GT909NL - Rho Delta

Transcription

GT909NL - Rho Delta
GT909NL
INBOUW HANDLEIDING
Rho-Delta ACP. BV
Esudostraat 2
2991 XV Barendrecht
Tel nr: 010-4795755
Fax nr: 010-2927461
website: www.rhodelta.nl
1.0 - INHOUD VAN DE DOOS EN LIJST VOOR UITBREIDINGS MODULES.
GT-909NL : unit met kabelboom.
GT-889 handzender.
GT-969CH nood codesleutel.
GT-945 noodstroom sirene voorzien van draadloze communicatie.
GT-632 radar sensor,
De inbouw en gebruikers handleiding.
Uitbreiding modules.
GT-941 dubbele motor blokkerring
GT-834 tilt sensor
GT-858 CPV module
GT-431 ultrasoon sensoren
GT-944 noodstroom sirene
GT-467 raamsluit module voor 2 ramen (indien er geen comfort schakeling aanwezig is)
GT-889 extra handzender met géintegereerde noodsleutel.
GT-852 inclinatie sensor (draadloos, trilsensor ten behoeve van de steunpootjes van een caravan)
GT-854 magneet contact (draadloos)
GT-855 trilcontact sensor (draadloos, tril contact ten behoeve van raambreuk of aanrijdingen tegen de
caravan)
GT-2360c passieve infraroodsensor (draadloos, ten behoeve van een laadruimte of een caravan)
Verder is het mogelijk om diverse draadloze sensoren uit de GT-CASA serie te gebruiken.
INBOUW VOORSCHRIFTEN.
Om kortsluiting te voorkomen, adviseren wij voordat met de montage wordt begonnen, eerst de
negatieve accuklem los te nemen. Om beschadigingen en kortsluiting te voorkomen dienen bij alle
kabeldoorvoeringen doorvoer rubbers gebruikt te worden, zodat de draden voldoende beschermd zijn.
Verder adviseren wij om alle aansluitingen te solderen. Plaats het commandoblok op een goede
zichtbare plaats in het dashbord (op een makkelijk bereikbare plaats)
2.0 - KABEL AANSLUITINGEN.
ROOD- (+30)Deze draad dient aan een +12V direct vanaf de accu te worden aangesloten, monteer
de meegeleverde zekeringhouder en 15Amp zekering.
BRUIN en ZWART No-207- (-31) Deze kabels dienen direct aan de massa te worden gemonteerd.
GEEL- (+15/54) Deze draad dient aan een contact geschakelde draad te worden aangesloten die ook
tijdens het starten van de motor een spanning blijft houden.
WIT/ROOD- (voeding ten behoeve van de knipperlichten)Deze draad dient aan een constant plus
te worden aangesloten, indien men een één draads aansluiting maakt, dan dient deze draad of aan
een plus of een massa te worden gemonteerd en dient ook dipswitch 5 te worden aangezet (zie 3.0
knipperlicht diagram elders in deze handleiding)
ORANJE- Deze draden dienen aan de knipperlicht draden aangesloten te worden, indien men een
één draads aansluiting maakt moet er tevens dipswitch 5 gebruikt te worden (zie 3.0 knipperlicht
diagram elders in deze handleiding)
GROEN/BRUIN- Deze draad dient aan de deurcontacten te worden aangesloten. Deze functie kan
zowel plus als min gestuurde signalen herkennen, dit afhankelijk van dipswitch 6 en 7 (zie 8.0 functie
tabel elders in deze handleiding)
GROEN/ZWART- Deze draad dient aan de motor/koffer deksel schakelaar te worden aangesloten
(indien niet aanwezig in het CAN-BUS signaal) indien deze niet aanwezig zijn kan men de
meegeleverd schakelaar monteren. Ook kan men op deze aansluiting extra modules aansluiten (een
extra GT-632 of GT-631 voor een bedrijfswagen)
BLAUW- Deze draad dient men alleen te gebruiken in combinatie met een GT-944 sirene (optie)
indien deze sirene wordt gebruikt moet men dipswitch 3 uitzetten (zie 8.0 functie tabel elders in deze
handleiding)
ROZE- Deze draad kan men gebruiken indien er uitbreidings modules worden gebruikt (GT-858 of de
GT-867) Maximaal belasting 80mA bij ingeschakeld systeem.
