Tribunal de Police de Bruxelles – Politierechtbank

Transcription

Tribunal de Police de Bruxelles – Politierechtbank
Politierechtbank van Brussel
Protocol opgesteld door :
-
de Nederlandse Orde van advocaten bij de balie te Brussel
de Franse Orde van advocaten bij de balie te Brussel
de politierechtbank van Brussel
het politieparket van Brussel
Inhoud
I.
II.
III.
IV.
Voorwoord
Burgerlijke zaken
Strafzaken
Elektronische communicatie
I Voorwoord
Dit protocol heeft als doel een betere en efficiëntere werking
van de politierechtbank te verzekeren en de gerechtelijke
achterstand te vermijden, dit alles in het belang van de
rechtzoekende.
Het protocol bevat gedragsregels die gerespecteerd zullen worden
door elk van de ondertekenaars , binnen het kader van elk zijn bevoegdheden.
Het protocol kan op elk ogenblik opnieuw geëvalueerd, aangepast en / of
vervolledigd worden indien dit noodzakelijk zou zijn om de
verdere goede werking van de rechtbank te verzekeren.
II. Burgerlijke zaken
De inleiding van de zaak
Op de inleidingzitting zal de rechtbank de zaken slechts naar de
rol verzenden op uitdrukkelijk verzoek van alle partijen eventueel
vertegenwoordigd door hun raad.
Bij ontstentenis van een verzoek tot rolverzending of tot minnelijke
kalenderbepaling op grond van art 747§1 Ger.W. past de rechtbank
automatisch het art. 747§2 Ger. W. toe voor een gerechtelijke
instaatstelling.
In geval van minnelijk verzoek tot kalenderbepaling op grond van artikel 747
§1 Ger. W. of in hun opmerkingen naar de rechtbank toe in geval van
gerechtelijke instaatstelling op grond van artikel 747§2 Ger.W. zullen de
advocaten een geschatte pleitduur vermelden. Deze pleitduur zal
moeten gerespecteerd worden en zal gelijk verdeeld worden tussen de
vanwege de advocaten.
De duur van de pleidooien zoals gevraagd door de advocaten zal
toegekend worden door de rechtbank tenzij de rechtbank oordeelt dat
de gevraagde pleitduur niet correct is.
In geval van verstek dient de aandacht gevestigd te worden op het
feit dat de rechtbank zijn bevoegdheid alsook de ontvankelijkheid en
de gegrondheid van de zaak altijd moet onderzoeken .
Er dient dan ook een volledig en geïnventariseerd dossier neergelegd
te worden.
De vaststelling van de zaak
Een zaak die vastgesteld staat voor pleidooien, zal op die zitting
behandeld worden.
Indien deze zaak dient uitgesteld te worden om redenen eigen aan de
rechtbank (vb ziekte magistraat ) dan worden de advocaten (of de
partijen) hiervan onverwijld telefonisch, per fax of per e-mail op
de hoogte gebracht, behoudens in geval van overmacht.
Indien deze zaak dient uitgesteld te worden om een andere reden dan
zal de advocaat die dit uitstel verzoekt hiervan onverwijld alle
andere partijen en de rechtbank op de hoogte brengen per telefoon,
fax of e-mail.
Dit verzoek sluit evenwel het recht van de andere partijen niet uit
om zich hiertegen te verzetten.
In geval van gezamenlijk verzoek tot verzending naar de rol zijn
dezelfde regels van toepassing.
Neerleggen van de dossiers op de griffie
De dossiers moeten minstens 15 dagen voor de pleitdatum neergelegd
worden ter griffie overeenkomstig art 756 van het Ger. W.
Indien het bundel een strafdossier bevat moet het bewijs van 'zonder
gevolg' gevoegd worden.
2
Indien het bundel een vonnis in strafzaken bevat moet het bewijs 'in
kracht van gewijsde getreden' gevoegd worden.
Specifieke zaken
In de volgende zaken is de aanwezigheid van het openbaar ministerie
vereist :
- beroepen tegen Gemeentelijke Administratieve Sancties
- beroepen tegen beslissingen van het ministerie van
binnenlandse zaken in voetbalzaken
In deze zaken dienen de advocaten of de partijen hun conclusies in
tweevoud neer te leggen op de griffie van de politierechtbank.
Eén exemplaar is bestemd voor het openbaar ministerie, die ze zelf
ophaalt op de griffie.
