de nombreuses questions.
Le plus important, c’est de faire parler les enfants des différents
thèmes et situations.
Si l’enfant ignore une réponse ou ne reconnaît ou ne comprend
pas certaines choses, vous pouvez les nommer ou expliquer
encore une fois.
Loto visuel II (2 – 4 enfants)
Matériel requis : les quatre planches/cartes à loto et les
planchettes/cartes image. Les planches/cartes à loto sont
distribuées et cette fois-ci, les planchettes/cartes image sont
empilées sur la table. L’enseignant prend une planchette/carte
image et la montre assez vite. L’enfant qui pense que la
planchette/carte image correspond avec sa propre planche/carte
à loto. Si c’est la bonne planchette/carte image, l’enfant la garde
et l’enseignant continue. Si ce n’est pas la bonne
planchette/carte image elle est remise en bas de bas de la pile.
Le premier enfant à réunir toutes les planchettes/cartes image
se manifeste; il a le droit de retourner la planche/carte à loto
pour vérifier le résultat. Si toutes ses planchettes/cartes image
sont bonnes, c’est lui le gagnant.
Le jeu peut se poursuivre jusqu’à ce que toutes les planches à
loto soient complètes.
Ensuite, il peut être intéressant que les enfants comparent les
différents thèmes à ce qu’ils ont vécu eux-mêmes. Exemple:
“Comment est votre cuisine, à votre maison ?, Qu’est-ce qui est
différent?”, “Que mangez-vous au petit-déjeuner ?”, etc. etc. Les
thèmes offrent largement de quoi alimenter la conversation.
17
Français
Loto verbal (2 – 4 enfants)
Matériel requis : les quatre planches/cartes à loto et les
planchettes/cartes image. Les planches/cartes à loto sont
distribuées et les planchettes/cartes image sont empilées sur la
table.
L’enseignant prend une planchette/carte image et décrit
clairement et dans le détail ce qu’il/elle voit sur cette
planchette/carte image.
L’enfant qui pense reconnaître la description demande la
planchette/carte image et la conserve si c’est la bonne. Si ce
n’est pas la bonne planchette/carte image, elle est remise en
bas de la pile et le jeu continue.
Le jeu se poursuit jusqu’à ce que toutes les planchettes/cartes
images soient posées à côté des planches/cartes à loto.
Celles-ci sont alors retournées afin que le contrôle au dos
puisse être comparé aux planchettes/cartes image.
Illustrations : Dagmar Stam – Copyright Uitgeverij Groen
Références :
3.047.00 Jeu
3.048.00 Jeu
3.049.00 Jeu
3.062.00 Jeu
18
1
2
3
4
–
–
–
–
Bas à la maison
Le monde proche
Les vacance
Bas en route
Nienhuis ontwikkelt en produceert educatief materiaal. Veel aandacht wordt
besteed aan kwaliteit en veiligheid van elk product. Voor de onderwijskundige
functionaliteit van Nienhuis producten moet echter veelal gebruik worden
gemaakt van vormen en afmetingen, zoals scherpe punten of kleine onderdelen, die
bij oneigenlijk gebruik kunnen leiden tot verwondingen of ingeslikt worden, waardoor
producten niet geschikt zijn voor kinderen beneden de 3 jaar en altijd gebruikt worden
onder toezicht van volwassenen. Bewaar deze handleiding/bijsluiter bij het product,
zodat elke gebruiker zich op de hoogte kan stellen van de wijze waarop dit product
gebruikt moet worden.
Nienhuis develops and produces educational materials. It devotes much
attention to the quality and safety of each product. To enable Nienhuis
products to function properly in education, however, shapes and dimensions,
such as sharp points or small components, generally have to be used; these can
cause injury or can be swallowed if used improperly. Therefore these products are
not suitable for children under 3 years of age and must always be used under adult
supervision. Keep this instruction/enclosure with the product, so that each user
can inform him or herself of the manner in which this product must be used.
Nienhuis entwickelt und produziert Unterrichtsmaterial. Viel Aufmerksamkeit wird der Qualität und der Sicherheit jedes Produktes geschenkt. Für
die schulpädagogische Funktionalität der Nienhuis-Produkte müssen
jedoch oft Formen und Abmessungen benutzt werden, wie spitze Ecken oder kleine
Teile, die bei zweckwidriger Verwendung zu Verletzungen führen können oder
verschluckt werden können, wodurch die Produkte sich nicht für Kinder unter 3
Jahren eignen, und immer unter Aufsicht von Erwachsenen benutzt werden
müssen. Bewahren Sie diese Anleitung/diesen Beipackzettel beim Produkt auf, so
dass jeder Benutzer sich über die Weise, auf die dieses Produkt zu benutzen ist,
informieren kann.
Nienhuis développe et produit du matériel éducatif en consacrant
beaucoup d’attention à la qualité et la sécurité de chaque produit. Pour
des raisons de qualité didactique, les produits Nienhuis présentent
certaines formes et dimensions, telles des angles pointus ou de petits
éléments qui, utilisés de façon abusive, risqueraient de causer des blessures ou
d’être ingérés. Ces produits ne conviennent donc pas aux enfants de moins de 3
ans et doivent toujours être utilisés sous la surveillance d’adulte. Conservez cette
notice pédagogique/ces instructions avec le produit afin que chaque utilisateur
puisse s’informer de ses conditions d’utilisation.
© Nienhuis B.V.
Industriepark 14, 7021 BL Zelhem - Holland
Tel. +31 314 627127, Fax +31 314 627128
Internet: www.toysforlife.com • eMail: [email protected]