Les musées

Transcription

Les musées
Mechelen-Luik: Wie bezoekt
musea het meest?
gratis. In werkelijkheidangst de prijs
voornamelijk af van de verschillende
kortingen, er zijn bijvoorbeeld kortingen
voor kinderen, voor studenten en voor
oudere personen.
Bestaat er veel verschillenden tussen Waalsen en
Vlaamsen? Dit is de antwoorden voor het onderwerp van
“De musea”.
De voorbijgangers uit Mechelen zijn
ongeveer van dezelfde mening als de
voorbijgangers uit Luik. Heel weinig
personen gaan spontaan een museum
bezoeken, tenzij ze op reis zijn. In
Mechelen zelf gaan ze niet vaak naar een
museum. Velen hebben wel het bekende
'Speelgoedmuseum' in Mechelen bezocht.
Vaak deden ze dit toen ze klein waren in
schoolverband. De andere musea in
Mechelen worden niet vaak bezocht. Wat
opvallend is, is dat huidige studenten zelfs
wanneer ze op reis zijn, geen museum op
eigen initiatief zouden bezoeken. Ze zijn
dus maar heel weinig geïnteresseerd in
cultuur. Jonge studenten vinden de
toegangsprijs van een museum altijd te
hoog, zelfs wanneer zij al, een korting
krijgen. Zij zijn van mening dat musea
vooral iets oudere personen aanspreekt.
w
Eerst en vooral blijkt uit het onderzoek in
Luik dat jongeren van ongeveer achttien
jaar oud musea niet bezoeken, tenzij
wanneer het van school uit gebeurt.
Sommigen konden geen enkele naam van
een museum in Luik opnoemen. Jongeren
die ouder zijn dan 20 jaar bezoeken vaker
musea. Kunst, wetenschap en geschiedenis
zijn de verschillende thema's waarvoor
jongeren zich vooral interesseren. Zij
bezoeken dan ook musea met deze
thema's.
De jongeren bezoeken gemiddeld drie keer
per jaar een museum. De minderjarigen
bezoeken een museum wanneer hun dit
door de school opgelegd wordt.
Volwassenen gaan vaker voor het plezier,
bijvoorbeeld wanneer ze op vakantie zijn
of wanneer ze simpelweg iets willen
bijleren.
De mensen baseren zich vooral op de
reclame die gemaakt wordt voor de musea.
Dit gebeurt via televisie, radio, affiches en
het internet. Natuurlijk krijgen zij ook via
MECHELIEGE
Student news from Liège and Mechelen
Allison en Mélanie.
de school vaak inlichtingen over de
verschillende musea. En de mensen van de
dienst toerisme zijn altijd bereid meer
uitleg te geven over het museumaanbod.
Aangezien de jongeren zich baseren op de
reclame, zijn ze soms tevreden met hun
bevindingen en soms ook heel
teleurgesteld. Dit kan zijn omdat wat er in
de reclame werd gezegd niet met de
realiteit overeenstemt. Bijvoorbeeld de
duur van het bezoek, het aanbod, wat er te
ontdekken valt en wat er allemaal
bewonderd kan worden.
Wanneer we de voorbijgangers vragen
welk type persoon volgens hen vooral
musea bezoekt, zijn de antwoorden heel
uiteenlopend. De meesten antwoorden dat
vooral volwassenen en schoolgaande
jongeren musea bezoeken. Een andere
groep die volgens hen vaak musea bezoekt
zijn de intellectuelen.
De meesten onder hen zijn van mening dat
de toegangprijs van een museum te hoog
is, maar voor studenten is dit echter vaak
Colophon
Rédaction : Alisson DIRKX, Valérie FRANCK, Mélanie RENARD, Yannick VANLOOCK.
Photos : ?
Lay-out : Nicolas CHARLIER, service communication HELMo.
Editeurs responsables : Elisabeth Meerts (Lessius), Laurent Moor (HELMo).
