Questions et réponses écrites Schriftelijke vragen en

Transcription

Questions et réponses écrites Schriftelijke vragen en
QRVA 51 104
QRVA 51 104
CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS
DE BELGIQUE
VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
————
————
Questions
et réponses
écrites
Schriftelijke
vragen en
antwoorden
BELGISCHE KAMER VAN
26 - 12 - 2005
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18762
cdH
CD&V
ECOLO
FN
MR
N-VA
PS
sp•a - spirit
Vlaams Belang
VLD
:
:
:
:
:
:
:
:
:
:
Centre démocrate Humaniste
Christen-Democratisch en Vlaams
Écologistes Confédérés pour l’organisation de luttes originales
Front National
Mouvement Réformateur
Nieuw - Vlaamse Alliantie
Parti socialiste
Socialistische Partij Anders - Sociaal progressief internationaal, regionalistisch integraal democratisch toekomstgericht.
Vlaams Belang
Vlaamse Liberalen en Democraten
Abréviations dans la numérotation des publications :
Afkortingen bij de nummering van de publicaties :
DOC 51 0000/000 : Document parlementaire de la 51e législature,
suivi du no de base et du no consécutif
QRVA :
Questions et Réponses écrites
CRIV :
Compte Rendu Intégral, avec à gauche, le
compte rendu intégral et, à droite, le compte
rendu analytique traduit des interventions
(sur papier blanc, avec les annexes)
CRIV :
Version Provisoire du Compte Rendu Intégral
(sur papier vert)
CRABV :
Compte Rendu Analytique (sur papier bleu)
PLEN :
Séance plénière (couverture blanche)
COM :
Réunion de commission (couverture beige)
DOC 51 0000/000 : Parlementair document van de 51e zittingsperiode +
basisnummer en volgnummer
QRVA :
Schriftelijke Vragen en Antwoorden
CRIV :
Integraal Verslag, met links het definitieve integraal
verslag en rechts het vertaald beknopt verslag van de
toespraken (op wit papier, bevat ook de bijlagen)
CRABV :
PLEN :
COM :
Publications officielles éditées par la Chambre des représentants
Commandes :
Place de la Nation 2
1008 Bruxelles
Tél. : 02/549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.laChambre.be
e-mail : [email protected]
Officiële publicaties, uitgegeven door de Kamer van volksvertegenwoordigers
Bestellingen :
Natieplein 2
1008 Brussel
Tel. : 02/549 81 60
Fax : 02/549 82 74
www.deKamer.be
e-mail : [email protected]
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
CRIV :
2005
2006
Voorlopige versie van het Integraal Verslag (op groen
papier)
Beknopt Verslag (op blauw papier)
Plenum (witte kaft)
Commissievergadering (beige kaft)
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18763
SOMMAIRE
INHOUD
II. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement,
à partir de la session extraordinaire 2003.
II. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn,
vanaf de buitengewone zitting 2003.
Page/Blz. 18767
II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement.
(Art. 123, alinéas 1er à 4 du règlement de la Chambre).
II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is.
(Art. 123, eerste tot vierde lid van het reglement van de Kamer).
Page/Blz. 18783
Page
Blz.
Premier ministre
—
Eerste minister
Vice-première ministre et ministre de la Justice
18783 Vice-eerste minister en minister van Justitie
Vice-premier ministre et ministre des Finances
18789 Vice-eerste minister en minister van Financiën
Vice-première ministre
Vice-eerste minister
et ministre du Budget et de la Protection de la consommation 18808 en minister van Begroting en Consumentenzaken
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
18810 Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken
Ministre des Affaires étrangères
18815 Minister van Buitenlandse Zaken
Ministre de la Défense
18816 Minister van Landsverdediging
Ministre de l’Économie, de l’Énergie,
du Commerce extérieur et de la Politique scientifique
Minister van Economie, Energie,
18822 Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
18825 Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture
—
Minister van Middenstand en Landbouw
Ministre de la Coopération au développement
—
Minister van Ontwikkelingssamenwerking
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale,
Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke
de la Politique des grandes villes et de l’Égalité des chances 18834 Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
Ministre de la Mobilité
18839 Minister van Mobiliteit
Ministre de l’Environnement et des Pensions
18843 Minister van Leefmilieu en Pensioenen
Ministre de l’Emploi
18845 Minister van Werk
Secrétaire d’État à la Modernisation des Finances
et à la Lutte contre la fraude fiscale,
adjoint au ministre des Finances
Staatssecretaris voor Modernisering van de Financiën
en de Strijd tegen de fiscale fraude,
18851 toegevoegd aan de minister van Financiën
Secrétaire d’État à la Simplification administrative,
adjoint au Premier ministre
—
Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging,
toegevoegd aan de Eerste minister
Secrétaire d’État aux Affaires européennes,
adjoint au ministre des Affaires étrangères
—
Staatssecretaris voor Europese Zaken,
toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken
—
Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling
en Sociale Economie, toegevoegd aan
de minister van Begroting en Consumentenzaken
—
Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid
Secrétaire d’État au Développement durable
et à l’Économie sociale,
adjointe à la ministre du Budget et de la Protection de la
consommation
Secrétaire d’État aux Familles et aux Personnes handicapées,
adjointe au ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique
Secrétaire d’État aux Entreprises publiques,
Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven,
adjointe à la ministre du Budget et de la Protection de la
toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenconsommation
18854 zaken
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18765
III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants
et réponses données par les ministres.
III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers
en antwoorden van de ministers.
Page/Blz. 18871
Page
Blz.
Premier ministre
Vice-première ministre et ministre de la Justice
Vice-premier ministre et ministre des Finances
Vice-première ministre
et ministre du Budget et de la Protection de la consommation
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
Ministre des Affaires étrangères
Ministre de la Défense
Ministre de l’Économie, de l’Énergie,
du Commerce extérieur et de la Politique scientifique
18871 Eerste minister
18875 Vice-eerste minister en minister van Justitie
18890 Vice-eerste minister en minister van Financiën
Vice-eerste minister
18892 en minister van Begroting en Consumentenzaken
18895 Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken
—
Minister van Buitenlandse Zaken
18917 Minister van Landsverdediging
Minister van Economie, Energie,
—
Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
Ministre des Classes moyennes et de l’Agriculture
Ministre de la Coopération au développement
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale,
de la Politique des grandes villes et de l’Égalité des chances
Ministre de la Mobilité
Ministre de l’Environnement et des Pensions
Ministre de l’Emploi
Secrétaire d’État à la Modernisation des Finances
et à la Lutte contre la fraude fiscale,
adjoint au ministre des Finances
Secrétaire d’État à la Simplification administrative,
adjoint au Premier ministre
Secrétaire d’État aux Affaires européennes,
adjoint au ministre des Affaires étrangères
Secrétaire d’État au Développement durable
et à l’Économie sociale,
adjointe à la ministre du Budget et de la Protection de la
consommation
18928 Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
—
Minister van Middenstand en Landbouw
18930 Minister van Ontwikkelingssamenwerking
Minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke
18935 Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
18939 Minister van Mobiliteit
18954 Minister van Leefmilieu en Pensioenen
18963 Minister van Werk
Staatssecretaris voor Modernisering van de Financiën
en de Strijd tegen de fiscale fraude,
toegevoegd aan de minister van Financiën
—
Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging,
—
toegevoegd aan de Eerste minister
Staatssecretaris voor Europese Zaken,
18983 toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken
—
Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling
en Sociale Economie, toegevoegd aan
de minister van Begroting en Consumentenzaken
Secrétaire d’État aux Familles et aux Personnes handicapées,
Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handiadjointe au ministre des Affaires sociales
cap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken
et de la Santé publique
18984 en Volksgezondheid
Secrétaire d’État aux Entreprises publiques,
Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven,
adjointe à la ministre du Budget et de la Protection de la
toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenconsommation
—
zaken
Questions posées aux ministres-membres
du Conseil des ministres européen via le comité d’avis
chargé de questions européennes
—
Un sommaire par objet est reproduit in fine du Bulletin
Vragen gesteld aan de ministers-leden
van de Europese Raad van ministers via het adviescomité
voor Europese aangelegenheden
In fine van het Bulletin is een zaakregister afgedrukt
IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet.
IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
Page/Blz. 18989
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18767
I. Liste cumulative des questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement,
à partir de la session extraordinaire 2003. *
I. Cumulatieve lijst van de vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn,
vanaf de buitengewone zitting 2003. *
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
Auteur
Page
Blz.
Vice-première ministre
et ministre de la Justice
Vice-eerste minister
en minister van Justitie
20- 8-2003
21- 8-2003
21-10-2003
8- 3-2004
22
25
66
203
5510173-
4-2004
5-2004
5-2004
5-2004
6-2004
229
260
272
283
289
9- 6-2004
5- 7-2004
26- 8-2004
26- 8-2004
9- 9-2004
24- 9-2004
1-10-2004
15-10-2004
15-10-2004
26-10-2004
10-11-2004
18-11-2004
23-11-2004
24-11-2004
3-12-2004
3-12-2004
3-12-2004
3-12-2004
22-12-2004
13- 1-2005
18- 1-2005
19- 1-2005
291
306
338
339
342
369
383
398
400
416
435
441
448
455
459
460
461
462
489
497
505
508
Francis Van den Eynde
Jan Mortelmans
Guy D’haeseleer
François-Xavier de
Donnea
Filip De Man
Walter Muls
Mw. Nahima Lanjri
Alfons Borginon
Mw. Yolande Avontroodt
Alfons Borginon
Mme Marie Nagy
Stijn Bex
Stijn Bex
Roel Deseyn
Claude Marinower
Alfons Borginon
Bart Laeremans
Mme Muriel Gerkens
Dylan Casaer
Francis Van den Eynde
Alfons Borginon
Gerolf Annemans
Claude Marinower
Guido De Padt
Guido De Padt
Guido De Padt
Guido De Padt
Guido De Padt
Guido De Padt
Luk Van Biesen
Guido Tastenhoye
232
233
1091
4254
4878
5457
5614
5969
6112
6114
6599
7181
7182
7511
7879
8085
8437
8439
8652
8885
9279
9282
9286
9478
9478
9479
9480
9955
10550
10554
10556
Date
Datum
31151621232428112391016161623297-
Question no
Vraag nr.
1-2005
2-2005
2-2005
2-2005
2-2005
2-2005
2-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
4-2005
518
532
533
535
540
543
545
549
551
556
563
578
581
587
589
590
608
612
617
7- 4-2005
19- 4-2005
21- 4-2005
620
634
638
25- 4-2005
28- 4-2005
641
647
9101010101013-
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
667
674
675
676
677
678
684
1723252526-
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
685
687
691
692
693
Auteur
Mw. Alexandra Colen
Jo Vandeurzen
Claude Marinower
Filip De Man
Roel Deseyn
Gerolf Annemans
Claude Marinower
Bert Schoofs
Bert Schoofs
Walter Muls
Gerolf Annemans
Alfons Borginon
Guy Hove
Gerolf Annemans
Stijn Bex
Stijn Bex
Alfons Borginon
Servais Verherstraeten
Mw. Frieda Van
Themsche
Bart Laeremans
Mw. Annelies Storms
Mw. Frieda Van
Themsche
Jo Vandeurzen
Mw. Sabien LahayeBattheu
Jan Mortelmans
Mw. Annelies Storms
Mw. Annelies Storms
Dylan Casaer
David Geerts
Jo Vandeurzen
Mw. Sabien LahayeBattheu
Mme Zoé Genot
Guido De Padt
Guido De Padt
Claude Marinower
Stijn Bex
Page
Blz.
11083
11585
11717
11718
11722
12035
12035
12038
12039
12042
12222
12228
12410
12412
12412
12413
12422
12871
13157
13158
13315
13605
13606
13909
14132
14133
14134
14135
14135
14136
14142
14143
14409
14413
14413
14641
* Liste clôturée le 23 décembre 2005
* Lijst afgesloten op 23 december 2005
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18768
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
311999999922-
5-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
696
701
705
706
707
708
709
710
712
723
23272728444111414181826262628282828295115-
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
8-2005
8-2005
9-2005
724
729
730
731
736
737
738
742
746
747
749
750
754
755
756
759
761
762
763
765
768
770
772
88131620202222222226-
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
774
777
779
782
785
786
790
792
794
796
799
Auteur
Jo Vandeurzen
Servais Verherstraeten
Jan Mortelmans
Jan Mortelmans
Jan Mortelmans
Jan Mortelmans
Jan Mortelmans
Jan Mortelmans
Guido De Padt
Mme Corinne De
Permentier
Jean-Marc Nollet
Geert Lambert
Guy D’haeseleer
Guy Hove
Filip De Man
Walter Muls
Dylan Casaer
Mw. Hilde Vautmans
Walter Muls
Walter Muls
Filip De Man
François Bellot
Bart Laeremans
Roel Deseyn
Mw. Greet Van Gool
Roel Deseyn
Guido De Padt
Guido De Padt
Guido De Padt
Francis Van den Eynde
Roel Deseyn
Daniel Bacquelaine
Mw. Sabien LahayeBattheu
Filip De Man
Guido De Padt
Guido De Padt
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Guido De Padt
Claude Marinower
Claude Marinower
Claude Marinower
Mw. Hilde Claes
Mw. Annelies Storms
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
Page
Blz.
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
14643
14648
15155
15155
15156
15156
15157
15157
15158
28- 9-2005
802
29- 9-2005
20-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
21-10-2005
21-10-2005
21-10-2005
21-10-2005
24-10-2005
24-10-2005
803
808
810
811
812
813
814
817
819
821
15412
15627
15630
15632
15632
15634
15636
15636
15869
15873
15873
15874
15876
16960
16961
16962
16964
16965
16966
16966
16969
16970
16972
16974
17308
17309
17309
17311
17312
17313
17657
17658
17659
17660
17661
2005
25-10-2005
25-10-2005
25-10-2005
27-10-2005
13- 9-2004
10-11-2005
10-11-2005
10-11-2005
14-11-2005
14-11-2005
17-11-2005
21-11-2005
21-11-2005
21-11-2005
822
823
824
825
827
830
831
832
833
834
835
837
838
839
22-11-2005
22-11-2005
23-11-2005
23-11-2005
840
841
843
844
Auteur
Mw. Marleen
Govaerts
Mw. Hilde Vautmans
Bart Laeremans
Guido De Padt
Guy D’haeseleer
Mw. Hilde Vautmans
Roel Deseyn
Yvan Mayeur
Guido De Padt
Claude Marinower
Jean-Pierre Malmendier
Mw. Hilde Vautmans
Mme Muriel Gerkens
Servais Verherstraeten
Guido De Padt
Guido De Padt
Alfons Borginon
Alfons Borginon
Guy D’haeseleer
Stijn Bex
Guy D’haeseleer
Guido De Padt
Bart Laeremans
Mme Annick Saudoyer
Mw. Sabien LahayeBattheu
Guido De Padt
Bart Laeremans
Ortwin Depoortere
Mw. Trees Pieters
Page
Blz.
17662
17663
18136
18137
18138
18138
18139
18140
18142
18143
18145
18145
18146
18146
18147
18379
18591
18592
18592
18593
18594
18783
18784
18784
18785
18786
18787
18788
18788
Vice-premier ministre
et ministre des Finances
Vice-eerste minister
en minister van Financiën
30- 9-2003
9-10-2003
6-11-2003
10-11-2003
10-11-2003
20-11-2003
20-11-2003
24-11-2003
2006
45
54
81
97
104
150
152
158
Geert Lambert
Jean-Jacques Viseur
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
689
947
1694
1714
1725
1941
1944
1950
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
8- 1-2004
12- 1-2004
26- 1-2004
3- 2-2004
23- 2-2004
22- 3-2004
22- 3-2004
28- 4-2004
30- 4-2004
5- 5-2004
12- 5-2004
13- 5-2004
24- 5-2004
24- 5-2004
2- 6-2004
23- 6-2004
28- 6-2004
12- 7-2004
13- 7-2004
27- 7-2004
23- 9-2004
5-10-2004
5-10-2004
6-10-2004
7-10-2004
15-10-2004
19-10-2004
26-10-2004
2-12-2004
9-12-2004
14-12-2004
15-12-2004
17-12-2004
11- 1-2005
14- 1-2005
18- 1-2005
27- 1-2005
206
208
236
254
274
318
320
357
366
367
387
389
397
398
407
421
425
434
435
449
487
496
497
499
503
510
512
518
549
556
560
561
563
589
593
603
625
31313316172428-
1-2005
1-2005
2-2005
2-2005
2-2005
2-2005
2-2005
2-2005
629
631
636
638
645
648
662
665
18769
Auteur
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Olivier Maingain
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Willy Cortois
Mw. Trees Pieters
Pieter De Crem
Alfons Borginon
Jean-Jacques Viseur
Carl Devlies
Carl Devlies
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Guido De Padt
Geert Versnick
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Carl Devlies
Bart Tommelein
Melchior Wathelet
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Mme Muriel Gerkens
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Melchior Wathelet
Mme Zoé Genot
Geert Lambert
Carl Devlies
Gerolf Annemans
Guido De Padt
Gerolf Annemans
Dirk Van der Maelen
Mw. Marleen
Govaerts
Guido De Padt
Hagen Goyvaerts
Hagen Goyvaerts
Jean-Marc Nollet
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Servais Verherstraeten
Hagen Goyvaerts
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
Page
Blz.
2784
2787
3225
3656
3923
4576
4577
5334
5470
5471
5624
5836
5977
5979
6134
6442
6607
6753
6753
7190
7879
8093
8095
8096
8234
8445
8446
8656
9487
9668
9670
9671
9957
10441
10559
10565
11087
11087
11088
11391
11391
11725
11728
12046
12047
2005
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
22377-
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
673
674
676
680
681
7810141615171722292911121414202227282822-
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
4-2005
4-2005
4-2005
4-2005
4-2005
4-2005
4-2005
4-2005
4-2005
5-2005
5-2005
682
686
692
697
698
700
701
702
705
709
711
723
725
731
732
746
751
757
760
761
762
767
49910171823262727303031311133-
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
779
782
784
788
793
794
795
802
804
805
807
808
811
812
813
814
816
817
2006
Auteur
Carl Devlies
Carl Devlies
Carl Devlies
Elio Di Rupo
Ludo Van Campenhout
Mw. Trees Pieters
Alfons Borginon
Guido De Padt
Hagen Goyvaerts
Jacques Chabot
Dylan Casaer
Mw. Trees Pieters
Carl Devlies
Mw. Nathalie Muylle
Dirk Van der Maelen
Jean-Marc Nollet
Dirk Van der Maelen
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Pierre Lano
Staf Neel
Mw. Trees Pieters
Dirk Van der Maelen
Hendrik Bogaert
Pieter De Crem
Mw. Yolande Avontroodt
Melchior Wathelet
Hagen Goyvaerts
Carl Devlies
Mw. Annelies Storms
Mw. Trees Pieters
Francis Van den Eynde
Carl Devlies
Jef Van den Bergh
Mme Muriel Gerkens
Jean-Marc Nollet
Carl Devlies
Carl Devlies
Mme Muriel Gerkens
Mw. Trees Pieters
Mark Verhaegen
Carl Devlies
Mw. Trees Pieters
Mw. Nathalie Muylle
Page
Blz.
12051
12052
12230
12231
12232
12234
12239
12426
12430
12431
12434
12434
12436
12439
12874
12876
13166
13167
13319
13320
13327
13613
13619
13916
13917
13918
13918
14147
14150
14151
14155
14158
14159
14414
14649
14651
14651
14653
14654
14657
14658
14660
14660
14885
14887
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18770
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
367814151516282916-
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
7-2005
7-2005
818
819
828
833
838
842
845
847
863
866
871
877
27272722512162657781415-
7-2005
7-2005
7-2005
8-2005
8-2005
8-2005
8-2005
8-2005
8-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
890
891
893
898
899
901
902
903
905
910
912
913
914
917
918
21- 9-2005
922
7222222262627282829-
923
924
925
926
927
930
932
938
939
941
7-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
4-10-2005
4-10-2005
5-10-2005
944
945
946
Auteur
Hagen Goyvaerts
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Olivier Maingain
Mme Zoé Genot
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Roel Deseyn
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Mw. Annemie Turtelboom
Carl Devlies
Dirk Van der Maelen
Jef Van den Bergh
Carl Devlies
Carl Devlies
Carl Devlies
Carl Devlies
David Geerts
Dirk Van der Maelen
Jo Vandeurzen
Mw. Trees Pieters
Servais Verherstraeten
Luk Van Biesen
Mw. Greta D’hondt
Mw. Annemie Turtelboom
Ludo Van Campenhout
Mw. Nathalie Muylle
Geert Versnick
Dirk Van der Maelen
Jean-Jacques Viseur
Joseph Arens
Jacques Chabot
Dirk Van der Maelen
Hendrik Bogaert
Jo Vandeurzen
Mw. Sabien LahayeBattheu
Mw. Frieda Van
Themsche
Mw. Sabien LahayeBattheu
Francis Van den Eynde
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
Page
Blz.
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
14888
14889
14894
14900
15163
15165
15167
15414
15645
15647
15649
5-10-2005
6-10-2005
947
949
15656
16977
16978
16979
16984
16985
16987
16989
16990
16991
16995
16996
16998
17314
17316
17317
17319
17320
17665
17666
17667
17668
17671
17672
17676
17676
17678
17680
17680
17681
2005
19-10-2005
19-10-2005
21-10-2005
21-10-2005
21-10-2005
21-10-2005
24-10-2005
24-10-2005
26- 7-2005
25-10-2005
25-10-2005
3-11-2005
19-10-2005
950
951
954
955
956
957
959
961
962
963
966
967
968
3-11-2005
8-11-2005
8-11-2005
10-11-2005
10-11-2005
10-11-2005
10-11-2005
10-11-2005
14-11-2005
17-11-2005
17-11-2005
17-11-2005
969
972
973
974
975
976
977
978
979
980
981
982
18-11-2005
18-11-2005
21-11-2005
21-11-2005
21-11-2005
21-11-2005
21-11-2005
21-11-2005
22-11-2005
22-11-2005
983
984
987
988
989
990
991
992
994
995
22-11-2005
22-11-2005
22-11-2005
22-11-2005
22-11-2005
23-11-2005
996
998
999
1000
1001
1002
2006
Auteur
Gerolf Annemans
Mw. Marleen
Govaerts
Hendrik Bogaert
Robert Denis
Joseph Arens
Mw. Martine Taelman
Yvan Mayeur
Mme Zoé Genot
Philippe Monfils
Mme Muriel Gerkens
Roel Deseyn
Mme Muriel Gerkens
Servais Verherstraeten
Dirk Van der Maelen
Mw. Marleen
Govaerts
Mw. Trees Pieters
Hendrik Daems
Dirk Van der Maelen
Alfons Borginon
Mw. Karin Jiroflée
Mw. Trees Pieters
Mw. Trees Pieters
Guy D’haeseleer
Jean-Jacques Viseur
Carl Devlies
Dirk Claes
Mw. Marleen
Govaerts
Hagen Goyvaerts
Mw. Trees Pieters
Geert Versnick
Mw. Trees Pieters
Servais Verherstraeten
Hagen Goyvaerts
Mw. Trees Pieters
Guido De Padt
Guido De Padt
Mme Dominique
Tilmans
Luc Goutry
Ortwin Depoortere
Mme Muriel Gerkens
Mme Muriel Gerkens
Jean-Jacques Viseur
Mw. Sabien LahayeBattheu
Page
Blz.
17681
17895
18148
18149
18151
18151
18152
18152
18154
18155
18156
18157
18159
18380
18382
18382
18384
18594
18595
18595
18596
18598
18599
18599
18789
18790
18791
18792
18792
18793
18794
18796
18797
18798
18799
18800
18801
18803
18803
18804
18804
18805
18806
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
23-11-2005
1003
18771
Auteur
Mw. Trees Pieters
Page
Blz.