GEEL/ZWART- Deze draad stuurt een massa signaal uit tijdens een alarm cyclus (comfort sluiting)
alleen indien men dipswitch 8 gebruikt (zie 8.0 functie tabel elders in deze handleiding)
WIT/GROEN- Dit is de antenne draad van het alarm
ANTENNE
WIT/GROEN
LED
= 15Amp zekering
PC PROG.
Zekeringhouder
22
21 20 19 18 17 16 15 14 13 12
11 10 9
8
7
6
5
4
3
2
1
NOODCODE BLOK
STATUS LED
+12 VAN DE
BATTERIJ
BRUIN-POS.11
Zekering
15A
MASSA
ROOD-POS.22
ZWART-No.207
CAN BUS
+15/54 KONTACT
GESCHAKELD
ORANJE/GROEN (CAN-high)-POS.9
GEEL-POS.10
CAN high
ORANJE/BRUIN (CAN-low)-POS.8
CAN low
Stuurdraden van de
CPV
ROOD/BRUIN-POS.4
ROOD/GRIJS-POS.5
LOCKING ACTUATOR
INDICATORS
ORANJE-POS.13
WIT/ROOD-POS.14
Knipperlichten
zekering
15A
ORANJE-POS.15
Controle draden
GEEL/BRUIN-POS.17
GEEL/GRIJS-POS.6
GROEN/BRUIN-POS.1
Aansluiting voor
optionele en/of
motor en/of kofferdeksel schakelaar
GROEN/ZWART-POS.12
GEEL/ZWART-POS3
GT 941
Startblokkerring
NOODSTROOM
SIRENE
+ 12V ALS HET
ALARM WORDT
AANGEZET
GT632
RADAR MODULE
Deur
schakelaars
WIT/BRUIN-POS.19
BLAUW-POS.2
ROZE-POS.7
WIT/BLAUW-POS.20
Pulserende
massa uitsturing
Itijdens alarm
CPV
POLARITEIT
CPV
WIT/ZWART-POS.21
ROZE
BRUIN
GROEN/ZWART
GROEN/ZWART
BRUIN
GT834
TILT-SENSOR
ROZE
8
AANSLUITINGEN VOOR AUTO’S VOORZIEN VAN CAN-BUS SYSTEMEN
ORANJE/GROEN- Deze draad dient aan de CAN-BUS High draad te worden aangesloten (zie auto
specifieke montage handleiding)
ORANJE/BRUIN- Deze draad dient aan de CAN-BUS Low draad te worden aangesloten (zie auto
specifieke montage handleiding)
AANSLUITINGEN VOOR AUTO’S VOORZIEN VAN EEN ORIGINELE
AFSTANDSBEDIENING MAAR ZONDER CAN-BUS SYSTEEM
ROOD/BRUIN- Deze draad aansluiten op de sluitdraad die direct naar de deurmotor gaat en bediend
wordt via de originele afstandsbediening (zie auto specifieke montage handleiding)
ROOD/GRIJS- Deze draad aansluiten op de opendraad die direct naar de deurmotor gaat en bediend
wordt via de originele afstandsbediening (zie auto specifieke auto montage handleiding)
GEEL/BRUIN- Dit is de controle draad ten behoeve van de sluitpuls (zie auto specifieke montage
handleiding)
GEEL/GRIJS- Dit is de controle draad ten behoeve van de openpuls (zie auto specifieke montage
handleiding)
AANSLUITINGEN VOOR AUTO’S VOORZIEN VAN CPV
MAAR ZONDER ORIGINELE AFSTANDSBEDIENING OF CAN-BUS
WIT/BRUIN- Deze draad aansluiten op een plus of een massa van de accu, via deze aansluiting
wordt de polariteit bepaald welke op de andere draden uitgestuurd worden.
