sized for ComiCs

Transcription

sized for ComiCs
sized for Comics
P E R S D OSSI E R
1. Brussel en het stripverhaal
a.
b.
Geboorte van het stripverhaal in Brussel
Van stripheld tot filmster
2. Het stripverhaal, Brussels erfgoed
a.
b.
c.
d.
Miniplan “VISITBRUSSELS-sized for comics”
De stripmuren
Niet te missen gebouwen en beelden
Musea, tentoonstellingen en galeries
3. Terugkerende stripactiviteiten en -evenementen
a.
b.
c.
d.
Het Stripfeest
De Stripmarkt
De verschillende stripfestivals in Brussel
Rondleidingen
4.Stripshopping
a.
b.
Adressen
Boekhandels
5. Striprestaurants
6. Striphotels
7. Nuttige contacten
W W W. V ISI T B R U SS E L S . B E / C OMI C S
Brussel is de hoofdstad van het stripverhaal!
In elke wijk, om elke straathoek, overal in Brussel kom je de stripverhalen en hun helden tegen.
Het stripverhaal is een nationale trots en dat
voel je bijzonder goed in onze hoofdstad. Vele
van de auteurs die tot de bloei van de 9de kunst
hebben bijgedragen, hadden hun roots in Brussel. U kunt er alles over te weten komen door
een bezoek te brengen aan het Belgisch Stripcentrum (beter gekend als het Stripmuseum), door
een wandeling te maken in het “Stripdorp” of
nog door in de straten van Brussel de monumentale figuren te bekijken die uit diverse Belgische
stripverhalen zijn geplukt. Het stripverhaal is
een volwaardige kunst die de Brusselaars na aan
het hart ligt.
W W W. V ISI T B R U SS E L S . B E / C OMI C S
1. Brussel en het stripverhaal
a.Geboorte van het stripverhaal in Brussel
Verhalen vertellen via een reeks opeenvolgende beelden is iets wat al heel lang bestaat. Toch zijn de specialisten het erover eens dat
België niet weg te denken is in het ontstaan van het stripverhaal. De ‘9de kunst’ is een van de elementen die mee de identiteit bepalen
van Brussel, de Belgische hoofdstad, en dit sinds bijna een eeuw.
De geschiedenis van het Franstalige Belgische stripverhaal begint echt in 1929 met Hergé, pseudoniem van Georges Remi. Het is in Le
Petit Vingtième, de jongerenbijlage van de Brusselse krant Le Vingtième Siècle, dat hij het leven schenkt aan de beroemdste van alle
reporters: Kuifje. Hij is ook de uitvinder van de ‘klare lijn’, de strakke grafische stijl die meteen herkenbaar is.
Na de Tweede Wereldoorlog wordt het Belgische stripverhaal gedomineerd door twee weekbladen die zich specifiek richten tot de jeugd:
Kuifje gepubliceerd door uitgeverij Lombard en Le Journal de Spirou (Robbedoes) van uitgeverij Dupuis. Deze weekbladen hebben de
carrière gelanceerd van of samengewerkt met de grootste stripauteurs van de 20ste eeuw: Hergé (Kuifje/Quick & Flupke), Peyo (Smurfen/ Johan en Pirrewiet), Walthéry (Natacha), Franquin (Guust Flater/Marsupilami), Edgar P. Jacobs (Blake en Mortimer), Roba (Bollie
en Billie), Jijé (Blondie en Blinkie) …
Het Vlaamse stripverhaal, hoewel minder gekend bij het Franstalige publiek, heeft ook zijn helden met de reeks Jommeke van Jef Nys,
De Kiekeboes van Merho en Nero van Marc Sleen. Het grootste internationale succes genieten Suske en Wiske van Willy Vandersteen.
Het stripverhaal is vandaag een kunstvorm die alle genres beoefent en waarin geen enkele school nog het overwicht heeft. Opmerkelijk
is dat ook de filmindustrie meer en meer Belgische stripverhalen op het witte doek brengt, tot groot genoegen van klein en groot.
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
4
b.Van stripheld tot filmster
Wat een geluk dat de Brusselse striphelden van papier zijn. Ze zouden het anders hoog in hun bol krijgen, nu ze ook beroemd worden
in de filmwereld. Kuifje is de enige niet.
Zoals vanouds spant Kuifje wel de kroon. Niemand minder dan Steven Spielberg maakte van deze Brusselse stripheld een filmster. De
legendarische Amerikaanse filmregisseur ontdekte het oeuvre van Hergé toen filmrecensenten in de vroege jaren tachtig wezen op de
gelijkenissen tussen Indiana Jones en Kuifje. Spielberg was instant fan én de uitverkorene van Hergé om Kuifje te verfilmen. Hij nam
wel zijn tijd. Zo’n dertig jaar. Kuifje ging pas oktober 2011 in Brussel in wereldpremière. De strips De krab met de gulden scharen,
Het geheim van de Eenhoorn en De schat van Scharlaken Rackham werden samengesmolten tot een wervelende avonturenfilm. Geavanceerde technieken waren nodig om Kuifje en de bonte bende nevenpersonages gestalte te geven: eindresultaat is animatie maar
de basis is gelegd door echte acteurs. Bij wijze van hommage heeft Spielberg Hergé een cameo gegeven in de eerste scène van de film.
Hergé is de straattekenaar die Kuifje portretteert tijdens de Vlooienmarkt op het Vossenplein. The Adventures of Tintin: the secret of
the Unicorn zou een vervolg krijgen en geregisseerd worden door een andere filmreus die gek is van Kuifje: Peter Jackson, regisseur van
de Lord Of The Rings-trilogie.
2011 was ook een wonderjaar voor de Smurfen. Peyo, de artiestennaam van Brusselaar Pierre Culliford, tekende de bekende, kleine
blauwe wezens met witte muts en broek voor het eerst in 1958. De strips sloegen enorm aan. In 1975 volgde de animatiefilm De fluit
met zes Smurfen. Amerika ging in de jaren tachtig voor de bijl dankzij de honderden tekenfilms die Hanna-Barbera produceerde voor
de televisie. Zomer 2011 stalen Grote Smurf, Mopper, Klungel, Smurfin en Brilsmurf de harten van vele kinderen in een Hollywoodproductie. The Smurfs is geen tekenfilm maar live-action met driedimensionale, met de computer gegenereerde Smurfen. Achternagezeten door de gemene tovenaar Gargamel en zijn kat Azraël belanden de smurfen in het New York van vandaag. The Smurfs deed het
erg goed aan de kassa. The Smurfs 2 is in de maak.
Kuifje en de Smurfen zijn niet de enige striphelden die het tot filmsterren schopten. In 2008 en 2011 kwamen twee Franse blockbusters
uit rond Largo Winch. Dat is een miljardair in spijkerbroek met de charme van een playboy en de dadendrang van een klassieke stripheld. Largo Winch is een creatie van de Brussels tandem Jean Van Hamme (scenario) en Philippe Francq (tekeningen). Zij combineren
in de populaire gelijknamige stripreeks actie met economische thema’s.
Lente 2012 ten slotte kwam Sur la piste du Marsupilami uit van Alain Chabat, de Franse regisseur die eerder een hit had met Astérix &
Obélix: Mission Cléopâtre. De Marsupilami, een wonderlijk wezen uit het Palombiaanse woud dat de gekste dingen kan doen met zijn
staart, is een verzinsel van Franquin. Aan deze grootmeester van de Belgische strip hebben we onder andere Guust Flater te danken.
De kans is groot dat nog meer striphelden de stap zetten naar het grote witte doek. Zo is er onder andere een project om het Gele
Teken te adapteren. By Jove!, dat is een van de meest geliefde avonturen uit de klassiek geworden Blake en Mortimer reeks van Edgar
P. Jacobs.
Niels Ruel (Journalist)
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
5
2.Het stripverhaal, Brussels erfgoed
a.Miniplan « VISITBRUSSELS-sized for comics »
www.visitbrussels.be/comics
Fans van stripverhalen komen in Brussel ruimschoots aan hun trekken. In de hoofdstad van het stripverhaal is er
altijd iets te doen rond de 9de kunst. Meerdere musea, galeries, markten, festivals en speciaalzaken staan helemaal
in het teken van de strip, maar een van de meest verrassende activiteiten is ongetwijfeld het befaamde stripparcours. Ontmoet Kuifje, Asterix, Blake & Mortimer, Suske & Wiske of Lucky Luke onderweg op straat, nabij een
museum of zomaar een café. Aan de hand van een veertigtal monumentale muurschilderingen maakt u kennis
met deze mythische personages en hun getalenteerde auteurs. Een wandeling die uniek is in zijn soort!
Dit miniplan is voor 0,50 euro in alle toeristische kantoren verkrijgbaar in het Nederlands, Frans, Engels
en Duits.
BIP
Koningsstraat 2-4
1000 Brussel
Tel. : + 32 (0) 2 513 89 40
[email protected]
Stadhuis van Brussel
Grote Markt
1000 Brussel
B.De stripmuren
Ontdek de 47 muren van de stripwandeling tot in de kleinste details. Geschiedenis van de reeks, anekdotes en belangrijke datums …
u komt er alles over te weten!
Kuifje
Zin om de beroemdste Belgische stripheld tegen het lijf te lopen? Haast u naar de Stoofstraat, bekend van Manneken Pis. Maar de
kans is klein dat Kuifje, zijn hond Bobbie en zijn vriend kapitein Haddock tijd hebben om een babbeltje met u te slaan. De razende
reporter en de vuilbekkende whiskyliefhebber zitten weer tot over hun oren in een avontuur. We weten zelfs welk avontuur. De tekening
komt namelijk uit De Zaak Zonnebloem. In het achttiende album uit de reeks ontvoeren eerst Bordurische en vervolgens Syldavische
geheim agenten Professor Zonnebloem. Die heeft een ultrasoon wapen uitgevonden dat beide landen zouden willen misbruiken. Kuifje
en Haddock doen er alles aan om hun verwarde vriend te bevrijden. Bijna 30 jaar na de dood van Hergé worden er nog steeds 1 miljoen exemplaren per jaar verkocht. Kuifje wordt gepubliceerd in 77 talen. Niemand minder dan Steven Spielberg kwam in 2011 op de
proppen met de wervelende animatiefilm The Adventures of Tintin: The Secret of the Unicorn.
Hergé, het pseudoniem van de Brusselaar Georges Prosper Remi ( 1907-1983), wordt tot de allergrootste stripauteurs gerekend. Hij
debuteerde in 1929 in ‘Le Petit Vingtième’, de wekelijkse jeugdbijlage van het katholiek tijdschrift ‘Le Vingtième Siècle’. Zijn uitgezuiverde tekenstijl (de fameuze klare lijn) wordt geroemd en velen beschouwen zijn tekeningen als kunst. Maar zijn gevoel voor beweging,
suspense, humor en avontuur en grote vertelkunst zijn minstens even belangrijke verklaringen waarom Kuifje nooit heeft opgehouden
mensen te boeien.
Waar? Stoofstraat, 1000 Brussel|Auteur: Hergé|Uitgeverij: Casterman
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
6
De Doorgang
De internationale gereputeerde stripauteurs François Schuiten en Benoît Peeters laten graag uitschijnen dat het universum dat ze in
kaart brengen in de cyclus De Duistere Steden echt bestaat. De steden en werelden die voorkomen in roemruchte titels als Brüsel,
De koorts van Urbicande, De archivaris en Het scheve kind lijken op de onze maar zijn toch anders. Zijn de duizelingwekkende, virtuoze tekeningen uitwerkingen van de toekomstvisioenen van weleer? Perspectiefveranderingen met denkers als Jules Verne, José Luis
Borges, Le Corbusier, Victor Horta of Franz Kafka in gedachten? Denk er het uwe van. Via lezingen, tentoonstellingen, een heuse Gids
van de duistere steden en websites (www.urbicande.be) moedigen Schuiten en Peeters iedereen aan om hun licht te werpen op De
Duistere Steden. Dat lukt beter als je Brussel al eens bezocht hebt. Het Paleis van de Drie Machten in Brüsel is het Justitiepaleis van
Poelaert. De Grote Hal van Zarbec lijkt wel het station van Schaarbeek. De serrestad Calvani moet ontstaan zijn na een bezoek aan
de Koninklijke Serres van Laken. Op hun website stellen Schuiten en Peeters dat men al jaren het bestaan verdoezelt van doorgangen.
Verbindingswegen tussen de aarde en de zogenaamde Tegenaarde, tussen Brussel en Brüsel. Is de stripmuur aan de Kolenmarkt zo’n
Doorgang? De klokkentoren, centraal in het fresco lijkt alvast als twee druppels water op die van de even verder op gesitueerde Goede
Bijstandskerk. Intrigerend is dat niet elke baksteen van de blinde gevel is overschilderd. En had u meteen in de gaten dat de schaduwfiguren onderaan getekend zijn?
Waar? Kolenmarkt 19, 1000 Brussel| Auteurs: François Schuiten & Benoît Peeters|Uitgeverij: Casterman
De Schorpioen
Klim van de kathedraal van Sint-Michiel en Sinte-Goedele naar de Treurenberg en je stoot op Armando Catalano. Een held uit één stuk,
dat zie je aan de vastberaden blik waarmee hij de vijand onbevreesd opwacht, een wapenkeuze die Zorro en D’Artagnan goedkeuren
en laarzen waar de De Gelaarsde Kat stikjaloers op is. En wat te denken van zijn kaken, de trendy gezichtsbeharing en de streep borsthaar die de aandacht vestigt op de borstkas om u tegen te zeggen? Catalano is een echte Casanova. En dan hebt u de tatoeage op zijn
rechterschouder nog niet gezien. De warmbloedige vechtjas / levensgenieter dankt er zijn bijnaam aan: De Schorpioen. Zijn aartsvijand
is Trebaldi, een kardinaal die qua machtshonger en verdorvenheid niet onderdoet voor de kardinaal Richelieu uit de Drie Musketiers
van Alexandre Dumas. Met de hulp van zijn gevreesde rode krijgsmonniken en een knappe gifmengster met zigeunerbloed werkt de
boosaardige Trebaldi zich op tot Paus. Als hij het niet te druk heeft met het ophangen en verbranden van andersdenkenden maakt hij
jacht op De Schorpioen. Religieus fanatisme is van alle tijden, dus ook van de achttiende eeuw. Scenarist Stéphane Desberg voorziet de
mantel-en-degenreeks ruim van schermduels in sinistere catacomben en andersoortige spectaculaire actiescènes. De sierlijke, beweeglijke beelden zijn van Enrico Marini. Vrouwelijke personages voorzien van sensuele en wulpse contouren is een van de specialiteiten van
dit tekentalent uit Zwitserland.
Waar? Treurenberg, 1000 Brussel|Tekenaar: Marini, scenarist: Stéphane Desberg|Uitgeverij: Dargaud
Suske en Wiske
Wie ook maar een beetje aandacht had voor de musculatuur van Manneken Pis valt niet achterover van het tafereel in de Lakensestraat.
Zonder te stoppen met plassen draagt de wereldberoemde Brusselaar vijf van België’s meest geliefde striphelden op één hand. Zes zelfs
als we Schanulleke meetellen en dat moeten we. De lappenpop van Wiske speelt in meerdere avonturen een hoofdrol. Wiske is het
meisje met witte jurk, eihoofd en de strik in het haar. Sinds 1945 is deze eigenwijze meid nooit gestopt met avonturieren. Daarin wordt
ze zonder fout bijgestaan door dapper Suske. De geelgekuifde strijkplank is de nerveuze Tante Sidonia. Lambik ziet er op de stripmuur
een beetje braaf en simpel uit maar is eigenlijk de zot. Hij zet de boel vaak op stelten, er kan altijd mee gelachen worden. Jerom is
een zachtaardige krachtpatser. Suske en Wiske is de onbetwistbare nummer één van de Vlaamse familiestrip. In Vlaanderen verkoopt
De Kiekeboes van Merho beter maar met dank aan Nederland en Franstalig België is Suske en Wiske nog steeds de best verkopende
stripreeks van de Benelux. Er bestaan vertalingen in onder andere het Frans (Bob et Bobette) Afrikaans (Neelsie & Miemsie), het Portugees (Bibi & Baba) en het Latijn (Lucius et Lucia). Amerikanen spreken over Willy & Wanda, Britten over Spike & Suzy. Het 315de
album rolde november 2011 van de persen. De reeks werd na de dood van geestelijke vader Willy Vandersteen (1913-1990) gewoon
verder gezet. Vandersteen werd de Bruegel van het stripverhaal genoemd.