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
18807
20-10-2004
21-10-2004
13- 1-2005
411
413
481
192471016177-
1-2005
1-2005
2-2005
3-2005
3-2005
3-2005
4-2005
488
496
505
545
552
556
573
141421222818313181313142024-
4-2005
4-2005
4-2005
4-2005
4-2005
5-2005
5-2005
5-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
582
585
595
598
605
625
636
637
644
649
651
652
657
668
Vice-première ministre
et ministre du Budget
et de la Protection de la consommation
Vice-eerste minister
en minister van Begroting
en Consumentenzaken
Budget — Begroting
15-10-2004
9-11-2004
10-11-2004
20- 1-2005
1- 2-2005
14- 4-2005
10- 5-2005
10- 5-2005
26- 5-2005
8- 6-2005
12- 7-2005
28- 7-2005
20-10-2005
4-11-2005
31
34
36
42
46
54
60
61
62
63
68
71
74
75
Mme Muriel Gerkens
Bart Laeremans
Jean-Marc Nollet
Gerolf Annemans
Koen T’Sijen
Guido De Padt
Mw. Annelies Storms
Mw. Annelies Storms
Mw. Simonne Creyf
Stijn Bex
Geert Lambert
Olivier Maingain
Guy D’haeseleer
Mw. Annemie Turtelboom
8450
8898
8898
10832
11093
13328
14160
14161
14662
14902
15882
16999
18160
18385
4- 7-2005
677
Protection de la consommation — Consumentenzaken
28- 9-2005
20-10-2005
24-10-2005
17
154
156
4-11-2005
157
10-11-2005
17-11-2005
22-11-2005
158
159
160
Mme Marie Nagy
Guy D’haeseleer
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Annemie Turtelboom
Guy D’haeseleer
Roel Deseyn
Stijn Bex
7216
7217
1212262628592488813162020202021-
2005
2006
17682
18160
18161
18386
18600
18808
18809
Vice-premier ministre
et ministre de l’Intérieur
Vice-eerste minister
en minister van Binnenlandse Zaken
12- 8-2004
12- 8-2004
338
339
Roel Deseyn
Roel Deseyn
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
8-2005
8-2005
8-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
9-2005
686
687
702
703
708
712
713
714
723
725
726
728
729
732
733
734
735
737
Auteur
Stijn Bex
Koen T’Sijen
Mw. Sabien LahayeBattheu
Guido Tastenhoye
Guido De Padt
Mw. Nancy Caslo
Mark Verhaegen
Guido De Padt
Stijn Bex
Mw. Frieda Van
Themsche
Mw. Nancy Caslo
Elio Di Rupo
Koen T’Sijen
Staf Neel
Mw. Martine Taelman
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Mw. Inga Verhaert
Melchior Wathelet
Guido De Padt
Guido De Padt
Francis Van den Eynde
Mme Muriel Gerkens
Mw. Sabien LahayeBattheu
Mw. Marleen
Govaerts
Jean-Marc Nollet
Geert Lambert
Geert Lambert
Mw. Hilde Dierickx
Guido De Padt
Roel Deseyn
Ortwin Depoortere
Bart Laeremans
Guido De Padt
Guido De Padt
Francis Van den Eynde
Mw. Annelies Storms
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Mw. Nancy Caslo
Jean-Marc Nollet
Jef Van den Bergh
Page
Blz.
8459
8665
10577
10583
10839
17510
12459
12462
12464
13176
13339
13340
13628
13629
13924
14185
14687
14688
17512
15179
15180
15181
15420
15672
15679
15891
15892
17010
17011
17012
17514
17013
17014
17327
17328
17329
17331
17333
17335
17335
17336
17336
17337
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18772
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
27- 9-2005
4-10-2005
20-10-2005
27-10-2005
29- 6-2005
3-11-2005
4-11-2005
4-11-2005
4-11-2005
14-11-2005
14-11-2005
14-11-2005
14-11-2005
14-11-2005
14-11-2005
16-11-2005
17-11-2005
739
743
751
756
757
758
760
762
763
768
769
771
772
773
774
775
776
19-10-2005
30- 9-2005
17-11-2005
18-11-2005
21-11-2005
22-11-2005
22-11-2005
22-11-2005
23-11-2005
777
778
779
780
781
785
786
788
793
Auteur
Guido De Padt
Guido De Padt
Mw. Ingrid Meeus
Guido De Padt
Bert Schoofs
Dylan Casaer
Guido De Padt
Guido De Padt
Guido De Padt
Guido De Padt
Guido De Padt
Patrick Cocriamont
Guido De Padt
Guy D’haeseleer
Mme Zoé Genot
Guy D’haeseleer
Mw. Marleen
Govaerts
Mark Verhaegen
Guido De Padt
Guido De Padt
Eric Libert
Eric Libert
Bart Laeremans
Bart Laeremans
Gerolf Annemans
Filip De Man
Page
Blz.
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
17691
17693
18164
18166
18386
18387
18388
18389
18389
18602
18603
18603
18604
18604
18604
18605
31- 1-2005
18- 2-2005
21- 4-2005
22- 4-2005
24- 5-2005
31- 5-2005
6- 6-2005
6- 6-2005
7- 6-2005
8- 6-2005
27- 6-2005
12- 7-2005
12- 7-2005
26- 7-2005
27- 7-2005
27- 7-2005
29- 7-2005
7- 9-2005
8- 9-2005
20- 9-2005
20- 9-2005
4-10-2005
20-10-2005
25-10-2005
4-11-2005
4-11-2005
170
183
217
218
230
232
236
237
238
241
245
252
253
257
258
259
260
261
262
263
264
265
266
267
268
269
4-11-2005
10-11-2005
16-11-2005
17-11-2005
270
271
272
273
18810
18605
18606
18811
18812
18812
18813
18813
18814
18814
Ministre des Affaires étrangères
Minister van Buitenlandse Zaken
7- 1-2004
6- 2-2004
17- 2-2004
22- 3-2004
1- 4-2004
14- 7-2004
29- 7-2004
12-10-2004
18-10-2004
9-11-2004
16-11-2004
10-12-2004
14-12-2004
17-12-2004
21-12-2004
51
59
61
70
71
102
109
121
123
127
130
141
142
144
145
Mme Marie Nagy
Mme Zoé Genot
Pieter De Crem
Francis Van den Eynde
Mme Zoé Genot
Karel Pinxten
Karel Pinxten
Luk Van Biesen
Mw. Greet Van Gool
Patrick Moriau
Dirk Van der Maelen
Francis Van den Eynde
Gerolf Annemans
Gerolf Annemans
Francis Van den Eynde
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2582
3641
3804
4563
4881
6766
7228
8248
8461
8917
9115
9683
9684
9969
9969
2005
Auteur
Mw. Alexandra Colen
Pieter De Crem
Mw. Annelies Storms
Pieter De Crem
Miguel Chevalier
Dirk Van der Maelen
Dirk Van der Maelen
Francis Van den Eynde
Mme Zoé Genot
Stijn Bex
Francis Van den Eynde
Francis Van den Eynde
Francis Van den Eynde
Jean-Marc Delizée
Mw. Inga Verhaert
Mw. Inga Verhaert
Mme Muriel Gerkens
Gerolf Annemans
Francis Van den Eynde
Mme Marie Nagy
Gerolf Annemans
Mw. Inga Verhaert
Guy D’haeseleer
Servais Verherstraeten
Melchior Wathelet
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Inga Verhaert
Guy D’haeseleer
Servais Verherstraeten
Mw. Inga Verhaert
Page
Blz.
11102
11751
13631
13632
14430
14691
14918
14918
14919
14920
15682
15900
15901
17017
17017
17018
17019
17021
17338
17339
17339
17695
18167
18168
18390
18392
18392
18606
18607
18815
Ministre de la Défense
Minister van Landsverdediging
28-11-2003
16-12-2003
17- 1-2005
8- 3-2005
8- 3-2005
4- 5-2005
36
45
168
191
192
226
881826-
238
240
255
256
6-2005
6-2005
7-2005
7-2005
2006
Karel Pinxten
Luc Sevenhans
Eric Massin
Luc Sevenhans
Luc Sevenhans
François-Xavier de
Donnea
Luc Sevenhans
Stijn Bex
David Geerts
David Geerts
2091
2359
10590
12252
12253
14189
14921
14923
15903
17022
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
25-10-2005
10-11-2005
18-11-2005
21-11-2005
21-11-2005
22-11-2005
22-11-2005
22-11-2005
23-11-2005
23-11-2005
282
291
293
295
296
297
300
301
302
303
18773
Auteur
Servais Verherstraeten
Guy D’haeseleer
Luc Sevenhans
Luc Sevenhans
Luc Sevenhans
Bart Laeremans
Luc Sevenhans
Mw. Ingrid Meeus
Mw. Ingrid Meeus
Mw. Ingrid Meeus
Page
Blz.
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
18170
18922
18816
18816
18817
18818
18819
18820
18820
18821
19-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
21-10-2005
21-10-2005
24-10-2005
24-10-2005
24-10-2005
24-10-2005
25-10-2005
25-10-2005
25-10-2005
25-10-2005
4-11-2005
352
353
354
358
360
361
362
363
364
365
366
367
368
371
10-11-2005
10-11-2005
21-11-2005
373
374
375
Ministre de l’Économie,
de l’Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique
Minister van Economie,
Energie, Buitenlandse Handel
en Wetenschapsbeleid
Économie — Economie
3-11-2004
28-12-2004
7- 2-2005
25- 2-2005
8- 3-2005
27- 4-2005
25- 5-2005
1- 6-2005
24- 6-2005
26- 7-2005
28- 7-2005
5- 8-2005
8- 8-2005
1- 9-2005
27- 7-2005
16- 9-2005
16- 9-2005
16- 9-2005
16- 9-2005
19- 9-2005
19- 9-2005
22- 9-2005
6-10-2005
6-10-2005
6-10-2005
167
197
224
239
243
271
288
299
312
320
326
328
330
332
337
338
339
340
341
342
343
347
349
350
351
Roel Deseyn
Gerolf Annemans
Mme Muriel Gerkens
Dirk Claes
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Mw. Trees Pieters
Stijn Bex
Mw. Yolande Avontroodt
Marc Verwilghen
Olivier Maingain
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Elio Di Rupo
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Ortwin Depoortere
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Roel Deseyn
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
21-11-2005
8921
10155
11403
12067
12253
13642
14432
14696
15688
17025
17028
17029
17029
17031
17340
17341
17342
17343
17343
17344
17345
17695
17895
17897
17897
2005
376
Auteur
Ortwin Depoortere
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Yvan Mayeur
Bart Laeremans
Mme Muriel Gerkens
Mme Muriel Gerkens
Hagen Goyvaerts
Mme Muriel Gerkens
Roel Deseyn
Servais Verherstraeten
Mw. Annemie Turtelboom
David Geerts
Guy D’haeseleer
François-Xavier de
Donnea
Mark Verhaegen
Page
Blz.
18173
18173
18174
18179
18179
18180
18181
18182
18183
18183
18184
18184
18185
18397
18609
18609
18822
18823
Énergie — Energie
20-10-2005
24-10-2005
25-10-2005
4-11-2005
10-11-2005
21-11-2005
149
152
153
154
155
156
Mw. Inga Verhaert
Mme Muriel Gerkens
Servais Verherstraeten
Mw. Annemie Turtelboom
Guy D’haeseleer
Guido De Padt
18399
18188
18189
18400
18610
18823
Commerce extérieur — Buitenlandse Handel
29-12-2004
31- 1-2005
1- 2-2005
28- 4-2005
6- 6-2005
8- 6-2005
15- 6-2005
29- 7-2005
20-10-2005
25-10-2005
4-11-2005
10-11-2005
2006
37
42
43
51
56
57
58
61
62
63
64
65
Mme Muriel Gerkens
Mw. Maggie De Block
Koen T’Sijen
Mme Muriel Gerkens
Ortwin Depoortere
Stijn Bex
Mw. Greta D’hondt
Mme Muriel Gerkens
Guy D’haeseleer
Servais Verherstraeten
Mw. Annemie Turtelboom
Guy D’haeseleer
10157
11108
11109
13644
14927
14927
15184
17032
18189
18190
18400
18610
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18774
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
Auteur
Page
Blz.
Politique scientifique — Wetenschapsbeleid
10-11-2004
1- 2-2005
25- 2-2005
21- 3-2005
31- 3-2005
14- 4-2005
14- 4-2005
14- 4-2005
22- 4-2005
26- 4-2005
8- 6-2005
28- 7-2005
20-10-2005
24-10-2005
25-10-2005
4-11-2005
10-11-2005
14-11-2005
22-11-2005
33
49
52
55
56
59
60
61
63
64
69
75
81
82
83
84
85
86
87
Guy D’haeseleer
Koen T’Sijen
Mw. Simonne Creyf
Mw. Simonne Creyf
Bart Laeremans
Hagen Goyvaerts
Hagen Goyvaerts
Hagen Goyvaerts
Staf Neel
Geert Lambert
Stijn Bex
Mw. Simonne Creyf
Guy D’haeseleer
Mw. Ingrid Meeus
Servais Verherstraeten
Mw. Annemie Turtelboom
Guy D’haeseleer
Patrick De Groote
Ortwin Depoortere
8928
11111
12070
12472
13012
13355
13356
13356
13645
13646
14929
17034
18191
18191
18192
18401
18611
18611
18824
Ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique
Minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid
Affaires sociales — Sociale Zaken
21- 8-2003
22- 9-2003
23- 9-2003
6-10-2003
3-11-2003
3- 3-2004
3- 3-2004
4- 3-2004
16- 4-2004
14
19
20
25
41
83
84
87
100
2411153913-
109
122
123
141
148
151
5-2004
6-2004
6-2004
8-2004
9-2004
9-2004
Jan Mortelmans
Staf Neel
Jo Vandeurzen
Gerolf Annemans
Guy D’haeseleer
Mw. Trees Pieters
Mw. Maggie De Block
Mw. Greet Van Gool
Mw. Yolande Avontroodt
Jo Vandeurzen
Gerolf Annemans
Jo Vandeurzen
Mme Zoé Genot
Luk Van Biesen
Luk Van Biesen
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
253
601
602
778
1523
4111
4114
4282
5077
5983
6324
6326
7236
7526
7529
2005
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
16- 9-2004
17- 9-2004
21- 9-2004
4-10-2004
153
159
162
167
6-10-2004
170
8-10-2004
13-10-2004
13-10-2004
15-10-2004
15-10-2004
19-10-2004
30-11-2004
7-12-2004
7-12-2004
9-12-2004
173
174
175
177
178
182
206
208
210
212
9-12-2004
9-12-2004
10-12-2004
15-12-2004
17-12-2004
29-12-2004
24- 1-2005
28- 2-2005
213
214
221
224
226
238
248
260
232224-
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
262
264
275
277
247771821261013-
3-2005
4-2005
4-2005
4-2005
4-2005
4-2005
4-2005
5-2005
5-2005
279
285
286
287
296
299
302
314
316
62023295-
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
7-2005
2006
320
328
329
334
335
Auteur
Willy Cortois
Mw. Maggie De Block
Bart Laeremans
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Annemie Turtelboom
Guy D’haeseleer
Guy D’haeseleer
Guy D’haeseleer
Mme Muriel Gerkens
Mw. Maggie De Block
Hendrik Daems
Patrick De Groote
Mw. Hilde Vautmans
Jo Vandeurzen
Mw. Annemie Turtelboom
Guy D’haeseleer
Geert Lambert
Jo Vandeurzen
Carl Devlies
Gerolf Annemans
Mme Muriel Gerkens
Gerolf Annemans
Mw. Yolande Avontroodt
Jean-Jacques Viseur
Mw. Hilde Vautmans
Carl Devlies
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Maggie De Block
Hagen Goyvaerts
Hagen Goyvaerts
Hagen Goyvaerts
Guy D’haeseleer
David Geerts
Geert Lambert
Jo Vandeurzen
Mw. Annemie Turtelboom
Luc Goutry
Mme Marie Nagy
Dirk Van der Maelen
Mw. Trees Pieters
Mw. Greet Van Gool
Page
Blz.
7718
7721
7723
8135
8137
8252
8253
8253
8467
8467
8469
9519
9521
9522
9695
9696
9697
9700
9702
9973
10161
10851
12073
12075
12255
17977
12886
12888
13184
13185
13185
13359
13647
13649
14197
14198
14930
15428
15692
15696
15697
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
Date
Datum
271629311321-
Question no
Vraag nr.
7-2005
8-2005
8-2005
8-2005
9-2005
9-2005
344
348
349
350
353
355
22- 9-2005
23- 9-2005
4-10-2005
5-10-2005
7-10-2005
356
357
358
359
360
20-10-2005
21-10-2005
24-10-2005
25-10-2005
25-10-2005
10-11-2005
361
362
363
364
365
368
4-11-2005
369
10-11-2005
370
10-11-2005
10-11-2005
14-11-2005
371
372
373
14-11-2005
14-11-2005
374
375
17-11-2005
18-11-2005
21-11-2005
22-11-2005
22-11-2005
22-11-2005
22-11-2005
22-11-2005
23-11-2005
18775
376
377
378
379
380
381
382
383
384
Auteur
Jo Vandeurzen
Guy D’haeseleer
Jo Vandeurzen
Jo Vandeurzen
Guido De Padt
Mw. Yolande Avontroodt
Luk Van Biesen
Mw. Maggie De Block
Mw. Ingrid Meeus
Daniel Bacquelaine
Mw. Sabien LahayeBattheu
Guy D’haeseleer
Gerolf Annemans
Koen T’Sijen
Servais Verherstraeten
Jo Vandeurzen
Mw. Yolande Avontroodt
Mw. Yolande Avontroodt
Mw. Yolande Avontroodt
Mw. Trees Pieters
Guy D’haeseleer
Mw. Annemie Turtelboom
Koen Bultinck
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Greet Van Gool
Mw. Greet Van Gool
Koen Bultinck
Benoı̂t Drèze
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Annemie Turtelboom
Koen Bultinck
Mw. Annemie Turtelboom
Page
Blz.
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
17038
17041
17042
17043
17349
18- 8-2003
21- 8-2003
21-10-2003
29-10-2003
16- 3-2004
19- 4-2004
6- 5-2004
26- 5-2004
9- 6-2004
12
14
44
66
141
158
179
196
223
17351
17699
17700
17701
17701
11- 6-2004
24- 6-2004
224
234
9- 7-2004
26- 7-2004
26- 7-2004
4- 8-2004
13- 8-2004
2- 9-2004
8- 9-2004
9- 9-2004
10- 9-2004
21- 9-2004
1-10-2004
4-10-2004
4-10-2004
6-10-2004
243
246
247
260
265
269
277
278
279
287
295
297
298
299
20-10-2004
22-10-2004
25-10-2004
25-10-2004
310
312
314
316
18831
18832
26-10-2004
27-10-2004
28-10-2004
29-10-2004
23-11-2004
23-11-2004
29-11-2004
10-12-2004
318
321
324
326
336
338
345
361
18832
15-12-2004
362
254
17-12-2004
10- 1-2005
14- 1-2005
364
372
376
17898
18193
18193
18194
18195
18196
18612
18613
18614
18614
18616
18616
18617
18618
18825
18826
18828
18829
18830
18830
Santé publique — Volksgezondheid
14- 8-2003
11
Jan Mortelmans
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
Auteur
Jan Mortelmans
Jan Mortelmans
Guy D’haeseleer
Jo Vandeurzen
Jo Vandeurzen
Bart Laeremans
Guido De Padt
Pierre Lano
Mw. Yolande Avontroodt
Gerolf Annemans
Mw. Yolande Avontroodt
Guido De Padt
Willy Cortois
Willy Cortois
Koen Bultinck
Koen Bultinck
Jo Vandeurzen
Guido De Padt
Mw. Magda De Meyer
Jo Vandeurzen
Bart Laeremans
Guido De Padt
Mw. Maggie De Block
Guido De Padt
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Magda De Meyer
Mark Verhaegen
Guido De Padt
Mw. Frieda Van
Themsche
Mw. Annemie Roppe
Mme Jacqueline Galant
Jean-Marc Nollet
Koen Bultinck
Guido De Padt
Mme Annick Saudoyer
Luc Goutry
Mw. Sabien LahayeBattheu
Mw. Yolande Avontroodt
Gerolf Annemans
Mme Zoé Genot
Mw. Annelies Storms
Page
Blz.
255
256
1123
2099
4438
5078
5626
5987
6153
6328
6652
6772
7239
7240
7249
7251
7429
7435
7529
7531
7727
8140
8142
8143
8143
8478
8677
8679
8680
8681
8684
8934
8936
9316
9317
9524
9704
9705
9978
10451
10600
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18776
Date
Datum
18202024188-
Question no
Vraag nr.
1-2005
1-2005
1-2005
1-2005
2-2005
2-2005
3-2005
377
381
382
385
393
399
415
14- 4-2005
445
262728239-
4-2005
4-2005
4-2005
5-2005
5-2005
5-2005
454
456
459
462
463
467
10- 5-2005
11- 5-2005
469
473
31- 5-2005
479
6- 6-2005
6- 6-2005
483
484
272745191926-
6-2005
6-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
7-2005
497
500
504
506
515
516
522
26- 7-2005
524
28- 7-2005
3- 8-2005
8- 8-2005
527
529
530
10222224-
532
533
534
535
291513-
8-2005
8-2005
8-2005
8-2005
8-2005
9-2005
9-2005
9-2005
537
540
541
546
Auteur
Hagen Goyvaerts
Stijn Bex
Gerolf Annemans
Gerolf Annemans
Alfons Borginon
Mme Muriel Gerkens
Mw. Frieda Van
Themsche
Mw. Yolande Avontroodt
Geert Lambert
Guido De Padt
Mme Jacqueline Galant
Koen Bultinck
Mw. Annelies Storms
Mme Dominique
Tilmans
Mw. Annelies Storms
Mw. Yolande Avontroodt
Mw. Sabien LahayeBattheu
Guido De Padt
Mw. Frieda Van
Themsche
Guy D’haeseleer
Guy D’haeseleer
Mw. Katrien Schryvers
Koen Bultinck
Mw. Maggie De Block
Mw. Magda De Meyer
Mw. Yolande Avontroodt
Mw. Yolande Avontroodt
Mw. Inga Verhaert
Luc Sevenhans
Mw. Marleen
Govaerts
Koen Bultinck
Jo Vandeurzen
Jo Vandeurzen
Mw. Marleen
Govaerts
Jo Vandeurzen
Mw. Nathalie Muylle
Mw. Hilde Vautmans
Luk Van Biesen
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
Page
Blz.
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
10601
10853
10853
10855
11116
11420
22- 9-2005
23- 9-2005
26- 9-2005
26- 9-2005
29- 9-2005
6-10-2005
6-10-2005
7-10-2005
7-10-2005
7-10-2005
7-10-2005
7-10-2005
7-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
21-10-2005
25-10-2005
25-10-2005
3-11-2005
549
550
551
552
554
555
556
557
558
559
560
561
562
563
564
565
566
567
568
569
570
571
572
8-11-2005
10-11-2005
10-11-2005
574
575
576
10-11-2005
10-11-2005
14-11-2005
14-11-2005
14-11-2005
17-11-2005
22-11-2005
22-11-2005
577
578
579
580
581
582
583
584
12259
13366
13654
13655
13940
13943
13943
14201
14203
14206
14703
14935
14936
15700
15701
15703
15705
15917
15917
17045
17046
17047
17050
17050
17051
17051
17052
17053
17054
17056
17056
17352
2005
Auteur
Alain Courtois
Koen Bultinck
Mw. Annelies Storms
Jo Vandeurzen
Mw. Hilde Vautmans
Guy D’haeseleer
Guy D’haeseleer
Mw. Magda De Meyer
Mw. Magda De Meyer
Mw. Maggie De Block
Mw. Magda De Meyer
Mw. Magda De Meyer
Claude Marinower
Mw. Magda De Meyer
Mw. Magda De Meyer
Koen Bultinck
Guido De Padt
Mw. Magda De Meyer
Guy D’haeseleer
Mw. Maggie De Block
Servais Verherstraeten
Hagen Goyvaerts
Mw. Yolande Avontroodt
Jo Vandeurzen
Mme Zoé Genot
Mw. Yolande Avontroodt
Mw. Annelies Storms
Guy D’haeseleer
Jan Mortelmans
Jan Mortelmans
Olivier Maingain
Koen Bultinck
Bart Laeremans
Benoı̂t Drèze
Page
Blz.
17702
17702
17703
17704
17705
17899
17899
17900
17901
17902
17902
17903
17904
18197
18197
18198
18198
18619
18199
18200
18200
18404
18404
18620
18621
18621
18622
18624
18624
18625
18625
18833
18833
18834
Ministre de la Coopération au Développement
Minister van Ontwikkelingssamenwerking
17-12-2004
1- 2-2005
9- 5-2005
4- 7-2005
19-10-2005
21-10-2005
2006
49
62
80
91
100
102
Gerolf Annemans
Koen T’Sijen
Luk Van Biesen
Filip De Man
Mme Talbia Belhouari
Mw. Dalila Douifi
9987
11126
14209
15712
18201
18203
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
24-10-2005
24-10-2005
25-10-2005
103
104
105
18777
Auteur
Page
Blz.
Mme Zoé Genot
18203
18204
Mme Josée Lejeune
Servais Verherstraeten 18205
Minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid
en Gelijke Kansen
26- 4-2005
7- 6-2005
7- 7-2005
14- 7-2005
16- 8-2005
20- 9-2005
20- 9-2005
25-10-2005
4-11-2005
10-11-2005
14-11-2005
14-11-2005
8- 9-2005
17-11-2005
7
37
54
69
77
87
96
100
101
102
113
128
133
136
143
147
148
153
155
158
160
161
162
163
164
Servais Verherstraeten 15712
Bart Tommelein
15927
Guido De Padt
18834
Francis Van den Eynde
Mw. Annelies Storms
Mw. Martine Taelman
Guy D’haeseleer
Geert Lambert
Mme Zoé Genot
Jean-Marc Nollet
David Geerts
Mw. Nancy Caslo
Mw. Annemie Turtelboom
Ortwin Depoortere
Mw. Hilde Dierickx
Mw. Hilde Dierickx
Mw. Greet Van Gool
David Geerts
Olivier Maingain
Olivier Maingain
Servais Verherstraeten
Mw. Hilde Dierickx
Patrick Cocriamont
Koen T’Sijen
Mw. Greet Van Gool
Filip De Man
Mw. Greet Van Gool
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
Staf Neel
18837
Politique des grandes villes — Grootstedenbeleid
26- 9-2005
29- 9-2005
20-10-2005
25-10-2005
50
52
53
73
74
75
78
Servais Verherstraeten 18210
Guy D’haeseleer
18632
Eric Libert
18838
17707
17707
18210
18211
Minister van Mobiliteit
151
164
621
4736
6456
8944
9716
10861
11426
11770
12078
29-11-2004
17-12-2004
28-12-2004
29-12-2004
28- 1-2005
1- 2-2005
1- 2-2005
11- 4-2005
12- 4-2005
182
191
198
201
216
220
221
242
246
12264
13670
14949
15927
15928
17073
17356
17356
18208
18409
18627
18628
18630
18631
18836
1422283273068910213-
250
259
266
276
292
293
294
296
297
302
303
305
2005
Mw. Annelies Storms
Mw. Hilde Vautmans
Guy D’haeseleer
Servais Verherstraeten
Ministre de la Mobilité
1-10-2004
25-10-2004
Intégration sociale — Maatschappelijke Integratie
22- 9-2003
31- 3-2004
23- 6-2004
3-11-2004
9-12-2004
20- 1-2005
3- 2-2005
23- 2-2005
1- 3-2005
8- 3-2005
22-11-2005
Auteur
Page
Blz.
