Frans: Conseils pour les devoirs
Transcription
Frans: Conseils pour les devoirs
Huiswerktips Conseils pour les devoirs Huiswerktips Conseils pour les devoirs Voor sommige kinderen is huiswerk maken een helse taak. In deze brochure krijg je een heleboel tips over hoe je je kind kan helpen met zijn huiswerk. Pour certains enfants, faire les devoirs est une tâche infernale. Dans cette brochure, nous vous donnons un tas de conseils sur comment aider votre enfant avec ses devoirs. Maak tijd Sommige kinderen hebben wat meer hulp nodig bij hun huiswerk. Met jouw hulp kan je kind op termijn zijn huiswerk helemaal zelf maken. Bouw de hulp dus langzaamaan af, ook al is het resultaat dan al eens een keertje niet zo goed. Maak tijd om te luisteren, moedig je kind aan en leer het te relativeren. Prendre le temps Certains enfants ont besoin d’un peu plus d’aide pour faire leurs devoirs. A terme, avec votre aide, votre enfant pourra faire ses devoirs tout seul. Mettez progressivement un terme à l’aide, même si le résultat n’est pas toujours très bon. Prenez le temps d’écouter, encouragez votre enfant et apprenez-lui à relativiser. Hulpmiddeltjes om huiswerk vlot te laten verlopen: Vous trouverez ci-dessous quelques ressources pour que les devoirs se déroulent bien. Zorg voor ontspanning na school Iets eten, drinken en wat beweging geven je kind weer energie om aan zijn huiswerk te beginnen. Veillez à ce que votre enfant puisse se détendre après l’école Manger, boire quelque chose et un peu d’exercice donneront à nouveau de l’énergie à votre enfant pour entamer ses devoirs. Kies samen met je kind een vast beginuur Laat je kind mee kiezen wat het beste uur is om eraan te beginnen. Zo wordt huiswerk maken sneller een gewoonte. Heeft je kind hulp nodig? Kies dan een moment waarop je zelf ook tijd hebt. Choisissez, ensemble avec votre enfant, une heure de début fixe Laissez votre enfant choisir avec vous l’heure la plus opportune pour commencer. De cette manière, faire ses devoirs deviendra plus rapidement une habitude. Votre enfant a-t-il/elle besoin d’aide? Choisissez alors un moment auquel vous pouvez également libérer du temps. Spreek een einduur af Hoe lang je kind moet werken, hangt natuurlijk van de leeftijd af. Het ene kind heeft ook wat meer tijd nodig dan het andere. Weet je niet goed hoeveel tijd je kind aan zijn huiswerk zou moeten besteden? Vraag het aan de leerkracht, die kan je zeker helpen. Convenez une heure de fin Le temps consacré aux devoirs dépend bien-sûr de l’âge de votre enfant. Certains enfants ont besoin plus de temps que d’autres. Ne savez-vous pas très bien combien de temps votre enfant devrait consacrer à ses devoirs? Demandez-le à l’enseignant, il pourra sûrement vous aider. Zorg voor een goede leeromgeving Geen tv of computer tijdens het huiswerk. Ze leiden alleen maar de aandacht af. Maak ook afspraken met kleine broer of zus dat ze niet mogen storen. Kies samen de beste plaats om huiswerk te maken. Fournissez un bon environnement d’apprentissage Pas de télévision ou d’ordinateur pendant les devoirs. Ils ne font que détourner l’attention. Convenez aussi avec le petit frère ou la petite sœur pour qu’il/elle ne dérange pas. Choisissez ensemble la meilleure place pour faire les devoirs. Een eigen plekje Reserveer een vaste plek in huis. Zo toon je dat huiswerk maken belangrijk is. Aan een vaste huiswerktafel komt je kind sneller in de stemming en stijgt zijn concentratie. Oudere kinderen kiezen vaak voor hun eigen kamer. Dat is geen probleem. Un propre endroit Réservez un propre endroit dans la maison. Ainsi, vous montrez que faire ses devoirs, c’est important. Une table de devoirs fixe met votre enfant dans une bonne ambiance et augmente sa concentration. Les enfants plus âgés choisissent souvent leur propre chambre. Ce n’est pas un problème. Iedereen aan het werk Het is voor je kind veel prettiger om huiswerk te maken als de rest van het gezin op dat moment ook aan het werk is. Werk zelf in de keuken, in het huishouden of doe wat papierwerk. Kleine broer of zus kan speelgoed opruimen. Tout le monde au travail Il est beaucoup plus agréable pour votre enfant de faire ses devoirs quand les autres membres de la famille sont également en train de travailler à ce moment-là. Travaillez dans la cuisine, faites le ménage ou de la paperasse. Le petit frère ou la petite sœur peut ranger les jouets. Geef het huiswerk de plaats die het verdient. Niet meer, niet minder Kinderen raken gestresseerd als er te veel nadruk op het huiswerk wordt gelegd. Zoek een goed evenwicht tussen tijd voor huiswerk en tijd voor ontspanning. Donnez aux devoirs la place qu’ils méritent. Ni plus, ni moins. Les enfants deviennent stressés lorsque l’on met trop l’accent sur les devoirs. Cherchez un bon équilibre entre le temps pour les devoirs et le temps pour les loisirs. Het 5-stappenplan Weet je kind niet hoe te beginnen aan zijn huiswerk, gebruik dan het 5-stappenplan. Een goede werkmethode die je kind helpt om zelfstandig te worden. Le plan à 5 étapes Si votre enfant ne sait pas comment entamer ses devoirs, instaurez le plan à 5 étapes. Une bonne méthode de travail qui aidera votre enfant à devenir autonome. 