Internet : www.helmo.be - http://mechelen.lessius.eu/
Conclusie?
Zowel in Luik als in Mechelen zijn
er heel weinig voorbijgangers die
Les musées
interesse tonen in het bezoeken van
musea. Hier moet er dus degelijke
actie worden ondernomen!
Une collaboration de
in samewerking met
Photo:
A L i è g e, l e
Grand Curtius
Te Mechelen, het
spoorwegmuseum
en het
speelgoedmuseum
Edito
Deskundigen zeggen u alles
over de musea
Photo :
Connaissez-vous des musées?
Y-allez-vous souvent?
Ce sont ces questions qui ont été posées dans le
cadre d'une enquête sur l'offre culturelle proposée
par la cité ardente et par la ville natale du sculpteur
renommé Verhulst.
La plupart des réponses liégeoises sont effarantes
surtout chez les jeunes. Quelques fois, le "Grand
Curtius" ressort mais de manière hésitante. Seuls
les musées visités dans le cadre scolaire sont un peu
plus connus mais ne remportent pas un franc
succès.
De l'autre côté de la frontière linguistique, un
constat similaire peut être posé pour les habitants
malinois. Il faut remonter dans les tranches d'âge
de la population pour voir de l'intérêt dans les
musées. Comme s'il fallait être retraité pour
apprécier les musées …
Cependant, il est peut-être normal que les jeunes ne
consacrent pas leurs loisirs aux musées. Cinéma,
télévision, ordinateur, sports sont les moteurs des
hobbys des jeunes à l'heure actuelle. Le fait que les
musées soient peu attractifs et le manque de
publicité jouent également en leur défaveur. La
plupart des jeunes ne vont visiter les musées que
dans le cadre scolaire, ce qui influe énormément sur
le fait qu'ils les trouvent rébarbatifs.
À l'instar de ce qui se fait au "Speelgoedmuseum"
de Malines, les musées devraient organiser des
activités plus attrayantes (séminaires interactifs,
exposition en 3 dimensions, etc.) pour viser un
public plus jeune.
Enfin, il appartient sans doute aux jeunes
également de faire un effort pour pouvoir diversifier
leur culture et se construire un esprit critique pour
pouvoir être armé culturellement dans la vie active.
Alisson et Mélanie
dans le jardin du musée, l'entrée n'est pas
élevée mais ça attire peu de jeunes. La
commune de Malines a aussi composé un
livret dans lequel on peut trouver plusieurs
musées pour un euro. Il y a aussi différentes
réductions pour les étudiants ainsi que les
personnes plus âgées. Alors, il n'y a plus de
seuil mais les chiffres n'augmentent pas.
Cela est plutôt regrettable, n'est-ce pas?
Wat zijn de meest bekende musea in Luik? Hoe bouwt men
een museum in de Waalse Regio? Wie is verantwoordelijk
voor musea? Mevrouw Renardy en Mevrouw Bongartz
geven inlichtingen. Ze werken aan het departementale
directoraat cultuur, museum, toerisme.
Nieuwe musea opstarten kost veel geld.
Daarom hebben de Luikse musea
s u b s i d i e s n o d i g va n d e Fr a n s e
G e m e e n s c h a p. A l l e e n k a n e e n
gemeentebestuur geen museum openen
omdat het te duur is.
De gemeenteraad beslist daarna wat de
toegangsprijs zal bedragen. Dit hangt af
van het soort museum.
Wanneer het museum opent, maakt de stad
veel publiciteit om bezoekers te lokken.
Maar ook later blijft de stad investeren in
musea door bijvoorbeeld één week per
maand gratis toegang te bieden of
promoties te doen voor scholen zodat
meer jongeren het museum bezoeken.
De jongeren zijn dan ook een belangrijke
doelgroep voor de stad. Als zij musea
bezoeken en hierin geïnteresseerd raken,
zullen zij deze interesse doorgeven aan hun
vrienden en later zelfs aan hun kinderen.