WIT/BLAUW- Deze draad aansluiten op de open draad van de CPV
WIT/ZWART- Deze draad aansluiten op de sluit draad van de CPV.
Voor alle overige CPV aansturingen dient men een GT-858 universele
aansturing module te gebruiken, het aansluitschema wordt meegeleverd met
de unit in de doos.
PLUS GESTUURD
(schema 4A)
CPV
G T A L AR M
WIT/BRUIN
OP E N DRAAD
MASSA GESTUURD
(schema 4B)
WI T/BLAUW
CP V
WIT/ZWART
MASSA GESTUURD
(schema 8B)
+30
SLUITDRAAD
G T AL A R M
WIT/BRUIN
OP E N DRAAD
5 AMP ZEKERIN G
WI T/BLAUW
CPV
W IT/ZWAR T
5 AMP ZKERING
SLUITDRAAD
G T ALA R M
WIT/BRUIN
5 AMP ZEKERING
DEURSLO T
+30
ORIGINELE
DEURMOTOR
WIT/BLAUW
DIOD E
1N4007
WIT/ZWART
STUURDRAAD
RAMEN
COMFOR T
MODULE
SLUIT DRAAD
OP E N DRAAD
CPV
MODULE
PLUS GESTUURD
(schema 8A)
CPV
GT ALAR M
WIT/BRUIN
5 AMP ZEKERING
+30
DEURSLOT
ORIGINELE
DEURMOTOR
WIT/BLAUW
DIODE
1N4007
OPEN DRAA D
WIT/ZWART
+30
STUURDRAAD
RAMEN
COMFORT
MODULE
SLUIT DRAAD
CPV
MODULE
3.0 – ÉÉN DRAADS AANSTURING VAN KNIPPERLICHT STURING
- Dit diagram alleen gebruiken met een één draadsaansturing en in combinatie van dipswitch 5, zie
programmeer tabel elders in deze handleiding.
ALARMLICHT
SCHAKELAAR
ORANJE (*)
Aansluitschema
voor een massa
gestuurde schakeling
ORANJE
GT
ALARM
WIT/ROOD
(*) Deze draad niet aansluiten.
ALARMLICHT
SCHAKELAAR
ORANJE (*)
Aansluitschema
voor een PLUS
gestuurde schakeling
ORANJE
GT
ALARM
WIT/ROOD
+30
4.0 – GT-941 STARTBLOKKERRING UITBREIDING
Bij het programmeren van een GT-941 op een GT-909NL centrale dient men na het aansluiten van
alle kabels, éénmaal op de handzender te drukken om het alarm aan te schakelen. Na 15 seconden
het alarm weer uitschakelen. Na deze handeling zijn de units op elkaar afgestemd.
GT941
startblokkering
GT 909NL
ALARM UNIT
ZWART No. 501
ZWART No. 501
MOTOR
BLOKKERRING
(Max. 15A)
ZWART No. 801
ZWART No. 801
ZWART No. 701
ZWART No. 701
ZWART No. 901
ZWART No. 901
MOTOR
BLOKKERRING
(Max. 15A)
5.0 – GT-945 DRAADLOZE NOODSTROOM SIRENE
Het programmeren van de GT-945 sirene op de GT-909NL centrale.
1. Het alarm dient uitgeschakeld te zijn.
2. Monteer de zekering van de sirene in de houder, de sirene zal nu driemaal een korte
pieptoon weergeven ter bevestiging dat de zelfcode functie is aangezet.
3. Zet dipswitch No:1 in de AAN stand, om in de SNELTEST functie te komen.
4. De GT-909NL zal nu een gecodeerd signaal uitzenden, deze wordt onthouden door de GT945 en dit wordt bevestigd met een lange pieptoon.