1. Schoolagenda Agenda scolaire Eerst plannen, dan doen. In de schoolagenda ziet je kind wat het moet doen tegen de volgende dag. Laat je kind een planning maken: Wat doe ik eerst? En wat daarna? Planifier d’abord, agir ensuite. Dans l’agenda scolaire l’enfant verra ce qu’il doit faire pour le lendemain. Demandez à votre enfant de faire un planning: Qu’est-ce que je fais d’abord? Et quoi après? 2. Huiswerk maken Faire les devoirs Laat je kind beginnen met doewerk: woordjes schrijven of lezen, oefeningen maken, enzovoort. Zo kan het in de juiste stemming komen. Na het doewerk komt het leerwerk. Laissez votre enfant commencer par le ‘travail actif’: écrire des petits mots ou lire, faire des exercices, et caetera. Ainsi il/elle pourra entrer dans le bon état d’esprit. Le ‘travail actif’ est suivi du ‘travail d’apprentissage’. 3. Lessen leren en controleren Apprendre les leçons et contrôler Na het leerwerk is het belangrijk dat je kind leert zichzelf te controleren. In het begin kan je helpen door de les op te vragen, maar op het einde van het lager onderwijs moet je kind zichzelf kunnen controleren. Après le ‘travail d’apprentissage’, il est important que votre enfant apprenne à se contrôler lui/elle-même. Au début, vous pouvez aider en l’interrogeant sur ses leçons, mais à la fin de l’école primaire votre enfant doit pouvoir se contrôler lui/elle-même. 4. Werk voor later maken Faire du travail pour plus tard Hak grotere opdrachten in stukken. Ook opdrachten die niet meteen af moeten, kan je opsplitsen. Vroeg begonnen is half gewonnen. Coupez les plus grandes tâches en morceaux. Vous pouvez diviser les tâches qui ne doivent pas être terminées immédiatement. Bien commencé est à moitié gagné. 5. Afsluiten Conclure Schoolagenda controleren. Schooltas maken voor morgen. Werktafel opruimen. Klaar! Contrôler l’agenda scolaire. Faire le cartable pour le lendemain. Ranger la table de travail. Prêt! Waar ouders zelf mee zitten Les obstacles auxquels se heurtent les parents “Ik snap er zelf niks van.” - Maak af en toe samen de boekentas leeg. - Kijk samen in de schoolagenda. - Laat je kind uitleggen wat een taak inhoudt: “Wat wil de juf dat je kan?” “Je n’y comprends rien moi-meme” - De temps en temps, videz ensemble le cartable. . - Regardez ensemble dans l’agenda scolaire. - Laissez votre enfant expliquer en quoi consiste une tâche: « La maîtresse queveut-elle que tu saches faire? » “Hij treuzelt altijd.” - Maak samen de planning. Spreek af welke taak je kind eerst doet: de vervelendste, de dringendste, de kortste … - Bekijk voorbeelden uit de klas. - Verdeel grote taken in stukken, met pauze tussenin: “Een kwartier dictee oefenen, dan tien minuten spelen en dan een halfuur rekenen.” Il/elle traîne toujours” - Faites le planning ensemble. Mettez-vous d’accord sur la tâche que votre enfant fera en premier: la plus ennuyeuse, la plus urgente, la plus courte … - Regardez les exemples faits en classe. - Divisez les grandes tâches en parties, en insérant une pause entre les deux: “Exercer la dictée pendant un quart d’heure, ensuite jouer pendant dix minutes et puis faire les calculs pendant une demie heure.” “Hij is al een uur bezig, is dat wel normaal?” - Zorg dat je in de buurt bent, dat je kind altijd iets kan vragen. - Moedig het aan. - Let erop dat het af en toe pauzeert. - Zit je kind vast? Zet hem terug op weg. Lukt het niet? Meld het aan de leraar via de schoolagenda. “Ça fait déjà une heure qu’il/elle est occupé(e), est-ce normal?” - Assurez-vous d’être à proximité, pour que votre enfant puisse toujours vous posez une question. - Encouragez-le/la. - Soyez attentif à ce qu’il/elle prenne une pause de temps en temps. - Votre enfant ne s’en sort pas? Redirigez-le/la. Cela ne marche pas? Informez-en le professeur via l’agenda scolaire. “Mijn kind kan het niet. Wat nu?” - Speel zelf niet voor leraar. Soms kan je helpen, maar vaak ook niet. - Verbeter zijn huiswerk niet en maak het zeker niet zelf. Aan de fouten van je kind ziet de leraar wat er fout loopt. - Vertel de leraar over de problemen via de schoolagenda. OPVOEDINGSWINKEL ANTWERPEN LES HEURES D’OUVERTURE: Kerkstraat 159 lundi au vendredi de 13 à 17 heures OPVOEDINGSWINKEL BRUSSEL 2060 Antwerpen mercredi de 13 à 20 heures M 0483 38 54 17 tel. 03 236 29 39 ou sur rendez-vous [email protected] [email protected] www.facebook.com/Opvoedingswinkel.Brussel www.opvoedingswinkelantwerpen.be www.opvoedingswinkelbrussel.be Verantwoordelijke Uitgever: Ingrid Declunder | Nieuwland 1989130033 | 1000| mei Brussel Verantwoordelijke uitgever: Tom Meeuws | Grote Markt 1, 2000 Antwerpen | GC 2012 “Mon enfant ne sait pas le faire. Et quoi maintenant?” - Ne jouer pas au professeur. Parfois, vous pourrez aider, mais souvent vous nele pourrez pas. - Ne corrigez pas ses devoirs et ne le faites certainement pas vous-mêmes. Les fautes de votre enfant permettent au professeur de voir ce qui ne va pas. - Relatez les problèmes au professeur via l’agenda scolaire.