Gelijke Kansen — Égalité des chances
Fonction publique — Ambtenarenzaken
151
152
170
Question no
Vraag nr.
25-10-2005
10-11-2005
18-11-2005
Ministre de la Fonction publique,
de l’Intégration sociale,
de la Politique des grandes villes
et de l’Égalité des chances
1- 7-2005
8- 7-2005
22-11-2005
Date
Datum
4-2005
4-2005
4-2005
5-2005
5-2005
5-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
5-2005
6-2005
12- 7-2005
15- 7-2005
2006
323
326
Bart Laeremans
Mw. Frieda Van
Themsche
Roel Deseyn
Mw. Greet Van Gool
Jan Mortelmans
Jan Mortelmans
Guido De Padt
Geert Versnick
Koen T’Sijen
Guido De Padt
Ludo Van Campenhout
Dylan Casaer
Hendrik Bogaert
Mw. Hilde Dierickx
Mw. Hilde Dierickx
Patrick Cocriamont
Mme Muriel Gerkens
André Frédéric
Stijn Bex
Guido De Padt
Francis Van den Eynde
Patrick De Groote
Ludo Van Campenhout
Roel Deseyn
Francis Van den Eynde
8155
8692
9548
9990
10165
10166
11132
11135
11136
13194
13198
13382
13677
13950
13954
14713
14714
14955
14956
15192
15195
15195
15198
16817
15935
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18778
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
26- 7-2005
330
27- 7-2005
1- 8-2005
29- 7-2005
334
338
339
9- 8-2005
22- 8-2005
22- 8-2005
30- 8-2005
2- 9-2005
5- 9-2005
8- 9-2005
9- 9-2005
13- 9-2005
21- 9-2005
23- 9-2005
26- 9-2005
26- 9-2005
26- 9-2005
3-10-2005
341
342
345
346
348
349
352
353
356
361
362
363
364
365
369
4-10-2005
6-10-2005
7-10-2005
19-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
370
372
373
374
375
376
377
378
379
20-10-2005
380
20-10-2005
381
20-10-2005
21-10-2005
24-10-2005
25-10-2005
25-10-2005
25-10-2005
3-11-2005
4-11-2005
8-11-2005
10-11-2005
382
383
385
386
387
390
391
393
394
395
Auteur
Ludo Van Campenhout
Elio Di Rupo
Francis Van den Eynde
Mw. Frieda Van
Themsche
Ortwin Depoortere
Jef Van den Bergh
Jef Van den Bergh
Mw. Hilde Dierickx
Servais Verherstraeten
Melchior Wathelet
Guido De Padt
Guido De Padt
Guido De Padt
Guido De Padt
Mw. Simonne Creyf
Melchior Wathelet
Guido De Padt
Guido De Padt
Mw. Frieda Van
Themsche
Guido De Padt
Jef Van den Bergh
Jef Van den Bergh
Francis Van den Eynde
Guido De Padt
Filip De Man
Luc Sevenhans
Guy D’haeseleer
Mw. Sabien LahayeBattheu
Mw. Sabien LahayeBattheu
Mme Véronique
Ghenne
Mme Véronique
Ghenne
Jan Mortelmans
David Geerts
Guido De Padt
Francis Van den Eynde
Guido De Padt
Dylan Casaer
Jean-Marc Nollet
Mme Marie Nagy
Guy D’haeseleer
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
Page
Blz.
17077
17079
17082
17083
17084
17085
17088
17088
17089
17090
17356
17357
17360
17363
17708
17709
17710
17710
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
14-11-2005
14-11-2005
17-11-2005
18-11-2005
21-11-2005
22-11-2005
22-11-2005
396
397
398
399
400
401
402
Auteur
Bart Tommelein
Dylan Casaer
Dylan Casaer
Dirk Claes
Ortwin Depoortere
Guido De Padt
Dylan Casaer
Page
Blz.
18633
18634
18839
18840
18841
18841
18842
Ministre de l’Environnement
et des Pensions
Minister van Leefmilieu
en Pensioenen
Environnement — Leefmilieu
25-10-2005
10-11-2005
22-11-2005
78
80
82
Servais Verherstraeten 18223
Guy D’haeseleer
18635
Mme Muriel Gerkens 18843
Pensions — Pensioenen
17712
17712
17906
17907
18212
18213
18214
18214
18215
9-12-2004
28- 9-2005
21-10-2005
25-10-2005
25-10-2005
25-10-2005
3-11-2005
10-11-2005
21-11-2005
65
121
125
126
127
128
129
131
132
Mme Zoé Genot
Koen Bultinck
Jaak Van den Broeck
Servais Verherstraeten
Hagen Goyvaerts
Hagen Goyvaerts
Mw. Trees Pieters
Guy D’haeseleer
Philippe Monfils
9729
17714
18224
18224
18225
18226
18415
18636
18844
18216
Ministre de l’Emploi
18216
Minister van Werk
18217
18218
18219
18219
18220
18221
18411
18412
18413
18632
18633
2005
24- 5-2004
24- 5-2004
13- 7-2004
17- 9-2004
5-10-2004
6-10-2004
25-10-2004
89
90
109
127
138
142
167
15-12-2004
199
13- 1-2005
215
2006
Mw. Greet Van Gool 5975
Mw. Greet Van Gool 5976
Roel Deseyn
6776
7730
Mme Marie Nagy
Bart Laeremans
8149
Ortwin Depoortere
8153
Mw. Annemie Turtelboom
8687
Mw. Annemie Turtelboom
9708
Gerolf Annemans
10602
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
2- 2-2005
10- 3-2005
237
253
16162231312732323626-
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
5-2005
6-2005
6-2005
6-2005
7-2005
7-2005
257
258
266
272
274
306
311
322
323
331
338
1- 9-2005
340
5- 9-2005
341
8- 9-2005
15- 9-2005
27- 9-2005
342
344
348
27- 9-2005
28- 9-2005
349
351
28- 9-2005
352
20-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
357
358
359
20-10-2005
21-10-2005
25-10-2005
4-11-2005
4-11-2005
4-11-2005
4-11-2005
10-11-2005
14-11-2005
14-11-2005
17-11-2005
360
362
364
367
368
369
370
375
377
378
379
17-11-2005
381
18-11-2005
382
18779
Auteur
Jo Vandeurzen
Mw. Sabien LahayeBattheu
Guy D’haeseleer
Guy D’haeseleer
Mw. Maggie De Block
Mw. Maggie De Block
Mw. Maggie De Block
Melchior Wathelet
Hagen Goyvaerts
Jean-Marc Nollet
Olivier Maingain
Mme Muriel Gerkens
Mme Yolande Avondroodt
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Greet Van Gool
Guido De Padt
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Annemie Turtelboom
Guy D’haeseleer
Mw. Maggie De Block
Mw. Annemie Turtelboom
Guy D’haeseleer
Koen T’Sijen
Philippe De Coene
Guy D’haeseleer
Guy D’haeseleer
Bart Laeremans
Mw. Maggie De Block
Guy D’haeseleer
Mw. Greet Van Gool
Guy D’haeseleer
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Annemie Turtelboom
Mw. Annemie Turtelboom
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
Page
Blz.
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
11123
18-11-2005
383
12487
12489
12490
12495
13017
13019
14705
14939
15706
15707
15710
18-11-2005
21-11-2005
22-11-2005
17061
17368
17370
17715
17716
17717
17718
18226
18636
18227
18228
18229
18230
18417
18418
18418
18418
18637
18637
18638
18845
18846
18846
2005
Mw. Sabien LahayeBattheu
Mw. Maggie De Block
Guido De Padt
Mw. Marleen
Govaerts
18847
18848
18849
18850
Secrétaire d’État
à la Modernisation des Finances
et à la Lutte contre la fraude fiscale,
adjoint au ministre des Finances
Staatssecretaris
voor Modernisering van de Financiën
en de Strijd tegen de fiscale fraude,
toegevoegd aan de minister van Financiën
17058
17060
384
387
388
Auteur
Page
Blz.
7- 9-2004
4- 7-2005
10-11-2005
21-11-2005
22-11-2005
23-11-2005
15
48
51
52
53
54
Mme Muriel Gerkens
Pieter De Crem
Guy D’haeseleer
Mw. Trees Pieters
Dirk Van der Maelen
Mw. Trees Pieters
7437
17720
18639
18851
18852
18853
Secrétaire d’État
au Développement durable et à l’Économie sociale,
adjointe à la ministre du Budget
et de la Protection de la consommation
Staatssecretaris
voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie,
toegevoegd aan de minister van Begroting
en Consumentenzaken
Développement durable — Duurzame Ontwikkeling
228262929-
4-2005
6-2005
7-2005
7-2005
7-2005
34
41
46
47
48
Staf Neel
Stijn Bex
Mme Muriel Gerkens
Mme Muriel Gerkens
Mme Muriel Gerkens
13685
14960
17094
17095
17097
Économie sociale — Sociale Economie
22- 4-2005
5- 9-2005
10-11-2005
2006
47
55
60
Staf Neel
Mw. Sabien LahayeBattheu
Guy D’haeseleer
13687
17098
18640
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18780
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
Auteur
Page
Blz.
Secrétaire d’État aux Familles
et aux Personnes handicapées,
adjointe au ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique
Staatssecretaris voor het Gezin
en Personen met een handicap,
toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid
12- 4-2005
19- 4-2005
19- 4-2005
49
53
54
Mme Zoé Genot
Mw. Karin Jiroflée
Mw. Karin Jiroflée
13199
13388
13389
Secrétaire d’État
aux Entreprises publiques,
adjoint à la ministre du Budget
et la Protection de la consommation
Staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven,
toegevoegd aan de minister van Begroting
en Consumentenzaken
1- 7-2004
6- 9-2004
17- 9-2004
23- 9-2004
24- 9-2004
5-10-2004
15-10-2004
5-11-2004
8-11-2004
10-11-2004
24-11-2004
6-12-2004
9-12-2004
9-12-2004
15-12-2004
29-12-2004
3- 1-2005
10- 1-2005
13- 1-2005
19- 1-2005
20- 1-2005
28- 1-2005
31- 1-2005
31- 1-2005
244
282
286
291
292
305
319
341
343
350
362
373
375
376
379
389
390
392
400
409
412
417
419
420
Filip De Man
Mme Muriel Gerkens
Mme Marie Nagy
Mme Annick Saudoyer
Willy Cortois
Jan Mortelmans
Mme Muriel Gerkens
Koen T’Sijen
Patrick De Groote
Jean-Marc Nollet
François Bellot
Mw. Ingrid Meeus
Mme Zoé Genot
Geert Lambert
Carl Devlies
Mme Muriel Gerkens
Jan Mortelmans
Francis Van den Eynde
Francis Van den Eynde
Jean-Marc Nollet
Gerolf Annemans
Jean-Marc Nollet
Mw. Maggie De Block
Mme Dominique
Tilmans
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
6624
7414
7702
7881
7881
8110
8451
8901
8903
8908
9296
9498
9674
9675
9678
10150
10315
10443
10570
10574
10833
11094
11095
11096
2005
Date
Datum
1918222225289910141621241418182122261010101126273181314232945-
2-2005
2-2005
2-2005
2-2005
2-2005
2-2005
2-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
3-2005
4-2005
4-2005
4-2005
4-2005
4-2005
4-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
5-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
6-2005
7-2005
7-2005
Question no
Vraag nr.
423
429
443
444
448
450
451
462
466
467
472
473
483
487
499
507
509
515
516
519
528
529
530
541
555
556
565
595
603
606
608
615
618
621
6- 7-2005
26- 7-2005
26- 7-2005
623
639
641
26- 7-2005
642
26- 7-2005
643
27282222-
647
650
654
656
7-2005
7-2005
8-2005
8-2005
2006
Auteur
Koen T’Sijen
Staf Neel
Mw. Hilde Vautmans
Guido De Padt
Mme Zoé Genot
Roel Deseyn
Guy D’haeseleer
Guy D’haeseleer
Luk Van Biesen
Guido De Padt
Roel Deseyn
Guy D’haeseleer
Mme Marie Nagy
Jef Van den Bergh
Guido De Padt
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Bart Laeremans
Mw. Annemie Roppe
Geert Lambert
Mw. Annelies Storms
Mw. Annelies Storms
Jan Mortelmans
Bart Laeremans
Jef Van den Bergh
Roel Deseyn
Jean-Marc Nollet
Stijn Bex
Mw. Inga Verhaert
Geert Lambert
Olivier Maingain
Roel Deseyn
Mme Muriel Gerkens
Ludo Van Campenhout
Mme Muriel Gerkens
Luc Goutry
Ludo Van Campenhout
Ludo Van Campenhout
Ludo Van Campenhout
Olivier Maingain
Olivier Maingain
Jef Van den Bergh
Jef Van den Bergh
Page
Blz.
11098
11397
11740
11741
11745
12053
12055
12243
12245
12443
12447
12448
12453
12879
13329
13332
13334
13623
13624
13627
14165
14165
14166
14173
14664
14664
14671
14910
15173
15175
15658
15661
15663
15665
15666
17002
17003
17004
17004
17006
17007
17007
17008
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
7- 9-2005
8- 9-2005
8- 9-2005
8- 9-2005
8- 9-2005
13- 9-2005
14- 9-2005
15- 9-2005
15- 9-2005
19- 9-2005
19- 9-2005
19- 9-2005
20- 9-2005
21- 9-2005
21- 9-2005
23- 9-2005
23- 9-2005
26- 9-2005
26- 9-2005
30- 9-2005
30- 9-2005
3-10-2005
4-10-2005
4-10-2005
6-10-2005
7-10-2005
19-10-2005
658
659
660
661
663
665
666
668
669
671
672
673
674
675
676
681
682
684
685
687
688
690
691
692
694
697
698
19-10-2005
19-10-2005
19-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
20-10-2005
24-10-2005
24-10-2005
24-10-2005
25-10-2005
25-10-2005
25-10-2005
25-10-2005
25-10-2005
4-11-2005
4-11-2005
699
700
701
702
703
704
706
707
712
713
714
715
716
717
718
719
720
721
18781
Auteur
Jef Van den Bergh
Dirk Claes
Francis Van den Eynde
Francis Van den Eynde
Guido De Padt
Guido De Padt
Guido De Padt
Mw. Ingrid Meeus
Francis Van den Eynde
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Jef Van den Bergh
Roel Deseyn
Guido De Padt
Jan Mortelmans
Mw. Annelies Storms
Francis Van den Eynde
Jef Van den Bergh
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Roel Deseyn
Jef Van den Bergh
Jef Van den Bergh
Mw. Marleen
Govaerts
Jef Van den Bergh
Francis Van den Eynde
Francis Van den Eynde
Jean-Marc Nollet
Mw. Hilde Vautmans
Jan Mortelmans
Patrick De Groote
Guy D’haeseleer
Bart Laeremans
Jean-Marc Nollet
Mw. Dalila Douifi
Hagen Goyvaerts
Jean-Marc Nollet
Roel Deseyn
Hagen Goyvaerts
Mme Marie Nagy
Mw. Annemie Turtelboom
Guy D’haeseleer
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
Page
Blz.
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
17009
17371
17372
17373
17374
17376
17377
17379
17379
17380
17380
17381
17381
17382
17383
17721
17722
17724
17725
17726
17727
17729
17729
17730
17909
17910
4-11-2005
722
Patrick De Groote
18421
4-11-2005
723
Bart Laeremans
18422
4-11-2005
724
Bart Laeremans
18422
7-11-2005
725
Geert Lambert
18423
8-11-2005
726
Patrick De Groote
18423
8-11-2005
727
Geert Lambert
18641
8-11-2005
728
Geert Lambert
18642
10-11-2005
729
Guy D’haeseleer
18643
14-11-2005
731
Guy D’haeseleer
18643
14-11-2005
732
Gerolf Annemans
18644
14-11-2005
733
Francis Van den Eynde 18644
17-11-2005
734
Francis Van den Eynde 18854
17-11-2005
735
Koen T’Sijen
18855
17-11-2005
736
Patrick De Groote
18855
18-11-2005
737
Hagen Goyvaerts
18856
21-11-2005
738
Jan Mortelmans
18856
21-11-2005
739
Jan Mortelmans
18857
21-11-2005
740
Jan Mortelmans
18857
21-11-2005
741
Stijn Bex
18858
21-11-2005
742
Olivier Chastel
18859
21-11-2005
743
Hagen Goyvaerts
18860
21-11-2005
744
Hagen Goyvaerts
18860
22-11-2005
745
Bart Laeremans
18861
22-11-2005
746
Bart Laeremans
18861
22-11-2005
747
Roel Deseyn
18862
22-11-2005
748
Dirk Claes
18863
22-11-2005
749
Francis Van den Eynde 18864
22-11-2005
750
Staf Neel
18864
23-11-2005
751
Mme Marie Nagy
18865
23-11-2005
752
Mw. Ingrid Meeus
18866
23-11-2005
753
Jef Van den Bergh
18867
23-11-2005
754
Roel Deseyn
18868
18232
18233
18233
18234
18234
18235
18235
18236
18237
18240
18241
18241
18242
18243
18244
18245
18640
18420
18421
2005
2006
Auteur
Page
Blz.
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18783
(Fr.) : Question posée en français. — (N.) : Question posée en néerlandais.
(Fr.) : In het Frans gestelde vraag. — (N.) : In het Nederlands gestelde vraag.
II. Nouvelles questions auxquelles il n’a pas été répondu dans le délai fixé par le règlement.
(Art. 123, alinéas 1er à 4 du règlement de la Chambre).
II. Nieuwe vragen waarop niet binnen de door het reglement bepaalde termijn geantwoord is.
(Art. 123, eerste tot vierde lid van het reglement van de Kamer).
Vice-première ministre
et ministre de la Justice
Vice-eerste minister
en minister van Justitie
DO 2005200606242
DO 2005200606242
Question no 835 de M. Guido De Padt du 17 novembre 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 835 van de heer Guido De Padt van
17 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Commission européenne. — Proposition relative à la
conservation des données de téléphonie mobile et
d’internet.
Europese Commissie. — Voorstel inzake het bewaren
van GSM- en internetgegevens.
La Commission européenne propose d’instaurer
l’obligation pour les opérateurs de télécommunications de conserver les données relatives aux
communications de téléphonie mobile et fixe de leurs
clients pendant douze mois. Les fournisseurs d’accès à
internet devraient conserver les données relatives au
courrier électronique pendant six mois. Cette proposition s’inscrit dans le cadre de la lutte contre le terrorisme et la criminalité organisée.
De Europese Commissie heeft voorgesteld dat telecomoperatoren de gegevens over het GSM- en telefoonverkeer van hun klanten twaalf maanden moeten
bewaren. Internetproviders moeten informatie over
het e-mailverkeer een half jaar bijhouden. Dit voorstel
kadert in de strijd tegen het terrorisme en de georganiseerde misdaad.
Depuis la publication de la loi relative aux communications électroniques, notre pays dispose déjà d’une
réglementation en la matière. Ainsi, les données relatives au service téléphonique public doivent être conservées pendant au moins douze mois et maximum trentesix mois. Toutefois, rien n’est prévu en ce qui concerne
le courrier électronique. La nature des données à
conserver ainsi que la durée exacte de leur conservation doivent par ailleurs encore être fixées par un
arrêté royal.
Sinds de publicatie van de wet inzake de elektronische communicatie heeft ons land reeds een aantal
bepalingen terzake. Zo moeten de gegevens inzake de
openbare telefoondienst minstens twaalf maanden en
maximaal zesendertig maanden worden bewaard.
Inzake het e-mailverkeer is er evenwel niets bepaald,
en welke gegevens moeten worden bewaard en de
precieze duur ervan moet nog worden vastgesteld bij
koninklijk besluit.
1. Que pensez-vous des propositions de la Commission européenne ?
1. Wat is uw standpunt inzake de voorstellen van
de Europese Commissie ?
2.
a) Quel en sera le coût pour les opérateurs ?
2.
a) Wat zal de kostprijs zijn voor de operatoren ?
b) Pourront-ils récupérer ces coûts ?
b) Kunnen zij deze kosten recupereren ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18784
3. Envisagez-vous d’élargir la portée de la loi relative aux communications électroniques par le biais de
dispositions analogues concernant le courrier électronique ?
3. Overweegt u de wet inzake de elektronische
communicatie uit te breiden met analoge bepalingen
met betrekking tot het e-mail verkeer ?
4.
a) Quand l’arrêté royal portant exécution des dispositions légales sera-t-il pris ?
4.
a) Wanneer zal het koninklijk besluit worden getroffen tot uitvoering van de wettelijke bepalingen ?
b) Envisagez-vous d’instaurer les délais proposés par
la Commission européenne, à savoir douze mois,
au lieu du délai maximum de trois ans fixé dans la
loi ?
b) Gaat u de termijnen invoeren die voorgesteld
worden door de Europese Commissie, te weten
twaalf maanden en dus niet de maximumtermijn
van drie jaar die in de wet is bepaald ?
DO 2005200606285
DO 2005200606285
Question no 837 de M. Bart Laeremans du 21 novembre 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 837 van de heer Bart Laeremans van
21 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Cour d’appel d’Anvers. — Comparution tardive de
magistrats limbourgeois.
Hof van beroep van Antwerpen. — Laattijdige verschijning op de zitting van Limburgse magistraten.
Les personnes qui doivent, pour des raisons professionnelles, être régulièrement présentes lors des
audiences de la cour d’appel d’Anvers constatent que
systématiquement, un certain nombre de magistrats
limbourgeois arrivent fort en retard à l’audience en
invoquant l’argument des embouteillages. Cette situation entraı̂ne des retards importants dans le cours de la
justice au sein de la cour d’appel d’Anvers.
Mensen die beroepshalve regelmatig aanwezig
dienen te zijn op de zitting van het hof van beroep van
Antwerpen stellen vast dat een aantal Limburgse
magistraten systematisch erg laattijdig op de zitting
verschijnen en telkens opnieuw het argument van file
inroepen. Dit zorgt voor een behoorlijke vertraging
van de rechtsgang bij het Antwerps hof van beroep.
Pouvez-vous expliquer pourquoi rien n’a été fait à
ce jour pour remédier à cette situation ?
Kan u verklaren waarom er tot op heden niets werd
ondernomen om dit euvel te verhelpen ?
DO 2005200606288
DO 2005200606288
Question no 838 de Mme Annick Saudoyer du
21 novembre 2005 (Fr.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 838 van mevrouw Annick Saudoyer van
21 november 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Création de tribunaux basés sur la sharia en vue
d’arbitrer les litiges familiaux.
Oprichting van op de sharia gestoelde rechtbanken
voor bemiddeling in familieconflicten.
Depuis deux ans, les femmes canadiennes de confession ou de filiation musulmanes alertent sur la création en Ontario d’un Institut islamique de justice civil
(IIJC), chargé d’arbitrer les litiges familiaux relatifs
aux droits des femmes et aux droits successoraux au
sein de la communauté musulmane, selon les principes
islamiques de la sharia.
Sinds twee jaar waarschuwen Canadese vrouwen
die de islam belijden of een islamitische achtergrond
hebben, voor de invoering van een Islamic Institute of
Civil Justice in Ontario dat familiegeschillen over de
rechten van de vrouw en het erfrecht binnen de
moslimgemeenschap volgens de islamitische beginselen van de sharia moet beslechten.
Il s’appuie sur la loi canadienne « de l’arbitrage »
datant de 1991.
De juridische basis van die rechtbank is te vinden in
de Canadese arbitragewet uit 1991.
Cette loi autorise à régler à l’amiable les litiges de
droit familial et successoral, en fonction de pratiques
Die wet biedt de mogelijkheid om geschillen over
familie- en erfrecht op minnelijke wijze te regelen,
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18785
religieuses. Dès lors qu’un « arbitre religieux » tranche
un litige, sa décision est finale et lie les parties qui
s’adressent au tribunal séculier canadien local pour la
faire exécuter.
waarbij rekening wordt gehouden met religieuze praktijken. Vermits een « religieuze bemiddelaar » het conflict beslecht, is zijn uitspraak definitief en bindend
voor de partijen. Deze laatsten richten zich vervolgens
tot de plaatselijke Canadese seculiere rechtbank die de
uitspraak moet bekrachtigen.
Immédiatement les associations de femmes musulmanes canadiennes se sont insurgées contre ce désir de
les enfermer dans des rapports sociaux de sexe
archaı̈ques patriarcaux. Les femmes musulmanes qui
subissent l’arbitrage sont pour la plupart récemment
immigrées en Ontario, ne maı̂trisent pas la langue et
ignorent les droits des femmes au Canada.