De procedure voorzien in de artn. 766 en 767 van het Ger. W. is van
toepassing
Syntheseconclusies
De laatste conclusie van een partij zal steeds een syntheseconclusie
zijn, onder voorbehoud van de toepassing van het art 748 bis van het
Ger. W.
Indien er een stukkenbundel wordt voorgebracht dient aan de
conclusie een inventaris ervan te worden gevoegd.
III. In Strafzaken
De vaststellingen
Het openbaar ministerie zal er steeds over waken om, in onderling overleg met de
Rechtbank, een redelijk aantal zaken die voor behandeling in aanmerking komen, vast te
stellen.
Op de bijzondere zitting van de 22ste kamer wordt het snelrecht toegepast, hetgeen inhoudt
dat in een aantal specifieke zaken vaststelling wordt verleend binnen een korte termijn na
de feiten. Deze zaken zullen op de bijzondere zitting worden behandeld, mits eerbiediging
van de rechten van verdediging.
3
Twee bijzondere zittingen worden ook voorzien op de 28ste kamer en de 34ste kamer van de
Rechtbank. Op deze zittingen zullen alleen dodelijke ongevallen of ongevallen met zware
gekwetsten (art. 418 t/m 420 Swb.) worden vastgesteld.
De zittingen
Er zijn zowel zittingen in de voormiddag als in de namiddag.
In de voormiddag nemen de zittingen een aanvang om 9 uur, in de namiddag om 13u30.
In het belang van de veiligheid en ten einde de wachttijd van een aantal rechtzoekenden
zonder advocaat te beperken, kan het Openbaar Ministerie een aantal zaken één uur later
vaststellen dan het beginuur van de zittingen.
De zaken waarin advocaten tussenkomen hebben in de regel voorrang, tenzij bijzondere
omstandigheden.
De vonnissen die na behandeling ter zitting moeten worden uitgesproken, worden door de
betrokken griffier binnen de 48 uren na het einde van de zitting ter griffie neergelegd.
Zaterdagen, zon- en feestdagen worden bij de berekening van deze termijn niet in
aanmerking genomen.
Uitstel
Er bestaat geen inleidingzitting in strafzaken. De behandeling van de zaak op de zitting is
dan ook de regel, zodat een uitstel alleen door de Rechtbank kan worden toegestaan mits
gegronde reden. In geen geval kan een uitstel alleen per brief, fax of mail worden gevraagd
of toegestaan.
Alleen voor bijzonder ingewikkelde zaken en voor zaken die verschillende zittingen in
beslag nemen, kan het aangewezen zijn op de eerste zitting afspraken te maken inzake de
periode waarin de zaak kan worden behandeld, de tijd die de behandeling zal vergen en de
door de betrokken partijen in acht te nemen conclusiekalender.
Conclusies
Indien partijen of hun raadslieden nota’s, conclusies of stukken wensen neer te leggen ter
zitting, moeten zij deze voorafgaandelijk aan het Openbaar Ministerie en de andere
betrokken partijen of raadslieden mede delen.
IV.Mededelingen via elektronische weg
In een aantal gevallen kan een mededeling of bericht aan de Rechtbank via elektronische
weg gebeuren.
In burgerlijke zaken kan dit voor de volgende doeleinden:
4
-
melding van tussenkomst
melding van een vraag tot uitstel
bevestiging van een akkoord voor rolverzending of uitstel
regeling van de procedure in het kader van een hangende expertise
In strafzaken kan een mailbericht alleen voor volgende doeleinden in overweging worden
genomen:
-
melding van tussenkomst
melding van een verzoek tot uitstel
regeling van de procedure in het kader van een hangende expertise
Een mededeling via elektronische weg doet echter nooit een recht ontstaan. Het is dus
duidelijk dat de hierboven vermelde regels in verband met rolverzending of uitstel (zowel in
burgerlijke zaken als in strafzaken) integraal van kracht blijven en dat verschijning van
partijen en/of hun raadslieden op de zitting in principe noodzakelijk blijft.
Om in aanmerking te kunnen worden genomen, moeten de mailberichten verzonden worden
aan de zittingsgriffier van de kamer waar de betrokken zaak is vastgesteld, en moeten deze
berichten bij de zittingsgriffier toekomen uiterlijk daags voor de zitting liefst voor 12 uur,
maar in ieder geval voor 16 uur.
Met mailberichten verzonden de dag zelf van de zitting kan in ieder geval geen rekening
worden gehouden.