De Antwerpenaar was een begenadigde tekenaar én een meesterlijke verteller met veel fantasie en een scherp gevoel voor volkse humor.
Met die unieke combinatie had hij de wereld kunnen veroveren.
Waar? Lakensestraat 111, 1000 Brussel|Auteur: Willy Vandersteen|Uitgeverij: Standaard
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
7
Billy the cat
Geniet van de guitige blik en het enthousiasme waarmee de geel-zwartgestreept kat over de kasseien zweeft. De stripmuur in de onopvallende Oppemstraat is een baken van licht en optimisme. Billy the Cat dook in 1981 even op in het stripweekblad Robbedoes
maar begon pas echt aan zijn carrière in 1987. De troeven zijn de vrolijke, afgewerkte tekeningen van de Luikse tekenaar Stéphane
Colman en de toon die de Amerikaans-Brusselse scenarist Stephen Desberg aanslaat. De serie past in de roemrijke traditie van de
zwierige Belgische kinderstrip die stiekem ook veel volwassenen bekoren kan. Op straat leven is niet evident, gelukkig heeft Billy naast
vijanden ook een bonte schare vrienden zoals dikke Saucijs, Jumbo de duif, m’neer Hubert en juffrouw Cha-cha. Dat de poes eigenlijk
een omgetoverd jongetje is en dat hij graag terug gewoon zou worden, biedt heel wat mogelijkheden. Andere strips en ambities hebben
Colman en Desberg belet om voluit te gaan. De reeks werd begin deze eeuw overgenomen door Luikenaar Péral. Billy the cat is ook de
ster van een internationale tekenfilm-serie. Strip en tv-serie verschillen sterk van mening over de oorzaak van de transformatie van kind
in kat. In de strip steekt pestjoch Billy zonder kijken de straat over, wordt overreden en reïncarneert als kat. De tv-makers waren bang
dat kinderen zich voor auto’s zouden smijten in de hoop zo te veranderen in een dappere snoezige poes. Ze kozen dan maar voor een
tovenaar die notoire poezenpester Billy in een kat te verandert.
Waar? Oppemstraat 24, 1000 Brussel|Tekenaar: Colman|Scenarist: Desberg|Uitgeverij: Dupuis
Dommel
Waar zou de gelukzalige glimlach op het gezicht van de tonronde hond met het witte pluishaar aan te wijten zijn? Is theatraal wildplassen zonder bekeurd te worden zo leuk? Of is hij in zijn nopjes dat hij Manneken Pis een loer heeft kunnen draaien. Te oordelen aan de
donderwolk boven zijn hoofd vindt Manneken Pis de tijdelijke vervanging maar niks. Slimmer dan Rataplan, luier dan Idéfix, vrolijker
dan Snoopy en minder voorbeeldig dan Bessy of Bobby: van alle striphonden is Dommel de kwaadste niet. Dommel zag het licht in
1968 in het weekblad Kuifje. Op zijn baasje was het nog een jaar wachten: de op rommel verlekkerde uitvinder-zeebonk-brokkenpiloot
Semafoor. Dommel vindt het doorgaans maar niks dat hij diens uitvindingen moet uittesten. Nog vreselijker vindt hij het om plaats te
moeten nemen in het zijspan van de lawaaierige, giftige, uiteen vallende motorfiets waarmee Semafoor zich verplaatst. Dommel houdt
meer van lekker eten, een goede roman of conversaties op niveau met buurman Balthazar. Tenzij hij meer zin heeft om die zwarte kater
in elkaar te rammen. De pratende hond is het levenswerk van de Waalse tekenaar Luc Dupanloup (1945-2000), beter bekend als Dupa.
Hij gunde zichzelf Hitchcock-gewijs af en toe een rolletje in de reeks. Eind jaren 80 maakte Dommel zijn opwachting in een Japanse
tekenfilmreeks. Dat vergrootte zijn populariteit.
Waar? Vlaamsesteenweg 109, 1000 Brussel|Auteur: Dupa|Uitgeverij: Lombard
Blake & Mortimer
By jove! Veel strips heeft Edgard P. Jacobs (1904-1987) niet getekend maar het zijn wel stuk voor stuk klassiekers. De avonturen van
Blake en Mortimer: Het Gele Teken heet zelfs een van de beste strips aller tijden te zijn. In dat album heeft de megalomane uitvinder
Septimus, Olrik in zijn macht en voorziet hem van schijnbaar bovennatuurlijke krachten. Na elke misdaad laat de über-slechterik zijn visitekaartje achter: een geel teken. Op de stripmuur in de Hopstraat is duidelijk te zien dat de koelbloedige Kapitein Francis Blake van de
M.I. 5, en de opvliegende professor kernfysica Philip Mortimer er niet gerust in zijn. Het onafscheidelijke, oer-Brits duo is nochtans niet
aan zijn proefstuk. In hun eerste avontuur, Het Geheim van de Zwaardvis, moeten ze de winnaar van een wereldoorlog omver werpen.
Ook voor tijdreizen, mysterieuze piramides en zotte proffen die het weer controleren, deinzen ze niet terug. Het ongewoon kleurgebruik
niet te na gesproken, drijft Jacobs het realisme grafisch ver door. De natuurgetrouwe weergave van personages, kledij, wapens, gebouwen en andere decorelementen is meer dan een esthetische keuze: het moet de vele fantastische elementen geloofwaardig maken. In
het universum van Blake en Mortimer weet je nooit waar de werkelijkheid eindigt en de fantasie begint. Vanaf de jaren 90 wordt de
serie voortgezet door verschillende, gereputeerde scenaristen en tekenaars.
Waar? Hopstraat 24, 1000 Brussel|Auteur: Edgar P. Jacobs|Uitgeverij: Lombard - Blake en Mortimer
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
8
De Engel
“Het misverstand is onuitroeibaar. Dieu est-il mort? - God: Nietzche is dood. - Verloren illusies zijn gevonden waarheden. Dès le début,
il n’y avait pas de commencement” de woorden onderaan de muurschildering lijken een ongevraagde toevoeging van een tweetalige
graffiti-artiest. Maar eigenlijk maken de existentiële slogans integraal deel uit van de muurschildering van Bernard Hislaire. Al naar
gelang het project wisselt hij van nome de plume: Hislaire, Yslaire, Bernar Yslaire of Sylaire. De veelvuldig bekroonde Brusselse tekenaar is geen hokjesdenker maar een vernieuwer die de experimenten met vorm en verschillende media niet schuwt. Het bekendst
is Samber. In deze historisch-romantische saga over liefde en oorlog focust Yslaire op de met de dood flirtende passie tussen een
bloedmooie roodogige vrouw en een stoere zwartogige man.
De Duitse Romantiek, Böcklin, Caspar David Friedrich, Hugo of Mallarmé zijn nooit veraf. De engel op de muur behoort tot een reeks
waarin de auteur op beklijvende wijze terugblikt op die revolutionaire maar niet zo vrolijke twintigste eeuw: XXe ciel.com. Een engel
is onsterfelijk. Je zal maar onsterfelijk wezen als je geliefde dat niet is. Zou dat de onmiskenbare droefenis niet kunnen verklaren van
de gevleugelde die in Kartuizersstraat neerstreek?
Waar? Kartuizersstraat, 1000 Brussel|Auteur: Yslaire|Uitgeverijen: Humanoïdes Associés - Futuropolis - Glénat
Nero
Een dikke neus, een strik en welgeteld twee haren: knap is de man niet die op deze stripmuur de vogeltjes een hand reikt. Toch is
Nero een van de grootste Vlaamse striphelden. Nero noemt zichzelf een ‘dagbladverschijnsel’. Zijn avonturen verschenen haast zonder
onderbrekingen van 1947 tot 2002 in de katholieke Vlaamse kranten. Aanvankelijk was niet hij het hoofdpersonage maar Detective
Van Zwam, de man die op het fresco het gras onder de loep neemt. In het tweede album botst de speurneus in een gekkenhuis tegen
een man met laurierblaadjes achter zijn oren die zich de keizer van Rome waant.
De lezers vonden de zot sympathieker dan de detective. De antiheld met de al te herkenbare menselijke gebreken kreeg de hoofdrol.
Om de kranten dagelijks van een vervolgverhaal te voorzien was tekenaar Marc Sleen verplicht er een moordend tempo op na te
houden en voor een losse, dynamische tekenstijl en eenvoudige decors te opteren. Als geen ander speelde hij in zijn vlot vertelde,
grappige strips in op de actualiteit.
Paul Vanden Boeynants, Guy Verhofstadt, Jozef Stalin, Idi Amin Dada, Margaret Thatcher, Saddam Hoessein en andere beroemdheden kregen gastrollen. Maar de leukste personages zijn pure verzinsels van Sleen. Op de stripmuur herkent u de kinderen Petoetje
en Petatje aan de P’s op hun trui, Nero’s geniale zoon Adhemar aan zijn professoren-uiterlijk en frituur-uitbater Jan Spier aan zijn
spierkracht. Op de achtergrond wandelen Piet Fluwijn en Bolleke, een kinderstrip waarmee Marc Sleen begin jaren 60 succes had. In
de kruin schuilt de knotsgekke Tuizentfloot. Een fascinerende creatuur is de voor één keer geen pijp rokende Madame Pheip. Mijnheer
Pheip is een Franstalige Brusselaar die een Franse verbastering van het Vlaams spreekt. Tot 1993 tekende Sleen alles alleen. Het
Guinness Book of Records erkent hem als de meest productieve striptekenaar ter wereld. Het Marc Sleen Museum bevindt zich in een
prachtig pand in de Zandstraat 31-33, recht tegenover het Belgisch Stripmuseum.
Waar? Sint-Goriksplein, 1000 Brussel|Auteur: Marc Sleen|Uitgeverij: Standaard
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
9
Cori de scheepsjongen
In 1949 begon Bob De Moor (1925-1992) voor het weekblad Kuifje te werken en groeide uit tot de rechterhand van perfectionist
Hergé. 35 jaar werkten ze samen: van Raket naar de maan tot Kuifje en de Picaro’s. Toen Kuifje hem niet meer in beslag nam, kreeg
De Moor de kans om een droomproject uit te werken. Dat werd Cori de scheepsjongen. Naar de stripmuur kijken is de scheepshoorn
horen loeien en zeeziek worden van het geklots van de golven. Vanuit de mast zwaait Cori ons toe.
Zijn geluk kan niet op. Niets of niemand kan van deze jongen nog een landrot maken. De donkere hartstochten van het getij en de donderende lawine van de branding op een zandbank verblijden zijn hart. De garantie op avontuur en de kans op eeuwige roem doen het
sneller kloppen. De scheepsjongen vaart mee met de Verenigde Oostindische Compagnie die de Nederlanden hun Gouden Eeuw bezorgde.
Muiterij, piraterij, oorlogszuchtige Spanjolen, inboorlingen op de Nieuw-Guinese kusten die ‘voor het eerst de taal der musketten horen’,
schatten die gezocht moeten worden: het avontuur druipt van elke bladzijde. De boten zijn magistraal, de zeeslagen onvergetelijk.
De zes albums van Cori de scheepsjongen zijn het werk van een technisch superieure tekenaar die de fameuze klare lijn in de vingers
heeft en er in slaagt om het kleinste nevenpersonage een eigen stijl en karakter te geven. Die zich tot in de puntjes documenteert en
dàn zijn passie voor zee, avontuur en majestueuze zeilschepen botviert. Schip ahoy!
Waar? Fabrieksstraat 21, 1000 Brussel|Auteur: Bob De Moor|Uitgeverij: Casterman
De dromen van Nick
Aan de stijl herken je de tekenaar meteen. Om vervolgens toch weer te twijfelen. Het lijkt niets voor Hermann, zo’n zwartharige jongen
met een rode pyjama die in lichte extase tussen witte wolkjes zweeft, omringd door een beestenbende die staat te trappelen om wat
leven in de stad te brengen.
Cynisme is een vast ingrediënt in zijn werk. Liever dan onverschillig te blijven, confronteert Hermann zijn lezers met de vreselijke dingen
die kleingeestige, zelfzuchtige en op macht beluste mensen elkaar aandoen. Bovenal is hij een van de uitzonderingen die uitstekend
tekenen én begenadigd vertellen. Hermann Huppen brak door met de avonturenstrip Bernard Prince, tekende de eerste albums van Jugurtha om in 1969 samen met scenarist Greg aan Comanche te beginnen, een legendarische westernreeks. In 1977 dumpt hij Bernard
Prince voor zijn eigen reeks: Jeremiah.
De titelheld is een einzelgänger die probeert een goed mens te zijn in een post-apocalyptische farwest die het slechtste in de mens naar
boven brengt. One-shots als Sarajevo-Tango en Caatinga bevestigen zijn plaats aan het firmament van de Europese strip. Beroemde
strips en beroemde personages genoeg maar voor wie koos de meedogenloze chroniqueur van het menselijk wangedrag toen hij een
blinde gevel in Brussel mocht versieren? Voor een jongen in pyjama met een rijke verbeelding en een talent voor dromen. Begin jaren
80 tekende Hermann drie albums rond deze Nick. Elke nacht opnieuw beleeft hij samen met een olifant, chimpansee, giraf, nijlpaard,
schildpad of een walvis leuke avonturen die niet altijd goed aflopen. Hermann noemt de drie strips een hommage aan Windsor McKay,
de Amerikaanse strippionier die Little Nemo de droomwereld liet verkennen. Hij is een gevoelige ziel.
Waar? Zennestraat - Fabrieksstraat 40, 1000 Brussel|Auteur: Hermann|Uitgeverij: Dupuis
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
10
Caroline Baldwin
Het Ninoofseplein is meer een belangrijk verkeersknooppunt dan een swingende uitgaansbuurt. Een sfeervolle, opvallende stripmuur
laat iets anders uitschijnen. De tekening dompelt je onder in een zwoele nacht in een of andere paradijs. We gokken op Cuba. De
muzikanten zijn niet van de jongste en evenmin moeders mooiste maar te oordelen naar de passie op de dansvloer weten ze verduiveld
goed wat het juiste ritme met een vrouw kan doen. De dichtgemetste vensters en het reliëf van de muur waren een uitdaging voor de
tekenaar en de uitvoerders. Van die beperking hebben ze het beste gemaakt. De hele gevel is beschilderd, enkel op de dicht gemetste
vensters zie je snapshots van een feest dat velen in extase brengt. Let op het aantal opengesperde monden. In het oog te houden is de
dame met het korte zwarte haar en de zwarte jurk die in het laatste venster op het punt staat te zoenen.
Ze heet Caroline Baldwin en heeft haar eigen stripreeks. Ze is privé-detective maar niet van het soort dat jacht maakt op ontrouwe
echtgenoten. Baldwin is het type dat het aan de stok krijgt met Birmaanse rebellen, sjoemelende Amerikaanse presidentskandidaten,
geheime diensten en ander tuig dat geen graten ziet in groteske medische experimenten. De vrijgevochten maar kwetsbare vrouw duikt
nog al snel met de verkeerde man de koffer in. Met undercover FBI-agent Gary Scott heeft ze een turbulente knipperlicht-relatie. Baldwin overleeft de avonturen niet zonder kleerscheuren. De kwetsbare heldin is seropositief. Tekenaar en scenarist André Taymans sluit
aan bij de klare lijn en heeft oog voor details die de juiste sfeer oproepen.
Waar? Ninoofseplein, 1000 Brussel|Auteur: André Taymans|Uitgeverij: Casterman
Lucky Luke
De inkt op het uithangbord is nog niet droog of de bank is al overvallen door de beruchte gebroeders Dalton. Kleine driftkikker Joe gaat
zoals steeds voorop. Averell is de grootste, hongerigste en domste en heeft een ham buit gemaakt. Nog meer grapjes: in de bergen
voorbij de prairie duikt het Atomium op, Rataplan, de domste hond van het Wilde Westen, kijkt naar de pot rode verf als was het een
steak saignant en held Lucky Luke is eens te meer sneller dan zijn schaduw. Een vlot verteld en spannend avontuur combineren met
grappen om vingers en duimen bij af te likken was de specialiteit van René Goscinny, het genie dat tot aan zijn dood in 1977 ook de
scenario’s voor Asterix verzon.