5. Wacht een paar seconden voor dat de SNELTEST wordt uitgeschakeld, om de SNELTEST uit
te schakelen dient men dipswitch No:1 weer UIT te zetten.
(*)De groene draad dient bij sommige auto’s direct aan de GT-909NL te worden aangesloten (volgens
SCM goedkeurings eisen)
Zekering houder
Noodstroom
sirene
= 5Amp zekering
+12 V PLUS
BATTERIJ
MASSA
ROOD
BRUIN
5A
Motorkap
schakelaar
GROEN(*)
Voor het programmeren van de GT-945 sirene .
Zie instructies in deze handleiding.
6.0 - PLAATSING EN AANSLUITEN VAN DE GT-632 RADAR MODULE
Plaats de module zo centraal mogelijk voor in de auto om een optimale werking te verkrijgen. Zoals in
onderstaand schema is weer gegeven.
GT-632 RADAR MODULE
OP HET DASHBOARD
GEEN GOEDE PLAATS
DASHBOARD
HANDSCHOEN KASTJE
JUISTE MONTAGE
MIDDEN CONSOLE
Afstellen van de radar module, zorg dat het alarm wordt aangezet en een raam ongeveer 15 cm open
staat, wacht gedurende 45 seconden (status LED knippert) alvorens uw arm door het geopende raam
naar binnen te doen en op een gelijke hoogte van achter naar voor te bewegen (let op dit dient een
ruime arm beweging te zijn) Men dient met de plaatsing van de module rekening te houden dat hij niet
door metaal kan detecteren. Voor het afstellen van de module kan men het afstelschroefje gebruiken
boven op de unit.
RADAR SENSOR
GEVOELIGHEID
POTMETER
RADAR SENSOR
CONTROLE
LED
+
AANSLUIT
CONNECTOR
7.0 – PLAATSING VAN DE GT-834 TILT SENSOR
Monteer de module zo horizontaal mogelijk in de auto om een optimale werking te garanderen.
JA
JA
GT8
G T834
JA
GT8
34
MAX 20°
JA
JA
MAX 20°
34
MAX 20°
JA
MAX 20°
NEE
NEE
VAN 21° TOT 90°
VAN 21° TOT 90°
G T834
Deze module behoefd niet afgesteld te worden, wel dient men de werking te controleren doormiddel
van het opkrikken van de auto aan één zijde.
8.0 – FUNCTIE PROGRAMMEER TABEL VAN HET SYSTEEM
WAARSCHUWING
Indien men de programmering van de dipswitch 2 t/m 8 veranderd. Dient men dit te bevestigen door
éénmaal dipswitch 1 op aan te zetten, en te wachten tot er een lange pieptoon wordt weergegeven.
Hierna kan men dipswitch 1 weer op de uit stand zetten, de nieuwe programmering wordt in het
geheugen opgeslagen.
Schakelaar Beschrijving van de functie
AAN
No:
1
SNELTEST
AAN
2
Centrale vergrendeling 1/1 seconde 1’open – 25’sluiten
of 1/25 seconden
3
Controle van het communicatie
UIT
signaal tussen GT-909NL en GT-945
4
In en uit schakel piep van de GT-945
AAN
5
Één draads aansturing van de
AAN
knipperlichten
6
Plus geschakelde deurcontacten
AAN
7
Pulserende deurcontacten
AAN
8
Massa gestuurde
Pulserende massa
comfortschakeling/pulserende massa
uitgang tijdens
uitgang tijdens een alarmcyclus
alarmcyclus
9
Uitschakeling via het deurslot
AAN
10
CAN-BUS/ PLIP-knipperlicht
AAN
Zelf lerend
UIT
UIT
1’open – 1’ sluiten
AAN
UIT
UIT
UIT
UIT
Massa gestuurde
comfort uitsturing
(25seconden)
UIT
UIT
- Functie No:1 SNELTEST.
Met deze functie is het mogelijk om alle aansluitingen en de daarbij behorende sensoren te testen op
de juiste werking.