Het is dus vanzelfsprekend dat de stad de
jongeren als een zeer goede investering
beschouwt.
Het meest bezochte museum van Luik
is "Le Grand Curtius".
In het volgende artikel kom je meer te
weten over dit museum. Het gaat over de
geschiedenis van Luik vanaf het begin tot
de twintigste eeuw.
Het Aquarium museum is dan weer een
populair museum bij de jongeren.
Waar de stad ook graag de nadruk op wil
leggen, is dat ze rekening houdt met
mindervalide personen. Veel musea in
Luik zijn perfect toegankelijk voor hen en
dat is iets wat veel mensen op prijs stellen.
Maar men kan niet alleen musea bezoeken
maar ook architecturale gebouwen zoals
kerken, Guillemins station.
De bedoeling was dat we de musea in Luik
en Mechelen met elkaar zouden vergelijken
maar dat is eigenlijk onmogelijk omdat
Luik veel groter is en er zijn dan ook veel
meer musea. Als men een Vlaamse stad
met Luik zou vergelijken, kan men beter
Antwerpen nemen omdat dit ook een
grote stad is.
Maar Mechelen heeft natuurlijk ook vele
musea. "De twee bekendste zijn het
Speelgoedmuseum en het
Spoorwegmuseum".
Het Speelgoedmuseum is natuurlijk zeer
populair bij de kinderen. De stad
organiseert ook regelmatig dagen waarop
de toegangsprijs goedkoper is of zelfs
helemaal gratis is.
Hoewel Mechelen dus best wel een groot
aanbod heeft, merken ook zij dat de
populariteit van musea daalt bij de mensen.
Weinig mensen maken er een gewoonte
van om 's zondags een uitstap naar een
museum te doen met de kinderen.
Bovendien zijn jongeren ook steeds
minder geïnteresseerd in musea. Zij
bezoeken deze alleen nog wanneer het een
verplichte schooluitstap is.
Musea onderhouden kost natuurlijk ook
geld. De stad hangt af van de subsidies die
zij jaarlijks van de overheid krijgen. Maar
deze baseren zich op het aantal bezoekers
van een museum en aangezien de
populariteit daalt, verminderen de
subsidies ook. De stad probeert het
museum weer hip te maken maar ze
beseffen ook zelf dat dit eigenlijk heel
moeilijk is.
w
Allison en Mélanie.
Le Grand Curtius
Les musées à Malines
Alexandra Pauwels est experte des musées
à Malines. Elle nous en parle. Le musée le
plus populaire est le Musée municipal. Il
s'agit de 13 musées. Le musée Hof Van
Buysleyden a accueilli 15 000 personnes en
2009. Ce musée intéresse beaucoup de
visiteurs grâce à sa valeur historique.
La maison échevinale "Schepenhuis" se
situant au centre de Malines attire chaque
année plus ou moins 30 000 visiteurs. Le
troisième musée le plus visité s'appelle
"Brusselpoort". Ce musée se situe en
banlieue de Malines et est donc moins
accessible. De plus il y a 8 églises, dont 4
sont construites dans un style gothique.
Les 4 autres sont de style baroque.
L'institut "Schepens" est le musée le plus
intéressant pour les jeunes. Il organise des
séminaires pour les jeunes mais la plupart
du temps la visite des musées est le
deuxième choix. En plus il y a le projet "liftme-up", un projet très intéressant pour les
jeunes. Pendant la nuit, il y a un concert
Un musée très connu à Liège est le Grand
Curtius. Il fut fondé en 1896. Ce musée
contient différentes collections telles que
l'Archéologie, l'Art décoratif, les Armes,...
En 1995, on décida de regrouper plusieurs
musées en un seul. Les travaux pour
reconstruire ce musée furent finis en 2005.