Maar Lucky Luke is op de eerste plaats het levenswerk van Morris of Maurice De Bevere (1923-2001). De Kortrijkzaan vond tekenen
leuker dan de pijpenfabriek van zijn vader overnemen en begon zijn carrière in de Brusselse filmstudio CBA. Zijn eerste Lucky Luke
verscheen in 1946 in de Robbedoes Almanak. Morris teerde niet op zijn tekentalent en documenteerde zich zorgvuldig. Zijn stijl is
zeer filmisch en verraadt een passie voor de western. Zo’n 200 miljoen albums waren er al verkocht toen de serie na zijn dood werd
overgenomen door de Franse tekenaar Achdé en scenarist Laurent Gerra. Tv-series, animatiefilms en speelfilms houden de populariteit
op peil van Lucky Luke, a poor, lonesome cowboy, a long way from home.
Waar? Washuisstraat 19, 1000 Brussel|Auteur: Morris|Uitgeverijen: Dupuis, Dargaud
Asterix
Geestdriftig bestormen Asterix, Obelix en hun kleurrijke dorpsgenoten een Romeins kamp. Idefix loopt voorop. Het is een bekend tafereel voor miljoenen lezers. De kleine maar o zo dappere Galliër en zijn dikke vriend die geen toverdrank meer krijgt sinds hij als kind in
de ketel van druïde Panoramix viel, behoeven geen introductie meer. De verkoop van de albums is de kaap van de 350 miljoen voorbij.
Een eigen pretpark, tekenfilms en drie bijzonder populaire speelfilms (de vierde is op komst) zorgden er voor dat Asterix en Obelix ook
vertrouwde namen zijn in huishoudens zonder stripkast. Ze weten daar niet wat ze missen.
Asterix is de strip op zijn best: speels en spannend maar ook veelgelaagd, intelligent en boordevol verwijzingen naar cultuur en geschiedenis. Een goeie Asterix is nooit uitgelezen, je ontdekt telkens weer nieuwe dingen. Meestal zijn die erg grappig. Asterix zag het licht
op 29 oktober 1959 in het tijdschrift Pilote. De begenadigde tekenaar Albert Uderzo en de geniale scenarist René Goscinny hadden
elkaar in Brussel leren kennen. Voor Asterix werkten ze samen aan de indianenstrip Hoempa Pa. Na het overlijden van Goscinny in
1977 zette Uderzo Asterix op zijn eentje verder. Hij wil dat de reeks ook na zijn dood wordt verder gezet. Asterix en Obelix zijn nog niet
uitgeraasd. De Romeinse centurions lachen zuur.
Waar? Washuisstraat 33-35, 1000 Brussel|Tekenaar: Uderzo|Scenarist: Goscinny & Uderzo|Uitgeverijen: Dargaud, Albert-René
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
11
Isabelle
Voorbij de stripmuur in de Loofstraat wandelen is heel even al je zorgen en muizenissen vergeten. Het feeëriek tafereel nodigt uit om in
een fantasiewereld te stappen waar gekke groene wezens graag bouwvakker spelen, tantes in bootjes aangevaren komen en een volledig
kasteel op een peiler in het water gebouwd wordt. De tekening wordt gedomineerd door de dame met de zwarte hoed, de lange grijze
haren en de gele rok die meterslange benen verbergt. Maar eigenlijk is de vrolijke meid met de rode haren en de blauw-wit gestreepte
trui het personage dat haar naam aan de strip leent. Isabel is een vrij normaal, lief meisje dat buiten haar wil om steeds opnieuw
avonturen beleeft in een fantasiewereld. Tante Ursula gelooft daar niet veel van en stopt haar vol taart. Oom Hermes weet beter, hij is
een magiër. Zijn verloofde is de bevallige dame die de stripmuur inpalmt: de vriendelijke heks Calendula. Haar overgrootmoeder is de
slechte heks Kalendula. Isabel werd door Raymond Macherot en Yvan Delporte in 1969 bedacht maar is vooral het kind van Will, het
pseudoniem van de Waalse tekenaar Willy Maltaite (1927-2000). Vanaf 1975 kon Will voor de poëtische fantasiereeks op de medewerking rekenen van zijn vriend Franquin. Als kind werd Will door niemand minder dan strippionier Jijé onder de vleugels genomen
om zijn tekentalent verder te ontwikkelen.
Waar? Loofstraat 17, 1000 Brussel|Tekenaar: Will|Scenaristen: Raymond Macherot, Yvan Delporte, Franquin|Uitgeverij: Dupuis
Rik Ringers
Een stripmuur naar het hart van amateur-detectives. Op het eerste gezicht lijkt een geheimzinnige wind aan de haal te gaan met de
hoed én de pijp van Commissaris Baardemakers. Dat inspireert het hondje tot een circustruc waardoor journalist Rik Ringers afgeleid
wordt en zijn reportage over de stevigheid van de Brusselse dakgoten bijna verkeerd afloopt. Maar zo eenvoudig zit de zaak uiteraard
niet in elkaar. Studie van de trompe-l’oeil leert dat Nadine belaagd wordt door een een mysterieuze snoodaard met een onheilspellend
groot mes. Wat een geluk dat Rik Ringers al meer dan vijftig jaar ervaring heeft met het redden van levens (bij voorkeur dat van het
nichtje van de commissaris) en het oplossen van de vreemdste raadsels. Met mode heeft hij minder affiniteit. De speurneus draagt al
jaren dezelfde coltrui met wit-zwarte tweedjas of regenjas. Tekenaar Tibet, het alias van Gilbert Gascard (1931 - 2010), en scenarist
André-Paul Duchâteau leerden elkaar kennen in de Brusselse studio van Walt Disney en behoren tot de officiële ereburgers van deze
stad. Aanvankelijk hielp Ringers de lezers van het weekblad Kuifje detectiveraadsels van één pagina oplossen. In 1961 begon hij aan
het grote werk. 78 albums lang was de schrandere journalist met de Porsche de grootste charlatans en gevaarlijkste gekken te slim af.
Tibet en Duchâteau zijn ook de geestelijke vaders van de humoristische western Chick Bill.
Waar? Bijstandsstraat 9, 1000 Brussel|Tekenaar: Tibet|Scenarist: A.P. Duchâteau|Uitgeverij: Le Lombard
Victor Sackville
En wie mag die onberispelijk geklede gentleman wel wezen die op deze muurschildering een akelige ontdekking doet in het bijzijn van
een bevallige dame? De naam is Sackville, Victor Sackville. In onze verbeelding is hij Britser dan James Bond. Als spion voor Zijne
Majesteit de Koning van Engeland, George V, reist hij tijdens de Eerste Wereldoorlog de wereld rond. Waar hij kan, steekt hij de Duitsers
stokken in de wielen. Uiteraard zonder zich tot schurkenstreken te verlagen. Je bent een gentleman of je bent het niet. Sackville is niet
de bekendste aller striphelden maar bij de liefhebbers valt de historische spionagestrip wel in de smaak. Dat komt omdat de Waalse
tekenaar Francis Carin de sfeer van de tijd goed weet te vatten en de traditie van de klare lijn fraai verder zet. Hij slooft zich uit om de
decors tot in de kleinste details te verzorgen. Hij is zo minutieus dat het resultaat soms meer weg heeft van een toeristisch-historische
evocatie dan van een strip.
Fans van architecturale hoogstandjes en old timers worden op hun wenken bediend. Op de muurschildering schitteren ook de kasseien
die zo typisch zijn voor Brussel. Het tafereel komt uit het allereerste album, De Zimmerman-code 1: Dood in de opera. Te ontdekken?
Waar? Kolenmarkt 60, 1000 Brussel|Tekenaar: Francis Carin|Scenaristen: François Rivière, Gabrielle Borile|Uitgeverij: Le Lombard
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
12
Ragebol
Ragebol was in juli 1991 de allereerste stripmuur. Aan hun pas te zien, zijn de rossekop en zijn sympathieke en slimme vriendin
Catherine niet van plan om zomaar wat te slenteren. Dit goed geluimd koppel heeft trek in een fikse stadswandeling. De dromerige,
zachtaardige jongeman zou een ideale stadsgids zijn. De belezen bewoner van de Godecharlestraat in het hart van de Leopoldswijk,
kent Brussel door en door en wandelt graag. In zijn laatste ‘avontuur’, Een faun op je schouder, ervaart Ragebol een diepgaande harmonie met de dingen terwijl hij van op zijn dak de stad overschouwt. Hij besluit die intense momenten van geluk en de eenheid met
de natuur te delen door erover te vertellen.
De Brusselse auteur Frank Pé steekt niet weg dat Ragebol een alter ego is. Het valt ook niet te ontkennen. Beide stadsjongens zijn
gevoelige zielen, nieuwsgierige natuurliefhebbers tot in hun diepste vezels en begenadigde dromers. In hun visioenen duiken filosofische
faunen op, walvissen die over de grijze stad vliegen, reuzengrote schildpadden die onze boulevards oversteken. Frank Pé tekende zijn
eerste Ragebol in 1978 in de natuurrubriek van het stripblad Robbedoes. De jongen deelde zijn kennis van de natuur graag met de
lezers. Met scenarist Bom aan boord verschijnt in 1984 een eerste album. Er volgen er nog vier. Kwaliteit krijgt bij Frank Pé voorrang.
Waar? Plattesteen, 1000 Brussel|Auteur: Frank Pé|Uitgeverij: Dupuis
Roze Bottel
Op een boogscheut van Manneken Pis bevindt zich een van de meest feestelijke stripmuren. De frisse, vrolijke jongeman die enthousiast
zijn strooien hoed afneemt en een sensuele verschijning de hand reikt heet Roze Bottel. De kortgerokte schoonheid luistert naar de
naam Duifje Vleugelslag. De bolhoed die de rij sluit is de aardige Meneer Folio. De drie heren in toga zijn de Drie IJslollies en besturen
Morgenrood, de hoofdstad van Droomland. Geld kennen ze niet in dit utopisch parallel universum. Betalen doe je met vreugdetranen,
liedjes, lachen of een dikke zoen. Zaten tekenaar Dany en scenarist Greg aan de geestverruimende middelen toen ze de fantasyreeks
Roze Bottel verzonnen in het zotte jaar 1968? Ach, een beetje flowerpower kan geen kwaad in het Brussel van vandaag. De poëtische
reeks bloeide in de jaren 70. In 2005 verscheen na achttien jaar eindelijk nog eens een nieuw album. Heren die net iets te lang naar
Duifje Vleugelslag staren hoeven zich nergens voor te schamen. Dany heeft wulpse vormen, ronde borsten en zwoele lippen meer dan
behoorlijk in de vingers. Hij tekent ook de erotisch-humoristische reeks Rooie Oortjes.
Waar? Eikstraat 9, 1000 Brussel|Tekenaar: Dany|Scenarist: Greg|Uitgeverij: Le Lombard
De Jonge Albert
De grootste tekenaar die niemand kent? Dat zou wel eens Yves Chaland (1957-1990) kunnen zijn. Hij was amper 33 toen hij het leven
liet in een verkeersongeval en heeft bijgevolg ook nauwelijks de tijd gehad om door te breken bij het grote publiek. Om het bescheiden
oeuvre dat hij wel naliet, vechten verzamelaars. Gerenommeerde tekenaars noemen hem hun groot voorbeeld. Kenners schatten zijn
werk erg hoog in. Chaland was een Fransman maar tekende Belgischer dan de Belgen. Hij wierp zich op als de erfgenaam van de
meesters van de Klare Lijn. Dat deed de meesterlijke stilist niet door slaafs het werk van Hergé of zo te imiteren. De nostalgie is tastbaar
maar voor een gratuite retro-oefening bent u aan het verkeerde adres. Chaland gaat heel speels met de traditie om en vermengt de
strakke stijl van Hergé en Jacobs met het dynamisme van Franquin en Jijé. Het beste van twee werelden: de school van Brussel en de
school van Marcinelle. De zogenaamde Atoomstijl kreeg in heel Europa navolging. Bob Fish en Freddy Lombard zijn Chalands bekendste figuren. De schitterende muurschildering in de Cellebroerstraat verwijst naar De Jonge Albert. In die albums verhaalde Chaland over
de soms verregaande, wrede kwajongensstreken van een ketje in het naoorlogse Brussel. Voor deugnieterij heeft de bengel even geen
tijd, hij is een detective aan het lezen uit de beruchte “Série Noire” reeks. Hopelijk mist hij zijn tram niet.
Waar? Cellebroersstraat 49, 1000 Brussel|Auteur: Yves Chaland|Uitgeverijen: Humanoïdes Associés, Metal Hurlant
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
13
Blondie en Blinkie
Een vogelkooi kan een vraatzuchtig geel beest niet beletten naar het fruit te grijpen. In vakje één is de kruidenier boos, in vakje twee is
hij al wat meer op zijn gemak. De twee jonge klanten die het gelag moeten betalen, zetten een dondergezicht op. De stripfanaat herkent
Blondie en Blinkie. Blondie is een ernstige held à la Kuifje die de problemen al redenerend oplost. Blinkie is de gekke boezemvriend die
liever meteen tot de actie overgaat. De figuren beleefden hun eerste avonturen tussen 1939 en 1942 in het katholiek tijdschrift Petits
Belges. Ze zijn een vondst van Joseph Gillain (1914 -1980) of Jijé. De peetvader en pionier van de Belgische strip begon in 1939
bij het pas gestarte weekblad Robbedoes. Hij nam de serie Robbedoes over van de Fransman Rob-Vel en introduceerde Kwabbernoot.
Hij riep Jan Kordaat in het leven en tekende Amerikaanse strips toen de bevoorrading tijdens de Tweede Wereldoorlog stil lag. Na de
oorlog nam het blad Robbedoes een hoge vlucht. Steunpilaar Jijé haalde het ene grote talent na het andere binnen: Will, Morris, Eddy
Paape en Franquin. In de jaren 1950 begon Jijé nog western Jerry Spring en tekende hij als overtuigde katholiek een biografie van
Baden-Powell en Don Bosco. Tien jaar later nam hij Tanguy en Laverdure over van Albert Uderzo en Roodbaard van Victor Hubinon. De
begenadigde, vlotte tekenaar kon alle genres aan. Hij had ook meteen door hoe leuk de Marsupilami van Franquin was en in Blondie
en Blinkie ontdekken de Vliegende Schotels, kwam hij op de proppen met een variant. De Marsupilami Africanis is staartloos, dikker
en... minder geliefd bij kruideniers.
Waar? Kapucijnenstraat 15, 1000 Brussel|Auteur: Jijé|Uitgeverijen: Averbode, Dupuis, Magic Strip
Govert Suurbier
Herkent u de fascinerend mooie dame die hier zo galant naar beneden geholpen wordt door een struise missionaris? Een tip: haar
beruchtste outfit bestond uit niet veel meer dan een bananenrokje. Yep, dit is de fameuze Josephine Baker die Parijs tijdens het Interbellum in lichterlaaie zette met opwindend cabaret. Dat luipaard hield ze over aan een optreden in de Folies Bergère in 1927. De stripreeks
vertelt eigenlijk de doldwaze avonturen van missionaris Govert Suurbier en zijn bange discipel Reinier Kneppelhout. Joséphine Baker
speelt slechts in drie van de zeven albums een rol. Maar geef toe, ze is dé ster van deze stripmuur op een steenworp van het Justitiepaleis. De knappe tekening is van Laurent Verron. Wijlen Jean Roba vroeg hem om Bollie en Billie verder te zetten. Aan nieuwe afleveringen
van Govert Suurbier komen Verron en scenarist Yann voorlopig niet toe. De humoristische avonturenreeks speelt gretig in op historische
personages (Edith Piaf, Hitler, Laurel & Hardy, John Wayne,...) en gebeurtenissen en dat vergt veel research. Govert Suurbier is een norse
brompot die er niet mee kan lachen dat het Vaticaan hem van zijn geliefde Papoea’s weghoudt door hem steeds opnieuw op te zadelen
met geheime missies. Maar eigenlijk is hij de edelmoedigheid zelve. Verkijk u niet op de strenge witte baard en klederdacht: zijn kennis van
Papoeaanse vloeken en boertige liedjes bezorgen velen rooie oortjes. En zoek geen ruzie want hij heeft een verleden als straatjoch, pooier
op de Place Pigalle en aalmoezenier in de loopgraven van de Eerste Wereldoorlog. Miss Baker is in goede handen.