De verenigingen van Canadese moslima’s hebben
onmiddellijk protest aangetekend tegen dit voornemen
om hen aan een archaı̈sche, patriarchale en vrouwonvriendelijke maatschappijvisie te onderwerpen. De
moslima’s die bij een arbitrage worden betrokken, zijn
over het algemeen recent naar Ontario geëmigreerd,
beheersen de plaatselijke taal niet en zijn niet op de
hoogte van de vrouwenrechten in Canada.
Une grande campagne nationale et internationale a
été lancée à l’initiative de Homa Arjamand, canadienne d’origine iranienne. Regards de femmes a
apporté son soutien immédiatement, comme de nombreuses associations de femmes, musulmanes ou non,
canadiennes ou d’ailleurs.
Op initiatief van Homa Arjamand, een Canadese
van Iraanse origine, werd een grote nationale en internationale campagne opgezet. Naast tal van andere al
dan niet islamitische vrouwenorganisaties uit Canada
en elders heeft ook de Franse organisatie « Regards de
Femmes » onmiddellijk haar steun toegezegd.
Le gouvernement canadien a demandé un rapport
(« rapport Boyd ») sur les tribunaux religieux en Ontario qui conclut : « aucune preuve ne ressort de l’étude
pour suggérer que les femmes souffrent systématiquement de discriminations à la suite d’arbitrage en
droit des familles ». Alors que le barreau canadien a
dénoncé de multiples vices dans les arbitrages, en
particulier les décisions discrétionnaires, l’absence
d’obligations de sentences arbitrales écrites, le secret
de la procédure et de l’issue de l’affaire, et surtout la
non-conformité avec les principes d’égalité hommes/
femmes, puisque selon la sharia, la femme n’est pas
l’égale de l’homme, elle joue un rôle complémentaire,
mais doit être traitée de manière « équitable ».
Het in opdracht van de Canadese regering opgestelde verslag (het « verslag Boyd ») over de religieuze
rechtbanken in Ontario komt tot het besluit dat uit het
onderzoek niet blijkt dat vrouwen bij de bemiddeling
in familierecht systematisch worden gediscrimineerd.
De Canadese balie heeft daarentegen talrijke tekortkomingen in de bemiddelingsprocedure aan het licht
gebracht, zoals de willekeurige uitspraken, het ontbreken van de verplichting om de arbitragevonnissen
schriftelijk op te stellen, het geheim karakter van de
rechtspleging en de afloop van het proces, en vooral de
schending van het gelijkheidsbeginsel tussen man en
vrouw. Volgens de sharia is de vrouw immers niet de
gelijke van de man, vervult ze een tweederangsrol en
moet ze « billijk » worden behandeld.
Dans les pays de l’Union européenne et, en particulier, en Belgique, envisage-t-on la création de tribunaux basés sur la sharia en vue d’arbitrer des litiges
familiaux ?
Bestaan er ook plannen om in de landen van de
Europese Unie, en in België in het bijzonder, islamitische rechtbanken voor de bemiddeling in familieconflicten op te richten ?
DO 2005200606291
DO 2005200606291
Question no 839 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du
21 novembre 2005 (N.) à la vice-première
ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 839 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu
van 21 november 2005 (N.) aan de vice-eerste
minister en minister van Justitie :
Nombre de poursuites du chef d’insolvabilité frauduleuse.
Aantal vervolgingen omwille van bedrieglijk onvermogen.
De plus en plus de créanciers, personnes privées ou
autres, ont du mal à percevoir leur créances car nombre de débiteurs organisent leur propre insolvabilité
afin d’être, pour ainsi dire, intouchables, même après
avoir été condamnés en justice. Organiser frauduleu-
Meer en meer schuldeisers, zowel privé-personen als
anderen, ondervinden moeilijkheden om hun
schuldvorderingen te innen. Immers, heel wat schuldenaars bewerkstelligen hun onvermogen, zodat zij, ook
na gerechtelijke veroordeling, bij wijze van spreken
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18786
sement sa propre insolvabilité est punissable. Les
plaintes des créanciers parviennent au parquet qui
décide ou non de poursuivre ces débiteurs indélicats.
onaantastbaar zijn. Op een bedrieglijke manier je onvermogen creëren is strafbaar. Klachten van schuldeisers komen terecht bij het Parket dat hierop al dan niet
vervolging instelt.
Me référant à une question posée précédemment
(question no 364 du 22 septembre 2004, Questions et
Réponses, Chambre, 2003-2004; no 73 du 11 avril
2005, p. 12081), j’aimerais disposer de chiffres plus
récents.
Ik verwijs naar een eerder gestelde vraag (vraag
nr. 364 van 22 september 2004, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-20074, nr. 73 van 11 april 2005,
blz. 12081) en vernam graag recentere cijfers.
1. Dans combien d’affaires des poursuites ont-elles
été engagées par arrondissement judiciaire du chef
d’infraction à l’article 490bis du Code pénal :
1. In hoeveel zaken werd, per gerechtelijk arrondissement, vervolging ingesteld omwille van inbreuk op
artikel 490bis Strafwetboek :
a) en 2004 (du 1er juillet au 31 décembre);
a) in 2004 (1 juli tot 31 december);
b) en 2005 (chiffres les plus récents) ?
b) in 2005 (meest recente cijfers) ?
2. Combien de condamnations ont été prononcées
de ce chef par arrondissement judiciaire :
2. Hoeveel veroordelingen per gerechtelijk arrondissement zijn er hiervoor uitgesproken :
a) en 2004 (du 1er juillet au 31 décembre);
a) in 2004 (1 juli tot 31 december);
b) en 2005 (chiffres les plus récents) ?
b) in 2005 (meest recente cijfers) ?
3. Quel délai s’écoule en moyenne entre le début
des poursuites et la condamnation proprement dite ?
3. Welke tijdspanne zit gemiddeld tussen het instellen van de vervolging en de veroordeling zelf ?
DO 2005200606304
DO 2005200606304
Question no 840 de M. Guido De Padt du 22 novembre 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 840 van de heer Guido De Padt van
22 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Incendies criminels.
Brandstichtingen.
Les actes de pyromanie sont des phénomènes hautement répréhensibles, particulièrement quand ils menacent la vie d’êtres humains.
Het aansteken van brand is een fenomeen dat sterk
afkeurenswaardig is, temeer wanneer daarmee
mensenlevens bedreigd zijn.
1.
a) Combien de cas visés par l’article 510 du Code
pénal (incendie criminel dans un bâtiment quand
l’auteur a dû présumer qu’il s’y trouvait une ou
plusieurs personnes) a-t-on déclarés aux parquets
en 2003, en 2004 et durant les six premiers mois de
2005 ?
1.
a) Hoeveel gevallen van inbreuken (brand in gebouw
met vermoeden van bewoning) op artikel 510 van
het Strafwetboek werden in 2003, 2004 en eerste
helft 2005 bij de parketten aangemeld ?
b) Combien de faits de ce genre n’a-t-on pas pu élucider ?
b) Hoeveel van deze feiten konden niet worden opgehelderd ?
2.
a) Combien de cas visés par l’article 511 du Code
pénal a-t-on déclarés aux parquets en 2003, en
2004 et durant les six premiers mois de 2005 ?
Pouvez-vous mentionner explicitement s’il
s’agissait ou non d’une propriété appartenant à
l’incendiaire ?
2.
a) Hoeveel gevallen van inbreuken op artikel 511 van
het Strafwetboek werden in 2003, 2004 en eerste
helft 2005 bij de parketten aangemeld, met afzonderlijke vermelding naargelang het om eigendommen gaat die aan de brandstichter toebehoren ?
b) Combien de faits de ce genre n’a-t-on pas pu élucider ?
b) Hoeveel van deze feiten konden niet worden opgehelderd ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18787
3.
a) Combien de cas visés par l’article 512 du Code
pénal (incendie criminel dans des propriétés mobilières) a-t-on déclarés aux parquets en 2003, en
2004 et durant les six premiers mois de 2005 ?
Pouvez-vous mentionner explicitement s’il
s’agissait ou non d’une propriété mobilière appartenant à l’incendiaire ?
3.
a) Hoeveel gevallen van inbreuken (brandstichting
roerende goederen) op artikel 512 van het Strafwetboek werden in 2003, 2004 en eerste helft 2005
bij de parketten aangemeld, met afzonderlijke vermelding naargelang het om goederen gaat die aan
de brandstichten toebehoren ?
b) Combien de faits de ce genre n’a-t-on pas pu élucider ?
b) Hoeveel van deze feiten konden niet worden opgehelderd ?
4. Dans combien de cas précités l’incendie s’est-il
déclaré la nuit ?
4. In hoeveel van voormelde gevallen gebeurde de
brandstichting bij nacht ?
DO 2005200606312
DO 2005200606312
Question no 841 de M. Bart Laeremans du 22 novembre 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 841 van de heer Bart Laeremans van
22 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Marchés publics locaux. — Vente de vêtements à des
prix choc par des Pakistanais.
Plaatselijke openbare markten. — Verkoop van kledij
tegen uitzonderlijk lage prijzen door Pakistani.
Sur de nombreux marchés publics locaux, des Pakistanais installent de grands étals où ils vendent de grandes quantités de vêtements à des prix plancher. À cette
fin, ils créent souvent une ASBL ou une SPRL (société
privée à responsabilité limitée) qu’ils liquident dans
l’année pour en fonder une nouvelle. Les autres
commerçants ne sont pas à même de concurrencer les
prix dérisoires pratiqués par les Pakistanais.
Op vele plaatselijke openbare markten verkopen
Pakistani op grote standplaatsen massaal kledij tegen
uitzonderlijk lage prijzen. Er wordt vaak gewerkt met
een VZW of een BVBA (besloten vennootschap met
beperkt aanprakelijkheid) die binnen het jaar wordt
opgedoekt, waarna een nieuwe VZW of BVBA wordt
opgericht. De marktkramers kunnen tegen de
dumpingprijzen van de Pakistani niet concurreren.
1.
a) Pourriez-vous communiquer le nombre d’infractions à la loi du 25 juin 1993 sur l’exercice
d’activités ambulantes et l’organisation des
marchés publics, constatées dans chacune des
régions en 2004 et pendant le premier semestre de
2005 ?
1.
a) Hoeveel overtredingen van de wet van 25 juni 1993
op de ambulante activiteiten werden, per gewest,
vastgesteld in 2004 en in de eerste helft van 2005 ?
b) Combien de ces infractions concernent des étrangers d’origine pakistanaise ?
b) Bij hoeveel van deze overtredingen waren vreemdelingen van Pakistaanse origine betrokken ?
2.
a) Combien d’ASBL et de SPRL créées au cours des
deux dernières années ont été liquidées dans
l’année ?
2.
a) Hoeveel VZW’s en BVBA’s die in de voorbije twee
jaar werden opgericht, werden binnen het jaar
opnieuw opgedoekt ?
b) Combien de ces ASBL et SPRL ont été créées par
des étrangers d’origine pakistanaise ?
b) Hoeveel van deze VZW’s en BVBA’s werden opgericht door vreemdelingen van Pakistaanse origine ?
c) Combien de ces ASBL et SPRL ont été contrôlées ?
c) Hoeveel van deze VZW’s en BVBA’s werden
gecontroleerd ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18788
DO 2005200606348
DO 2005200606348
Question no 843 de M. Ortwin Depoortere du
23 novembre 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 843 van de heer Ortwin Depoortere van
23 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Sûreté de l’État. — Protection des opposants à l’islam.
— Suivi des menaces proférées par des intégristes
musulmans.
Staatsveiligheid. — Bescherming van islamcritici. —
Toezicht op bedreigingen geuit door extremistische
islamieten.
Un officier de justice allemand a déclaré récemment
qu’un incident tel que l’assassinat de Theo Van Gogh
aux Pays-Bas pourrait également se produire en Allemagne. Ces propos alarmistes ont été tenus à la suite
de la menace adresseé à l’encontre d’un islamologue
qui a critiqué dans de nombreuses publications les
mouvances extrémistes au sein de l’islam. Ces menaces
ont entre autres été publiées sur des forums de discussion.
Een Duits officier van justitie verklaarde onlangs
dat er in Duitsland hetzelfde gevaar bestaat als bij
Theo Van Gogh in Nederland. Aanleiding voor de
alarmerende woorden is de dreiging die is geuit tegen
een islamoloog die zich in talloze publicaties kritisch
heeft uitgelaten over extremistische stromingen binnen
de islam. Onder andere via internetfora werden
bedreigingen geuit.
En Belgique aussi, des scientifiques et des hommes
politiques ont formulé des critiques à l’égard de
l’islam.
Ook in ons land zijn er wetenschappers en politici
die zich kritisch uitgelaten hebben over de islam.
1.
a) Après l’assassinat de Theo Van Gogh aux PaysBas, les menaces (de mort) de la part d’intégristes
musulmans ont-elles fait l’objet d’une surveillance
renforcée ?
1.
a) Werd er, na de moord op Theo Van Gogh in
Nederland, verscherpt toegezien op (doods-)bedreigingen vanwege radicale moslims ?
b) Avec quels résultats ?
b) Welke resultaten heeft dit met zich meegebracht ?
2.
a) Des indices donnent-ils à penser que les opposants
de l’islam soient visés par les intégristes musulmans ?
2.
a) Zijn er aanwijzingen dat islamcritici geviseerd
worden door radicale moslims ?
b) Des mesures proactives sont-elles prises face à ces
menaces ?
b) Wordt hiertegen proactief opgetreden ?
DO 2005200606356
DO 2005200606356
Question no 844 de Mme Trees Pieters du 23 novembre
2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre
de la Justice :
Vraag nr. 844 van mevrouw Trees Pieters van
23 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Actes illégaux. — Annulation immédiate d’actes juridiques administratifs et d’actes émanant d’une autorité.
Onwettelijke akten. — Onmiddellijke intrekking van
administratieve rechtshandelingen en gezagshandelingen.
En vertu tant des principes généraux du droit administratif, des principes de la bonne administration, de
la « théorie du retrait des actes administratifs » que de
la « doctrine du retrait des actes émanant d’une autorité », ainsi qu’en vertu des dispositions de l’article 375
du Code des impôts sur les revenus 1992, l’État belge
et le service public fédéral Finances et ses fonctionnaires sont tenus de faire disparaı̂tre immédiatement de
l’ordre juridique tout acte illégal.
Zowel volgens de algemene beginselen van het
bestuursrecht, de beginselen van behoorlijk bestuur,
volgens « de theorie van de intrekking van bestuurshandelingen » of « het leerstuk van de intrekking van
de gezagshandelingen » als krachtens de beschikkingen
van artikel 375 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 zijn de Belgische Staat en de Federale
Overheidsdient Financiën en haar ambtenaren verplicht iedere onwettelijke akte onmiddellijk uit de
rechtsorde te laten verwijderen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18789
Cette obligation directe constitue même une obligation de résultat.
Die directe verplichting is zelfs een resultaatsverbintenis.
Il me revient que le tribunal de première instance de
Mons vient de nouveau de confirmer ce principe.
Dit principe werd naar verluidt recentelijk nog
beaamd door de rechtbank van eerste aanleg te
Bergen.
1. Quelles directives administratives et instructions
soucieuses du contribuable ont déjà été édictées ou le
seront prochainement afin que les fonctionnaires de
toutes les administrations fiscales du pays appliquent
ce principe général avec la célérité requise, durant
toutes les phases de la procédure de taxation, de recouvrement, de rectification, de réclamation et d’examen
en justice ?
1. Welke klantvriendelijke administratieve richtlijnen en instructies werden er dienaangaande reeds uitgevaardigd of zullen er weldra worden uitgevaardigd
om dit algemeen geldend principe met bekwame spoed
in alle fasen van taxatie-, invorderings, wijzigings-,
bezwaar- en gerechtelijke procedure door de fiscale
ambtenaren overal te lande strikt en direct te laten
toepassen ?
2. Pourriez-vous me faire part de votre approche
générale actuelle, aussi bien théorique que pratique, à
la lumière tant des dispositions légales et principes
précités que des dispositions de la loi du 29 juillet 1991
relative à la motivation formelle des actes administratifs et des droits du citoyen européen ?
2. Kunt u uw huidige algemene ziens- en handelwijze weergeven zowel in het licht van genoemde
wettelijke bepalingen en beginselen als in het licht van
de beschikkingen van de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen en van de Europese mensenrechten ?
Vice-premier ministre
et ministre des Finances
Vice-eerste minister
en minister van Financiën
DO 2005200606229
DO 2005200606229
Question no 980 de M. Carl Devlies du 17 novembre
2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des
Finances :
Vraag nr. 980 van de heer Carl Devlies van 17 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en
minister van Financiën :
Déductibilité fiscale des cotisations d’assainissement
pour l’épuration des eaux usées.
Fiscale aftrekbaarheid van de saneringsbijdragen voor
de zuivering van afvalwater.
Conformément à l’article 198, 5o du CIR 1992, les
impôts, taxes et rétributions régionaux autres que ceux
visés à l’article 3 de la loi spéciale du 16 janvier 1989
sont considérés comme des dépenses non admises.
Sont seulement visées les impositions établies par les
régions sur la base de leur compétence fiscale autonome définie par l’article 170, § 2 de la Constitution et
les rétributions qu’elles fixent en application de l’article 173 de la Constitution. La loi du 24 décembre 2002
a donc notamment mis fin, à dater de l’exercice 2004, à
la déductibilité des impositions communales telles que
les taxes régionales d’environnement.
Volgens artikel 198, 5o van het WIB 1992 worden
andere dan de in artikel 3 van de bijzondere wet van
16 januari 1989 bedoelde gewestelijke belastingen,
heffingen en retributies als verwopren uitgaven
beschouwd. Bedoeld zijn enkel de belastingen die de
gewesten invoeren op grond van hun autonome fiscale
bevoegdheid bedoeld in artikel 170, § 2 van de Grondwet en de retributies die zij vaststellen met toepassing
van artikel 173 van de Grondwet. De wet van
24 december 2002 maakte op die manier een einde aan
onder meer de aftrekbarheid van de gewestelijke belastingen zoals gewestelijke milieuheffingen met ingang
van aanslagjaar 2004.
Le gouvernement flamand a radicalement modifié la
législation relative à la taxe sur les eaux usées. Le principe de base est que dorénavant, ce sont les sociétés de
distribution d’eau potable qui répondront de
l’épuration de l’eau qu’elles fournissent à leurs abon-
De Vlaamse regering wijzigde de heffingswetgeving
in verband met afvalwater grondig. Uitgangspunt is
dat voortaan de drinkwatermaatschappijen zullen instaan voor de zuivering van het aan hun abonnees
geleverde water. De kostprijs die aan die zuiverings-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18790
nés. Elles pourront récupérer le coût lié à cette obligation d’épuration sur leurs abonnés en leur facturant
une redevance. La redevance pour la fourniture ainsi
que l’épuration d’eau, éventuellement complétée par
une redevance (communale) pour la collecte des eaux
usées par le réseau d’égouttage, seront intégrées au
prix de revient de l’eau potable. De ce fait, l’ancienne
taxe flamande sur la pollution des eaux de surface a
été scindée, à partir du 1er janvier 2005, en rétributions
déductibles fiscalement, dénommées cotisations
d’assainissement pour l’épuration des eaux usées, et
taxes régulatrices.
plicht verbonden is, kan de drinkwatermaatschappij
terugwinnen door aan haar abonnees een vergoeding
aan te rekenen. De vergoeding voor het leveren én
zuiveren van water, eventueel aangevuld met een
(gemeentelijke) vergoeding voor het inzamelen van
afvalwater via de riolering, zal in de kostprijs van
drinkwater geı̈ntegreerd worden. De vroegere Vlaamse
heffing op de vervuiling van het oppervlaktewater
werd op die manier met ingang van 1 januari 2005
gesplitst in fiscaal aftrekbare retributies, zogenaamde
sanerinsbijdragen voor de zuivering van afvalwater en
regulerende heffingen.
La cotisation d’assainissement sera également imputée sur les factures d’eau des entreprises. Ces dernières
resteront néanmoins soumises à la taxe mais la cotisation d’assainissement pour l’épuration des eaux usées
sera déduite du montant de la taxe dont elles sont
redevables. Si le montant de la cotisation d’assainissement pour l’épuration vient à dépasser le montant
de la taxe ordinaire, une réduction individuelle sera
appliquée sur la cotisation.
Ook voor de bedrijven wordt de saneringsbijdrage
aangerekend op de waterfactuur. Bedrijven blijven
echter heffingsplichtig en de saneringsbijdrage zuivering zal in mindering gebracht worden op hun
heffingsbedrag. Als het bedrag van de saneringsbijdrage zuivering hoger zou liggen dan het gebruikelijke
heffingsbedrag zal een individuele korting op de bijdrage toegepast worden.
1. Confirmez-vous
que
la
cotisation
d’assainissement peut être assimilée à une rétribution
et qu’elle ne doit donc pas être considérée comme une
dépense non admise au sens de l’article 198, 5o du CIR
1992 ?
1. Bevestigt u dat de saneringsbijdrage aan te
merken valt als een retributie en dus niet als een verworpen uitgave in de zin van artikel 198, 5o van het
WIB 1992 kan worden beschouwd ?
2. Quel est le régime fiscal de l’établissement ou du
remboursement de la différence entre la cotisation et la
taxe ?
2. Wat is het fiscaal regime van de vestiging of
terugbetaling van het verschil tussen de bijdrage en de
heffing ?
DO 2005200606231
DO 2005200606231
Question no 981 de M. Dirk Claes du 17 novembre
2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des
Finances :
Vraag nr. 981 van de heer Dirk Claes van 17 november
2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister
van Financiën :
Indépendants. — Investissements de sécurisation.
Zelfstandigen. — Beveiligingsinvesteringen.
Le gouvernement précédent a instauré au profit des
indépendants une déduction majorée pour les investissements visant à améliorer la sécurité de leur
commerce. Les indépendants sont tenus à cet effet de
consulter préalablement le service de prévention de la
police ou le secrétariat à la prévention.
De vorige regering creëerde de mogelijkheid voor
zelfstandigen, die investeren in de beveiliging van hun
zaak, om een extra investeringaftrek uit te voeren. De
zelfstandigen dienen daarvoor eerst een advies te
vragen aan de preventiedienst van de politie of aan het
preventiesecretariaat.
1.
a) Combien d’indépendant ont eu recours à cette
possibilité au cours des trois dernières années ?
1.
a) Hoeveel zelfstandigen hebben reeds van deze
mogelijkheid gebruik gemaakt gedurende de
jongste drie jaar ?
b) Quelle a été l’incidence budgétaire de cette
mesure ?
b) Hoeveel betekende dit budgettair ?
c) Quels étaient respectivement l’investissement
moyen et l’intervention moyenne par dossier ?
c) Wat bedroeg de gemiddelde investering en tussenkomst per dossier ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18791
2.
a) De quelle manière cette mesure a-t-elle été portée à
l’époque à la connaissance des indépendants
concernés ?
2.
a) Hoe werd deze maatregel destijds kenbaar
gemaakt ?
b) Par le biais de quels canaux l’a-t-elle été et avec
quel budget ?
b) Via welke kanalen en met welk budget ?
3. Le ministre envisage-t-il de mener une nouvelle
campagne d’information ?
3. Overweegt u een nieuwe infocampagne ?
4.
a) La mesure susvisée a-t-elle été évaluée dans
l’intervalle ?
4.
a) Is deze maatregel reeds geëvalueerd ?
b) Dans l’affirmative, quelles sont les conclusions de
cette évaluation ?
b) Zo ja, wat zijn de conclusies ?
c) Dans la négative, une évaluation est-elle prévue à
court terme ?
c) Of is dit in de nabije toekomst gepland ?
DO 2005200606234
DO 2005200606234
Question no 982 de Mme Marleen Govaerts du
17 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre
et ministre des Finances :
Vraag nr. 982 van mevrouw Marleen Govaerts van
17 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
Taxes sur les opérations de bourse et sur les livraisons
de titres au porteur (TOB et TLT) indûment
perçues.
Ten onrechte geı̈nde beurs- en leveringstaks (TOB en
TAT).
Les investisseurs dupés ont dû rentrer un formulaire
auprès du service public fédéral avant le 31 mars 2005
afin de demander le remboursement de la taxe sur les
opérations de bourse (TOB) et de celle sur les livraisons de titres au porteur (TLT), qui avaient été indûment perçues.
De gedupeerde beleggers moesten voor 31 maart
2005 een formulier indienen bij de federale overheidsdienst om de ten onrechte geı̈nde beurstaks op beursverrichtingen (TOB) en de ten onrechte geı̈nde taks op
effecten aan toonder (TAT) terug te vragen.
Jusqu’à présent, seuls 100 000 dossiers sur 700 000
ont été traités. Début septembre 2005, 25 millions
d’euros ont été remboursés à 87 000 investisseurs
dupés. Selon la porte-parole du ministre, l’ensemble de
l’opération pourrait durer un an et demi.
Tot nu toe zijn nog maar 100 000 van de 700 000
dossiers afgehandeld. Begin september 2005 werd 25
miljoen euro teruggestort aan 87 000 gedupeerden.
Volgens de woordvoerster van de minister kan de
totale operatie anderhalf jaar in beslag nemen.
La Belgique a été condamnée en juillet 2004 par la
Cour européenne de justice pour la taxation indue des
nouvelles actions et obligations. Des milliers de
compatriotes vont à nouveau accorder pendant des
années un prêt sans intérêts à l’État, puisque le
remboursement des taxes pourrait durer un an et
demi.