Zet het alarm uit, hierna schakelaar 1 op AAN zetten, het alarm zal nu één lange pieptoon weergeven.
1. Ultrasoon test. Beweeg uw arm in door de auto, als de sensoren iets waarnemen dan zal het
alarm één pieptoon geven en tevens zal ook de status LED één maal groen gaan braden.
2. Draadloze sensoren testen. Activeer de sensor (radar, magneetcontacten en andere
sensoren) het alarm zal nu drie pieptonen weergeven en de status LED zal nu drie maal
groen gaan branden.
3. Deurschakelaars testen. Open één of meerdere deuren, het alarm zal nu vier maal een
pieptoon weergeven en de status LED zal nu vier maal groen gaan branden.
4. Motor/kofferbak schakelaar. Open de motor of kofferdeksel, het alarm zal nu vijf maal een
pieptoon weergeven en de status LED zal vijf maal groen gaan branden (alleen auto’s die
voorzien zijn van een CAN-BUS systeem) anders wordt er twee maal een pieptoon
weergegeven en gaat de status LED twee maal groen gaan branden (alleen voor auto’s die
niet zijn voorzien van een CAN-BUS systeem)
5. Poging tot het aanzetten van het contact van de auto. Zet het contactslot aan, het alarm zal nu
zes maal een pieptoon weergeven en de status LED zal 6 maal groen gaan branden.
Om de SNELTEST te verlaten moet schakelaar No:1 in de OFF positie worden gezet, het alarm zal nu
één maal een lange pieptoon weergeven.
- Functie No:2 Centrale deurvergrendeling 1/1 sec of 1/25 sec.
Indien schakelaar No:2 in de AAN positie wordt gezet dan zal het tijdens het sluiten een sluitpuls van
25 seconden geven, en tijdens het openen een openpuls van 1 seconden geven.
Indien schakelaar No:2 in de UIT positie wordt gezet wordt zowel de open als de sluitpuls 1 seconde.
- Functie No:3 Controle van het communicatie signaal tussen de GT-909NL en de GT-945.
Indien schakelaar No:3 op UIT staat dan wordt er elke één minuut een controle uitgevoerd of er een
signaal is tussen de GT-909NL en de GT-945, wanneer er op enige wijze een verstoring van dit
signaal plaats vindt, zal de sirene één alarm cyclus weergeven.
GT-alarm adviseert deze functie altijd op UIT te laten staan. Dipswitch No:3 UIT (advies)
- Functie No:4 IN en UIT schakel pieptoon van de GT-945 sirene.
Schakelaar No:4 in de AAN positie, de sirene zal geen pieptoon weergeven.
Schakelaar No:4 in de UIT positie , de sirene zal een pieptoon weergeven tijdens het IN en UIT
schakelen van het alarmsysteem.
- Functie No:5 Één draads knipperlicht aansturing.
Schakelaar No: 5 in de AAN positie, het is nu mogelijk om door middel van één oranje draad de
originele alarmlichtschakelaar aan te sturen (alleen mogelijk bij auto’s die deze functie hebben, zie
autospecifieke inbouwhandleiding) Er kan zowel een plus als een min gestuurd signaal gebruikt
worden.
Schakelaar No:5 in de UIT positie, de knipperlicht aansturing gaat nu via de beide oranje draden.
- Functie No:6 Plus gestuurde deurcontacten.
Schakelaar No:6 in de AAN positie, via deze schakeling is het mogelijk om plus gestuurde
deurcontacten te detecteren, wanneer de schakelaar op AAN staat dan wordt schakelaar No:7 buiten
werking gezet.
Schakelaar No:6 in de UIT positie, dan worden de massa gestuurde deurcontacten gededecteerd.
- Functie No:7 Pulserende deurcontacten massa gestuurd.
Schakelaar No;7 in de AAN positie, het is nu mogelijk om pulserende massa gestuurde deurcontacten
te detecteren (schakelaar No:6 dient uitgeschakeld te zijn)
Schakelaar No:7 in de UIT positie, het is nu mogelijk om stabiele massa gestuurde deurcontacten te
detecteren.