Waar? Kapucijnenstraat 13, 1000 Brussel|Tekenaar: Laurent Verron|Scenarist: Yann|Uitgeverij: Lombard
Jojo
In welk jaar moeten we dit schoolvoorbeeld van huiselijk geluk situeren? Het kachelfornuis, oma’s voorliefde voor kledij met bloemen
en bollen en het feit dat er op de keukentafel een dikke boterham ligt waar je cornflakes verwacht, doen denken dat de scène een halve
eeuw oud is. Wie de stripfiguur herkent, weet beter. De vrolijke jongen heet Jojo en heeft een game-boy. Deze innemende kinderstrip
speelt zich gewoon vandaag af. De zevenjarige goudeerlijke knul hapt van het leven met aanstekelijke appetijt en verkeert meestal in
het gezelschap van zijn boezemvriend Dik Lowietje, de tarzan die op de stripmuur de stevigheid van de lamp test. Bij gebrek aan mama
woont Jojo bij zijn oma of Mamy, ergens waar de stad overgaat in het platteland. Stedelijker en moderner is de omgeving waar Jojo’s
overwerkte papa woont. De vage datering is geen toeval.
De te vroeg overleden tekenaar André Geerts (1955-2010) schaamde zich niet voor een vleugje nostalgie of romantiek. Met herkenbare
taferelen uit het dagelijks bestaan probeerde hij het verloren paradijs te reconstrueren. Het talent om die kleine maar onschatbare momenten te spotten, combineerde hij met een tegelijk dynamische en fragiele tekenstijl met veel ronde lijnen en pastelkleuren. Jojo zag
het levenslicht in 1983 maar haalde om onbegrijpelijke wijze niet de verkoopcijfers die het verdiende. Hopelijk zet de tijd dat nog recht.
Waar? Pieremansstraat, 1000 Brussel|Auteur: André Geerts|Uitgeverij: Dupuis
De Beverpatrouille
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
14
Meerdere Belgische striphelden zijn stichtende voorbeelden, jongens die niet bang zijn voor het avontuur en nobele waarden verdedigen
als rechtvaardigheid, kameraadschap en hulpvaardigheid. Heel wat gerenommeerde tekenaars hebben dan ook een scoutsverleden
en lieten hun kunnen voor het eerst zien in de ledenblaadjes. Kuifje is getekend door Nieuwsgierige Vos, Suske en Wiske door Sluwe
Vos, Natasja door Dynamische Struisvogel, Nero door Standvastige Reiger en De Smurfen zijn een uitvinding van Humoristische Ram.
Belangeloze Toekan ging het felst op in de ideologie van de scouts. Belangeloze Toekan is de totem van de in Ukkel geboren Michel
Tacq (1927-1994). Onder het pseudoniem Mitacq tekent deze bewonderaar van Hergé in 1953 de eerste avonturen van een groep
verkenners. Veulen (de bevlogen leider), Valk (het brein), Kat (de waaghals), Tapir (de levensgenieter) en Vlieg (de verlegen benjamin)
vormen samen De Beverpatroelje. De eerste 21 scenario’s zijn van Jean-Michel Charlier, bekend van de reeksen Blueberry en Buck
Danny. De laatste negen verzint Mitacq zelf.
De stripmuur geeft een verkeerd beeld van De Beverpatroelje. Hartje Marollen blinde gevels verven is zonder twijfel een van die goede
daden waar de scouts zichzelf dagelijks toe verplichten. Maar eigenlijk hebben Veulen, Valk en co zelden tijd voor dat soort klusjes. Net
als Jommeke, Kuifje en Suske en Wiske zijn ze regelmatig te laat thuis voor het avondeten omdat er aan de andere kant van de wereld
dringend heldendaden verricht moeten worden. En dan gaat het niet om wat verfwerk maar om humanitaire hulp in militaire dictaturen.
Waar? Blaesstraat - Pieremansstraat, 1000 Brussel|Tekenaar: Mitacq|Scenaristen: Jean-Michel Charlier, Mitacq|Uitgeverij: Dupuis
De Kat
Krijg nou wat, een gekostumeerde kat die zichzelf metselt op een blinde gevel! De Kat verscheen voor het eerst in de krant Le Soir op 22
maart 1983. De humoristisch-filosofische kat die zich rechtstreeks tot de lezer richt, is een vondst van Philippe Geluck. Aanvankelijk
had de cartoon een vaste plek, later werd De Kat meer uitgespeeld als stoorzender die op onverwachte plaatsen in de krant opduikt.
De tekenstijl is eenvoudig, sober en efficiënt waardoor de aandacht gaat naar wat De Kat te zeggen heeft.
Hij leeft niet van applaus maar heeft binnenpretjes als hij er weer in geslaagd is om de lezer kortstondig uit zijn lood te slaan. Dat
doet hij vooral door met een absurde of filosofische opmerking of kwinkslag ogenschijnlijk triviale zaken van een heel andere kant te
bekijken. Hij mikt niet op de bulderlach maar op de grinnik. Een eerste album dat de beste grappen bundelt, komt er in 1986 en is
een groot succes. De Kat is ook het zelfportret van Geluck. ‘Maar dan toch vooral als hij iets intelligents zegt en niet als hij stom uit de
hoek komt’, pleegt hij te grappen. Striptekenaars zijn door de bank genomen te schuw om te wedijveren met de bekendheid van hun
personages maar niet Geluck. Ettelijke radio- en tv-programma’s in België en Frankrijk hebben hem beroemd gemaakt. Dat hij in Parijs
geridderd werd tot Chevalier des Arts et des Lettres kan De Kat ongetwijfeld relativeren in vier, vijf welgemikte woorden.
Waar? Zuidlaan 87, 1000 Brussel|Auteur: Philippe Geluck|Uitgeverij: Casterman
Kwik en Flupke
Door de animatiefilm Tintin van Steven Spielberg heeft Kuifje internationaal enorm aan bekendheid gewonnen. Maar laten we niet
vergeten dat Hergé (1907-1983) nog twee andere zonen had. Kwik en Flupke zijn in meerdere opzichten het tegengestelde van
Kuifje. Ze zijn eerder subversief dan voorbeeldig. Ze beleven hun avonturen niet in alle uithoeken van de wereld maar in de Marollen,
de Brusselse volksbuurt waar Hergé opgroeide. De twee ketjes zijn amper een jaar jonger dan Kuifje. Ze haalden hun eerste komische
kwajongensstreken uit in 1930 in Le Petit Vingtième, de kinderbijlage van Le Vingtième Siècle waarin ook Kuifje het daglicht zag.
De strips bestaan uit meerdere komische verhalen van een pagina of twee, al dan niet voorzien van tekst. Of Kwik met de rode coltrui en
Flupke met de groene jas nu bewust kattenkwaad uithalen dan wel al spelend problemen veroorzaken, in de regel komen ze onzacht in
aanvaring met het gezag. Of het zou moeten zijn dat ze er in geslaagd zijn om wijkagent 15 een poets bakken. Heeft iemand trouwens
een idee wat hij op de stripmuur door het gaatje in de schutting ziet? Kwik en Flupke zijn er alvast niet gerust op. Hebben ze daar soms
een van hun levensgevaarlijke zeepkisten verstopt? Medewerker Johan De Moor verzon in de jaren tachtig zelf enkele grappen voor Kwik
en Flupke en was de man achter een reeks bijzonder korte animatiefilms.
Waar? Hoogstraat 195, Brussel|Auteur: Hergé|Uitgeverij: Casterman
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
15
Oh ! Lieve hemel
In de humoristische stripreeks Oh! Lieve hemel maken scenarist Janry (De Kleine Robbe) en tekenaar Stuf zich vrolijk over Sint-Pieter
en Lucifer. Aan de hemelpoort bezorgen laatkomers, verdwaalden of ongehoorzame engeltjes Sint-Pieter kopzorgen en extra werk. Zo
komt hij nooit toe aan wat rust of een partij biljarten. Wie ervoor moet zorgen dat in het paradijs alles ordentelijk verloopt, gaat door
een hel. Kan je het de brave man kwalijk nemen dat hij al eens een glaasje teveel drinkt en dan sujetten toelaat die hun hemel eigenlijk
niet verdiend hebben? Dat niets menselijk de heilige Pieter vreemd is, valt ook af te lezen op de ondeugende muurschildering in de
Miniemenstraat. Enkele meters verder bevindt zich het Justitiepaleis en dat heeft de schelmen Janry en Stuf geïnspireerd. Lucifer zou
er klacht kunnen neerleggen tegen zijn beroemde bovenbuur. Niet alleen verknoeit die zijn barbecue, Sint-Pieter beheert een heuse
cannabis-plantage en te oordelen naar zijn gelukzalige glimlach hoeft er niet gedebatteerd te worden over de kwaliteit van de wiet. Tot
juridische spitstechnologie lijkt die zwevende advocaat in toga echter niet meer in staat. Zelfs een eenvoudige administratieve arrestatie
zit er niet in. De arm der wet heeft het te druk met het schaduwen van rastaman en het bewaken van een naaktstrand. Een mens moet
zijn prioriteiten kennen.
Waar? Miniemenstraat 91, 1000 Brussel|Tekenaar: Stuf|Scenarist: Janry|Uitgeverij: Dupuis
Titeuf
Wiske heeft een eierkopje, Kuifje een kuif. Titeuf heeft het allebei. Hij ontleent zijn naam aan het eierkopje: petit oeuf werd verbasterd
tot Titeuf. Maar het is dankzij de fiere, rebelse strogele kuif dat je hem er overal en altijd meteen uitpikt. En misschien ook wel een beetje
door zijn gedrag. Kijk maar naar de stripmuur. Is Titeuf op schoolreis naar Brussel de bollen van het Atomium opgekropen om in de bolle
spiegel te kijken of zijn haar nog wel goed ligt? Of was het een poging om de meisjes vanuit de lucht te bespieden? Met deze eigenwijze
druktemaker weet je het nooit. Zijn grappen, grollen en grillen vallen enorm in de smaak van de jonge lezers. Met oplages van boven
het anderhalf miljoen mag je gerust van een fenomeen spreken. Het stripventje heeft zijn eigen animatieserie, computer-spelletjes en
behangpapier en haalde in 2011 de bioscopen. De geestelijke vader is een Led Zeppelin-fan die zich niks aangetrokken heeft van het
cliché dat Zwitsers geen humor hebben. Hij heet Philippe Chappuis als hij naar de bank gaat maar Zep als hij strips signeert. Titeuf is
een humoristische strip maar er wordt niet dwangmatig in gegrapt. Er is net zo goed plaats voor emotie, verbazing en vertedering. Het
ventje spreekt als een echt kind en niet zoals ouderen denken dat kinderen spreken. Zijn avonturen spelen zich niet af op verre planeten
maar op de speelplaats, in de klas, thuis of op weg naar school. Zijn verbeelding doet de rest. Zo is hij ervan overtuigd dat zijn overjaarse juf een buitenaards wezen is. Door Titeufs ogen naar de ongerijmde wereld van de grote mensen kijken, is je een breuk lachen.
Waar? Emile Bockstaellaan 1, 1020 Laken|Auteur: Zep|Uitgeverij: Glénat
Kuifje
Brussel houdt van Kuifje. Treinreizigers die in het Zuidstation afstappen, kunnen er niet naast kijken. Aan de ingang op het Hortaplein
springt een fresco van acht meter op acht meter in het oog sinds de viering van de honderdste verjaardag van de geboorte van Georges
Remi (1907-1983), alias Hergé. De Brusselaar wordt tot de grootste striptekenaars aller tijden gerekend. De tekening is een uitvergroting van het 56ste prentje uit Kuifje in Amerika. Kuifje is niet op de locomotief gesprongen om zwart te rijden. Dat zou de brave maar
ontzettend dappere jongen nooit doen. Hij zit midden in een achtervolging op Billy Smiles. Deze gangster staat Kuifje naar het leven
omdat hij weigert de beruchte Al Capone te doden. Kuifje in Amerika is het derde album uit de wereldberoemde reeks van Hergé en
dateert uit 1932. Dat is een hele poos geleden. Maar Kuifje heeft nooit opgehouden wereldwijd lezers van 7 tot 77 jaar in vervoering te
brengen. Daar is de ongeëvenaarde, tijdloze grafische stijl van Hergé niet vreemd aan. Voor de originele tekeningen wordt er op kunstveilingen tegenwoordig grof geld neergelegd. Maar de strip werd ook een fenomeen omwille van de wervelende, spannende avonturen
die Kuifje in alle uithoeken van de wereld beleeft. De held met de grappige coiffure is een relatief kleurloos en anoniem figuur. Leeftijd,
volledige naam en familiale situatie kennen we niet. Maar die neutraliteit maakt dat hij overal op zijn plaats is en dat iedereen zich met
hem kan identificeren. Vrienden, tegenstanders en kennissen als kapitein Haddock, professor Zonnebloem of de stuntelige detectives
Janssen en Jansen zijn des te gekker en kleurrijker.
Waar? Hortaplein, 1000 Brussel|Auteur: Hergé|Uitgeverij: Casterman
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
16
Tiny
Is het niet heroïsch om zo vrolijk en onbezorgd met de hond door de stad te huppelen? De hond heet Poeffie; het meisje heet Tiny.
Tenminste zo heet ze in Brugge. In Doornik kennen ze haar als Martine, in Tirana als Zana, in Madrid als Martita, in Cagliari als Cristina, in Dover als Debbie, in Skopje als Mapuka, in Ankara als Aysegül, in Maribor als Marinka en in Malmö als Mimmi. Meer dan
85 miljoen albums zijn er verkocht in een dertigtal landen. Tiny is het bewijs dat ook een doodbraaf meisje een echte wereldster kan
zijn. Elk album is gewijd aan een nieuwe hobby of activiteit voor het onwaarschijnlijk lief, behulpzaam en getalenteerd kind. De reeks
startte met een uitstap naar de boerderij. De zee, het circus, de bergen, het park zouden volgen. In 1964 ging ze winkelen. In 1968
speelt ze moedertje, in 1975 leert ze zwemmen, in 1994 vindt ze een poes, in 2009 ontdekt ze de natuur. In alles wat ze doet is ze
griezelig goed. De Waalse tekenaar Marcel Marlier (1930-2011) was zelf ook een perfectionist. Het karakter van de ideale dochter
bleef onveranderd sinds haar eerste verschijning in 1954. Haar look evolueerde wel voortdurend. Marlier volgde trouw de heersende
mode. De reeks is vooral populair bij meisjes uit de lagere school. Over de schoonheid en de harmonie van de idyllische tekeningen
kan niet getwist worden. Marlier zweert bij een naïef realisme met een uitgekiende belichting, vertederende pastelkleuren en decors
die tot in de details zijn uitgewerkt.
Waar? Koninginnelaan 325, 1020 Laken|Tekenaar: Marcel Marlier|Scenaristen: Gilbert Delahaye, Jean-Louis
Marlier|Uitgeverij: Casterman
Le Roi des Mouches
Kijk naar de namen boven de intacte kooien: King Kong en de Minotaurus zullen nog wat langer opgesloten zitten in de imaginaire zoo
in de schaduw van het Atomium. De geestdriftige jongen die van Batman en broeken met brede pijpen houdt, koos ervoor om de Yeti
te bevrijden. Het dier lijkt meer op een harige, buitenmaatse gorilla maar toch is het de Yeti. Bewijsstuk één: het traliewerk van de
kooi van de Yeti is bijgewerkt. Bewijsstuk twee: Kuifje in Tibet. In dat wereldberoemd en behoorlijk emotioneel album kan Kuifje niet
geloven dat zijn vriend Tchang (De Blauwe Lotus) een vliegtuigramp boven de Himalaya niet overleefd heeft en start een zoektocht.
Tchang leeft inderdaad nog: hij werd opgevangen door een eenzame, vrouwelijke, lieve loebas die ocharme door het leven moet als de
verschrikkelijke sneeuwman.