Een geactualiseerde lijst van de e-mailadressen van de zittingsgriffiers zal opgehangen
worden in alle griffies van de politierechtbank en zal aan het secretariaat van de beide
Orden van Advocaten worden overgemaakt.
Tribunal de Police de Bruxelles
Protocole conclu entre :
-
l’Ordre Français des avocats du barreau de Bruxelles
l’Ordre Néerlandais des avocats du barreau de Bruxelles
le Tribunal de Police de Bruxelles
le Parquet de Police de Bruxelles
Contenu
5
I.
II.
III.
IV.
Préambule
En matière civile
En matière pénale
Communication par voie électronique
I. Préambule
Ce protocole a pour objectif d’assurer un fonctionnement plus efficace du Tribunal de Police de
Bruxelles et d’éviter un arriéré judiciaire, dans l’intérêt du justiciable.
Le protocole contient des règles de conduite dont le respect est assuré par les signataires, chacun
dans le cadre de ses compétences.
Le protocole peut à tout moment être évalué, adapté ou complété si le bon fonctionnement du
Tribunal l’exige.
II. En matière civile
En règle, le Tribunal ne renvoie une affaire au rôle général, lors de son introduction, que si toutes
les parties, le cas échéant représentées par leurs conseils, le demandent.
A défaut de pareille demande ou d’une mise en état amiable (art. 747 § 1 C. Jud.), le Tribunal fait
automatiquement application de l’article 747 § 2 C. Jud. concernant la mise en état judiciaire.
En cas de mise en état amiable ou dans leurs observations en vue de la mise en état judiciaire, les
avocats mentionnent une estimation de la durée des plaidoiries. Cette durée des plaidoiries est
respectée et est répartie de manière égale entre les parties, sauf accord ou indication contraire des
plaideurs.
La durée des plaidoiries demandée par les avocats sera accordée par le Tribunal, à moins que
celui-ci n’estime que le temps des plaidoiries demandé n’est manifestement pas adéquat.
L’attention des avocats est attirée sur le fait qu’en cas de procédure par défaut, le Tribunal doit
vérifier sa compétence, ainsi que la recevabilité et le fondement de la demande.
Il est donc nécessaire de produire un dossier complet et inventorié à l’audience.
La fixation de la cause
Lorsqu’une affaire est fixée pour plaidoiries, son traitement à l’audience est la règle.
Lorsque pareille affaire doit être remise pour des raisons propres au Tribunal (p.ex. en
raison de maladie du Juge) les avocats (ou les parties) en sont immédiatement avertis par
écrit, par téléphone ou par mail, sauf cas de force majeure.
6
Lorsque pareille affaire doit être remise pour quelqu’ autre raison que ce soit, l’avocat qui
invoque cette raison, en avertit immédiatement les autres avocats ou le cas échéant les
parties ainsi que le Tribunal, et ce par écrit, par téléphone ou par mail, sans préjudice du
droit des autres parties de s’opposer à cette demande.
En cas de demande conjointe de renvoi au rôle, les mêmes règles sont d’application.
Dépôt des dossiers au greffe
Les dossiers sont déposés au greffe au moins quinze jours avant la date de plaidoiries,
conformément à l’article 756 du Code Judiciaire.
En cas de production d’un dossier répressif, la preuve du classement sans suite est jointe.
En cas de production d’un jugement pénal, la preuve qu’il est passé en force de chose jugée
doit être produite.
Affaire spécifiques
L’attention des avocats est attirée sur le fait que dans certains dossiers (appel contre les
décisions communales administratives et appel contre les décisions du Ministère de
l’Intérieur en matière de football) la présence du Ministère Public à l’audience civile est
nécessaire.
Dans ces dossiers, les avocats ou le cas échéant les parties déposent leurs conclusions en
deux exemplaires au greffe civil du tribunal.
Un exemplaire est destiné au Ministère Public, qui prend soin de les retirer.
La procédure prévue notamment par les articles 766 et 767 du Code Judiciaire est ensuite
appliquée.
Conclusions de synthèse
Les dernières conclusions d’une partie sont toujours des conclusions de synthèse, sous
réserve des dispositions de l’article 748bis du Code Judiciaire.
En cas de production d’un dossier, un inventaire de celui-ci doit être annexé aux
conclusions déposées.