- Functie No:8 Massa gestuurde comfortschakeling of een pulserende massa uitgang tijdens
een alarm cyclus.
Schakelaar No:8 in de AAN positie, er wordt nu op de GEEL/ZWARTE draad gedurende 25 seconden
een massa signaal uitgestuurd, via deze draad kan men een comfort sluiting aansturen (alleen bij
auto’s die zijn voorzien van deze functie, zie autospecifieke inbouwhandleiding)
Schakelaar No:8 in de UIT positie, wanneer er een alarmcyclus wordt weergegeven dan zal er via
deze draad een pulserende massa worden uitgestuurd.
- Functie No:9 Uitschakelen via het deurslot.
Schakelaar No:9 in de AAN positie, er kan nu via het deurslot het alarmsysteem worden uitgezet
(alleen bij auto’s die zijn voorzien van de functie, zie auto specifieke inbouwhandleiding)
Schakelaar No:9 dient ten alle tijden UIT te staan in verband met de eisen van SCM voor
goedgekeurde alarmsystemen.
- Functie No:10 CAN-BUS/ PLIP-KNIPPERLICHT zelf lerend configuratie.
Inleerprocedure voor auto’s die zijn voorzien van een CAN-BUS systeem.
Deze inleerprocedure geldt alleen voor auto’s die in de CAN-BUS configuratie lijst staan vermeld.
1. Open de bestuurdersdeur de motor en de kofferdeksel.
2. Zet het contact van de auto AAN.
3. Zet schakelaar No:10 in de AAN positie: het alarm zal nu één pieptoon weergeven en de
status LED zal ROOD gaan knipperen.
4. Wacht tot de status LED GROEN gaat knipperen, en de sirene zal ook één pieptoon
weergeven.
5. Zet het contact van de auto UIT en verwijder de sleutel uit het contact, sluit de
bestuurdersdeur en de motor en kofferdeksel.
6. Druk éénmaal op de sluitknop van de originele afstandsbediening, het alarm zal nu éénmaal
een pieptoon weergeven en de status LED zal nu ROOD gaan branden, ter bevestiging dat de
inschakelfunctie is herkent.
7. Druk éénmaal op de openknop van de originele afstandsbediening, het alarm zal nu
tweemaal een pieptoon weergeven en de status LED zal ROOD blijven branden, ter
bevestiging dat de uitschakel functie is herkend.
8. Zet de schakelaar No:10 in de UIT positie om de inleerprocedure te beëindigen, het alarm zal
nu één lange pieptoon weergeven.
9. Probeer nu het alarm IN en UIT te schakelen via de originele afstandsbediening en controleer
of de werking correct is.
10. Wanneer het alarm op de juiste werking is getest, dan kan men de installatie compleet
afmonteren.
Indien er tijdens de inleerprocedure het alarm driemaal een pieptoon en de GROENE LED stopt met
knipperen, dan zal men de schakelaar No: 10 UIT moeten zetten en de inleerprocedure weer opnieuw
moeten opstarten vanaf punt 1.
Indien er tijdens de inleerprocedure het alarm viermaal een pieptoon geeft, dan betekend dit dat de
desbetreffende auto niet in de geïntergreerde CAN-BUS configuratie lijst voorkomt.
Inleerprocedure voor auto’s die zijn voorzien van PLIP-KNIPPERLICHT aansturing.
Deze inleerprocedure geldt alleen voor auto’s die zijn voorzien van originele afstandsbediening maar
die geen CAN-BUS systeem hebben.
1. Sluit de bekabeling zoals is aangegeven in de autospecifieke inbouwhandleiding.
2. Zet schakelaar No:10 in AAN positie, het alarm zal nu éénmaal een lange pieptoon
weergeven en de status LED zal nu ROOD gaan knipperen.