Vergelijk de fysiek (het punthoofd) en karaktertrekken van de yeti van Hergé met die van de yeti van Mezzo en concludeer dat dit een
hommage is. Mezzo is het pseudoniem van de Fransman Pascal Mesenburg. Samen met scenarist Michel Pirus ontwierp hij in De
vliegenkoning-albums een universum dat veel vreemder en donkerder is dan de stripmuur in de Stiernetstraat laat uitschijnen. Hergé
mag een invloed zijn, de Amerikaanse underground-cultuur is dat evenzeer. Met sardonisch genoegen ontleden ze in een aantal piekfijn
getekende en erg beklemmende kortverhalen de onderhuidse waanzin en frustraties van jongeren die zich te pletter vervelen in een
kleinburgerlijk milieu. De vliegenkoning is gesneden koek voor de fans van David Lynch, Robert Crumb of Charles Burns.
Waar? Hubert Stiernetstraat 23, 1020 Laken|Tekenaar: Mezzo|Scenarist: Pirus|Uitgeverij: Drugstore
Lincoln
Blueberry, Lucky Luke, Comanche, Buddy Longway, Jerry Spring...: de lijst geweldige westernstrips is lang. De familie Jouvray liet
er zich - terecht - niet door intimideren en kwam in 2002 met een nieuwe western op de proppen: Lincoln. Olivier Jouvray verzint de
scenario’s, broer Jérôme verzorgt het tekenwerk en de inkleuring is voor de vrouw van Jérôme, Anne-Claire. Zoals je op de stripmuur
in de Paleizenstraat kunt zien, gaat het er ruig aan toen in hun strip. Lincoln is de jongeman met de hoed die klaar staat om te boksen
met de reus die zijn mauwen opstroopt.
Het is niet de eerste keer dat deze chagrijnige, eenzame cowboy zijn vuisten laat spreken of in de klappen deelt. Lincoln is een gepatenteerde ruziezoeker en een notoire brompot die liever lui dan moe is. Maar laat God nou net op dit exemplaar van de menselijk soort
rekenen om superheld-gewijs wat orde op zaken te stellen aan het begin van de twintigste eeuw. God heeft met Lincoln gewed hij op
een dag eindelijk het geluk zal kennen. Voor alle zekerheid heeft Hij de cynische cowboy onsterfelijk gemaakt. Als er geknokt wordt,
houdt God zich liever afzijdig. Op de stripmuur kijkt hij toe van op de eerste etage, omringd door Engeltjes met harpen. Twee deuren
verder grijnst zijn eeuwige tegenspeler de duivel. Het origineel concept is uitgewerkt in een reeks spannende avonturen, overgoten met
pittige humor. Vooral Lincoln weet zijn zwartgallige kijk op de wereld met scherpe humor te verwoorden.
Waar? Paleizenstraat Over de Bruggen, 1020 Laken|Tekenaar: Jérôme Jouvray|Scenarist: Olivier Jouvray|Uitgeverij: Paquet
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
17
De Kleine Robbe
“Het is een guitige, spontane en gezonde knaap die wel te vinden is voor een grapje, maar een hart van goud heeft: hij is een model,
een Kampioen van de Goede Luim.” Zo omschreef de trotse uitgever Jean Dupuis de held met dezelfde naam als zijn legendarisch
stripblad: Spirou (Robbedoes). De eerste Robbedoes was van de hand van de Franse tekenaar Rob-Vel, later namen anderen het van
hem over. De bekendste zijn Jijé (1943-1946) en André Franquin (1946-1968).
Vandaag is de strip in handen van Morvan en Munuera. Maar tussen 1981 en 1998 werd Robbedoes verzorgd door Tome en Janry.
Het duo leerde elkaar kennen toen ze nog gewoon Philippe Vandevelde en Jean-Richard Geurts heetten. In 1983 kwamen ze voor een
speciaal nummer op de proppen met een gag over de kindertijd van Robbedoes. De Kleine Robbe was geboren. Hij is bepaald geen
onkreukbare held met nobele inborst, eerder een ondeugende belhamel met een voortijdige, naïeve interesse voor seks en een ongebreidelde fantasie. Eigenschappen die hem niet helpen als hij weer eens het slachtoffer is van ondoorgrondelijke en soms doldraaiende
opvoeders. De nevenreeks scoorde. Tekeningen zijn verzorgd, de brave humor en de zoete, licht nostalgische sfeer kunnen nog wel een
paar jaar mee. De carrousel op de stripmuur in Bruparck heeft nog een paar rondjes voor de boeg tot jolijt van Robbes juf wiskunde.
Juf Cijfer (Mademoiselle Claudia Chiffre) is die amazone met blote benen waar de papa’s net iets te lang naar gapen.
Waar? Bruparck, 1020 Laken|Tekenaar: Janry|Scenarist: Tome|Uitgeverij: Dupuis
Guust Flater
Hij vindt het vast wel weer een veel te mooie dag om zomaar aan de baas te schenken en leunt dus over de vensterbank om met de
jojo te spelen. Dat die jojo een toevallige voorbijganger vol op het hoofd zou raken, stond in de sterren geschreven. Je bent Guust Flater
of je bent hem niet. Deze tedere anarchist, de eerste anti-held en de beste maatschappijkritische clown van het Frans-Belgisch stripverhaal, debuteerde op 28 februari 1957 in het tijdsschrift Spirou. De eerste nummers beperkte hij zich tot mysterieus verschijnen.
Stoorzender zijn bleek een roeping. Hij was zogezegd de laconieke postsorteerder en loopjongen van de Spirou of Robbedoes-redactie,
liever lui dan moe.
Zijn talent om de boel op stelten te zetten met maffe experimenten, waanzinnige uitvindingen (de flaterfoon!) of geniaal-absurde invallen maakten hem zeer populair bij de lezers. De Brusselse tekenaar André Franquin (1924 - 1997) was dol op Guust die onaantastbaar
was voor het sérieux van volwassenen, in staat om de grofste scheldpartijen en woede-uitbarstingen te pareren met anderhalf woord:
M’enfin (Nou moe). In de loop der jaren gebruikt Franquin zijn anti-comformistisch alter ego steeds meer om uiting te geven aan zijn
ecologische, humanitaire bekommernissen. Net als Hergé was Franquin een groot voorbeeld voor de volgende generaties. Zijn losse,
bijzonder dynamische tekenstijl stak velen de ogen uit. “Hij is een groot kunstenaar, waartegen ik maar een armzalig tekenaar ben,”
bekende Hergé.
Waar? Schildknaapsstraat 15, 1000 Brussel|Auteur: Franquin|Uitgeverijen: Dupuis - Marsu Productions
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
18
Mijnheer Johan
Ziet u die meneer die het zich niet lijkt aan te trekken dat het een druilerige dag is en dat de tram zijn lichten al ontstoken heeft?
Rechterhand in de broekzak, boekentas in de linkerhand en nonchalant rokend slentert hij voorbij een van onze fraaie brasserieën met
gueuze en andere Brusselse specialiteiten. Dat is meneer Johan. Hij laat wel eens zijn sokken slingeren. Hoe we dat weten? Na een
handvol strips ken je meneer Johan beter dan je beste vriend. Deze schrijver uit Parijs beleeft geen grootse, meeslepende avonturen
maar leidt een volkomen alledaags leven. Met elke album wordt hij een beetje ouder. Angst voor de conciërge ruimde plaats voor angst
om zich te binden die vervolgens overging in angst voor het vaderschap. Deining in de relatie, depressies, vrienden die onwaarschijnlijk
kunnen zeuren, het eindeloze gevecht tegen de sleur, de dagelijkse beslommeringen die zoveel energie vreten: zijn belevenissen zijn
aandoenlijk herkenbaar.
De ondertoon is afwisselend lichtvoetig en licht deprimerend of weemoedig. Een beetje zoals het doordeweekse leven zelf. De eenvoudige maar zeer aangename en elegante tekenstijl verlicht de zeden. De verhouding nonchalance - helderheid zit net goed. Het is niet
zo dat de ene tekent en de andere scenario’s verzint. Auteurs Philippe Dupuy en Charles Berberian doen alles samen. Inspiratie putten
ze uit hun onmiddellijke omgeving. In 2008 wonnen ze de Grand Prix van het stripfestival van Angoulême.
Waar? Bogaardenstraat 28, 1000 Brussel|Auteurs: Philippe Dupuy & Charles Berberian|Uitgeverijen: Humanoïdes Associés,
Dupuis, Oog&Blik
FC De Kampioenen
Beste buitenlandse bezoekers, gelieve hier niet mee te lachen: in Vlaanderen is de populairste voetbalploeg niet Club Brugge, Sporting
Anderlecht, FC Barcelona of de nationale ploeg maar een stel amateurs dat er zelden of nooit in slaagt om een wedstrijd te winnen. De
verklaring? Zo slecht als FC De Kampioenen kan voetballen, zo goed kan het de mensen doen lachen. FC De Kampioenen is geen echte
club maar de naam van een immens populaire tv-serie die liep van 1990 tot 2011. Zelfs herhalingen van herhalingen kluisterden hele
families aan het scherm. Sinds 1997 bestaan de Kampioenen ook in stripvorm. De humoristische reeks was vanaf het eerste album
Zal ‘t gaan, ja? een groot succes. Ze is in handen van Hec Leemans, een doorgewinterde tekenaar die naam maakte met de historische
stripreeks Bakelandt. Op de stripmuur herkent u de voornaamste personages. De wijd gesticulerende man met de gele jas en de snor
is Balthasar Boma, de grootsprakerige voorzitter-worstenfabrikant-vrouwenzot. Fernand Costermans, uiterst links, noemt zich antiquair
maar sjoemelt er op los. De dame met de korte rok, in het midden vanboven, is Carmen: een extraverte roddeltante die vaak aan de
basis ligt van de knotsgekke misverstanden waarrond elke aflevering draait. Wellicht de grappigste van de bende is de jonge vader met
de baby: de hopeloos naïeve en klunzige Marc Vertongen.
Waar? Vaartstraat 27, 1000 Brussel|Auteur: Hec Leemans|Uitgeverij: Standaard
Kobe de Koe
In de wereld van het beeldverhaal komt het zelden voor dat kinderen in de voetstappen van hun ouders treden. Een uitzondering is de
zoon van Bob De Moor, de rechterhand van Hergé. Johan De Moor begon als cartoonist. Begin jaren 80 trok hij naar de Studio Hergé.
Hij bedacht er nieuwe grappen voor Kwik en Flupke en liet de ketjes opdraven in een gesmaakte reeks korte tekenfilms voor televisie.
De fameuze ‘klare lijn’ was hem met de papfles meegegeven. Zowel Hergé als Edgar P. Jacobs kwamen ten huize De Moor over de
vloer. Maar door meer aansluiting te zoeken bij een Bruegheliaanse traditie, bij het zotte en volkse van een Willy Vandersteen en niet
vies te zijn van een experimentele mix van verschillende technieken vond Johan De Moor een bonte, eigen stijl. Kijk maar naar de twee
uitbundige muurschilderingen die jeugdherberg Sleep Well opvrolijken.
Je weet niet waar eerst gekeken. Naar de bolhoeden van Magritte? Het Gele Teken op de bol van het Atomium? De koe op het skateboard heet Kobe. Ze is Geheim Agent Pi = 3,1416 en was de muze van De Moor en scenarist Stephen Desberg voor een reeks exuberante, guitige, licht anarchistische strips. Kobe vraagt zich op het tweede fresco verschrikt af waar die enthousiaste muis met Kuifjes
raket naar toe vliegt? De reus in het zwart gestipt maatpak maakt deel uit van de Brusselse folklore. Net als de woefels (wafels), de
stoemp (aardappelpuree met groenten) die aangeprezen worden in de frituur die straal genegeerd wordt door de dwaas kijkende olifant
op het dak van een blauwe auto. ‘Als ik uw boeken lees is het alsof ik een pot verf tegen mijn bakkes krijg’, zei een bevriend tekenaar
ooit tegen Johan De Moor.
Waar? Hotel Sleep Well, Dambordstraat 23, 1000 Brussel|Auteur: Johan De Moor|Uitgeverijen: Casterman - Lombard
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
19
Yoko Tsuno
Dat groene ruimtepak en die visbokaal op haar hoofd zijn niet echt flatterend. Van de stripmuur kun je het dus niet afleiden maar geloof
ons (of neem de strip ter hand) Yoko Tsuno is een knappe verschijning. Alleen kan ze daar niet tot gereduceerd worden. Samen met
stewardess Natasja is Yoko Tsuno begin jaren 70 een van de eerste stripvrouwen die een eigen reeks krijgt. Ze staat voor een breuk met
het stereotype beeld van de vrouw. Ze is ingenieur elektrotechniek, een verwoede ruimtereiziger en minstens zo doortastend, moedig en
avontuurlijk als haar mannelijke collega’s striphelden. De jonge Japanse is een meertalige boeddhiste die met haar kennis van aikido
en kendo menig booswicht het nakijken geeft en zich moeiteloos tussen verschillende culturen begeeft.
Afwisselend beleeft ze haar avonturen op aarde en in de ruimte. Maar of ze nu in de tijd terugreist naar de stad Brugge in de 15de
eeuw of de gevaren van de planeet Vinea trotseert, altijd blijft ze trouw aan zichzelf. Loyaliteit, vriendschap en respect voor het leven
zijn de eigenschappen die ze boven alles waardeert. Die gevoeligheid onderscheidt haar fijntjes van de lompere actiehelden. Yoko Tsuno
is een creatie van Roger Leloup voor het weekblad Robbedoes. De Waalse stripauteur wakkert via haar de belangstelling voor moderne
technologie, wetenschap en astronomie aan. Hij documenteert zich nauwgezet en maakt werk van elke tekening. Op veertig jaar tijd
verschenen er slechts een vijfentwintigtal albums.
Waar? Nieuwland, 1000 Brussel|Auteur: Roger Leloup|Uitgeverij: Dupuis
XIII
Voor veel actiehelden is de hamvraag: welke slechterik moet ik in elkaar rammen voor hij de wereld om zeep helpt. Voor XIII is de vraag
der vragen: wie ben ik? Is het nu John Fleming, Jason Mac Lane, Hugh Mitchell, Karl Meredith, Kelly Brian of Reginald Wesson? Net
als Jason Bourne in de film is XIII een getrainde vechtmachine met als belangrijkste kenmerk een falend geheugen. Al zoekend naar zijn
ware identiteit en zich afvragend waarom zoveel mensen over lijken gaan om hem uit te schakelen, tuimelt hij van het ene avontuur
in het andere. Hij wordt onder meer verdacht van moord op de president van de Verenigde Staten en blijkt ongewild een spilfiguur in
verschillende groteske samenzweringen. Rond XIII zwermen nog meer intrigerende, boeiende personages zoals aartsvijand De Mangoest
en aartsengel Majoor Jones, een van de vrouwelijke heldinnen. Actiescènes lijken uit een film geplukt. Telkens je denkt dat het mysterie
niet nog ingewikkelder kan worden, bewijst een nieuwe intrige of een fameuze coups de théâtre je ongelijk. De Brusselse scenarist Jean
Van Hamme (zie ook Thorgal en Largo Winch) vertrouwde zijn personages en spannende plots toe aan William Van Cutsem alias William Vance. Deze Brusselse tekenaar staat bekend voor zijn realistische stijl en doorgedreven research. Samen bouwden ze XIII uit tot
een monument van de realistische actiestrip. De kaap van de 10 miljoen exemplaren is intussen gerond.
Waar? Philippe de Champagnestraat, 1000 Brussel|Tekenaar: William Vance|Scenarist: Jean Van Hamme|Uitgeverij: Dargaud
Corto Maltese
Wel tachtig meter lang zijn de vier tekeningen aan de Akenkaai. Iemand moet de grootste stripmuur hebben. Niemand misgunt het Hugo
Pratt (1927-1995). Met Corto Maltese riep de in Venetië geboren grootmeester in 1967 een held in het leven zoals er maar weinig zijn:
dapper, anarchistisch en sterk maar ook dromerig, romantisch, melancholisch en mysterieus. Met zijn lange witte broek, sobere mantel,
zeemanspet en oorbel herken je de onvoorspelbare kapitein zonder boot van ver. De omstandigheden zetten zijn natuurlijk flegma nog
meer in de verf. De onpeilbare wereldreiziger duikt telkens weer op die plekken op die afspraak hebben met de geschiedenis.