III. En matière pénale
7
Les fixations
Le Ministère Public veille systématiquement, de commun accord avec le Tribunal, à fixer
un nombre raisonnable d’affaires qu’il y a lieu de traiter.
L’audience extraordinaire de la 22ème chambre est consacrée à la procédure accélérée, ce
qui signifie que dans un certain nombre d’affaires spécifiques, le dossier est fixé à bref
délai après les faits. Ces affaires seront traitées à l’audience extraordinaire dans le
respect des droits de la défense.
Deux audiences extraordinaires sont également prévues à la 28ème chambre et la 34ème
chambre du Tribunal. Seuls les accidents mortels ou accidents avec blessés graves (art.
418-419- 420 C.P.) seront fixés à ces audiences.
Les audiences
Les audiences se tiennent tant le matin que l’après-midi.
Les audiences en matinée débutent à 9 heures, celles de l’après-midi à 13 heures 30.
Dans un souci de sécurité et afin de limiter le temps d’attente des justiciables venus sans
avocat, le Ministère Public peut fixer un certain nombre d’affaires une heure après l’heure
de début des audiences.
Les affaires dans lesquelles des avocats interviennent sont en principe prioritaires, sauf
circonstances particulières.
Les jugements prononcés en fin d’audience, doivent être déposés au greffe 48 heures
après la fin de l’audience par le greffier concerné. Les samedis, dimanches et jours fériés
ne sont pas pris en compte dans le calcul de ce délai.
Remise
En matière pénale, il n’y pas d’audience d’introduction. Le traitement de l’affaire à
l’audience est donc la règle, de sorte qu’une remise ne peut être accordée par le Tribunal
que pour des raisons motivées. En aucun cas, la remise ne peut être demandée ou accordée
que sur base d’une lettre, d’un fax ou d’un mail.
Toutefois, dans les affaires particulièrement complexes et celles qui nécessitent plusieurs
audiences, il peut être judicieux à la première audience de convenir du délai dans lequel
l’affaire pourra être traitée, de la durée de traitement de l’affaire et du calendrier à
convenir par les parties concernées pour conclure.
Conclusions
Lorsque les parties ou leurs conseils souhaitent déposer des notes, conclusions ou pièces à
l’audience, elles doivent les communiquer préalablement au Ministère Public et aux autres
parties concernées ou à leurs conseils.
8
IV. Communications par voie électronique
Dans certains cas, une communication ou un avis peut être communiqué au Tribunal par
voie électronique.
En matière civile, ce type de communication peut avoir lieu pour les motifs suivants :
-
aviser d’une intervention;
aviser d’une demande de remise;
confirmation d’un accord sur un renvoi au rôle ou une remise ;
reglèment de la procédure dans le cadre d’une expertise en cours ;
En matière pénale, l’avis par mail ne peut être pris en compte que pour les motifs suivants :
-
aviser d’une intervention;
aviser d’une demande de remise ;
règlement de la procédure dans le cadre d’une expertise en cours ;
Une communication par voie électronique n’engendre pas un droit. Il va par conséquent
de soi que les règles ci-dessus mentionnées concernant le renvoi au rôle ou la remise (tant
dans les affaires civiles que les affaires pénales) restent intégralement d’application et que
la comparution des parties et/ou de leurs conseils à l’audience reste en principe nécessaire.
Pour être prises en compte, les communications par voie électronique doivent être envoyées
au greffier d’audience au plus tard la veille de l’audience, de préférence avant 12 heures
mais en tout état de cause avant 16 heures.
Il ne sera en aucun cas tenu compte des communications par voie électronique envoyées
le jour de l’audience.
La liste actualisée des adresses émail des greffiers d’audience sera affichée dans tous les
greffes du tribunal de police et sera transmise au secrétariat des deux Ordres des avocats.
In werkingtreding – Entrée en vigueur.
9
Dit protocol treedt in werking op…………………
Ce protocole entre en vigueur le …………………
Fait à Bruxelles, le……………………2011
Gedaan te Brussel, op……………… 2011
Voor de Politierechtbank
De Deken
Voor het Openbaar Ministerie
De Procureur des Konings
Patrick LENVAIN
Bruno BULTHE
Pour l’Ordre français des avocats
du Barreau de Bruxelles
Le Bâtonnier
Voor de Nederlandse Orde van
advocaten bij de Balie te Brussel
Stafhouder
Jean-Pierre BUYLE
Dirk VAN GERVEN
10
11

Documents pareils