3. Sluit alle deuren, motor en kofferdeksel.
4. Druk nu éénmaal op de sluitknop van de originele afstandsbediening (binnen 20 seconden
nadat schakelaar 10 is aangezet) het alarmsysteem zal nu éénmaal een pieptoon weergeven
en de status LED zal nu ROOD gaan branden.
5. Druk nu éénmaal op de openknop van de originele afstandsbediening, het alarm zal nu
tweemaal een pieptoon weergeven en de RODE status LED zal nu uitgaan.
6. Zet nu schakelaar No: 10 UIT het alarm zal nu éénmaal een lange pieptoon weergeven
7. Probeer nu het alarmsysteem IN en UIT te schakelen en controleer of de werking correct is.
8. Wanneer het alarm op de juiste werking is getest, dan kan men de installatie compleet
afmonteren.
9.0 – PROGRAMMEREN VAN HANDZENDERS, NOODCODE SLEUTELS EN
DRAADLOZE SENSOREN
WAARSCHUWING
-
-
-
Het is mogelijk om 8 handzenders of electronische noodcode sleutels en 12 draadloze
sensoren te programmeren
Als met de programmering wordt begonnen, en de eerste nieuwe handzender wordt
aangemeld, dan zullen alle oude handzenders en nood codesleutels uit het geheugen worden
gewist.
Indien er één of meerdere nieuwe handzenders/ nood codesleutels worden geprogrammeerd,
dan is het tevens ook nodig om alle bestaande handzenders/ nood codesleutels te
programmeren.
Indien er handzenders/ nood codesleutels of draadloze sensoren dubbel worden aangemeld,
of wanneer het geheugen geheel vol is dan zal het alarmsysteem 5 pieptonen weergeven.
1. Het alarmsysteem dient uitgeschakeld te zijn inclusief de startblokkering.
2. Zet het contact van de auto aan, plaats de nieuwe handzender GT-889 of de electronische
nood codesleutel GT-969CH tegen het codeblok met status LED, de sirene zal één lange
pieptoon weergeven en de status LED zal ROOD gaan branden.
3. Zet nu het contact van de auto uit. De status LED zal ook uitgaan.
4. Na 5 seconden zal het alarm éénmaal een pieptoon weergeven en zal de status LED één
keer aan en uit gaan.
5. Zet nu het contact éénmaal aan en uit.
6. Druk nu op de AAN knop van de afstandsbediening, de status LED zal nu GROEN gaan
branden, houdt de nood codesleutel tegen het codeblok, de status LED zal nu weer GROEN
gaan branden, of druk de testbutton in van de draadloze sensoren, de status LED zal ROOD
gaan branden. Herhaal deze stappen met alle handzenders/ nood codesleutels of draadloze
sensoren. Indien er één van de genoemde artikelen al zijn aangemeld dan zal de sirene
VIJFMAAL een pieptoon weergeven.
7. Om de programmering te verlaten dient men TIEN seconden te wachten, de sirene geeft dan
één lange pieptoon.
Het verwijderen van alle geprogrammeerde draadloze sensoren.
1. Wanneer het alarm is uitgeschakeld, dient het contact aangezet te worden en de GT-889
tegen het codeblok te drukken, het alarm geeft nu één lange pieptoon en de status LED zal nu
ROOD gaan branden.
2. Wanneer de status LED ROOD brandt dient binnen vier seconden nogmaals de GT-889
handzender tegen het codeblok te worden gedrukt. De status LED zal nu uitschakelen.
3. Binnen TIEN seconden moet de service knop worden in gedrukt, de knipperlichten zullen nu
éénmaal aan en uitgaan ten teken dat alle draadloze sensoren zijn verwijderd uit het
geheugen.
10.0 – DUBBELE SLUITPULS (alleen met de GT889).
In de eerste 5 seconden nadat het systeem aangeeft dat deze is ingeschakeld ( één keer knipperen
van de richtingaanwijzers) druk dan op de “SERVICE” knop van de handzender.
Dit werkt niet indien er gebruik wordt gemaakt van de GT858 omdat deze via de roze draad
wordt aangestuurd.