Corto is ondermeer getuige van de Bokseropstand in China, de Russisch-Japanse oorlog, de Russische revolutie, en de Eerste Wereldoorlog. De wereld staat in brand, beschavingen brokkelen af maar alleen bloedmooie, fatale vrouwen kunnen de op zijn vrijheid
gestelde wereldwijze avonturier van slag brengen. De kosmopoliet is een geliefde gids in onbekende streken én doorheen de twintigste
eeuw. De beelden aan de Akenkaai komen uit de albums De Ethiopiërs, Corto Maltese in Siberië, Het gouden huis van Samarkand en
De Kelten. De sober getekende, erudiete, sfeervolle strips van Hugo Pratt worden met romans vergeleken. Hij trok zich weinig aan van
het keurslijf van de tradionele strip en durfde als een van de eersten resoluut op een volwassen publiek mikken.
Waar? Akenkaai, 1000 Brussel|Auteur: Hugo Pratt|Uitgeverij: Casterman
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
20
Natasja
Een pijnlijke maar ware geschiedenis: veel vrouwen kom je niet tegen in de strips van voor de jaren zeventig en al helemaal geen heldinnen die hun vrouwelijkheid durfden te etaleren. Comanche en Yoko Tsuno volgenden vrij snel maar het was Natasja die rond 1970 de
ban brak. Dat ze blond is, gezegend met wulpse vormen en er in uniform beeldschoon uitziet, moeten we u niet vertellen. Een blik op
de stripmuur volstaat. Maar verkijk u niet op haar uiterlijk. De stewardess is geen dom blondje maar een intelligente vrouw die weet
wat ze wil en gesteld is op haar onafhankelijkheid. De kordate dame weet in noodsituaties haar kalmte te behouden maar durft al eens
uit te vliegen als ze beledigd wordt. Ze kan ook behoorlijk koppig zijn en heeft zoals alle echte striphelden een sterk ontwikkeld gevoel
voor rechtvaardigheid.
De meeste van haar avonturen houden op een of andere manier verband met de luchtvaart. De man die op de stripmuur al zwetend
twee rode koffers voortsleept, heet Walter. De onhandige jazz-liefhebber zou graag meer zijn dan haar vriend, collega en mede-avonturier maar dat zit er niet in. Natasja is het personage waarmee de Waalse tekenaar François Walthéry vergroeide. Walthéry was amper
zeventien toen hij de assistent werd van Peyo, de tekenaar van De Smurfen. Eind jaren zestig nam hij een tijdje het tekenwerk voor
Steven Sterk van Peyo over. Van haastklussen houdt hij niet. Op veertig jaar tijd verschenen er maar dik twintig albums. Daar zitten
zowel klassieke avonturen tussen als strips die meer de thriller of science fiction toer opgaan. Walthéry werkte met wel tien verschillende
scenaristen. Natasja ziet er na al die tijd gelukkig nog altijd even knap uit.
Waar? Jan Bollenstraat, 1020 Laken|Auteur: François Walthéry|Uitgeverijen: Dupuis, Marsu Productions
Guus Slim
Zoek de stripheld.....Het gaat om de kerel die achter het stuur zit van de gele wagen: de detective Guus Slim. Op de passagiersstoel zit
Vlinder, bekend om zijn apart gevoel voor humor, in dit geval te herkennen aan de gele hoed en de sigaret. Vlinder is een ex-inbreker die
de soms wat hautaine detective met wisselend succes bijstaat. De sfeervolle avonturen zijn opgebouwd rond een spannende plot met de
nodige actie, snedige dialogen, een snuif mysterie en humor. Guus Slim loste zijn eerste zaak op in het tijdschrift Spirou in 1956. Maar
eigenlijk borduurde Maurice Tillieux (1922 -1978) voort op een personage dat hij eerder voor het weekblad Héroic-Albums tekende: de
roodharige, bebrilde journalist Felix. Aan het einde van de jaren zestig laat Tillieux het tekenwerk over aan Gos zodat hij zich nog meer kan
toeleggen op het verzinnen van scenario’s voor Will (Baard en Kale), Roba (De Sliert), Walthéry (Natasja) en Roger Leloup (Yoko Tsuno).
Onder verschillende pseudoniemen bedacht hij de ene strip na de andere. Dat een stoere zeeman de stripmuur domineert is geen toeval.
Tillieux was zeeman maar de Tweede Wereldoorlog smoorde zijn carrière in de kiem. Het grapje met het gevaarsbord dat waarschuwt voor
een rechte baan is een beetje macaber. Na ontelbare autocrashes te hebben bedacht en getekend, kwam Tillieux om in een auto-ongeluk.
Waar? Hoek Thijs Van Hamstraat met de Leopold I straat, 1020 Laken|Auteur: Maurice Tillieux|Uitgeverij: Dupuis
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
21
De Kiekeboes
Naar een Vlaming zoeken die je niet kan vertellen dat die snorremans achter de camera Marcel Kiekeboe heet, ga je lang mogen doen.
Héél lang. Zijn vrouw Charlotte showt de kleren van de legendarische fairhostessen van de wereldtentoonstelling die Brussel in 1958
in een nieuw tijdperk katapulteerde. Zoon Konstantinopel speelt voor razende reporter. De babe die in een zwierige jaren 50 jurk een
hoelahoep aan de praat houdt, is de dochter van Marcel. Fanny heeft al veel mannenhoofden op hol gebracht. Bijvoorbeeld toen ze
naakt poseerde op de cover van een Vlaams mannenblad. De Kiekeboes is een typevoorbeeld van de Vlaamse familiestrip en geeft qua
verkoop zelfs Suske en Wiske het nakijken. Van elk nieuw album gaan er honderdduizend over de toonbank. Een helder verhaal wordt
telkens op smaak gebracht met een flinke dosis goedaardige humor. Het regent woordspelingen en persiflages. De serie debuteerde
op 15 februari 1977 in de krant Het Laatste Nieuws. In 2004 namen de Gazet van Antwerpen en Het Belang van Limburg over. Om
de krant dagelijks van nieuwe stroken te voorzien moet Merho er net als Willy Vandersteen, Marc Sleen en Jef Nys een hels tempo op
nahouden. Merho, het alias van Robert Merhottein, tekende zijn eerste Marcel Kiekeboe voor zijn broer, een verwoed poppenkast-speler.
Ook kinderen op de laatste rij moesten de pop makkelijk herkennen, vandaar de dikke neus, de grote ogen en de gigantische snor. De
half-kale knikker past dan weer perfect in de traditie van Lambik en Nero.
Waar? Amerikaans Theater, Dikke Lindelaan 2, 1020 Laken|Auteur: Merho|Uitgeverij: Standaard
Stam & Pilou
Om deze stripmuur te bewonderen moet je naar het zomerterras van “Het Goudblommeke in Papier”. Niet dat dat een straf is. De boegbeelden van het Brusselse surrealisme zoals René Magritte, Louis Scutenaire, Marcel Mariën kwamen er over de vloer en in hun zog vele
andere kunstenaars en schrijvers. Verwijzingen naar de kunststromingen die van Het Goudblommeke in Papier een cultureel historisch
café maken, zijn verwerkt in de tekening. De stripfiguren zelf komen uit De onvrijwillige avonturen van Stam & Pilou. Het jongetje dat de
acrobatie minder onder de knie heeft dan hij zelf dacht, heet Stam. Op zijn hoofd zit buurmeisje Pilou. Ze spelen dolgraag samen. Opa
Fons is de derrière van Stam’s moeder aan het bestuderen. Hij is niet toevallig postbode op rust en een fervent postzegelverzamelaar.
De strip kwam er op vraag van De Post en verscheen in het clubblad van een filatelieclub voor jongeren. Toen de licht en luchtig gehouden verhaaltjes met veel practical jokes en situatiehumor bleken aan te slaan, werden de albums ook op de markt gebracht. Op het
bord dat Opa Fons vasthoudt staat ‘Sprekt a mooiertoêl, ARA!’ Dat is Brussels dialect voor ‘spreek je moedertaal’. Ara is een steunpunt
voor het Brussels dialect. Stam & Pilou is een creatie van De Marck en De Wulf, de artiestennamen van de authentieke ketten Marc
Daniels en Rik Dewulf.
Waar? Het Goudblommeke in Papier, Cellebroersstraat 53/55|Auteurs: De Marck en De Wulf|Uitgeverij: Van Halewyck
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
22
C.Niet te missen gebouwen en beelden
Het Lombardgebouw
Vlak bij het Zuidstation bevindt zich de “Kuifjebuilding”, een beschermd gebouw waarin destijds stripuitgeverij Lombard gevestigd was
die van 1946 tot 1988 het weekblad Kuifje publiceerde. De lichtreclame met de afbeelding van Kuifje en Bobbie is een van de herkenningspunten van Brussel.
Paul-Henri Spaaklaan 7, 1060 Brussel
Beeld van Guust Flater
Het beeld van Guust Flater werd gerealiseerd door de supermarktketen Delhaize De Leeuw ter gelegenheid van de eindejaarsfeesten
van 1992. Guust Flater is een creatie van de beroemde stripauteur Franquin en behoort tot de mythische personages van het Belgische
stripverhaal. Hij kreeg zijn definitieve plaats nabij het Belgisch Stripcentrum in februari 1996.
Pachecolaan, 1000 Brussel
Beeld van Bollie en Billie
Sinds september 2000 is de gemeente Jette verrijkt met een beeld van Bollie en Billie door beeldhouwer Tom Frantzen. Het is een
eerbetoon aan de Jetse striptekenaar Jean Roba, die niet ver daarvandaan woonde.
Van Engelandlaan-Heymboschlaan, 1090 Jette
Beeld van Kuifje en Bobbie in Ukkel en op de Zavel
In 1975 besloten Raymond Leblanc (Uitgeverij Lombard) en Guy Dessicy (Publiart) om Hergé te verrassen voor de 30ste verjaardag
van het weekblad Kuifje. Ze bestelden een levensgroot beeld van Kuifje en Bobbie bij beeldhouwer Nat Neujean. Van dit beeld zijn
meerdere exemplaren gemaakt. Het eerste bevindt zich vandaag in het Cultureel Centrum van Ukkel na enige tijd in het Wolvendaalpark
te hebben gestaan. Dit exemplaar werd op 29 september 1976 onthuld.
Het tweede exemplaar staat sinds 21 september op de Grote Zavel. Het 1,80 meter grote beeld was gekocht door Francis Slomka uit
Parijs die beloofd had het aan Brussel terug te geven. Dat is vorig jaar gebeurd tot grote vreugde van alle Kuifjefans.
Rodestraat 47, 1180 Ukkel & Grote Zavel 8, 1000 Brussel
Het Autriquehuis
www.autrique.be
Het Autriquehuis is een particuliere woning gebouwd naar het ontwerp van Victor Horta in 1893. De woning onderging diverse verbouwingen tot ze uiteindelijk in de jaren 1990 gerestaureerd werd. Bij die gelegenheid werd binnenin een volledige scenografie ontworpen
door François Schuiten en Benoît Peeters. Het huis is van woensdag tot zondag te bezoeken in een unieke sfeer. Elk jaar worden er ook
buitengewone tentoonstellingen georganiseerd.
Autriquehuis
Haachtsesteenweg 266
1030 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 215 66 00
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
23
d.Musea, tentoonstellingen en galerijen
Het Belgisch Stripcentrum (BSC)
www.stripmuseum.be
In het land van de Smurfen en Kuifje presenteert het Belgisch Stripcentrum (of Stripmuseum) een geheel van vaste tentoonstellingen
waar zeldzame platen en unieke objecten te zien zijn, naast tijdelijke tentoonstellingen die gelijktijdig lopen. Ontdek ook een bibliotheek,
een boekwinkel en een restaurant.
•
Onder de vaste tentoonstellingen:
Het ontstaan van een stripverhaal
Hier zien de bezoekers stap voor stap hoe een stripverhaal tot stand komt, van basisidee tot boekhandel.
Het Uitstalraam van de Verbeelding (1929-1959)
Dit is een grote reis door de verbeeldingskracht van de pioniers van het Belgische stripverhaal. Het begint met Hergé (Kuifje, 1929)
en eindigt met Roba (Bollie en Billie, 1959), met daartussen Jijé (Robbedoes), Jacobs (Blake en Mortimer), Vandersteen (Suske en
Wiske), Peyo (de Smurfen), Morris (Lucky Luke) en Franquin (Guust Flater). Aan de hand van 19 etappes wordt de carrière en het
oeuvre van de auteurs getoond die van België het koninkrijk van de strip hebben gemaakt. In deze periode (1929-1959) waren meer
dan tweehonderd auteurs actief in de stripwereld tussen Brussel, Gent en Charleroi.
De Gallery
Deze ruimte is gewijd aan nieuwe namen die van zich doen spreken in de Belgische stripwereld. Alle genres en stijlen zijn vertegenwoordigd van klassiek tot hedendaags, van pure verbeelding tot satire, van autobiografische verhalen tot detective of ‘heroic fantasy’.
Deze werken bewijzen dat de Belgische strip levendiger is dan ooit.
•
Een selectie van de tijdelijke tentoonstellingen in 2012:
77 jaar Roemeense strip
Het is de verdienste van de Roemeense stripauteurs dat ze originele werken van hoge kwaliteit hebben weten te maken – de vrucht van
een lange traditie – tijdens de wisselvalligheden van een eeuw waarin hun land zwaar op de proef werd gesteld.
Afgezien van de schaarse Europese magazines die door de mazen van de censuur glipten, moesten de Roemeense lezers het herstel
van de democratie afwachten om de verschillende genres te zien opbloeien die de rijkdom van de huidige strip uitmaken. Sindsdien
zetten Dodo Nita, voorzitter van de Roemeense vereniging van stripliefhebbers, en Alexandre Ciubotariu, vaandeldrager van de nieuwe
generatie striptekenaars, zich onvermoeibaar in om de markantste werken uit de Roemeense stripgeschiedenis op te sporen, aangemoedigd door de huidige auteurs die hun werken zonder aarzelen aan hen toevertrouwen. Deze onbekende schat – illustraties en originele
platen – wordt tentoongesteld van 25 oktober 2011 tot 20 mei 2012.
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
24
MaArten Toonder
Dit jaar vieren we de honderdste geboortedag van de “Nederlandse Walt Disney” zoals hij wel eens genoemd wordt. Een ideale gelegenheid om de geestelijke vader van Tom Poes en Heer Bommel in de kijker te plaatsen. In zijn verhalen hekelt Maarten Toonder op
ironische maar niet mis te verstane wijze de menselijke gebreken maar ook maatschappelijke problemen zoals drugs, milieuvervuiling,
politiek gekonkel of werkloosheid. Een leerzame en amusante tentoonstelling die loopt van 7 februari tot 23 september 2012.
Posy Simmonds :
De stripverhalen van Posy Simmonds zijn typisch Brits: ze zitten vol literaire verwijzingen en verdrongen verlangens, en het thema van
de klassenstrijd is nooit ver weg. Het Belgisch Stripcentrum organiseert de eerste tentoonstelling in België met originele werken en
onuitgegeven schetsen die een overzicht geven van haar hele carrière. Van 12 juni tot 25 november 2012.
François Walthéry :
François Walthéry, vriend en erfgenaam van de grootmeesters van de Belgische strip, is ook een authentieke beroemdheid in de streek
van Luik waarvan hij de decors, de taal en de gewoonten heeft bezongen in lokale producties vol verve en nostalgie. Tentoonstelling
van 9 oktober 2012 tot 26 februari 2013.
Belgisch Stripcentrum
Zandstraat 20
1000 Brussel
Tel.: + 32 (0) 2 219 19 80
[email protected]
Museum Marc Sleen
www.marc-sleen.be
Het leven en werk van Marc Sleen worden uitvoerig belicht in een permanente tentoonstelling die de vele facetten van zijn creativiteit
laat zien. Deze pionier van de Vlaamse strip is vooral bekend als geestelijke vader van Nero, over wie hij in zijn eentje meer dan 200
albums maakte.
Marc Sleen & ’t Kapoentje :
Het legendarische ‘t Kapoentje is vooral verbonden met de naam van Marc Sleen. Naast de onvergetelijke reeksen De Kapoentjes en
Piet Fluwijn en Bolleke, tekende hij tot 1965 talloze covers en illustraties voor deze wekelijkse jeugdbijlage van dagblad Het Volk.
Van 6 maart tot 3 juni 2012.