België werd in juli 2004 veroordeeld door het Europees Hof van Justitie voor het ten onrechte belasten
van nieuwe aandelen of obligaties. Duizenden landgenoten zullen de Staat weer eens jarenlang een renteloze
lening toestaan vermits de terugbetaling anderhalf jaar
kan duren.
1. Comment les dossiers sont-ils traités ?
1. Hoe worden de dossiers afgehandeld ?
2. Le sont-ils chronologiquement ou géographiquement ?
3. Quelle est la répartition par région des dossiers
déjà traités ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2. Chronologisch of geografisch ?
3. Hoe zijn de reeds afgehandelde dossiers verspreid over de gewesten ?
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18792
DO 2005200606257
DO 2005200606257
Question no 983 de M. Hagen Goyvaerts du
18 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre
et ministre des Finances :
Vraag nr. 983 van de heer Hagen Goyvaerts van
18 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
Application du système du gasoil professionnel au
transport des malades.
Toekenning van de regeling « professionele diesel »
voor ziekenvervoer.
Alors que les prix des carburants demeurent élevés,
un système permettant à certaines catégories
d’utilisateurs de gasoil professionnel de réclamer le
remboursement de toute augmentation du droit
d’accise spécial a été instauré. Or, lors de l’élaboration
de cette mesure, le secteur du transport des malades
n’avait pas été retenu.
In deze tijden van aanhoudende hoge brandstofprijzen bestaat er een regeling die toelaat dat bepaalde
categorieën van professionele dieselgebruikers elke
verhoging van bijzondere accijns kunnen terugvorderen. Een categorie die destijds echter niet werd weerhouden voor de regeling « professionele diesel » is het
ziekenvervoer.
Des services répartis dans tout le pays assurent le
transport des malades (la Croix-Rouge, la Croix jaune
et blanche, le « Vlaams Kruis », des services
d’ambulance privés, des services hospitaliers, etc.) et
transportent chaque jour de nombreux patients et
personnes à mobilité réduite.
Over het hele land verspreid zijn er verschillende
diensten die zich bezig houden met ziekenvervoer
(Rode Kruis, Wit-Geel-Kruis, Vlaams Kruis, private
ambulancediensten, hospitaaldiensten, enzovoort)
welke dagelijks vele verplaatsingen met patiënten en
hulpbehoevenden uitvoeren.
En réponse à la question écrite no 864 du 29 juin
2005 de Mme Avontroodt, vous avez indiqué être
disposé à examiner la possibilité d’étendre le système
du gasoil professionnel au transport des malades
(Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 88,
p. 15462).
In antwoord op een schriftelijke vraag nr. 864 van
29 juni 2005 van mevrouw Avontroodt heeft u te
kennen gegeven dat u bereid bent de uitbreiding van de
regeling « professionele diesel » naar ziekenvervoer te
onderzoeken (Vragen en Antwoorden, Kamer, 20042005, nr. 88, blz. 15462).
1. Quelles initiatives avez-vous prises à ce jour ?
1. Welke initiatieven heeft u daartoe tot op heden
genomen ?
2. Une concertation avec les fédérations professionnelles concernées a-t-elle déjà été menée ?
2. Is hierover al een overleg geweest met de betrokken beroepsverenigingen ?
3. Dans l’affirmative, quel en a été le résultat ?
3. Zo ja, wat is het resultaat daarvan geweest ?
4. Quand le secteur du transport des malades
pourra-t-il bénéficier du système du gasoil professionnel ?
4. Wanneer zal de toekenning van de regeling
« professionele diesel » voor het ziekenvervoer een feit
zijn ?
DO 2005200606259
DO 2005200606259
Question no 984 de Mme Trees Pieters du 18 novembre
2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des
Finances :
Vraag nr. 984 van mevrouw Trees Pieters van
18 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
Garderies scolaires. — Frais de garde d’enfants payées
aux écoles maternelles et primaires. — Charges de
famille.
Schoolse opvang. — Uitgaven voor kinderoppas
betaald aan kleuteren lagere scholen. — Gezinslasten.
En vertu des dispositions légales des articles 104, 7o,
et 113 du Code des impôts sur les revenus 1992, les
sommes payées au cours de l’année 2005 au titre de
frais de garde d’enfants dans les écoles maternelles et
primaires peuvent, à partir de l’exercice 2006, être
considérées en matière d’impôt des personnes physi-
Krachtens de wettelijke bepalingen van artikel 104,
7o en artikel 113 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 kunnen met ingang van het aanslagjaar 2006 inzake personenbelasting de sommen die
tijdens het jaar 2005 effectief werden betaald uit
hoofde van kinderopvang in kleuter- en lagere scholen
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18793
ques comme frais déductibles pour autant qu’elles
concernent des enfants à charge de moins de 12 ans.
als een aftrekbare besteding worden aangemerkt voor
zover die betrekking hebben op kinderen ten laste
jonger dan 12 jaar.
Les questions pratiques et générales suivantes se
posent notamment dans l’optique de l’établissement
des attestations fiscales nécessaires.
Terzake rijzen mede met het oog op het opmaken
van de nodige fiscale attesten de volgende algemene
praktische vragen.
1. Sous quels cadres et (nouvelles) rubriques codées
spéciales du formulaire de déclaration à l’impôt des
personnes physiques no 276.1 pour l’exercice 2006, les
parents ou les partenaires cohabitants qui ont payé des
frais de garde doivent-ils inscrire le montant déductible ?
1. Onder welke vakken en speciaal gecodeerde
(nieuwe) rubrieken van het aangifteformulier nr. 276.1
inzake personenbelasting over het aanslagjaar 2006
dienen de betalende ouders of samenwonende partners
dit aftrekbaar bedrag op te nemen ?
2. Comment ce montant déductible est-il précisément réparti entre les deux conjoints pour la fixation
du revenu imposable globalement et pour le calcul de
l’imposition ?
2. Op welke wijze en in welke precieze mate wordt
dit aftrekbaar bedrag onder de beide echtgenoten verdeeld voor de bepaling van het gezamenlijk belastbaar
inkomen en voor de berekening van de aanslag ?
3. Comment les montants payés peuvent-ils être
répartis concrètement entre les deux conjoints ou les
deux parents en cas de :
3. Op welke wijze en in welke concrete mate mogen
de betaalde bedragen onder de beide partners of
ouders worden verdeeld in geval van :
a) divorce ou cessation de la cohabitation légale;
a) echtscheiding of beëindiging van de wettelijke
samenwoning;
b) séparation de corps;
b) scheiding van tafel en bed;
c) séparation de fait ?
c) feitelijke scheiding ?
4. En ce qui concerne les écoles communales, les
attestations fiscales requises doivent-elles être délivrées
par l’administration communale ou par la direction de
l’école locale en question ?
4. Dienen bij de gemeentescholen de vereiste fiscale
attesten te worden uitgereikt door het gemeentebestuur of door de lokale schooldirectie ?
5. Les attestations fiscales nécessaires doivent-elles
être rédigées au nom de l’enfant, au nom des deux
parents ou des deux conjoints ou séparément au nom
de chaque conjoint ou de chaque parent qui verse des
frais de garde à l’école ?
5. Moeten de nodige fiscale attesten telkens worden
opgesteld op naam van het kind, op naam van de beide
ouders of partners samen of, volledig afzonderlijk op
naam van elk van de aan de school betalende partner
of ouder ?
6. Pouvez-vous indiquer, point par point, vos
méthode et point de vue généraux actuels à la lumière
de la législation fiscale susmentionnée telle qu’elle a
été récemment adaptée ?
6. Graag punt per punt uw huidige algemene ziensen handelwijze in het licht van voornoemde recent
aangepaste fiscale wetgeving.
DO 2005200606267
DO 2005200606267
Question no 987 de M. Geert Versnick du 21 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre
des Finances :
Vraag nr. 987 van de heer Geert Versnick van
21 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
TVA. — Donations aux institutions agréées.
BTW. — Schenkingen aan erkende instellingen.
En vertu de l’article 12, § 1er, alinéa 1er, 2o du code
de la TVA, les assujettis à la TVA qui offrent des
produits alimentaires ou d’autres biens meubles à des
institutions caritatives ou sociales, agréées ou non, à
des écoles, etc., sont censés effectuer ainsi une livrai-
BTW-plichtigen die in het kader van liefdadigheid
voedingswaren of andere roerende goederen schenken
aan al dan niet erkende caritatieve of sociale instellingen, scholen en dergerlijke verrichten met deze handeling op grond van artikel 12, § 1, eerste lid, 2o, van het
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18794
son à titre onéreux aux fins de bénéficier d’une déduction du prélèvement.
BTW-wetboek een levering onder bezwarende titel
wegens een onttrekking om niet.
Concrètement, cette disposition implique que le
contribuable doit rembourser la TVA qu’il a pu
déduire à l’achat de ces marchandises, étant entendu
que, conformément à l’article 33, 1o du code de la
TVA, la base d’imposition est constituée en principe
par le prix d’achat des biens offerts.
Concreet betekent dit dat de belastingplichtige de
BTW moet terugstorten die hij bij aankoop van die
goederen heeft kunnen aftrekken waarbij op grond
van artikel 33, 1o, BTW-wetboek, de maatstaf van
heffing in principe bepaald wordt op de aankoopprijs
van de geschonken goederen.
Le code de la TVA ne prévoit pas d’exonération de
prélèvement dans le cadre de tels actes de
« philanthropie » mais prévoit toutefois le maintien de
la déduction de la TVA si les marchandises sont
détruites dans des circonstances données. Cette disposition résulte de l’article 64, § 1er du code de la TVA
qui dispose que jusqu’à preuve du contraire, les biens
achetés sont présumés être vendus et que la TVA y est
dès lors applicable. Si toutefois le contribuable peut
prouver que tous les biens achetés n’ont pas été vendus
mais que, par exemple, une partie de ces biens a été
détruite volontairement, la TVA n’est pas due sur cette
partie pour cause de prélèvement ou autre, et la déduction préalable est maintenue.
Het BTW-wetboek voorziet niet in een vrijstelling
van onttrekking in dergelijke gevallen van
« menslievendheid » maar voorziet wél in het behoud
van BTW-aftrek indien goederen onder bepaalde omstandigheden vernietigd worden. Dat is een uitvloeisel
van artikel 64, § 1, BTW-wetboek, dat stelt dat behoudens tegenbewijs de aangekochte goederen geacht
worden te zijn doorverkocht, waardoor BTW opeisbaar is geworden. Kan echter de belastingplichtige
bewijzen dat niet alle aangekochte goederen zijn doorverkocht, maar dat bijvoorbeeld een deel vrijwillig is
vernietigd, dan is op dit deel geen BTW verschuldigd
wegens onttrekking of anderszins en blijft de vooraftrek behouden.
En conclusion, il est plus avantageux pour le contribuable de détruire ses biens plutôt que d’offrir ceux
qui sont éventuellement utilisables.
De BTW-plichtige is kortom goedkoper af zijn
goederen te laten vernietigen, dan de eventuele bruikbare goederen weg te schenken.
1. N’estimez-vous pas que ce traitement différentié
soit socialement inacceptable ?
1. Vindt u niet dat deze ongelijke behandeling
sociaal onrechtvaardig is ?
2. Envisagez-vous d’adapter le prélèvement de la
TVA en cas de donation à une institution agréée, en
limitant éventuellement ce prélèvement à un montant
donné ?
2. Overweegt u een aanpassing te doen aan het verschuldigd zijn van BTW bij schenkingen aan een
erkende instelling, al dan niet beperkt tot een bepaald
bedrag ?
Cette mesure constituerait en effet pour les contribuables un encouragement à ne pas détruire leurs
marchandises, mais à leur donner une autre affectation, tout aussi favorable en matière de TVA.
Dit zou belastingplichtigen immers kunnen aansporen hun goederen niet te vernietigen, doch een alternatieve bestemming te geven die op het vlak van BTW
even gunstig is.
DO 2005200606271
DO 2005200606271
Question no 988 de Mme Trees Pieters du 21 novembre
2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des
Finances :
Vraag nr. 988 van mevrouw Trees Pieters van
21 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
Coperfin. — Simplification administrative. — Changement de mentalité. — Suppression des statistiques
comparatives. — Sensibilisation du personnel.
Coperfin. — Administratieve vereenvoudiging. —
Mentaliteitsverandering. — Afschaffing van vergelijkende statistieken. — Sensibilisatie van het personeel.
Plusieurs exposés et articles publiés dans les milieux
fiscaux et comptables démontrent que les instances
dirigeantes des Finances poursuivent un noble objectif,
celui de veiller d’urgence à ce que le « changement de
mentalité Coperfin » se poursuive à tous les niveaux
dans les meilleures conditions et qu’il soit encore
approfondi, fortement amélioré et généralisé.
Uit diverse voordrachten en uit artikelen in fiscale
en boekhoudkundige kringen blijkt dat de top van
Financiën als nobel doel nastreeft er dringend voor te
zorgen dat de « Coperfin-mentaliteitsverandering » op
alle niveaus op een gedegen wijze voortgaat en nog
zou worden uitgediept, sterk verfijnd en verder opgevolgd.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18795
Il se fait que dorénavant, le service public fédéral
Finances veille à juste titre non seulement à encaisser
de façon légitime et exacte tous les impôts directs et
indirects en appliquant à la lettre toutes les dispositions légales et les adages fiscaux et en respectant
toutes les règles d’une bonne administration, mais
aussi à éliminer complètement toutes les situations
conflictuelles potentielles et les courses aux suppléments statistiques et autres chasses aux sorcières.
De Federale Overheidsdienst Financiën streeft er in
theorie voortaaan immers terecht naar om zowel alle
directe en indirecte belastingen rechtvaardig en juist te
innen met volkomen respect voor alle rechtsregels en
fiscale adagia en met eerbiediging van alle regels van
behoorlijk bestuur, alsook om alle mogelijke conflicttoestanden en statistische supplementen- en heksenjachten volstrekt uit de weg te gaan.
Désormais, tant les agents taxateurs que les fonctionnaires du contentieux qui rectifient des erreurs
spontanément ou accordent des dégrèvements d’office
fournissent un excellent travail et ne sont plus montrés
du doigt parce qu’ils seraient « statistiquement » moins
performants et passeraient en moyenne plus de temps à
l’étude de litiges fiscaux difficiles et/ou délicats.
Zowel taxatieambtenaren als geschillenambtenaren
die spontaan vergissingen rechtzetten of ambtshalve
ontheffingen verlenen, zouden van nu af aan uitstekend werk leveren en niet meer met de vinger worden
gewezen omdat zij « statistisch » gezien dan niet renderen en gemiddeld langer bezig zijn met het onderzoek
van moeilijk en/of delicate fiscale betwistingen.
De plus, l’administration aurait notamment
l’intention de renverser dorénavant, de manière définitive, l’ancienne culture — malheureusement toujours
dominante — des « tableaux de chasse » comparatifs et
des statistiques et rapports improductifs.
Daarnaast zou er in het vervolg inzonderheid ook
zeer radicaal worden gebroken met de oude helaas nog
steeds heersende cultuur van vergelijkende « jachttabellen » en onproductieve statistieken en rapporten.
1. Quelles modalités pratiques et pragmatiques nos
administrations fiscales appliqueront-elles pour
concrétiser réellement et simplement et surtout avec
célérité et fermeté cette « nouvelle culture », et supprimer le plus possible tous les « tableaux de chasse »
improductifs, servant ou non de comparaisons, ainsi
que tous les rapports de vérification ?
1. Op welke praktische en pragmatische wijze
zullen alle belastingadministraties die « nieuwe cultuur » daadwerkelijk, eenvoudig en vooral snel en
kordaat op het veld realiseren en alle al dan niet vergelijkende en onproductieve « jachttabellen » en verificatieverslaggevingen maximaal afschaffen ?
2. Avec quelle énergie tous les fonctionnaires taxateurs et, à un plus haut niveau, ceux chargés de la
surveillance ont-ils été vivement sensibilisés à ce changement de mentalité ?
2. Op welke doortastende wijze werden of zullen
alle betrokken taxatieambtenaren en toezichthoudende hogere ambtenaren hieromtrent gevoelig
worden gensensibiliseerd ?
3. Le justiciable sera-t-il également informé en
détail de cette volonté de changer les mentalités, pour
améliorer ainsi de façon encore plus significative
l’image des administrations fiscales et de leurs fonctionnaires ?
3. Zal de rechtsonderhorige burger van deze
geplande mentaliteitswijziging eveneens uitvoerig
worden ingelicht zodat het goede imago van de fiscale
administraties en haar ambtenaren daardoor nog duidelijker wordt verbeterd ?
4. Quelles actions et mesures de contrôle radicales
les services centraux ainsi que les centres de contrôle
locaux et services des contributions classiques ont-ils
déjà prises pour freiner de suite tous les contrôles
téméraires, vexatoires et/ou interminables et réduire
radicalement les délais de traitement des litiges et des
contestations, pour opérer en même temps une simplification administrative et pour privilégier dorénavant
l’aspect purement qualitatif du travail ?
4. Welke ingrijpende acties en controlemaatregelen
werden zowel bij de centrale diensten als bij de lokale
controlecentra en klassieke belastingdiensten reeds
getroffen om alle roekeloze, tergende en/of lang aanslepende controles meteen in te dijken en de behandeling van geschillen en bezwaren drastisch te verkorten
en tegelijkertijd administratief te vereenvoudigen en
alleen nog maar te streven naar puur kwaliteitswerk ?
5. Comment et quand l’image de tous les fonctionnaires et services de direction du contentieux
connaı̂tra-t-elle une amélioration significative ? Serontils encouragés en termes élogieux pour avoir fait fonctionner avec succès le filtre administratif en matière de
contentieux, il est vrai aux dépens principalement des
« tableaux de chasse » et des statistiques comparatives
improductives des fonctionnaires taxateurs ?
5. Op welke ernstige wijze en wanneer zullen alle
geschillenambtenaren en -directiediensten in een goed
daglicht worden gesteld en op een lovenswaardige
wijze worden aangemoedigd wanner zij de administratieve geschillenfilter afdoende laten werken, weliswaar
grotendeels ten koste van die zogenaamde « jachttabellen » en vergelijkende onproductieve statistieken van
de aanslagambtenaren ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18796
6. Pourriez-vous me faire part, point par point, de
votre approche générale actuelle, aussi bien théorique
que pratique, à la lumière de la propagation de cette
nouvelle culture fiscale et de tous les principes de
bonne et conviviale gestion ?
6. Graag in het licht van die gepropageerde nieuwe
fiscale cultuur en van alle beginselen van behoorlijk en
klantvriendelijk bestuur punt per punt uw algemene
geactualiseerde ziens- en handelwijze.
DO 2005200606275
DO 2005200606275
Question no 989 de M. Servais Verherstraeten du
21 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre
et ministre des Finances :
Vraag nr. 989 van de heer Servais Verherstraeten van
21 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
Revenus d’une société néerlandaise en nom collectif
(VOF ou « vennootschap onder firma »).
Inkomsten uit een Nederlandse VOF.
En matière d’impôt des personnes physiques en
Belgique, les revenus étrangers d’un citoyen belge pour
lesquels a convention préventive de la double imposition n’attribue pas le pouvoir d’imposition à la Belgique, font l’objet d’une exonération, sous réserve toutefois de l’application de la clause de progressivité. Cela
signifie que ces revenus doivent être mentionnés dans
la déclaration belge à concurrencede leur montant
imposable et qu’ils sont pris en considération pour
déterminer le taux d’imposition applicable aux revenus belges.
Voor inkomsten waarvan de heffingsbevoegdheid
krachten het toepasselijke dubbelbelastingverdrag niet
aan België wordt toegewezen, behaald door een
Belgisch rijksinwoner voorziet de Belgische personenbelasting in een vrijstelling van die buitenlandse
inkomsten, doch dit evenwel onder progressievoorbehoud. Dit betekent dat die buitenlandse inkomsten
voor hun belastbaar bedrag moeten aangegeven
worden in de Belgische aangifte, dat zij in rekening
worden gebracht om het toepasselijk belastingtarief te
bepalen op de Belgische inkomsten.
Le montant qu’il convient de mentionner dans la
déclaration à l’impôt des personnes physiques est le
montant brut des revenus étrangers, diminué des cotisations sociales étrangères obligatoires et de l’impôt
versé. Je me réfère à cet égard à votre réponse à la
question no 359 du 28 avril 2004 de Mme Douifi
(Questions et Réponses, Chambre, 2003-2004, no 36,
p. 5547) qui se rapportait toutefois aux impôts à porter
en déduction.
Het bedrag dat men moet opnemen in de aangifte
personenbelasting is het bruto bedrag van de buitenlandse inkomsten, verminderd met de verplichte buitenlandse sociale bijdragen en de betaalde belasting. Ik
verwijs hiervoor ook naar uw antwoord op vraag
nr. 359 van 28 april 2004 van mevrouw Douifi (Vragen
en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 36, blz. 5547)
dat echter betrekking had op de in mindering te brengen belastingen.
Je souhaiterais que votre administration m’indique
comment il convient, dans la pratique, d’appliquer
cette règle aux revenus d’une société néerlandaise en
nom collectif (« vennootschap onder firma » ou
« VOF »). Je souhaiterais plus particulièrement savoir
s’il convient de se baser sur le résultat net de la VOF
ou sur le bénéfice fiscal (après application de la déduction pour investissement, de la déduction pour formation ou de la déduction pour indépendants, etc.).
Nu wens ik van uw administratie te vernemen hoe
dit in de praktijk dient te worden toegepast op
inkomsten uit een Nederlandse vennootschap onder
firma (VOF). Meer bepaald had ik graag vernomen of
als uitgangspunt het netto-resultaat van de VOF dient
te worden genomen dan wel de fiscale winst (dit is na
aftrek van de investeringsaftrek, scholingsaftrek, zelfstandigenaftrek, enzovoort).
Supposons qu’une personne aux Pays-Bas ait retiré
un bénéfice de 45 000 euros d’une VOF, mais que le
bénéfice fiscal ne s’élève qu’à 37 000 euros pour cette
année. Cette même année, un montant de 6 000 euros
a également été payé à titre d’impôts et de primes
« mutuelle indépendants » et d’assurance « incapacité
de travail indépendants » (« WAZ » ou « wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen »). Ce
dernier montant inclut les montants définitifs payés
Stel dat iemand in Nederland 45 000 euro winst
heeft behaald uit een VOF, maar dat de fiscale winst
voor dat jaar slechts 37 000 euro bedraagt. Er werden
datzelfde jaar ook voor 6 000 euro belastingen, premies ziekenfonds zelfstandigen en premies WAZ (wet
arbeidsongeschiktheidsverzekering
zelfstandigen)
betaald. Dit laatste bedrag behelst zowel de betaalde
definitieve aanslagen inkomstenbelasting, definitieve
aanslag premie WAZ en ziekenfods zelfstandigen van
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18797
dans le cadre de l’impôt sur les revenus, le montant
définitif de la prime WAZ et de la prime « mutualité
indépendants » des années précédentes ainsi qu’un
certain nombre de taxations provisoires se rapportant
à l’année proprement dite.
voorgaande jaren als een aantal voorlopige aanslagen
met betrekking tot het jaar zelf.
Il ressort de la réponse à la question précitée no 359
du 28 avril 2004 que tous les impôts effectivement
payés au cours de cette année-là sont déductibles. La
question se pose toutefois de savoir si, en Belgique, il y
a lieu de déclarer (et d’exonérer) 45 000 euros —
6 000 euros ou 37 000 euros — 6 000 euros.
Uit het antwoord op voornoemde vraag nr. 359 van
28 april 2004 blijkt dat alle aanslagen die effectief in
dat jaar werden betaald in mindering mogen worden
gebracht. De vraag rijst echter of in België 45 000 euro
— 6 000 euro dient te worden aangegeven (en vrijgesteld) dan wel 37 000 euro — 6 000 euro.
La présente question ne concerne pas un cas concret
mais a pour objectif de définir le mode de détermination du montant à mentionner pour les revenus à
exonérer.
Deze vraag heeft geen betrekking op een concreet
geval maar heeft als doel de wijze van bepaling van het
op te nemen bedrag van vrij te stellen inkomsten te
bepalen.
DO 2005200606278
DO 2005200606278
Question no 990 de M. Hagen Goyvaerts du
21 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre
et ministre des Finances :
Vraag nr. 990 van de heer Hagen Goyvaerts van
21 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
Titrisation des créances fiscales.
Effectisering belastingschulden.
La titrisation des créances fiscales devrait contribuer
dans une mesure importante, tant cette année-ci que
l’année prochaine, à l’équilibre du budget fédéral.
Pour 2005, la vente à Fortis de 10 milliards d’impôts
difficilement recouvrables fournira un apport ponctuel
de 500 millions d’euros. Une opération analogue, à
savoir la vente d’arriérés de créances TVA, devrait
rapporter 600 millions d’euros en 2006.
De effectisering van belastingsschulden moet zowel
dit als volgend jaar een aanzienlijke bijdrage leveren
tot het evenwicht op de federale begroting. Voor 2005
levert de verkoop van 10 miljard moeilijk invorderbare
belastingen aan Fortis een eenmalige meevaller van
500 miljoen euro op. Een gelijkaardige operatie, namelijk de verkoop van achterstallige BTW-vorderingen,
moet in 2006 voor 600 miljoen euro zorgen.