11.0 – ANTI-HIJACK (alleen op verzoek).
Deze functie geeft de mogelijkheid om het voertuig te laten stoppen indien de gebruiker wordt
gedwongen het voertuig te verlaten (hi-jack). Deze functie is alleen beschikbaar met de GT889
handzender waarbij de ANTI-HIJACK functie is ingeschakeld.
1 – Met het contact van het voertuig aan druk op de “SERVICE” knop van de GT889 handzender.
2 – De richtingaanwijzers zullen een keer knipperen en de LED zal constant groen aan zijn ter
bevestiging dat de ANTI-HIJACK functie is ingeschakeld.
3 – Na 15 seconden zullen de richtingaanwijzers gaan knipperen.
4 – Na nogmaals 15 seconden zal het systeem een alarm cyclus geven van 30 seconden. Indien het
contact van het voertuig aan blijft zal het systeem nog een alarm cyclus geven.
5 – Indien het contact van het voertuig uit gezet wordt, zal de motorblokkering inschakelen om te
voorkomen dat het voertuig weer gestart kan worden. Indien geprobeerd wordt om het voertuig te
starten zal het systeem nog een alarm cyclus gegeven.
6 – Om de anti-hijack functie uit te schakelen is het noodzakelijk om de GT889 handzender met
ingeschakelde anti-hijack functie te hebben. Druk hierbij op de “SERVICE” knop. Ter bevestiging
zullen de richtingaanwijzers twee keer knipperen en de LED gaat uit.
DE ANTI-HIJACK FUNCTIE IN DE GT889 HANDZENDER IN/UITSCHAKELEN:
1 – Maak de GT889 handzender open, verwijder de batterij en wacht een aantal seconden.
2 – Houd de “UIT” knop ingedrukt
3 – Houd de “UIT” knop ingedrukt, plaats de batterij terug in de handzender en wacht totdat de led van
de handzender een signaal geeft.
4 – Indien de led constant aan blijft is de functie INGESCHAKELD, als de led knippert is de functie
UITGESCHAKELD.
5 – Laat de “UIT” knop van de handzender los.
6 – Herhaal de procedure vanaf stap 1 om de status van de functie te wijzigen.
12.0 – TECHNISCHE GEGEVENS.
Alarm unit: GT-909NL
- Werk voltage:
- Werk temperatuur:
- Stroom afname – met uitgeschakeld alarm:
- Stroom afname – met ingeschakeld alarm:
- Stroom afname – tijdens een alarmmelding:
- Maximale belasting van het CPV relais:
- Maximale belasting van het knipperlicht relais:
- Maximale stroom afname op de ROZE draad:
- Handzender frequentie:
Noodstroom sirene: GT-945
- Werk voltage:
- Stroom afname – met uitgeschakeld alarm:
- Geluids volume:
- Werk temperatuur:
- Ontvanger frequentie:
- Batterij opladen:
9-16V
-40’ / +85’ C
< 7mA
< 13mA
< 100mA
5 Amp
5 Amp
80mA
868Mhz
9-16V
< 1mA
>110dB bij 1 tot +85’C
-40’/ +85’C
868,3 Mhz
de oplaad tijd is 14 uur met
aangeschakeld contact en de motor
draaiend.
Startblokkering: GT-941
- Werk voltage:
- Stroom afname:
- Maximale belasting van de beide blokkering relais
9-16V
< 1mA
15Amp
Radar sensor: GT-632
- Werk voltage :
- Stroom afname - met uitgeschakeld alarm:
- Werkbereik van de sensor:
9-16V
< 9mA
0 cm tot 1,4/1,5 M maximale
Tilt sensor: GT-834
- Werk voltage:
- Stroom afname:
9-16V
< 1mA
Rho-Delta automotive en comsumer Products BV
Escudostraat 2
2991-XV Barendrecht
Telefoon: +3110-4795755
Fax : +3110-2927461
Email: [email protected]
Website : www.rhodelta.nl

Documents pareils