Met Nero aan tafel: wafels, frieten en Nerobier
De verhalen van Nero eindigen traditioneel met een groot feestmaal, maar dat is niet altijd zo geweest. Pas met het album De Kille Man
Djaro uit 1962 is de grote wafelenbak, waarmee elk avontuur wordt afgerond, het handelsmerk geworden van de reeks. Het frietkot van
Jan Spier, de grote vriend van Nero, heeft heel wat bekende en minder bekende personages zien passeren voor een puntzakje heerlijke
frieten. Maar Nero zou geen echte Belg zijn, als hij niet regelmatig een lekker glas Belgisch bier of champagne naar binnen zou gieten.
Tentoonstelling van 5 juni tot 30 september 2012.
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
25
Nero in de Far West:
Marc Sleen staat bekend als groot liefhebber van safari’s in zwart Afrika, maar de tekenaar ging ook graag op reis naar andere continenten. Nero zelf heeft de hele wereld afgereisd en kwam daarbij vaak in de Far West terecht. Tentoonstelling van 2 oktober tot 18
december 2012
Marc Sleen Museum
Zandstraat 33-35
1000 Brussel
Tel.: + 32 (0)2 219 19 80
[email protected]
Huis van het Stripverhaal
www.jije.org
Deze stripboekhandel richt zich tot een gevarieerd publiek met diverse smaken. U vindt er stripverhalen van gisteren en vandaag, heruitgaven, luxe-edities, een goed voorziene afdeling manga’s, een Engelstalige sectie, een ruim aanbod aan Nederlandstalige strips, strips voor
jongeren, papierwaren met opgedrukte stripfiguren en allerlei merchandisingobjecten. Bijzonder aan deze boekhandel is de ruimte gewijd
aan Kuifje en zijn geestelijke vader Hergé waar alle albums in verschillende formaten en in bijna 70 talen en dialecten verkrijgbaar zijn. Een
ruim assortiment bibliografisch materiaal over Hergé en zijn œuvre is eveneens aanwezig. Het Huis van het Stripverhaal organiseert twee
tot drie keer per jaar een verzorgde tentoonstelling over een stripauteur, een personage of een speciaal thema. Bij die gelegenheid worden
originele stukken afkomstig uit privéverzamelingen tentoongesteld samen met allerlei vintage objecten.
Retrospectieve tentoonstelling Raymond MACHEROT
Van 12 januari tot 10 juni 2012 loopt in de galerij van Het Huis van het Stripverhaal een retrospectieve tentoonstelling over Raymond Macherot, auteur van onder andere de befaamde stripfiguren Chlorophyl, Clifton en Snoesje!
Huis van het Stripverhaal
Keizerinlaan 1
1000 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 502 94 68
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
26
Het Stripdorp-Comics Café
www.comicscafe.be
Het Stripdorp is een uniek concept in zijn soort en een plek waar alle stripliefhebbers van dromen. Het is in de eerste plaats een museum waar hoofdzakelijk objecten of platen te zien zijn afkomstig van grote Europese en Amerikaanse verzamelaars. U kunt er originele
platen bewonderen van Kuifje, Lucky Luke, Blake & Mortimer, Asterix, Corto Maltese, enz. Daarnaast is er een kunstgalerij waar men
zich zeldzame werken kan aanschaffen. Het concept van het Stripdorp omvat echter nog heel wat meer. U vindt er ook een boekhandel
en de brasserie “Comics Café” waar u een Popeye- of Obelix-hamburger kunt eten. De bezoekers worden verwelkomd door een levensgroot beeld van Kuifje en Bobbie (1,80 m) aan de ingang!
Het Stripdorp
Grote Zavel 8
1000 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 513 13 23
[email protected]
MOOF
www.moof-museum.be
Het Museum of Original Figurines bezit een unieke verzameling striphelden die de grote mythes van het stripverhaal tot leven brengen
in de vorm van echte meesterwerken in het klein. Enkele zeer bijzondere figuurtjes zijn de sarcofaag van Bobbie (De sigaren van de farao), de vaas van Kuifje (De blauwe lotus), het beeld van kelner Abdallah (Kuifje en het zwarte goud), de buste van de Japanse schurk
Mitsuhirato (De blauwe lotus) en de fresco’s van Rascar Capac (De 7 kristallen bollen). Daarnaast zijn er ook levensgrote beelden van
Kuifje, Bobbie, kapitein Haddock en professor Zonnebloem zoals ze afgebeeld zijn in het album Mensen op de maan. U kunt er ook
andere exclusieve voorwerpen ontdekken zoals twee bronzen bustes van Asterix en Obelix, een originele zwart-witplaat van Guust Flater
door Franquin en het dorp van de Smurfen op ware grootte.
De Stichting Raymond Leblanc, gevestigd in het MOOF, verzamelt, bewaart en ontsluit de volledige culturele nalatenschap van Raymond
Leblanc, de stichter van Uitgeverij Lombard, het weekblad Kuifje, het reclameagentschap Publiart en de tekenfilmstudio’s Belvision.
MOOF
Hortagalerij-Centraal Station
Grasmarkt 116
1000 Brussel
Tel.: + 32 (0) 2 265 33 25
[email protected]
Stichting Raymond Leblanc
Hortagalerij-Centraal Station
1000 Brussel
Paulette Smets-Melloul (Stichter-Bestuurder)
Tel.: +32 (0) 2 526 68 90
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
27
Galerie Brüsel
www.brusel.com
Boekhandel Brüsel, in 1994 opgericht door Frédéric Ronsse en Reynold Leclercq, met zijn stalen structuren die de sfeer van “Duistere
Steden” oproepen, is al bijna 20 jaar de vaste stek van alle stripliefhebbers die in Brussel wonen of er geregeld komen, en mag zich erop
beroemen dé referentie op stripgebied van de hoofdstad te zijn. Gevestigd in een vroegere kruidenierswinkel in een gebouw niet ver van
de Beurs, heeft Brüsel de evolutie en veranderingen van het stripverhaal op de voet gevolgd en was het daarbij vaak een trendsetter. De
boekhandel die aanvankelijk het beste presenteerde uit 500 nieuwe uitgaven per jaar op 60 m² winkelruimte, biedt nu de top aan van
meer dan 5.000 nieuwe uitgaven per jaar op 300 m² en heeft 20.000 titels in voorraad.
Van meet af aan hield Brüsel er naast de boekhandel ook een tentoonstellings- en verkoopgalerij op na, die het tot dan toe onbekende
fenomeen introduceerde van merchandising en allerlei randactiviteiten rond de strip: tentoonstellingen, verkoop van kunstwerken,
originele platen, zeefdrukken, inlijstingen, stripfiguurtjes, productie van ex-libris en exclusieve oplages. Eind 2010 opende Brüsel een
tweede winkel op het Flageyplein in Elsene, gericht op een lokaal publiek, jeugdboeken en literatuur. Maar ondanks alle uitbreiding is
de filosofie nooit veranderd: door zijn service, advies en zorgvuldige dosering van genres en uitgevers blijft Brüsel, dat alle dagen open
is, een trefpunt voor alle stripliefhebbers.
Verkooptentoonstelling “La Douce” van François Schuiten
Het album “La Douce” is een geweldig stuk research- en studiewerk dat u op uitnodiging van galerie Brüsel kunt ontdekken. Volledig
storyboard, grafisch onderzoek, studietekeningen, schetsen, potloodtekeningen … Aan de hand van een vijftiental originelen maakt u
stap voor stap het creatieproces mee van dit album. Een ‘work in progress’ uniek in zijn soort, gesitueerd binnen de verbeeldingswereld
en grafische research van François Schuiten. Van 18 april tot 27 mei 2012.
Brüsel
Anspachlaan 98
1000 Brussel
Maa-zat: 10.30 – 18.30 u
Zon: 12.00 – 18.30 u
Tel.: +32 (0) 2 511 08 09
[email protected]
Flageyplein 29
1050 Brussel (Elsene)
Maa-zat: 11.00 – 19.00 u
Zon: 10.00 – 17.00 u
Tel.: +32 (0) 2 649 02 11
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
28
Galerie Champaka
www.galeriechampaka.com
Op de grens tussen stripverhaal en illustratie presenteert de galerij Champaka, gevestigd in een typisch Brussels herenhuis, een bijzondere kijk op beeldende kunstenaars van internationaal formaat. Hier vindt u geen gewone albums of originele platen. De galerie
Champaka richt zich tot een meer gesofisticeerd publiek dat zich interesseert voor stripwerken die raakvlakken vertonen met de hedendaagse kunst.
Galerie Champaka
Ernest Allardstraat 27
1000 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 514 91 52
[email protected]
Petits Papiers
www.petitspapiers.be
Op de Zavel kunt u alle originele platen van de galerie Petits Papiers bewonderen. Het seizoen 2012 is geopend met een tentoonstelling over Geluck en zijn Kat. Daarna volgen nog verschillende kunstenaarsduo’s, de ene afkomstig uit de wereld van het stripverhaal,
de andere uit de hedendaagse kunst. Op het programma: Hervé di Rosa en Philippe Druillet, Pat Andrea en Jacques de Loustal,
Claude Viallat en François Avril. Een galerie die u zeker eens moet bezoeken!
Petits Papiers
Grote Zavel 8
1000 Brussel
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
29
3.Terugkerende stripactiviteiten en -evenementen
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest draagt de 9de kunst een warm hart toe. De terugkerende evenementen lokken steeds veel bezoekers. Klein en groot, liefhebbers en professionals komen er naartoe om een zeldzaam stuk te vinden of te genieten van een typisch
Brussels feest.
Meer info op :
WWW.VISITBRUSSELS.BE/COMICS
a.Het Stripfeest (8 & 9 september 2012)
www.stripfeest.be
Brussel organiseert elk jaar een festival gewijd aan de strip. De 1ste editie in 2010 lokte meer dan 70.000 bezoekers in één weekend.
De editie 2011, op 10 en 11 september, was opnieuw een klinkend succes. In 2012 zal het Stripfeest de straten van Brussel opnieuw
animeren op 8 en 9 september.
Het Stripfeest is de jaarlijkse afspraak voor alle stripliefhebbers. Iedereen, klein en groot, liefhebbers of specialisten, vindt er zijn gading
onder de vele activiteiten die worden voorgesteld. De derde editie houdt heel wat verrassingen in.
Op de “Balloon’s day parade” zullen verschillende fanfares de Brusselse straten vullen met muziek. Monumentale strippersonages zullen
in stoet optrekken naar het De Brouckèreplein onder tromgeroffel en trompetgeschal.
Een van de hoogtepunten van het feest wordt de “Comics Show”, een indrukwekkend licht- en klankspektakel op het Koningsplein waar
de creativiteit op het vlak van animatietechnieken hoge toppen zal scheren. Het talent van onze striptekenaars zal er op de meest verrassende wijze in de verf worden gezet!
Gedurende het hele weekend vindt op de Kunstberg een hele reeks activiteiten plaats: tentoonstellingen van onuitgegeven platen, stands
van de beste Brusselse boekhandels, signeersessies, uitreiking van prestigieuze prijzen, concerten en rondleidingen.
Het Stripfeest werkt samen met organisaties zoals het Belgisch Stripcentrum, het Museum of Original Figurines, de Stripmarkt en tal
van andere instellingen uit de sector om een evenement van hoge kwaliteit te bieden aan een familiaal en internationaal publiek. Dit al
goed gevulde programma wordt nog aangevuld met een diner rond het thema strip in het kader van het gastronomische jaar BRUSSELICIOUS. Een van de beste Brusselse chefs zal met street food als uitgangspunt een menu samenstellen dat ook fijnproevers zal kunnen
bekoren. Meerdere randactiviteiten completeren deze 100% stripavond.
De editie 2012 belooft weer duizenden stripfans gelukkig te maken!
Contactpersonen:
VISITBRUSSELS
• Martha Meeze : [email protected]
• Pierre Massart : [email protected]
• Alice Chareunsy : [email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
30
b.De Stripmarkt
www.stripverhalenmarkt.be
De Stripmarkt in de Sint-Gorikshallen, de enige markt die volledig aan de strip is gewijd, geeft zowel liefhebbers als specialisten de
gelegenheid om hun verzameling aan te vullen. Nieuwe en tweedehandse strips, verzamelobjecten, ex-libris, signeersessies … Kortom,
alles om er een gezellige uitstap van te maken met het gezin of vrienden. De volgende datums zijn zondag 3 juni, 2 september en 2
december 2012. Deze markten vinden plaats van 13 tot 17 uur.
De Stripmarkt
Sint-Gorikshallen
Sint-Goriksplein
1000 Brussel
[email protected]
c.De verschillende stripfestivals in Brussel
Stripfestival van Sint-Gillis (september of oktober 2012)
www.comicsfestivalbelgium.com
De tiende editie van het stripfestival van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vond plaats op 8 en 9 oktober 2011. Deze editie stond in
het teken van een dubbele verjaardag: de 10de verjaardag van het festival en de 40ste verjaardag van de Prijzen Sint-Michiel. Ter gelegenheid van het stripfestival wordt een panel van Belgische en buitenlandse auteurs uitgenodigd. Een hele reeks activiteiten maken het
feest compleet: retrospectieve tentoonstellingen, stripbeurs … Ook voor de editie 2012 liggen er mooie verrassingen in het verschiet.
Stadhuis van Sint-Gillis
Van Meenenplein 39
1060 Sint-Gillis
[email protected]
Stripfestival van Ukkel (25 november 2012)
www.lotusnoir.be
Ook Ukkel heeft zijn eigen stripfestival. Op elke editie zijn meerdere auteurs aanwezig om hun werken te signeren. Op vijf edities heeft
het stripfestival van Ukkel al heel wat bekende namen mogen verwelkomen: Adam, Xavier Fourquemin, Etien David, Jung, Peynet,
Daniel Kox, Aouamri, Dino Attanasio, Batem, Malik, Philippe Xavier, Louis Michel Carpentier.
Gemeentehuis van Ukkel
Jean Vander Elstplein 29
1180 Ukkel
Tel.: +32 (0) 2 346 82 12
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
31
d.Rondleidingen
Gidsen van Brussel & België - GBB
www.visitbrussels.be
•
Brussel, hoofdstad van het stripverhaal
De officiële gidsen van Brussel nemen u mee op een wandeling langs de verschillende stripmuren waardoor u onze stad op een andere
manier leert kennen en tegelijk op plaatsen komt die u anders nooit zou ontdekken.
Onderweg ontmoet u bekende auteurs zoals Frank Pé, Roba, Carin, Tibet, Morris, Philippe Geluck, Marc Sleen en Willy Vandersteen,
en de stripfiguren die ze gecreëerd hebben: Bollie en Billie, Lucky Luke, de Kat, Rik Ringers, Dommel, Suske en Wiske, Nero en zijn
vrienden. Een mooie afsluiter van deze wandeling is een bezoek aan het Belgisch Stripcentrum waar u al uw geliefde helden terugvindt
(specifiek reserveren bij het BSC).
•
In de voetsporen van Kuifje, de jonge reporter
Ontdek dit typisch Brusselse personage met de officiële gidsen van Brussel (GBB).
Zij laten u gedurende een wandeling van meer dan twee uur de verschillende plaatsen en gebouwen zien die een rol spelen in de verhalen van Kuifje, tonen de muurschilderingen van het stripparcours en vertellen intussen allerlei wetenswaardigheden over de beroemde
reporter. Ook over Hergé, pseudoniem van Georges Remi en tekenaar van alle Kuifjealbums, komt u alles te weten: zijn privé- en
beroepsleven, zijn creaties en de plaatsen waar hij gewerkt heeft.
Tarieven 2012: Wandeling: € 110,00, scholen: € 90,00, maximaal 25 personen per gids.
De wandeling begint aan het Belgisch Stripcentrum, Zandstraat 20, 1000 Brussel.
Stadhuis van Brussel
Grote Markt
1000 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 548 04 48
[email protected]
Itinéraires
www.itineraires.be
•
Kuifje en Brussel
Het team van Itinéraires nodigt u uit om Brussel te ontdekken met Kuifje als rode draad: het gezang van Bianca Castafiore voor de
Koninklijke Muntschouwburg, de haven van Brussel met kapitein Haddock, de evocatie van de ontmoeting tussen Tchang en Hergé,
de geniale ideeën van professor Zonnebloem en de samenwerking tussen de stuntelige detectives Jansen en Janssen. Bereid u voor op
avonturen die een eer bewijzen aan de 9de kunst en die u een “ander Brussel” laten zien. Deze route is ontwikkeld in samenwerking
met de Studios Hergé. Het is noodzakelijk contact op te nemen met het team van Itinéraires om de concrete invulling van uw bezoek
te bespreken.