Il a encore fallu déménager toutes les
œuvres, le musée n'a donc ouvert ces
portes qu'en 2009.
Et la publicité?
La publicité est faite pendant des
présentations pour des touristes. Les
touristes veulent en savoir plus sur
l'histoire de Malines, ils veulent mieux
comprendre la ville. Il y a des brochures, un
site web, un guide touristique,... De plus, il
y a des expositions, des drapeaux dans la
ville, des affiches dans les gares
ferroviaires,… Cependant, ceux-ci ne
sautent pas aux yeux. Il y a même des
camps en été sur le sujet des musées. Mais
les bâtiments historiques sont souvent
protégés, et ce n'est pas permis d'y coller
des affiches. Il serait peut-être mieux d'y
construire un bar moderne…
Dans Le Grand Curtius, on peut s'instruire
sur l'histoire de Liège de la préhistoire au
début du 20ème siècle. Liège est une ville
renommée en Europe et on veut que les
gens découvrent les personnages
importants de l'histoire de Liège. Par ces
expositions, les gens peuvent mieux
comprendre d'où ils viennent.
Alors, qui visite les musées?
Les expositions spécifiques sont souvent
visitées par des bibliophiles. Les personnes
plus âgées s'intéressent aux musées. Les
personnes de plus de 55 ans ont plus de
temps et l'argent nécessaire. Les enfants de
moins de 12 ans y vont souvent avec leurs
parents. La politique investit dans les
musées parce que la culture est importante
pour chaque personne.
Le musée fait également des activités pour
les enfants. C'est une bonne idée pour
attirer l'intérêt des enfants afin qu'ils soient
encore intéressés quand ils auront 25 ans.
Chaque mercredi après-midi de 14h à 17h,
les enfants de 6 à 12 ans peuvent dessiner,
peindre, bricoler et bien plus encore. Ainsi
ils font connaissance avec le monde de l'art
et ils peuvent être créatifs. On peut aussi
célébrer des fêtes d'anniversaire dans le
musée. Les enfants jouent à un jeu de
découverte et le musée s'occupe du gâteau
et des boissons. C'est sans doute quelque
chose que les enfants n'ont jamais fait.
La majorité des visiteurs des musées
flamands sont des Wallons.
Les raisons?
L'éthique n'est souvent plus donnée à
l'école. L'intérêt pour les musées a donc
diminué. Aujourd'hui les parents viennent
souvent avec leurs enfants. Quand les
enfants ont visité un musée intéressant, il
est probable qu'ils reviennent avec leurs
parents. Mais souvent les parents ont trop
de travail et n'ont donc plus le temps d'y
aller avec leurs enfants.
On a déjà fait beaucoup mais aucune
solution n'en est sortie.
“La rénovation est nécessaire et
vous pouvez participer!”
w Valérie Franck.
Mais ce n'est pas seulement les œuvres qui
sont intéressantes, le bâtiment lui-même
est une curiosité. Il fut construit au 16ème
siècle par Jean de Corte (Curtius). C'était
un commerçant d'armes qui travaillait
avec les Espagnols. Le style du bâtiment est
donc typique, du 16ème siècle.
Il y a aussi des programmes informatifs
pour les écoles (maternelles, primaires,
secondaires). Le musée organise des visites
d'une heure et demie pendant lesquelles les
élèves apprennent l'art d'une manière
ludique. Le musée fait donc de gros efforts
pour attirer plus de jeunes.
La ville de Liège comprend que beaucoup
de personnes ne veulent pas payer une
entrée trop élevée. L'entrée de ce musée est
bon marché et on pense aussi aux jeunes
qui n'ont pas beaucoup d'argent. Le prix
d'entrée pour un adulte est de 9 euros, pour
les jeunes et les personnes âgées, il est de 5
euros. Le premier dimanche de chaque
mois l'entrée est même gratuite. L'objectif
est d'attirer plus de gens aux musées de
Liège.
w Yasmine Van Loock