1. Quel est le détail de ces créances fiscales titrisées,
tant directes qu’indirectes ?
1. Wat is het detail van deze vorderingen, zowel
wat betreft de effectisering van de directe als indirecte
belastingschulden ?
2.
a) Ce manque à gagner pour l’État est-il acquis et
définitif ou la récupération des montants concernés
est-elle encore envisageable ?
2.
a) Is het verlies vaststaand en definitief of is er nog
recuperatie mogelijk ?
b) Quels montants pensez-vous pouvoir encore
recouvrer ?
b) Hoeveel denkt u uiteindelijk nog te kunnen invorderen ?
3. À combien s’élève le total des impôts non recouvrables et quel pourcentage des créances totales représente-t-il, tant en ce qui concerne les impôts directs
qu’indirects ?
3. Wat is het totale bedrag van de niet-invorderbare
belastingen en welk percentage vertegenwoordigt dit
in de totale vorderingen, zowel voor de directe als
indirecte belastingen ?
4. Quel est actuellement le pourcentage des créances pouvant être considérées comme perdues ?
4. Welk percentage van de huidige vorderingen
kunnen als verloren beschouwd worden ?
5. Selon le ministre néerlandais des Finances, Gerrit
Zalm, la Belgique enfreindrait, en menant cette opération, les règles budgétaires européennes.
5. Volgens de Nederlandse minister van Financiën,
Gerrit Zalm, overtreedt België met deze operatie
mogelijk de Europese begrotingsregels.
Avez-vous déjà
tés européennes ?
obtenu
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
l’aval
des
autori-
2005
Het u de toelating van Europa reeds verkregen ?
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18798
6. Il est procédé à la vente de ces créances fiscales
par l’intermédiaire de la banque Fortis.
6. De verkoop van de schulden gebeurt via de bank
Fortis.
Suivant quelle procédure et sur la base de quels
critères cette opération a-t-elle été confiée à Fortis ?
Via welke procedure en op basis van welke criteria
werd de operatie aan Fortis toegewezen ?
DO 2005200606280
DO 2005200606280
Question no 991 de Mme Trees Pieters du 21 novembre
2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des
Finances :
Vraag nr. 991 van mevrouw Trees Pieters van
21 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
TVA. — Exemption des prestations artistiques.
BTW. — Vrijstelling van artistieke prestaties.
Dans son jugement du 18 novembre 2004, le tribunal de première instance de Liège stipule que
l’exclusion des personnes morales du régime d’exemption est contraire à la loi parce qu’un traitement
économique différent pour une prestation identique est
contraire au principe de neutralité de la TVA. Le
tribunal se réfère également à la jurisprudence de la
Cour européenne de justice.
De rechtbank van eerste aanleg te Luik heeft in zijn
vonnis van 18 november 2004 gesteld dat de uitsluiting
van rechtspersonen van de vrijstellingsregeling strijdig
is met de wet, omdat een verschillende economische
behandeling voor een identieke prestatie in strijd is
met het neutraliteitsprincipe van de BTW. De rechtbank verwijst eveneens naar de rechtspraak van het
Europese Hof van Justitie.
Ce jugement a pour effet que dans la pratique il n’y
a plus lieu de facturer de TVA sur les prestations artistiques et que par conséquent il n’est pas possible de
récupérer la TVA sur les frais consentis pour ces prestations.
Dit betekent thans in de praktijk dat op artistieke
prestaties geen BTW meer dient gerekend te worden
en dat bijgevolg op de kosten die voor deze prestaties
worden gemaakt ook geen BTW kan gerecupereerd
worden.
J’estime toutefois que les arguments précités ne sont
pas d’une clarté exemplaire.
Toch meen ik dat de voorgaande argumenten niet
zo duidelijk zijn.
A) Prenons l’exemple d’un artiste qui réalise une
sculpture et la vend à une entreprise, une organisation,
un particulier, ou à n’importe qui d’autre. Dans ce cas,
on peut donc affirmer que cet artiste ne doit pas facturer de TVA à son client puisque l’article 44, § 2, 8o du
CTVA est d’application, que ce dernier ait créé son
œuvre en tant que personne physique ou morale.
A) Neem het voorbeeld van een beeldend kunstenaar die een beeld maakt en dit verkoopt aan een bedrijf, een organisatie, een particulier, of aan om het
even wie. In dit geval kan dus gesteld worden dat deze
kunstenaar geen BTW hoeft aan te rekenen aan zijn
klant omdat voor de kunstenaar het artikel 44, § 2, 8o
WBTW van toepassing is, ongeacht het feit of de kunstenaar dit werk heeft gecreëerd als natuurlijke
persoon of als rechtspersoon.
B) Quand un acteur donne une représentation théâtrale, cette prestation est exemptée de la TVA, que
l’artiste ait écrit lui-même la pièce ou qu’il ait adapté
une pièce existante. Si cet acteur ou artiste exécute
cette œuvre théâtrale, qu’il effectue une tournée dans
différentes salles et prend lui-même en charge l’organisation de l’événement (c’est-à-dire qu’il s’occupe de la
vente des tickets d’entrée, de boissons, de CD, etc.),
ces représentations devraient en principe être exemptées de TVA étant donné que l’on se situe dans le cadre
de l’exécution d’une prestation artistique.
B) Wanneer een acteur een toneelvoorstelling
brengt, ongeacht of deze kunstenaar het stuk zelf
geschreven heeft of een bestaand toneelstuk heeft
bewerkt, dan blijven deze prestaties vrij van BTW.
Indien deze acteur of artiest dit stuk ten tonele brengt
en daarmee een tournee maakt in diverse zalen en zelf
de organisatie ervan op zich neemt (dus instaat voor de
kaartenverkoop, verkoop van drank, verkoop van
cd’s, enzovoort) dan zou in principe deze voorstelling
vrij moeten zijn van BTW, gezien het daadwerkelijk
uitvoerende karakter van een artistieke prestatie ervan.
J’estime pour ma part qu’une telle prestation est
soumise à la TVA. Je me réfère à l’exemption visée à
l’article 44, § 2, 3o du CTVA, où il est stipulé que la
pratique de la culture physique ou d’une activité sportive est exemptée de la TVA pour autant que les parti-
Toch zou ik van mening zijn dat een dergelijke prestatie aan de BTW onderworpen is. Ik vergelijk daarvoor met de vrijstelling bepaald in artikel 44, § 2, 3o
WBTW waarin wordt gesteld dat het beoefenen van
sport en lichamelijke opvoeding vrijgesteld is van
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18799
cipants pratiquent réellement un sport. Par contre,
quand les organisateurs de compétitions sportives
perçoivent également un droit d’entrée, ce dernier doit
inclure une TVA de 6 %.
Dans le cas où la représentation de l’acteur serait
par exemple organisée par un bureau de théâtre, ce
dernier devrait également payer à l’Administration une
TVA sur les entrées.
C) Ce jugement qui stipule que les artistes qui se
produisent sous la forme d’une personne morale sont
exemptés de la TVA appelle quelques questions.
Je me réfère au commentaire du CTVA (en d’autres
termes, à l’interprétation donnée par le SPF Finances)
concernant la notion de « artiste exécutant » (points 3 à
5).
a) L’Administration a-t-elle en l’espèce développé sa
propre interprétation de la notion d’artiste ? Cela
correspond à la décision prise à l’époque par
l’Administration de considérer les artistes assurant
individuellement des représentations comme étant
exemptés de la TVA tandis que les artistes agissant
en tant que personne morale devaient être considérés comme assujettis à la TVA.
b) Dans quelle mesure peut-on considérer qu’il est
impossible d’engager une action en justice, considérant que l’interprétation susmentionnée est
discriminatoire ou que le principe d’égalité est
violé ?
c) Pourquoi ne pourrait-on pas, par exemple, considérer la création ou la réalisation d’une perruque
par un perruquier à la demande d’un metteur en
scène comme une œuvre d’art ? De même, quand
un metteur en scène ou un scénographe commande
à un décorateur la conception d’un décor, pourquoi ce projet ne peut-il pas être considéré comme
une œuvre d’art ? L’administration ne se montre-telle pas inutilement pointilleuse en la matière ?
Pourriez-vous me faire part de votre position sur le
sujet afin de rassurer les milieux artistiques, de
manière à ce que nos artistes puissent se concentrer sur
leur mission créative et ne soient pas inutilement effrayés par toutes sortes de règlements et de législations
contradictoires ?
BTW voor zover de deelnemers er aan sport doen.
Daarentegen, wanneer de organisatoren van sportwedstrijden ook entreegeld innen, dan dient op de
entreegelden de BTW van 6 % gerekend.
In het geval de voorstelling van deze acteur zou
georganiseerd worden door bijvoorbeeld een theaterbureau dat voor de organisatie instaat dan zou het
theaterbureau ook de BTW op de inkomsten dienen te
betalen aan de BTW.
C) Naar aanleiding van het vonnis dat de artiesten
die optreden onder de vorm van een rechtspersoon
vrijgesteld zijn van BTW rijzen enkele vragen.
Ik verwijs naar de commentaren WBTW (met
andere woorden de interpretatie uitgaande van de
FOD Financiën) in verband met « Uitvoerend artiest.
— Begrip. » (punten 3 tot 5).
a) Heeft de administratie hier een eigen visie ontwikkeld naar het begrip wie artiest is en wie geen
artiest is ? Dit komt overeen met de destijds genomen beslissing door de administratie dat artiesten
die optraden als individu vrijgesteld waren van
BTW terwijl de artiesten die optraden onder een
rechtspersoon als BTW-plichtigen moesten
worden beschouwd.
b) In hoeverre mag er van uitgegaan worden dat hiertegen ook geen rechtszaak kan worden ingesteld
die de bovenstaande interpretatie als discriminerend beschouwt of dat het gelijkheidsbeginsel
geschonden is ?
c) Waarom zou bijvoorbeeld de creatie of de uitwerking van een pruik door een pruikenmaker in opdracht van een regisseur niet als kunstwerk kunnen
beschouwd worden of indien een regisseur of een
scenograaf aan een decorateur de opdracht geeft
een decor te ontwerpen, waarom kan dit ontwerp
niet gezien worden als een kunstwerk ? Wordt in
deze materie soms niet onnodig moeilijk gedaan ?
Wat is uw visie hieromtrent teneinde in het artistieke milieu de nodige rust te brengen waardoor onze
artiesten zich kunnen toeleggen op hun creatieve opdracht en niet onnodig opgeschrikt worden door allerlei tegenstrijdige reglementen en wetgeving ?
DO 2005200606287
DO 2005200606287
Question no 992 de M. Guido De Padt du 21 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre
des Finances :
Droits d’enregistrement. — Transferts de propriété.
L’article 53, 2o du Code des droits d’enregistrement
prévoit la réduction des droits d’enregistrement lors de
Vraag nr. 992 van de heer Guido De Padt van
21 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
Registratierechten. — Eigendomsoverdrachten.
Artikel 53, 2o van het Wetboek der registratierechten, voorziet in de vermindering van die rechten bij
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18800
l’acquisition d’une propriété à la condition (voir l’article 60) que l’acquéreur soit inscrit, à l’adresse de
l’immeuble acquis, dans le registre de la population
dans un délai de trois ans prenant cours à la date de
l’acte authentique d’acquisition et que cette inscription
soit maintenue pendant une durée ininterrompue de
trois ans au moins. Lorsqu’un droit d’habitation est
encore réservé ou lorsque le propriétaire réalise luimême les travaux de rénovation, ou même en cas
d’oubli, il n’est pas exclu que le premier délai de trois
ans soit dépassé.
aankoop van een eigendom, op voorwaarde (zie : artikel 60) dat de verkrijger in het bevolkingsregister
wordt ingeschreven binnen een termijn van drie jaar te
rekenen vanaf de authentieke akte van verkrijging en
men ten minste drie jaar zonder onderbreking blijft
wonen. Wanneer er nog een bewoningsrecht wordt
voorbehouden of wanneer de eigenaar zelf de verbouwingswerken uitvoert, is het niet uitgesloten dat —
ook uit onwetendheid — de eerste termijn van drie
jaar wordt overschreden.
1. Combien de transferts de propriété ont été effectués en 2000, 2001 et 2002 en application de l’article 53, 2o du Code des droits d’enregistrement (réduction actuelle de 5 % pour les habitations dont le RC ne
dépasse pas un minimum déterminé) ?
1. Hoeveel eigendomsoverdrachten werden in 2000,
2001 en 2002 gerealiseerd met toepassing van artikel 53, 2o van het Wetboek van registratierechten (verlaging met thans 5 % voor woningen waarvan het KI
een vastgesteld minimum niet overtreft) ?
2. Dans combien de cas (en ventilant par région et
en ne prenant en considération que les transferts visés
à la question 1) des droits complémentaires et des
accroissements ont-ils été perçus en 2003, 2004 et 2005
pour infraction à l’article 60, deuxième alinéa du Code
des droits d’enregistrement ?
2. In hoeveel gevallen (opgesplitst per gewest en die
betrekking hebben op de onder vraag 1. vermelde
overdrachten) werden in 2003, 2004 en 2005, bijrechten en vermeerderingsrechten geı̈nd wegens inbreuk op
artikel 60, tweede lid, van het Wetboek der registratierechten ?
3. À combien se montaient les droits initialement
réclamés dans les cas visés à la question 2, dans
combien de cas et pour quels montants la réduction
est-elle demeurée acquise à la suite de l’acceptation
d’une force majeure et dans combien de cas et pour
quels montants l’administration a-t-elle accordé une
remise totale ou partielle de l’accroissement, en ventilant à chaque fois les données par région et par année ?
3. Hoeveel bedroegen de initieel gevorderde rechten
in de gevallen vermeld onder vraag 2, in hoeveel gevallen en voor welke bedragen werden ze ingevolge het
aanvaarden van overmacht kwijtgescholden en in
hoeveel gevallen en voor welke bedragen werd geheel
of gedeeltelijk afgezien van de vermeerdering, telkens
opgesplitst per gewest en per jaar ?
4. Quelles circonstances l’administration assimile-telle à une force majeure ?
4. Welke omstandigheden worden door de administratie als overmacht weerhouden ?
5. Envisagez-vous d’établir un règlement par lequel
les acquéreurs du bien seront avertis par l’administration du dépassement imminent du délai de trois ans
dans lequel ils doivent occuper le bien ? Dans la
mesure où les bureaux d’enregistrement ne connaissent sans doute qu’un nombre de cas limité, ces recherches ne constitueront normalement pas une tâche
insurmontable.
5. Overweegt u een regeling op te zetten waarbij de
verkrijgers van het goed door de administratie verwittigd worden van het feit dat de termijn van drie jaar
waarbinnen zij het goed moeten bewonen, bijna verstreken is ? Vermits er per registratiekantoor wellicht
niet zo heel veel gevallen zijn, kan dit in principe geen
onoverkomelijke dienstverlening zijn.
DO 2005200606298
DO 2005200606298
Question no 994 de M. Guido De Padt du 22 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre
des Finances :
Vraag nr. 994 van de heer Guido De Padt van
22 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
Fonctionnaires fédéraux. — Déplacements entre le
domicile et le lieu de travail. — Primes pour les
déplacements à pied et à bicyclette.
Federale ambtenaren. — Woon-werkverkeer. — Fietsen voetgangerspremies.
Dans le cadre des déplacements entre le domicile et
le lieu de travail, la plupart des administrations publi-
In het kader van het woon-werkverkeer verlenen de
meeste openbare besturen en de private sector, premies
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18801
ques ainsi que le secteur privé octroient des primes aux
travailleurs qui se rendent à leur travail à bicyclette ou
à pied.
aan de werknemers die zich met de fiets of te voet naar
het werk begeven.
On observe cependant une grande différence entre la
prime pour les déplacements à pied et celle pour les
cyclistes.
Het blijkt evenwel dat er een groot verschil is tussen
de fietsen de voetgangerspremie.
Une administration communale octroie une prime
de 0,15 euro par km, la distance mensuelle étant de
100 km.
Bij een gemeentebestuur wordt een premie betaald
van 0,15 euro per km. De afstand per maand bedraagt
100 km.
Un agent, nommé à titre définitif ou contractuel, qui
utilise la bicyclette reçoit 15 euros net, sans aucune
retenue.
Een personeelslid, vastbenoemd of contractueel, dat
de fiets gebruikt, ontvangt netto 15 euro, zonder enige
afhouding.
Un agent nommé à titre définitif qui se rend à son
travail à pied reçoit 8,03 euros net (15 euros —
6,79 euros de précompte professionnel spécial).
Een vastbenoemd personeelslid dat te voet gaat, ontvangt 8,03 euro netto (15 euro — 6,79 euro exceptionele bedrijfsvoorheffing).
Un agent contractuel qui se rend à son travail à pied
reçoit 9,09 euros net (15 euros — 1,96 euro de cotisations ONSS — 3,95 euros de précompte professionnel).
Een contractueel personeelslid dat te voet gaat, ontvangt 9,09 euro netto (15 euro — 1,96 euro RSZ —
3,95 euro bedrijfsvoorheffing).
Il ne semble pas y avoir de justification sociale à
cette différence de traitement au niveau fiscal entre les
fonctionnaires qui se rendent à bicyclette à leur travail
et ceux qui s’y rendent à pied. Je suppose qu’on
observe la même anomalie en ce qui concerne les fonctionnaires fédéraux.
Er lijkt geen maatschappelijke verantwoording te
bestaan voor de ongelijke fiscale behandeling tussen
fietsende ambtenaren en diegenen die te voet naar hun
werk gaan. Ik neem aan dat dezelfde anomalie ook van
toepassing is op federale ambtenaren.
1. Pouvez-vous me communiquer, par province, le
nombre d’agents des services publics fédéraux qui ont
utilisé une bicyclette pour leurs déplacements entre le
domicile et le lieu de travail en 2002, 2003 et 2004 ?
1. Kan u een overzicht geven van het aantal personeelsleden van de diensten van de federale regering die
in 2002, 2003 en 2004 de fiets gebruiken voor het
woon-werkverkeer, opgesplitst per provincie ?
2. Pouvez-vous m’indiquer de la même manière le
nombre de fonctionnaires qui se rendent au travail à
pied et bénéficient ainsi d’une prime ?
2. Kan u eenzelfde overzicht geven van het aantal
ambtenaren dat te voet naar het werk komt en daarvoor een premie ontvangt ?
3. Quel est le budget prévu pour les primes encourageant les déplacements à pied et à bicyclette ?
3. Wat is het budget voor de fiets- en voetgangerspremies ?
4.
a) Estimez-vous que la différence en matière de
primes que je viens d’évoquer est équitable et justifiée ?
4.
a) Acht u het hierboven uiteengezette verschil in vergoeding, billijk en rechtvaardig ?
b) Dans la négative, quelles initiatives envisagez-vous
de prendre afin de mettre fin à cette inégalité ?
b) Zoniet, welke initiatieven overweegt u te nemen
om aan deze ongelijkheid een einde te maken ?
DO 2005200606310
DO 2005200606310
Question no 995 de Mme Dominique Tilmans du
22 novembre 2005 (Fr.) au vice-premier ministre
et ministre des Finances :
Vraag nr. 995 van mevrouw Dominique Tilmans van
22 november 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
Agences locales pour l’emploi (ALE). — Entreprises de
titres services.
Plaatselijke Werkgelegenheidsagentschappen (PWA’s).
— Dienstenchequebedrijven.
La loi du 20 juillet 2001 (modifiée par la loi
programme du 22 décembre 2003) visant à favoriser le
Met de wet van 20 juli 2001 (gewijzigd door de
programmawet van 22 december 2003) tot bevordering
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18802
développement de services et d’emplois de proximité,
a établi les bases des entreprises des titres services.
van buurtdiensten en -banen werd de basis voor de
dienstenchequebedrijven gelegd.
Nombre d’Agences locales pour l’emploi (ALE)
reconnues sous statut d’ASBL ont créé une entreprise
de titres services au sein de leur organisation soit par
une section « sui generis » ou par les partenariats entre
plusieurs ALE et sont devenues de ce fait des employeurs. Elles ont bien entendu adapté leur statut en
conformité avec la loi et obtenu un agrément fédéral.
Talrijke Plaatselijke Werkgelegenheidsagentschappen (PWA’s) die als VZW zijn erkend, hebben binnen
hun organisatie een dienstenchequebedrijf opgericht,
hetzij door een « sui generis » afdeling in het leven te
roepen, hetzij door samen met verscheidene andere
PWA’s partnerschappen op te richten, waardoor ze in
feite werkgevers zijn geworden. Ze hebben hun statuut
dan ook met de wet in overeenstemming gebracht en
worden door de federale overheid erkend.
L’article 220, 3o, du CIR 1992 définit : « Sont assujettis à l’impôt des personnes morales : les personnes
morales qui ont en Belgique leur siège social, leur principal établissement ou leur siège de direction ou d’administration, qui ne se livrent pas à une exploitation
(...) ou qui ne sont pas assujetties à l’impôt des sociétés
conformément aux articles 181 et 182 ».
Artikel 220, 3o van het WIB 1992 bepaalt het volgende : « Aan de rechtspersonenbelasting zijn onderworpen : de rechtspersonen die in België hun
maatschappelijke zetel, hun voornaamste inrichting of
hun zetel van bestuur of beheer hebben en die geen
onderneming exploiteren (...) of die ingevolge de artikelen 181 en 182 niet aan de vennootschapsbelasting
zijn onderworpen. »
La notion « d’exploitation » fait référence à une
opération durable et également à une exploitation
effective. La notion d’exploitation peut faire l’objet
d’une très large interprétation. Pour l’administration,
la notion « exploiter » signifie : exploiter une entreprise
industrielle, commerciale ou agricole dont le bénéfice
serait considéré comme un revenu professionnel
soumis à l’impôt.
Het begrip « exploiteren » verwijst naar een duurzame en daadwerkelijke handeling. Er kan evenwel
een erg brede interpretatie aan worden gegeven. Voor
de administratie betekent het « een nijverheids-, handels- of landbouwonderneming exploiteren waarvan
de winst als een aan de personenbelasting onderworpen beroepsinkomen zou worden beschouwd ».
1. Les activités des sections « sui generis » des ALE
rentrent-elles dans le cadre de cette notion d’exploitation ?
1. Vallen de activiteiten van de « sui generis » afdelingen van de PWA’s onder de betekenis van het
begrip « exploiteren » ?
Les ASBL qui ne poursuivent pas un but lucratif,
même si elles se livrent à titre exclusif ou principal à
des opérations de caractère lucratif dans certains
« domaines privilégiés » spécifiés par l’article 181 du
CIR 1992, ne sont pas assujetties à l’impôt sur les
sociétés, de même que les ASBL qui ne poursuivent pas
un but lucratif et qui se limitent à certaines opérations
autorisées par l’article 182 du CIR 1992.
De vzw’s die geen winstoogmerk nastreven, zijn niet
aan de vennootschapsbelasting onderworpen, zelfs
indien ze uitsluitend of hoofdzakelijk handelingen van
winstgevende aard in bepaalde « bevoorrechte domeinen » verrichten, zoals bepaald bij artikel 181 van het
WIB 1992. Hetzelfde geldt voor de vzw’s die geen winstoogmerk nastreven en die zich beperken tot bepaalde
verrichtingen die door artikel 182 van het WIB 1992
worden toegelaten.
2. Les activités de titres services des ALE, deviennent principales en rapport aux activités de leur objet
social initial, dans ce cas sont-elles toujours considérées comme ne poursuivant pas un but de lucre et actives dans un des domaines visés à l’article 181 du Code
des impôts sur les revenus 1992 ?
2. Als de activiteiten van de PWA’s op het stuk van
de dienstencheques belangrijker worden dan hun
oorspronkelijke maatschappelijke doel, wordt er dan
nog altijd van uitgegaan dat die PWA’s geen winstoogmerk nastreven en dat ze zich beperken tot de domeinen die in artikel 181 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 zijn bepaald ?
3. Les activités des sections « sui generis » des ALE
sont-elles considérées rentrées dans les opérations
visées à l’article 182 du CIR 1992 ?
3. Worden de activiteiten van de « sui generis » afdelingen van de PWA’s beschouwd als verrichtingen
die onder artikel 182 van het WIB 1992 vallen ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18803
DO 2005200606314
DO 2005200606314
Question no 996 de M. Luc Goutry du 22 novembre
2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des
Finances :
Vraag nr. 996 van de heer Luc Goutry van 22 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en
minister van Financiën :
Indexation du revenu cadastral du matériel et de
l’outillage des entreprises.
Indexering van het kadastraal inkomen van materiaal
en outillage van bedrijven.
Selon diverses questions parlementaires antérieures
(dont la plus récente est celle posée par M. Hatry le
22 mai 1997), la question de la suppression de
l’indexation du revenu cadastral du matériel et de
l’outillage des entreprises devait faire l’objet d’un
accord rapide entre les trois régions du pays.
Luidens verscheidene parlementaire vragen die in
het verleden werden gesteld (waarvan de meest recente
op 22 mei 1997 door de heer Hatry), zouden de drie
gewesten snel een akkoord bereiken over de afschaffing van de indexering van het kadastraal inkomen van
materiaal en outillage van bedrijven.
Or, actuellement, soit huit ans et demi plus tard,
rien n’a été décidé et les entreprises subissent toujours
l’indexation du revenu cadastral sur leur matériel et
outillage.