• Brussel verteld door striphelden en stripauteurs
De striproute gaat op zoek naar de interactie tussen artistieke expressie en stedelijke omgeving. Het is een manier om het temperament van haar inwoners te leren kennen via de persoonlijkheid van tekenaars en scenaristen, en via de atmosfeer van de verhalen die
ze bedacht hebben. Het is ook een zeer origineel uitgangspunt om de stad, sommige van haar monumenten en meest contrasterende
wijken te ontdekken. Een stripverhaal en een stripanimator aan het begin van de wandeling zullen uw bezoek nog aangenamer maken!
Het is noodzakelijk contact op te nemen met het team van Itinéraires om de concrete invulling van uw bezoek te bespreken.
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
32
• Brussel Segway: Stripverhaal
Waarom geen stripparcours per Segway? Dit ludieke maar milieubewuste vervoermiddel is bijzonder prettig om mee te rijden. Een
Segway is in feite een gemotoriseerde machine op twee wielen die dynamisch in evenwicht blijft en die u rechtstaand bestuurt. U
beleeft een dubbele ervaring: terwijl u rijdt, wat op zich al fun is, ontdekt u met een gids de muurschilderingen van uw striphelden, de
historische gebouwen die door de stripauteurs zijn afgebeeld en de niet te missen plaatsen die van Brussel de levende hoofdstad van
de strip maken. Maximaal 7 deelnemers per bezoek. Zodra uw inschrijving bevestigd is, zal u gevraagd worden het bedrag te storten
vóór uw bezoek. De huur van de Segway is in de prijs inbegrepen.
Itinéraires
Munthofstraat 157
1060 Brussel
Tel.: +32 (0)2 534 30 00
[email protected]
Belgisch Stripcentrum
www.stripmuseum.be
•
Stripparcours
De bezoeken aan het BSC kunnen worden aangepast aan de leeftijd en de specifieke interesses van de groep. De dienst gidsen verzorgt
rondleidingen rond verschillende thema’s (art nouveau, het klassieke of moderne stripverhaal, Kuifje …), evenals ontdekkingswandelingen in het centrum van Brussel.
Duur: 2.30 uur
Prijs per gids (groep van max. 25 personen): € 110,00
(behalve schoolgroepen, van dinsdag tot vrijdag: € 90,00)
Talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits, Spaans, Italiaans, Deens, Pools, Tsjechisch en Grieks.
•
Het Brussel van Kuifje
De wortels van Kuifje en Hergé zijn nauw verbonden met Brussel. Ga op ontdekking naar dit personage en zijn schepper met een officiële gids van het Belgisch Stripcentrum.
U leert niet alleen een aantal plaatsen en gebouwen kennen die in de verhalen van Kuifje voorkomen, maar ontdekt ook muurschilderingen uit stripreeksen van Hergé en verneemt tal van details over het leven en werk van de kunstenaar. Tijdens dit 2 uur durende
wandelparcours (her)ontdekt u een icoon van de negende kunst en maakt u kennis met Brussel door de ogen van een de grootmeesters
van het stripverhaal.
Tarief 2012: Parcours: € 110,00, scholen: € 90,00, maximaal 25 personen per gids
De wandeling begint aan het Belgisch Stripcentrum, Zandstraat 20, 1000 Brussel.
Belgisch Stripcentrum
Zandstraat 20
1000 Brussel
Tel.: +32 (0)2 219 19 80
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
33
Babbelbus
www.busbavard.be
De Babbelbus biedt originele rondleidingen aan en een nieuwe manier om Brussel te ontdekken. Het parcours “In de jungle van de
stadskunst” dompelt u onder in het universum van de graffiti en zijn inspiratiebronnen: stripverhaal, manga, muziek …
Babbelbus
Thuyastraat 12
1170 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 673 18 35
[email protected]
Pro Velo
www.provelo.org
Cafés en stripverhalen. Van Quick en Flupke over Lucky Luke tot Brüsel, de hoofdstad van Europa is ook die van het stripverhaal. Talrijke
auteurs hebben er gewoond en een van de mooiste realisaties van Victor Horta, het vroegere warenhuis Waucquez, is omgevormd tot
tempel van het beeldverhaal. Meer dan 40 blinde muren in het centrum van Brussel zijn versierd met fresco’s van stripfiguren die u,
terwijl u ze ontdekt, een andere kijk geven op de stad. En aangezien ook bier in België een kunst is, laat de toer u kennismaken met
enkele typisch Brusselse cafés.
3.30 uur – 12 km.
Pro Velo
Londenstraat 15
1050 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 517 17 65
[email protected]
Te downloaden stripparcours
http://visitbrussels.be/bitc/BE_fr/walk/344/promenade-bande-dessinee.do
De website van VISITBRUSSELS biedt u gratis het plan van de «Stripwandeling» aan om te downloaden. Dit plan leidt u langs een dertigtal muren van de hoofdstad die bedekt zijn met monumentale muurschilderingen, kleurrijk en in de grappigste situaties. Een manier
om Brussel met een nieuwe blik te bekijken.
VISITBRUSSELS
Koningsstraat 2-4
1000 Brussel
Tel.: + 32 (0)2 513 89 40
[email protected]
Voor meer informatie …
“Brussel gestript. De strip in Brussel.” door Thibaut Vandorselaer
Deze gids beschrijft een lusvormige wandeling in het hart van Brussel met het stripverhaal als rode draad. U krijgt uitleg over de bekendste strips die Brussel als decor hebben en maakt kennis met muurschilderingen van striptekenaars. Een must voor zowel fans van
stripverhalen als voor iedereen die Brussel in zijn hart draagt. Thibaut Vandorselaer is bijzonder geïnteresseerd in de evolutie van Brussel
en in de negende kunst. Als licentiaat toerisme en Europese studies is hij gespecialiseerd in milieubeleid en territoriale ontwikkeling.
Uitgeverij Lannoo
2005
144 pagina’s
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
34
4.Stripshopping
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is rijk aan originele winkeladresjes. Op het gebied van stripverhalen vindt u hier enkele niet te missen boekhandels en galerijen. De bekendste zijn ongetwijfeld de speciaalzaken Brüsel & Multi-BD aan de Anspachlaan, Het B-Gevaar in
de Greepstraat en Le Dépôt BD en Utopia in de Zuidstraat. Sommige organiseren geregeld tentoonstellingen en signeersessies. Samen
vormen ze het meest levendige segment van de stripsector in Brussel.
a.Adressen
www.shopinbrussels.be
Brussel-Stad
Brüsel
Anspachlaan 98
1000 Brussel
La boutique Tintin
Heuvelstraat 3
1000 Brussel
Het B-Gevaar
Greepstraat 15
1000 Brussel
Tropismes
Koningsgalerij 4
1000 Brussel
Het huis van het Stripverhaal
Keizerinlaan 1
1000 Brussel
Het Stripdorp
Grote Zavel 8
1000 Brussel
Petits Papier
Fontainasplein 1
1000 Brussel
Little Nemo
Maurice Lemonnierlaan 25
1000 Brussel
Le Fantôme Espagnol
Maurice Lemonnierlaan 31
1000 Brussel
Multi-Jeunesse
Anspachlaan 126
1000 Brussel
Le Dépôt
Zuidstraat 108
1000 Brussel
Multi BD
Anspachlaan 122
1000 Brussel
Utopia
Zuidstraat 39
1000 Brussel
Dong Co
Zuidstraat 33
1000 Brussel
Hors Série
Zuidstraat 67
1000 Brussel
Etterbeek
Filigranes
Kunstlaan 39-40
1040 Etterbeek
Sint-Gillis
Librairie The Skull
Waterloosesteenweg 336
1060 Sint-Gillis
Dargaud-Lombard SA
Paul-Henri Spaaklaan 7
1060 Sint-Gillis
Bédémania
Waterloosesteenweg 169
1060 Sint-Gillis
Forbidden Zone
Taminesstraat 25
1060 Sint-Gillis
Anthracite
Waterloosesteenweg 205
1060 Brussel
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
35
Elsene – Naamse Poort
Jette
Librairie Durango
Atheneumstraat 3
1050 Elsene
Le Dépot
Elsensesteenweg 120
1050 Elsene
Espace BD
Fernand Cocqplein 2
1050 Elsene
Brüsel Flagey
Eugène Flageyplein 29
1050 Elsene
Paradise BD
Jettelaan 136
1090 Jette
Book Center
Henri Werriestraat 85
1090 Jette
Objectif BD
Jettelaan 272
1090 Jette
b.Andere boekhandels
Le Wolf
www.lewolf.be
Deze boekhandel is voornamelijk op jongeren afgestemd. Naast de boekhandel zijn er ook een bibliotheek en een cafetaria. Strips vormen een deel van het assortiment.
Le Wolf
Violetstraat 18/20
1000 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 512 12 30
[email protected]
Boekhandel BD World-Stripdorp
www.comicscafe.be
Deze boekhandel is uniek in zijn soort. U vindt er alle mogelijke stripverhalen: nieuwe, oude en soms tweedehands. Er is ook een kleine
leeshoek.
Stripdorp
Grote Zavel 8
1000 Brussel
Tel.:+32 (0)2 513 13 23
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
36
Boekhandel Slumberland – Belgisch Stripcentrum
www.cbbd.be
Albums, figuurtjes, ansichtkaarten, gezelschapsspelen en andere merchandisingproducten evenals talrijke voorwerpen met opgedrukte
stripfiguren.
Belgisch Stripcentrum
Zandstraat 20
1000 Brussel
Tel.: + 32 (0) 2 219 19 80
[email protected]
Boekhandel van het Huis van het Stripverhaal
www.jije.org
Eerste oplagen, luxe-edities, nieuwigheden en manga’s: deze boekhandel heeft werkelijk alles om stripliefhebbers te verwennen.
Het Huis van het Stripverhaal
Keizerinlaan 1
1000 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 502 94 68
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
37
5.Striprestaurants
COMICS CAFE in het Stripdorp
http://comicscafe.be
Het Stripdorp op de Grote Zavel huisvest ook het COMICS CAFE, een reusachtige Amerikaanse brasserie waar u kunt genieten van een
“Obelix XXL-hamburger” of een “Popeye-hamburger” met zalm en spinazie. Om een Loch Lomond te drinken, de befaamde whisky van
kapitein Haddock, zakt u af naar de pub lounge van het Stripdorp.
Grote Zavel 8
1000 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 523 13 23
Het Goudblommeke in Papier
www.goudblommekeinpapier.be
Hergé kwam vaak in deze bruine kroeg met zijn roemrijk verleden om er een lekkere geuze te drinken. Hier vergaderden in de jaren
1950 de boegbeelden van het Belgische surrealisme onder leiding van René Magritte, maar het was ook de favoriete stek van Pierre
Alechinsky en Jacques Brel. Ook vandaag is het café nog een artistieke en literaire ontmoetingsplaats. Sinds mei 2011 is de binnenkoer
van het Goudblommeke in Papier versierd met een stripmuur van de tekenaars De Marck en De Wulf (Stam en Pilou).
Cellebroersstraat 53/55
1000 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 511 16 59
lepetitgérard@lafleurenpapierdoré.be
Bar Dessiné-Radisson Blu
www.radissonblu.be/royalhotel-brussels/restaurant/bar
Maak een rondreis door het Belgische stripverhaal in Bar Dessiné, onder het genot van een single malt whisky, een havanasigaar of een
exquise cocktail. Originele en unieke afbeeldingen versieren de bar waar u ook lichte maaltijden en Brusselse specialiteiten kunt bestellen.
Wolvengracht 47
1000 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 219 28 28
Brasserie Horta-BSC
www.brasseriehorta.be
Het Belgisch Stripcentrum, onmisbaar rendez-vous van fantasie, verbeelding en schoonheid, omvat ook een brasserie met een authentieke Brusselse atmosfeer. Zowel liefhebbers van stripverhalen als van art nouveau komen hier aan hun trekken. De brasserie verwent
zowel de ogen als de smaakpapillen.
Zandstraat 20
1000 Brussel
Tel.: + 32 (0) 2 217 72 71
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
38
6.Striphotels
Hotel Amigo
www.roccofortehotels.com
Dit prestigieuze hotel heeft kamers die met originele Kuifje-details zijn verfraaid, kleine humoristische toetsen die de grote badkamers
opvrolijken. Het hotel Amigo is een van de meest gerenommeerde hotels van Brussel en favoriete verblijfplaats van vele vedetten en staatshoofden. Het ligt in het hart van Brussel, vlak bij de Grote Markt en de voornaamste toeristische bezienswaardigheden. In de buurt van dit
hotel vindt u ook meerdere stripmuren: Kuifje (Stoofstraat), De Doorgang, Ragebol & Victor Sackville (Kolenmarkt) …
Hotel Amigo
Vruntstraat 1-3
1000 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 547 47 47
[email protected]
Hotel Métropole
www.metropolehotel.com
Hotel Métropole figureert als decor in De 7 kristallen bollen van Hergé en in Wayne Shelton: Hare hoogheid Honesty van Vanhamme
& Denayer. Dit prestigieuze 19de-eeuwse hotel ligt in het centrum van Brussel, op tien minuten wandelen van de Grote Markt en het
Centraal Station. Het decor, een perfecte combinatie van heden en verleden, is uniek. Een vestibule vol marmer en vergulde decoraties,
een taverne in barokstijl: niet te verwonderen dat deze legendarische locatie Hergé en vele andere kunstenaars geïnspireerd heeft.
Hotel Métropole
De Brouckèreplein 31
1000 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 217 23 00
[email protected]
Hotel Atlas
www.atlas-hotel.be
Dit hotel is zeer goed herkenbaar in de reeks Charly van uitgeverij Dupuis. Hotel Atlas ligt nabij de Antoine Dansaertstraat en de SintGorikshallen. Dit is de oudste wijk van de hoofdstad waar vandaag de beste Brusselse modeontwerpers en designers geconcentreerd
zijn die internationale vermaardheid genieten.
Hotel Atlas
Oude Graanmarkt 30
1000 Brussel
Tel.: +32 (0)2 502 60 06
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
39
Radisson Blu - Royal Hotel
www.radissonblu.be/royalhotel-brussels
Het Radisson Blu Royal Hotel is gebouwd op de eerste stadsomwalling van Brussel. Een restant hiervan is te zien in het Atrium. Aan
de muren van Bar Dessiné op de benedenverdieping hangen originele tekeningen die van deze plek een stemmig hoekje maken om van
een cocktail te nippen of een kleine hap te eten.
Radisson Blu - Royal Hotel
Wolvengracht 47
1000 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 219 28 28
[email protected]
Hotel Sleep Well (jeugdherberg)
www.sleepwell.be
Sleep Well ontvangt zijn gasten hartelijk en beschikt over alle accommodatie voor een super cool kort verblijf in de hoofdstad. De hal
van de jeugdherberg is versierd met twee dolle muurschilderingen van “De Koe” van tekenaar Johan De Moor.
Sleep Well Hostel
Dambordstraat 23
1000 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 218 50 50
[email protected]
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
40
7. Nuttige contacten
VISITBRUSSELS
www.visitbrussels.be
Wallonië-Brussel Tourisme
www.opt.be
Toerisme Vlaanderen
www.toerismevlaanderen.be
Koningsstraat 2-4
1000 Brussel
Tel.: + 32 (0) 2 513 89 40
[email protected]
Sint-Bernardusstraat 30
1060 Brussel
Tel.: +32 (0) 2 504 02 00
[email protected]
Grasmarkt 61
1000 Brussel
Tel : +32 (0) 2 504 03 00
[email protected]
Press officers:
Press officer:
Press officers:
Martha Meeze : [email protected]
Pierre Massart : [email protected]
Alice Chareunsy : [email protected]
Gaetan Peffer : [email protected]
Gorik Kayaert : [email protected]
Jan De Greve: [email protected]
Meer info over comic strip in Brussel :
w w w. v i s i t b r u s s e l s . b e / c o m i c s
Fototheek:
www.Visitbrussels.be/pictures
*Om de copyrights te respecteren, gelieve het formaat van de beelden van de fresco’s niet te veranderen
©VISITBRUSSELS-2012
FOTOS: E.Danhier |JP. LEjeune |M.Vanhulst|CBBD/D. Fouss|MOOF|OPT/Ricardo de la Riva|P.Moers
www.VISITBRUSSELS.BE/comics
41

Documents pareils