Vandaag zijn we 8,5 jaar verder en moeten we vaststellen dat er nog niets werd beslist en dat het kadastraal inkomen van materiaal en outillage van bedrijven nog steeds wordt geı̈ndexeerd.
1. Pourriez-vous expliquer la raison pour laquelle
rien n’a été décidé depuis plus de huit ans ?
1. Kan u uitleggen waarom er al meer dan acht jaar
niets meer werd beslist ?
2. Envisagez-vous de remettre à l’ordre du jour la
question de la suppression de l’indexation du revenu
cadastral appliqué au matériel et outillage des entreprises ?
2. Overweegt u de afschaffing van de indexering
van het kadastraal inkomen van materiaal en outillage
van bedrijven opnieuw ter sprake te brengen ?
3. Envisagez-vous d’appliquer la suppression de
l’indexation du revenu cadastral avec un effet rétroactif ?
3. Overweegt u de afschaffing van de indexering
van het kadastraal inkomen van materiaal en outillage
van bedrijven met terugwerkende kracht toe te
passen ?
DO 2005200606318
DO 2005200606318
Question no 998 de M. Ortwin Depoortere du
22 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre
et ministre des Finances :
Vraag nr. 998 van de heer Ortwin Depoortere van
22 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
Lutte contre l’achat et la vente de produits contrefaits.
Aanpak van verkoop en koop van namaakproducten.
Dans certains pays européens, comme l’Italie, la
police a déclaré la guerre à la contrefaçon de produits
de marque. Ainsi, des amendes sont infligées non
seulement aux vendeurs de produits contrefaits mais
encore aux étrangers qui achètent ces produits.
In sommige Europese landen, zoals in Italië, heeft de
politie de strijd aangebonden tegen namaak van
merkproducten. Zo worden niet alleen de verkopers
van namaak beboet, maar ook de buitenlandse kopers
ervan.
Le problème des produits contrefaits constitue un
phénomène très répandu qui pourrait nuire gravement
à notre économie. Ainsi, le nombre de produits contrefaits importés ne cesse d’augmenter dans notre pays et
ces prosuits connaissent en outre un succès croissant.
Het probleem van namaakproducten is een wijd
verspreid fenomeen waar onze economie zwaar onder
kan lijden. Zo worden er niet alleen meer en meer
namaakproducten geı̈mporteerd, maar vinden de verkopers ervan ook een steeds grotere afzetmarkt in ons
land.
1.
a) L’administration des douanes et accises accorde-telle suffisamment d’attention à ce phénomène ?
1.
a) Wordt er door de administratie Douane en Accijnzen voldoende aandacht besteed aan dit fenomeen ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18804
b) Dans quelle mesure cette attention se traduit-elle
dans le nombre de contrôles dont ont faiot l’objet
des entreprises d’importation en 2005 ?
b) Hoe vertaalt zich dit in het aantal controles die
werden verricht op importfirma’s voor het jaar
2005 ?
2. Comme en Italie, les acheteurs étrangers sont-ils
également contrôlés ?
2. Worden er — naar Italiaans voorbeeld — ook
controles verricht op buitenlandse kopers ?
3. Par
rapport
aux
années
précédentes,
l’importation de produits contrefaits a-t-elle
augmenté ?
3. Is vastgesteld dat er meer namaakproducten
worden geı̈mporteerd dan voorbije jaren ?
4.
a) Quels ont été les résultats des contrôles ?
4.
a) Wat waren de resultaten van de controles ?
b) Combien d’articles ont été saisis et/ou confisqués ?
b) Hoeveel goederen werden er in 2005 in beslag
genomen en/of verbeurd verklaard ?
c) Quelle était la valeur totale des biens saisis ?
c) Wat was de waarde van de in beslag genomen
goederen ?
5.
a) Envisagez-vous de prendre davantage de mesures
pour combattre le commerce des produits contrefaits ?
5.
a) Kondigen zich meer maatregelen aan om de handel
in namaakproducten aan banden te leggen ?
b) Dans l’affirmative, lesquelles ?
b) Zo ja, welke zijn deze maatregelen ?
DO 2005200606336
DO 2005200606336
Question no 999 de Mme Muriel Gerkens du
22 novembre 2005 (Fr.) au vice-premier ministre
et ministre des Finances :
Vraag nr. 999 van mevrouw Muriel Gerkens van
22 november 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
CBFA. — Porter plainte devant la justice.
CBFA. — Aanklacht bij het gerecht.
La Commission bancaire, financière et des assurances (la CBFA) aurait déposé plainte devant le tribunal
dans le dossier Picanol.
De Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen (CBFA) zou bij de rechtbank een klacht
hebben ingediend in het dossier-Picanol.
1. Quels critères utilise la CBFA pour décider de
porter plainte devant la justice ?
1. Op grond van welke criteria beslist de CBFA om
al dan niet een klacht in te dienen bij het gerecht ?
2.
a) Combien de fois la CBFA ou ses prédécesseurs la
CBF (Commission bancaire et financière) et l’OCA
(Office de contrôle des assurances) ont-ils déposé
plainte devant la justice depuis 2000 (chiffres par
an) ?
2.
a) Hoe dikwijls hebben de CBFA of haar voorgangers, de CBF (Commissie voor het Bank- en Financiewezen) en de CDV (Controledienst voor de Verzekeringen) sinds 2000 een klacht ingediend bij het
gerecht (cijfers per jaar) ?
b) Quels ont été les résultats de la plainte ?
b) Wat heeft de klacht opgeleverd ?
DO 2005200606341
DO 2005200606341
Question no 1000 de Mme Muriel Gerkens du
22 novembre 2005 (Fr.) au vice-premier ministre
et ministre des Finances :
Vraag nr. 1000 van mevrouw Muriel Gerkens van
22 november 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
Parc automobile
« propres ».
Bedrijfswagenpark. — « Schone » auto’s.
des
entreprises.
—
Voitures
La nouvelle réglementation sur les émissions de
CO2 introduite au début 2005 n’a pas encore mené à
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
Ondanks de nieuwe regelgeving inzake CO2uitstoot die begin 2005 van kracht werd, is het aantal
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18805
une augmentation significative du nombre de voitures
dites « vertes » dans le parc automobile.
milieuvriendelijke voertuigen in het wagenpark sindsdien niet significant toegenomen.
D’après un sondage mené par SD WORX auprès
des employeurs belges en juin 2005, il semble que 66 %
d’entre eux n’aient pas encore l’intention de modifier
leur politique en matière de voitures de société, et ce en
dépit du surcoût qu’entraı̂ne la nouvelle réglementation. 96 % des entreprises prennent ce surcoût en
charge, et 3 % la font payer au travailleur.
Volgens een enquête die SD WORX in juni 2005
hield bij Belgische werkgevers, is 66 % van de bevraagden voorlopig niet van plan zijn bedrijfswagenbeleid te
wijzigen, in weerwil van de meerkosten die uit de
nieuwe regelgeving voortvloeien. 96 % van de bedrijven neemt die meerkosten op zich, 3 % wentelt ze af
op de werknemer.
1. Pouvez-vous donner votre avis sur cette enquête ?
1. Wat is uw mening over die enquête ?
2.
a) Avez-vous également fait réaliser une étude ?
2.
a) Heeft u ook een studie laten uitvoeren ?
b) Si oui, quels en sont les résultats, si non pourquoi ?
b) Zo ja, wat waren de resultaten van dat onderzoek,
en zo neen, waarom niet ?
DO 2005200606345
DO 2005200606345
Question no 1001 de M. Jean-Jacques Viseur du
22 novembre 2005 (Fr.) au vice-premier ministre
et ministre des Finances :
Vraag nr. 1001 van de heer Jean-Jacques Viseur van
22 november 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
Imposition des bonis de liquidation à l’impôt des
personnes physiques.
Taxatie van liquidatieboni in de personenbelasting.
Sur base de la circulaire no Ci.RH.231/566 182
(AFEF 20/2005) du 4 mai 2005, il semble que de
nombreux services de taxation considèrent que « les
bénéficiaires assujettis à l’IPP, les dividendes en cause
alloués ou attribués en 2002 et qui auraient donné lieu
à restitution de Pr.M. (df. no 5 ci-avant) ne peuvent
bénéficier de la dispense de déclaration pour l’exercice
d’imposition 2003, visée à l’article 313, CIR 1992 ».
Uit hoofde van de circulaire nr. Ci.RH.231/566 182
(AOIF 20/2005) van 4 mei 2005 gaan heel wat taxatiediensten er kennelijk van uit dat « voor de verkrijgers
die onderworpen zijn aan de PB, de bedoelde dividenden die in 2002 werden toegekend of betaalbaar
gesteld en die aanleiding hebben gegeven tot een terugbetaling van de RV (zie het nr. 5 hiervoor) voor het
aanslagjaar 2003 niet kunnen worden vrijgesteld van
de aangifte in de PB waarnaar verwezen wordt in artikel 313, WIB 92 ».
Or, l’article 264 du Code des impôts sur les revenus
1992 prévoit pour l’année 2002 une cause
d’exonération légale à la retenue d’un précompte
mobilier dès lors que celui-ci précise que le précompte
mobilier n’est pas dû sur la partie des dividendes (2o)
que représentent les dividendes visés aux articles 186,
187 et 209.
Artikel 264 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 92 voorziet evenwel voor het jaar 2002 in een
wettelijke grond van vrijstelling van de roerende voorheffing, aangezien het stipuleert dat de roerende voorheffing niet verschuldigd is op het gedeelte van de dividenden (2o) dat vermeld wordt in de artikelen 186, 187
en 209.
Il en résulte que, contrairement à ce qu’affirme la
circulaire susmentionnée, l’article 313 CIR 1992 est
bien d’application. En d’autres termes il n’y aurait pas
lieu à taxation des dividendes résultant de l’attribution
d’un boni de liquidation en 2002.
Daaruit volgt dus dat artikel 313 van het WIB 92, in
tegenstelling tot wat voormelde omzendbrief zegt, wel
degelijk van toepassing is, en dat dividenden welke
verkregen worden uit hoofde van de toekenning van
een liquidatiebonus in 2002 niet belastbaar zijn.
1. Confirmez-vous la situation ?
1. Kan u dat bevestigen ?
2. N’estimez-vous pas que l’article 313 du Code des
impôts sur les revenus 1992 est bien d’application ?
3. Dans la négative, pourquoi ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2. Vindt u niet dat artikel 313 van het Wetboek van
de inkomstenbelastingen 92 wel degelijk van toepassing is ?
3. Zo neen, waarom niet ?
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18806
4. Dans l’affirmative, n’estimez-vous pas regrettable que cet argument soit systématiquement rejeté par
les services de taxation se contentant d’un simple
renvoi à la circulaire administrative alors qu’il n’y a
pas lieu à taxation des dividendes résultant de
l’attribution d’un boni de liquidation en 2002 ?
4. Zo ja, vindt u het niet betreurenswaardig dat de
taxatiediensten dat argument systematisch van de tafel
vegen en volstaan met een verwijzing naar de administratieve omzendbrief, terwijl dividenden die voortvloeien uit de toekenning van een liquidatiebonus in
2002 dus niet belastbaar zijn ?
5.
a) Plus fondamentalement, n’estimez-vous pas opportun de publier dans les plus brefs délais une circulaire rectificative ?
5.
a) Acht u het meer fundamenteel niet opportuun om
zo snel mogelijk een omzendbrief te publiceren ter
rectificatie ?
b) Si oui, dans quel délai ?
b) Zo ja, wanneer zal dat gebeuren ?
c) Si non, pourquoi ?
c) Zo neen, waarom niet ?
DO 2005200606349
DO 2005200606349
Question no 1002 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du
23 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre
et ministre des Finances :
Vraag nr. 1002 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu
van 23 november 2005 (N.) aan de vice-eerste
minister en minister van Financiën :
Perception forcée d’amendes judiciaires.
Gedwongen inning van gerechtelijke boetes.
Les receveurs des domaines et des amendes pénales
reçoivent les jugements des juges pénaux condamnant
un justiciable à une amende pénale. Il appartient au
receveur d’exécuter ces jugements et de percevoir les
amendes pénales.
De ontvangers der domeinen en penale boeten ontvangen de vonnissen van strafrechters waarin iemand
tot een strafrechtelijke boete wordt veroordeeld. Het is
aan de ontvanger om deze vonnissen uit te voeren en
de strafrechtelijke boeten te innen.
1.
a) Quelle procédure doit suivre le receveur des
domaines et des amendes pénales aux fins de
percevoir les amendes pénales (Combien de
rappels doit-il adresser au débiteur ? Quand doit-il
transmettre le dossier à un huissier de justice, etc.) ?
1.
a) Welke procedure moet de ontvanger der domeinen
en penale boeten volgen om uiteindelijk tot inning
van de strafrechtelijke boeten te komen (hoeveel
rappels aan de verschuldigde, wanneer moet de
zaak in handen gegeven worden aan een gerechtsdeurwaarder, enzovoort) ?
b) Cette méthode varie-t-elle d’un arrondissement à
l’autre et, si c’est le cas, en fonction de quoi ?
b) Verschilt deze werkwijze van arrondissement tot
arrondissement, en zo ja, afhankelijk waarvan ?
2.
a) Quand un dossier peut-il être considéré comme
irrécouvrable ?
2.
a) Wanneer kan een dossier als oninbaar beschouwd
worden ?
b) Quel contrôle est exercé en la matière ?
b) Welke controle gebeurt hierop ?
c) Combien de dossiers ont été déclarés irrécouvrables par arrondissement en 2003, en 2004 et au
cours du premier semestre de 2005 ?
c) Hoeveel dossiers werden per arrondissement als
oninbaar verklaard in 2003, 2004 en de eerste helft
van 2005 ?
3. Combien d’amendes pénales ont dû être recouvrées, par arrondissement, par le receveur en 2003, en
2004 et au cours du premier semestre de 2005, et à
combien s’est élevé par arrondissement le montant
total des amendes à percevoir ?
3. Hoeveel strafrechtelijke boeten dienden er in
2003, 2004 en de eerste helft van 2005 per arrondissement door de ontvanger te worden ingevorderd en wat
was per arrondissement het totaal bedrag aan te innen
boeten ?
4. Quel montant a été recouvré, par arrondissement, par le receveur lui-même en 2003, en 2004 et au
cours du premier semestre de 2005 ?
4. Welk bedrag werd in 2003, 2004 en de eerste helft
van 2005 per arrondissement door de ontvanger zelf
ingevorderd ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18807
5. Quel montant a été perçu, par arrondissement,
par recouvrement forcé en 2003, en 2004 et au cours de
la première moitié de 2005 ?
5. Welk bedrag werd in 2003, 2004 en de eerste helft
van 2005 per arrondissement via gedwongen invordering geı̈nd ?
6. Quel montant n’a pas encore, par arrondissement, été recouvré à ce jour pour les périodes 2003,
2004 et la première moitié de 2005 ?
6. Welk bedrag werd — per arrondissement — tot
op vandaag nog niet geı̈nd voor de periodes 2003, 2004
en de eerste helft van 2005 ?
DO 2005200606356
DO 2005200606356
Question no 1003 de Mme Trees Pieters du 23 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre
des Finances :
Vraag nr. 1003 van mevrouw Trees Pieters van
23 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Financiën :
Actes illégaux. — Annulation immédiate d’actes juridiques administratifs et d’actes émanant d’une autorité.
Onwettelijke akten. — Onmiddellijke intrekking van
administratieve rechtshandelingen en gezagshandelingen.
En vertu tant des principes généraux du droit administratif, des principes de la bonne administration, de
la « théorie du retrait des actes administratifs » que de
la « doctrine du retrait des actes émanant d’une autorité », ainsi qu’en vertu des dispositions de l’article 375
du Code des impôts sur les revenus 1992, l’État belge
et le Service public fédéral Finances et ses fonctionnaires sont tenus de faire disparaı̂tre immédiatement de
l’ordre juridique tout acte illégal.
Zowel volgens de algemene beginselen van het
bestuursrecht, de beginselen van behoorlijk bestuur,
volgens « de theorie van de intrekking van bestuurshandelingen » of « het leerstuk van de intrekking van
de gezagshandelingen » als krachtens de beschikkingen
van artikel 375 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 zijn de Belgische Staat en de Federale
Overheidsdient Financiën en haar ambtenaren verplicht iedere onwettelijke akte onmiddellijk uit de
rechtsorde te laten verwijderen.
Cette obligation directe constitue même une obligation de résultat.
Die directe verplichting is zelfs een resultaatsverbintenis.
Il me revient que le tribunal de première instance de
Mons vient de nouveau de confirmer ce principe.
Dit principe werd naar verluidt recentelijk nog
beaamd door de rechtbank van eerste aanleg te
Bergen.
1. Quelles directives administratives et instructions
soucieuses du contribuable ont déjà été édictées ou le
seront prochainement afin que les fonctionnaires de
toutes les administrations fiscales du pays appliquent
ce principe général avec la célérité requise, durant
toutes les phases de la procédure de taxation, de recouvrement, de rectification, de réclamation et d’examen
en justice ?
1. Welke klantvriendelijke administratieve richtlijnen en instructies werden er dienaangaande reeds uitgevaardigd of zullen er weldra worden uitgevaardigd
om dit algemeen geldend principe met bekwame spoed
in alle fasen van taxatie-, invorderings, wijzigings-,
bezwaar- en gerechtelijke procedure door de fiscale
ambtenaren overal te lande strikt en direct te laten
toepassen ?
2. Pourriez-vous me faire part de votre approche
générale actuelle, aussi bien théorique que pratique, à
la lumière tant des dispositions légales et principes
précités que des dispositions de la loi du 29 juillet 1991
relative à la motivation formelle des actes administratifs et des droits du citoyen européen ?
2. Kunt u uw huidige algemene ziens- en handelwijze weergeven zowel in het licht van genoemde
wettelijke bepalingen en beginselen als in het licht van
de beschikkingen van de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen en van de Europese mensenrechten ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18808
Vice-première ministre
et ministre du Budget
et de la Protection de la consommation
Vice-eerste minister
en minister van Begroting
en Consumentenzaken
Protection de la consommation
Consumentenzaken
DO 2005200606241
DO 2005200606241
Question no 159 de M. Roel Deseyn du 17 novembre
2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre
du Budget et de la Protection de la consommation :
Vraag nr. 159 van de heer Roel Deseyn van 17 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en
minister van Begroting en Consumentenzaken :
Installation d’un service de blocage des SMS.
Installeren van een SMS blokkerende dienst.
Les services Premium SMS peuvent s’avérer utiles
dans beaucoup de cas, par exemple pour payer un
parking, voter et recevoir des informations. Toutefois,
un nombre sans cesse croissant d’utilisateurs de téléphone portable doivent payer des factures très élevées
pour des services qu’ils n’ont jamais sollicités. Les
organisations de consommateurs soulignent que les
jeunes ont tendance à s’inscrire sans réfléchir à ces
services premium sans être informés des engagements
à long terme.
Premium SMS diensten kunnen in een aanzienlijk
aantal gevallen nuttig zijn zoals betalen voor het
parkeren, stemmen en het ontvangen van informatie.
Een groeiend aantal gebruikers van de GSM krijgt
echter te maken met zeer hoge rekeningen voor diensten die zij nooit gevraagd hadden. Consumentenorganisatie wijzen erop dat jongeren makkelijk voor
premium diensten inschrijven zonder op de hoogte te
zijn van de lange termijnverbintenissen.
Quoiqu’une législation régisse la forme dans
laquelle toute publicité peut être présentée et que
certaines procédures permettent d’arrêter un service
(envoi du mot « stop » à un numéro déterminé), dans
certains cas l’arrêt est inopérant. Autre problème : les
opérateurs Premium se trouvent parfois à l’étranger et
la voie à suivre pour faire aboutir une réclamation est
donc semée d’embûches.
Alhoewel er wetgeving bestaat betreffende de vorm
waarin reclame mag aangeboden worden en er procedures bestaan om een dienst stop te zetten (sturen van
het woord « stop » naar een bepaald nummer), werkt
de stopzetting in sommige gevallen niet. Een bijkomend probleem is dat Premiumoperatoren zich in het
buitenland kunnen bevinden en klachten aldus moeilijk af te handelen zijn.
C’est la raison pour laquelle, en Autriche, un
« Premium Blocking Service » a été mis en place en
concertation avec le médiateur internet. Les utilisateurs de numéros de téléphonie mobile qui ont du mal
à stopper un tel service ont la possibilité de communiquer en ligne leur propre numéro et le numéro
premium incriminé, ce qui bloque ce service. Un code
PIN généré automatiquement et un SMS de confirmation permettent d’empêcher les abus. Ce service est en
outre gratuit.
In Oostenrijk werd daarom in samenspraak met de
internet ombudsman een « Premium Blocking Service »
geı̈nstalleerd. Gebruikers van mobiele telefoonnummers die problemen ervaren kunnen online hun eigen
nummer en het gewraakte premium nummer ingeven.
Dit blokkeert de dienst. Een automatisch gegenereerde
PIN-code en een bevestigings-SMS zouden misbruik
voorkomen. De service is gratis.
1. Combien de réclamations concernant les services
Premium SMS le service de médiation a-t-il reçues au
cours des douze derniers mois ? Pourriez-vous les
ventiler par blocs de deux mois.
1. Hoeveel klachten aangaande Premium SMS
diensten ontving de ombudsdienst in de afgelopen
twaalf maanden ? Graag opgesplitst per blok van twee
maanden.
2.
a) Combien de personnes ont fait usage de ce
« système STOP » depuis son instauration ?
2.
a) Hoeveel mensen maakten sinds de invoering van
het « STOP-systeem » hiervan gebruik ?
b) Comment a évolué le nombre de ces utilisateurs au
fil des mois et quelle conclusion en tirez-vous ?
b) Hoe evolueerde dit aantal gebruikers over de verschillende maanden en welke conclusie trekt u
daaruit ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18809
3. Que pensez-vous du système autrichien et en
particulier de son dispositif anti-abus ?
3. Kan u uw appreciatie van het Oostenrijks systeem geven ? Graag daarbij speciale aandacht voor het
anti-misbruik systeem.
4.
a) Que pensez-vous de la suggestion de mettre en
place un tel service en Belgique et de le faire ressortir au Service de médiation Télécommunications ?
4.
a) Hoe staat u tegenover de suggestie om een dergelijke service ook in België onder de Ombudsdienst
Telecommunicatie te installeren ?
b) Quelles démarches ont déjà été entreprises à cette
fin et quand ce service devrait-il voir le jour ?
b) Welke stappen zijn daartoe al ondernomen en
tegen welke datum is de dienst mogelijk te verwachten ?
5.
a) Qui serait appelé à financer le fonctionnement de
ce service ?
5.
a) Wie zou voor het installeren van de dienst betalen ?
b) Concrètement : quelle part de ce financement les
fournisseurs de services et les opérateurs supporteront-ils respectivement ?
b) Concreet : welk aandeel zullen de dienstenleveranciers en de operatoren respectievelijk dragen ?
DO 2005200606311
DO 2005200606311
Question no 160 de M. Stijn Bex du 22 novembre 2005
(N.) à la vice-première ministre et ministre du
Budget et de la Protection de la consommation :
Vraag nr. 160 van de heer Stijn Bex van 22 november
2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister
van Begroting en Consumentenzaken :
Protection du citoyen contre le harcèlement téléphonique.
Bescherming van de burger tegen telefoonterreur.
L’association néerlandaise des consommateurs a
ouvert un point de contact téléphonique en 2005 où les
citoyens pouvaient se plaindre des appels de vente par
téléphone non sollicités. Le point de contact a enregistré 6 722 appels en 10 jours concernant ce harcèlement
téléphonique.
In Nederland heeft de consumentenbond in 2005 een
telefonisch meldpunt opengesteld waar mensen
konden klagen over ongevraagde verkooptelefoontjes.
Het meldpunt heeft in 10 dagen 6 722 meldingen opgeleverd over deze telefoonterreur.
Les consommateurs belges préfèrent également ne
pas être dérangés par des télévendeurs. Ils sont dès lors
réticents à communiquer leur numéro de GSM. Les
Pages blanches de Promedia ne contiennent que
260 000 numéros de GSM, alors que 8,5 millions de
numéros mobiles sont actifs dans notre pays. Selon
Belgacom, cette situation est due au fait que les
consommateurs craignent d’être dérangés par des
appels téléphoniques publicitaires non désirés si leur
numéro de GSM est connu de tous.
Ook in België worden consumenten liever niet lastig
gevallen door televerkopers. Ze houden hun GSMnummer dan ook angstvallig geheim. In de Witte Gids
die Promedia verspreidt, staan er dit jaar immers maar
260 000 GSM-nummers, terwijl er in ons land 8,5 miljoen mobiele nummers in gebruik zijn. Belgacom zelf
haalt hiervoor als reden aan dat consumenten bang
zijn dat wanneer hun GSM-nummer wijd bekend is, ze
worden lastig gevallen met ongewenste telefonische
reclame.
Ma question porte dès lors sur les moyens dont
dispose le consommateur pour se protéger contre cette
publicité téléphonique non sollicitée et généralement
non désirée.
Mijn vraag heeft dan ook betrekking op de mogelijke wijzen waarop een consument zich kan beschermen tegen deze ongevraagde en vaak ook ongewenste
telefonische reclame.
1. Pour le consommateur, une possibilité d’éviter
les appels téléphoniques pour des enquêtes et des
offres promotionnelles consiste à s’inscrire sur la liste
Robinson Phone. Cette liste est gérée par l’Association
belge de marketing direct (ABMD). Les entreprises qui
sont affiliées à ABMD s’engagent à ne plus déranger
les personnes inscrites sur la liste.
1. Een mogelijkheid om je als consument te verzetten tegen telefoontjes met allerhande promotionele
aanbiedingen en enquêtes bestaat erin je in te schrijven
op de Robinson Phone lijst. Deze lijst wordt beheerd
door het Belgisch Direct Marketing Verbond
(BDMV). De ondernemingen die aangesloten zijn bij
het BDMV verbinden zich er toe de mensen die zich op
de lijst geregistreerd hebben niet meer te storen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18810
a) La ministre est-elle au courant de cette initiative
privée ?
a) Is dit privé-initiatief bij de minister bekend ?
b) Dans l’affirmative, connaı̂t-elle le nombre de
personnes actuellement inscrites sur la liste Robinson Phone ?
b) Zo ja, bent u ook op de hoogte van het aantal
personen dat momenteel ingeschreven is op de
Robinson Phone lijst ?
c) Connaı̂t-elle également le nombre de personnes
inscrites sur les autres listes Robinson, à savoir les
listes Robinson e-mail, Robinson SMS et Robinson Mail ?
c) Bent u ook op de hoogte van het aantal personen
dat ingeschreven is op de andere Robinson lijsten,
zijnde de Robinson e-mail, de Robinson SMS en de
Robinson Mail lijst ?
2. Toutes les entreprises ne sont pas affiliées à
ABDM. Les consommateurs qui souhaitent se protéger
contre les appels publicitaires de ces entreprises non
affiliées ont le droit de s’opposer au traitement de leurs
données et peuvent demander aux entreprises respectives de rayer leurs coordonnées des bases de données.
2. Niet alle ondernemingen zijn aangesloten bij het
BDMV. Consumenten die zich tegen telefonische
reclame van deze niet aangesloten bedrijven wensen te
beschermen hebben het recht om zich tegen de verwerking van hun gegevens te verzetten en kunnen aan de
respectievelijke bedrijven vragen hun gegevens te
schrappen uit de verrichte verwerking.
a) N’est-il pas irréaliste de demander aux abonnés de
prendre contact individuellement avec chaque
entreprise qui les appelle ou pourrait les appeler
afin de leur faire savoir qu’ils ne désirent pas recevoir d’appels téléphoniques non sollicités de
l’entreprise en question ?
a) In het niet onrealistisch om van abonnees te verlangen die zij aan elk bedrijf dat hen opbelt of hun
mogelijkerwijs zou kunnen opbellen, individueel te
kennen te geven dat zij niet gediend zijn met het
gebruik van ongevraagde telefonische communicatie door dat bedrijf ?
b) Le consommateur dispose-t-il encore d’autres
moyens de protection contre les appels téléphoniques publicitaires non sollicités d’entreprises non
affiliées à ABDM et, dans l’affirmative, lesquels ?
b) Staan er nog andere middelen ter beschikking van
de consument om zich te beschermen tegen ongewenste reclametelefoontjes van de bedrijven die
niet aangesloten zijn bij de BDMV en zo ja, welke ?
3. Ne serait-il pas plus bénéfique pour le consommateur d’obliger, par analogie avec le registre américain « Do Not Call », toutes les entreprises à s’inscrire
dans un registre central géré par les autorités publiques
et par le biais duquel les consommateurs peuvent
manifester leur volonté de ne plus recevoir d’appels de
mercaticiens ?
3. Zou het niet consumentvriendelijker zijn om
naar analogie met het Amerikaanse « Do Not Call »
register alle bedrijven te onderwerpen aan een door de
overheid beheerd centraal register waar consumenten
zich kunnen afmelden voor telefoontjes van marketeers ?
Vice-premier ministre
et ministre de l’Intérieur
Vice-eerste minister
en minister van Binnenlandse Zaken
DO 2005200606233
DO 2005200606233
Question no 776 de Mme Marleen Govaerts du
17 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre
et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 776 van mevrouw Marleen Govaerts van
17 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Affrontements avec de jeunes allochtones. — Mesures
préventives dans les grandes villes.
Rellen met allochtone jongeren. — Preventieve maatregelen in de grootsteden.
Les citoyens de ce pays craignent à juste titre que les
affrontements avec de jeunes allochtones dans les
banlieues de Paris ne s’étendent à nos grandes villes.
De burgers in dit land zijn terecht ongerust dat de
rellen met allochtone jongeren in de voorsteden van
Parijs zullen overslaan of uitdeinen naar onze grootsteden.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18811
1.
a) Des mesures préventives sont-elles déjà prises pour
faire face à une telle situation ?
1.
a) Worden er nu reeds preventieve maatregelen
getroffen om een dergelijke situatie het hoofd te
bieden ?
b) Dans l’affirmative, lesquelles ?
b) Zo ja, welke maatregelen ?
2. La police fédérale dispose-t-elle de suffisamment
d’effectifs pour éventuellement faire front à des émeutiers plusieurs jours d’affilée, comme c’est actuellement le cas à Paris ?
2. Beschikt de federale politie over voldoende
manschappen om desnoods dagen na elkaar, zoals nu
het geval is in Parijs, in te zetten tegen de oproerkraaiers ?
3. Une concertation a-t-elle déjà eu lieu avec le
département de la Défense ?
3. Is er al overleg geweest met Defensie ?
DO 2005200606246
DO 2005200606246
Question no 779 de M. Guido De Padt du 17 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre
de l’Intérieur :
Vraag nr. 779 van de heer Guido De Padt van
17 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Accidents de la route. — Consommation d’alcool et de
drogues.
Verkeersongevallen. — Gebruik van alcohol en drugs.
Le lien de cause à effet entre les accidents de la route
et la consommation d’alcool et de drogues se retrouve
souvent au cœur des débats. Il serait bon, toutefois, de
disposer de données statistiques en la matière.
De oorzaak tussen verkeersongevallen en het
gebruik van alcohol en drugs is een item dat veel
besproken wordt, maar waaromtrent het ook goed zou
zijn om over cijfers te beschikken.
1. Combien d’accidents de la route (répartition par
région et en fonction de la nature des conséquences :
dégâts purement matériels, blessés, morts) impliquant
un ou plusieurs conducteurs ayant consommé de
l’alcool a-t-on eu à déplorer en 2003, en 2004 et au
cours du premier semestre 2005 (résultats ventilés
selon qu’il s’agit d’intoxication alcoolique ou
d’ivresse) ?
1. Hoeveel verkeersongevallen (opsplitsing per
gewest en naargelang de aard van de gevolgen van het
ongeval — enkel materiële schade, gekwetsten, doden)
gebeurden er in 2003, 2004 en de eerste helft 2005,
waarbij werd vastgesteld dat één of meerdere bestuurders gedronken had (opsplitsing naargelang het om
alcoholintoxicatie of over dronkenschap ging) ?
2. Combien d’accidents de la route (répartition par
région et en fonction de la nature des conséquences :
dégâts purement matériels, blessés, morts) impliquant
un ou plusieurs conducteurs sous l’influence de
drogues a-t-on eu à déplorer en 2003, 2004 et au cours
du premier semestre 2005 ?
2. Hoeveel verkeersongevallen (opsplitsing per
gewest en naargelang de aard van de gevolgen van het
ongeval — enkel materiële schade, gekwetsten, doden)
gebeurden er in 2003, 2004 en de eerste helft 2005,
waarbij werd vastgesteld dat één of meerdere bestuurders onder invloed van drugs was ?
3. Dans combien de cas des accidents de ce type
ont-ils impliqué un seul véhicule ?
3. Bij hoeveel van deze ongevallen was er slechts
één voertuig betrokken ?
4. Dans combien de cas des accidents de ce type
ont-ils impliqué un seul véhicule ainsi qu’un ou des
usager(s) faible(s) (résultats ventilés en fonction qu’il
s’agit de piétons, de cyclistes ou d’une combinaison
des deux) ?
4. Bij hoeveel van deze ongevallen was er slechts
één voertuig en (een) zwakke weggebruiker(s) betrokken (opsplitsing naargelang het om voetgangers, fietsers of een combinatie van beide ging) ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18812
DO 2005200606250
DO 2005200606250
Question no 780 de M. Eric Libert du 18 novembre
2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur :
Vraag nr. 780 van de heer Eric Libert van 18 november
2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken :
Rapports d’activités du Collège des gouverneurs de
province.
Activiteitsverslagen van het College van provinciegouverneurs.
L’article 131bis de la loi provinciale, disposition de
la loi dite de pacification communautaire, a institué le
Collège des gouverneurs de province. Ce Collège a
notamment pour mission, pour les matières définies
par la loi, d’émettre un avis sur les propositions de
décision émanant du gouverneur de la province de
Limbourg ou de Hainaut; cette demande d’avis
suspend les délais dans lesquels l’autorité de tutelle
doit prendre sa décision jursqu’au jour de la réception
de l’avis au gouvernement provincial.
Het College van provinciegouverneurs werd opgericht bij artikel 131bis van de provinciewet, een bepaling van de zogenaamde communautaire pacificatiewet. Dat College heeft onder meer als taak advies te
verlenen over de voorstellen van beslissing uitgaande
van de gouverneur van de provincie Limburg of Henegouwen, voor de bij wet bepaalde aangelegenheden;
de vraag om advies aan het College schort de termijnen op binnen welke de toezichthoudende overheid
haar beslissing moet nemen, tot op de dag waarop het
advies van het College op het provinciaal gouvernement is ingekomen.
Il ne s’agit donc pas d’un rôle négligeable.
Er is voor dat College dus wel degelijk een belangrijke rol weggelegd.
L’article 6, § 4 de l’arrêté royal du 6 septembre 1988
fixant les modalités de fonctionnement du Collège des
gouverneurs de province, institué par l’article 131bis
de la loi provinciale, modifié par l’arrêté royal du
9 janvier 1995, prévoit la publication d’un rapport
d’activités annuel de ce Collège. Or, il m’a été
rapporté que le dernier rapport du Collège couvrant la
période du 1er septembre 2001 au 31 août 2002 a été
publié au Moniteur belge du 23 mai 2003, et ce alors
que le Collège est censé encore se réunir régulièrement.
1. Avez-vous déjà été averti de ce problème ?
Artikel 6, § 4 van het koninklijk besluit van 6 september 1988 tot vaststelling van de nadere regels voor
de werking van het College van provinciegouverneurs
ingesteld bij artikel 131bis van de provinciewet, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 januari 1995,
bepaalt dat het College een jaarlijks verslag van zijn
activiteiten publiceert. Er werd mij echter gemeld dat
het jongste verslag van het College voor de periode
van 1 september 2001 tot 31 augustus 2002 in het
Belgisch Staatsblad van 23 mei 2003 werd gepubliceerd, hoewel het College geacht wordt nog geregeld
te vergaderen.
1. Werd u al van dat probleem op de hoogte
gebracht ?
2. Dans l’affirmative, quelles sont les justifications
liées à ce manquement ?
2. Zo ja, hoe rechtvaardigt men die tekortkoming ?
3. Quelles sont les initiatives que vous envisagez
prendre pour permettre le respect de cette réglementation en termes de publication dudit rapport
d’activités ?
3. Welke initiatieven zal u nemen om ervoor te
zorgen dat die bepalingen met betrekking tot de publicatie van voornoemde activiteitsverslagen worden
nageleefd ?
DO 2005200606265
DO 2005200606265
Question no 781 de M. Eric Libert du 21 novembre
2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur :
Vraag nr. 781 van de heer Eric Libert van 21 november
2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken :
Commissaires de brigade. — Statut juridique.
Brigadecommissarissen. — Juridisch statuut.
J’ai reçu récemment un courrier émanant d’un officier de liaison, commissaire de brigade auprès des
Ik heb onlangs een brief gekregen van een verbindingsofficier, brigadecommissaris, bij de diensten van
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18813
services du gouverneur de la province de Flandre Occidentale. En vertu de l’article 134 de la loi provinciale,
il est ainsi détaché auprès du gouverneur pour assister
celui-ci dans sa mission en matière de sécurité et de
police et exerce sa tâche sous l’autorité du gouverneur.
de gouverneur van de provincie West-Vlaanderen. Met
toepassing van artikel 134 van de provinciewet werd
de betrokkene gedetacheerd bij de gouverneur om hem
bij te staan in zijn opdrachten inzake veiligheid en
politie en oefent hij zijn taak uit onder het gezag van
de gouverneur.
Ce fonctionnaire invoque le fait que la loi du 3 juillet 2005 (dite « Loi Vésale ») portant modification de
certains aspects du statut des membres du personnel
des services de police et portant diverses autres dispositions relatives aux services de police, n’a rien prévu
en ce qui concerne le statut des commissaires de
brigade et que dès lors les chances de les voir revenir
vers les services de police, par les règles de mobilité, en
seraient amoindries.
Die ambtenaar maakt gewag van het feit dat de wet
van 3 juli 2005 (de zogenaamde « Vesaliuswet ») tot
wijziging van bepaalde aspecten van het statuut van de
personeelsleden van de politiediensten en houdende
diverse bepalingen met betrekking tot de politiediensten geen bepalingen bevat aangaande het statuut van
de brigadecommissarissen, waardoor zij minder kans
maken om via de mobiliteitsregeling naar de politiediensten te kunnen terugkeren.
En conséquence, pourriez-vous communiquer d’une
part quel est le statut exact de cette catégorie de
personnel au regard de la loi précitée et d’autre part
quelles sont les dispositions en matière de mobilité qui
leur sont applicables ?
Wat is het exacte statuut van die personeelscategorie
ten aanzien van voornoemde wet en welke bepalingen
op het stuk van de mobiliteit zijn op de betrokkenen
van toepassing ?
DO 2005200606309
DO 2005200606309
Question no 785 de M. Bart Laeremans du 22 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre
de l’Intérieur :
Vraag nr. 785 van de heer Bart Laeremans van
22 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
SPF. — Office des étrangers. — Site internet. — Informations en français.
FOD. — Dienst Vreemdelingenzaken. — Website. —
Franstalige informatie.
Lorsque, sur le site internet du SPF Intérieur, on
clique sur « Office des étrangers » « par commune » en
néerlandais, on n’obtient que des informations en
français.
Wanneer men op de website van de FOD Binnenlandse Zaken, de dienst Vreemdelingenzaken aanklikt
« per gemeente », dan kan men enkel Franstalige informatie bekomen.
Par le passé déjà, j’avais attiré l’attention du ministre sur ce problème.
Reeds in het verleden heb ik de minister hierop
gewezen.
Des initiatives ont-elles déjà été prises pour publier
ces informations dans les deux langues nationales ?
Werden er reeds initiatieven genomen om deze
informatie in de twee landstalen ter beschikking te
stellen ?
DO 2005200606315
DO 2005200606315
Question no 786 de M. Bart Laeremans du 22 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre
de l’Intérieur :
Vraag nr. 786 van de heer Bart Laeremans van
22 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Véhicules de police de la zone Merchtem, Asse,
Opwijk et Wemmel. — Inscription étrange.
Politiewagens van de zone Merchtem, Asse, Opwijk en
Wemmel. — Vreemd opschrift.
Depuis quelque temps, les véhicules de police de la
zone Merchtem, Asse, Opwijk et Wemmel portent
l’étrange inscription « POL AMOW ». L’on considère
Sinds enige tijd rijden de politiewagens van de zone
Merchtem, Asse, Opwijk en Wemmel met het vreemde
opschrift POL AMOW. Blijkbaar doet men dit omdat
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18814
apparemment que les véhicules circulant à Wemmel
doivent porter un acronyme bilingue.
1. Une concertation avec le ministère a-t-elle eu lieu
à ce sujet ?
2. Pourriez-vous me faire savoir s’il existe des
objections légales à une éventuelle utilisation généralisée de l’acronyme unilingue néerlandais « politie
AMOW » dans la zone de police concernée ?
men er vanuit gaat dat men in Wemmel met een tweetalig opschrift zou moeten rijden.
1. Is er over deze vermeldingen overleg geweest met
het ministerie ?
2. Kan u meedelen of er enig wettelijk bezwaar
bestaat dat op alle voertuigen van de betrokken politiezone het eentalig Nederlandstalige opschrift « politie
AMOW » zou vermeld staan ?
DO 2005200606332
DO 2005200606332
Question no 788 de M. Gerolf Annemans du
22 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre
et ministre de l’Intérieur :
Ancienneté des pompiers volontaires recrutés en tant
que pompiers professionnels.
Les parlementaires Dirk Claes et Magda De Meyer
vous ont déjà interrogé à la mi-mai 2005 à propos de la
discrimination résultant de l’arrêté royal du 20 mars
2002 fixant les dispositions générales relatives à la
valorisation pécuniaire des services antérieurs accomplis par des membres volontaires des services publics
d’incendie recrutés en tant que membres professionnels, qui règle la rémunération des pompiers qui
passent du statut de pompier volontaire à celui de
pompier professionnel (questions no 6733 et 6922,
Compte rendu intégral, Chambre, 2004-2005, commission de l’Intérieur, 18 mai 2005, COM603, p. 25).
Vraag nr. 788 van de heer Gerolf Annemans van
22 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Anciënniteit van de vrijwillige brandweer bij aanwerving als beroepskracht.
De parlementsleden Dirk Claes en Magda De Meyer
ondervroegen u reeds medio mei 2005 over de discriminatie ten gevolge van het koninklijk besluit van
20 maart 2002 tot vaststelling van de algemene bepalingen betreffende het geldelijk in aanmerking nemen
van de diensten verricht door vrijwilligers van openbare brandweerdiensten aangeworven als beroepsbrandweerlieden, die de bezoldiging van brandweerlieden regelt die overgaan van het statuut van vrijwilligerbrandweerman
naar
beroepsbrandweerman
(vragen nrs. 6733 en 6922, Integraal Verslag, Kamer,
2004-2005, commissie Binnenlandse Zaken, 18 mei
2005, COM603, blz. 25).
1. Hebben de gewesten reeds een advies gegeven ?
2. Werden de vakbonden reeds geraadpleegd ?
3. Heeft de Raad van State reeds een advies verstrekt ?
4. Wanneer overweegt u de aanpassing van het
voornoemd koninklijk besluit eindelijk in het Belgisch
Staatsblad te laten publiceren, zodat een brandweerman, die overstapt of is overgestapt van het vrijwillig
brandweerpersoneelkorps, voor de berekening van
zijn bezoldiging een anciënniteit krijgt die gelijk is aan
alle dienstjaren die hij gepresteerd heeft als vrijwilliger
bijeen openbare brandweerdienst, ongeacht het
moment waarop de overstap is gebeurd ?
1. Les régions ont-elles déjà formulé un avis ?
2. Les syndicats ont-ils déjà été consultés ?
3. Le Conseil d’État a-t-il déjà rendu un avis ?
4. Quand envisagez-vous de faire enfin publier au
Moniteur belge l’adaptation de l’arrêté royal précité
de façon à ce qu’un pompier qui passe ou est passé du
corps des pompiers volontaires au corps professionnel
bénéficie, pour le calcul de sa rémunération, d’une
ancienneté équivalente à la totalité de ses années de
service en qualité de volontaire dans un service public
d’incendie, quel que soit le moment de son transfert ?
DO 2005200606358
DO 2005200606358
Question no 793 de M. Filip De Man du 23 novembre
2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur :
Armes de service des zones de police locale.
Depuis la réforme des polices, les armes de service
employées dans les zones de police locales varient des
Vraag nr. 793 van de heer Filip De Man van
23 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Dienstbewapening van de lokale politiezones.
Ten gevolge van de politiehervormingen circuleren
er binnen de lokale polititiezones verschillende types
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18815
revolvers complètement dépassés (notamment des
Smith&Wesson) à des pistolets de toutes marques et
de tous types.
van dienstbewapening, gaande van ouderwetse revolvers (onder meer Smith&Wesson) tot pistolen van allerlei merken en types.
J’apprends par différentes sources que les forces de
police éprouvent de grandes difficultés à uniformiser, à
faire réparer et à remplacer ces armes à feu. Je peux
vous citer l’exemple hallucinant de la zone de police
locale HEKLA, où les officiers ont été obligés de
remettre leurs armes de service aux inspecteurs parce
que les armes de service de ces derniers étaient en si
mauvais état qu’ils couraient un danger en les utilisant. Nous apprenons par ailleurs qu’un commissaire
responsable de la logistique de ce corps de police est
allé acheter chez un vendeur d’armements d’occasion
une grande quantité d’armes de seconde main.
Via verschillende bronnen verneem ik dat het met de
eenvormigheid, de herstelling en de vervanging van
dergelijke vuurwapens al eens ernstig mis loopt. Zo is
er het hallucinante voorbeeld van de lokale politiezone
HEKLA alwaar de officieren hun dienstwapens moesten afgeven aan de inspecteurs omdat de staat van de
dienstwapens van die inspecteurs dermate slecht was
dat ze bij gebruik een gevaar vormden. Bovendien vernemen wij dat een commissaris die verantwoordelijk is
voor de logistiek van dat korps, tweedehandswapens is
gaan opkopen bij een handelaar in tweedehandswapens.
Ce sont là des situations potentiellement dangereuses et il est proprement inouı̈ que la direction d’un
corps de police joue ainsi avec la sécurité de son
personnel.
Dit zijn potentieel gevaarlijke situaties en het is
eigenlijk ongehoord dat een korpsleiding zo met de
veiligheid van haar personeel speelt.
1. Existe-t-il des directives réglementant l’entretien
et la réparation des armes de service de la police
locale ?
1. Heeft u richtlijnen omtrent het onderhoud en de
herstelling van de dienstwapens van de lokale politie ?
2. Existe-t-il une directive — ou a-t-on l’intention
d’en édicter une — tendant à imposer aux inspecteurs
ordinaires l’emploi d’un même type de pistolet comme
arme individuelle ?
2. Bestaat er een richtlijn of zijn er intenties om te
komen tot één type pistool voor de gewone inspecteur
als individuele bewapening ?
3. Pourriez-vous examiner la situation de la zone de
police HEKLA avant que des accidents ne se produisent ?
3. Kan u deze situatie binnen de politiezone
HEKLA laten onderzoeken voordat er zich ongevallen
voordoen ?
4. Avez-vous déjà eu connaissance de cas semblables dans d’autres zones de police ?
4. Zijn er nog dergelijke gevallen bekend in andere
politiezones ?
Ministre des Affaires étrangères
Minister van Buitenlandse Zaken
DO 2005200606240
DO 2005200606240
Question no 273 de Mme Inga Verhaert du 17 novembre 2005 (N.) au ministre des Affaires étrangères :
Vraag nr. 273 van mevrouw Inga Verhaert van
17 november 2005 (N.) aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Sixième conférence ministérielle de l’OMC à Hong
Kong. — Produits agricoles.
Zesde WTO Ministeriële Conferentie in Hong Kong.
— Landbouw producten.
La sixième conférence ministérielle de l’OMC se
tiendra en décembre 2005, à Hong Kong. À la veille de
ce sommet, le G33 demande l’instauration de
« produits spéciaux » ainsi que de mesures spécifiques
de sauvegarde simples et automatiques pour ses
produits agricoles.
In december 2005 vindt in Hong Kong de Zesde
WTO Ministeriële Conferentie plaats. In de aanloop
naar deze top vragen de G33 met betrekking tot hun
landbouwproducten de invoering van « speciale producten » en de invoering van eenvoudige en automatische bijzondere vrijwaringsmaatregelen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18816
Quelle attitude la Belgique adoptera-t-elle face à la
demande du G33 ?
Wat is de houding van België ten aanzien van de
vraag van de G33 ?
Ministre de la Défense
Minister van Landsverdediging
DO 2005200606262
DO 2005200606262
Question no 293 de M. Luc Sevenhans du 18 novembre
2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 293 van de heer Luc Sevenhans van
18 november 2005 (N.) aan de minister van
Landsverdediging :
Hôpital militaire. — Missions à l’étranger.
Militair Hospitaal. — Rol van buitenlandse opdrachten.
Votre réponse à ma question no 265 du 8 août 2005
appelle des questions supplémentaires (Questions et
Réponses, Chambre, 2004-2005, no 95, p. 16893).
Uw antwoord op mijn vraag nr. 265 van 8 augustus
2005, doet bijkomende vragen rijzen (Vragen en
Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 95, blz. 16893).
1. Pourriez-vous me faire savoir, pour chaque
médecin spécialiste ayant participé à une mission à
l’étranger :
1. Kan u meedelen voor elke geneesheer-specialist,
betrokken bij een buitenlandse opdracht :
a) la spécialité de base de ce médecin;
a) de basisspecialiteit van deze arts;
b) la date de son diplôme de spécialisation;
b) de datum van zijn specialisatiediploma;
c) le service de l’hôpital militaire auquel il est affecté;
c) de dienst van het Militair Hospitaal waar hij zijn
activiteit uitoefent;
d) le nombre de missions effectuées à l’étranger;
d) het aantal uitgevoerde buitenlandse opdrachten;
e) le nombre total de jours passés à l’étranger dans le
cadre de ces missions ?
e) het totaal aantal dagen doorgebracht in buitenlandse opdrachten ?
2. Il ressort de votre réponse que certains médecins
spécialistes n’ont effectué aucune mission à l’étranger
depuis l’obtention de leur diplôme de spécialisation.
2. Uit uw antwoord blijkt dat sommige geneesheren-specialisten, sinds het verkrijgen van hun specialisatiediploma, aan geen enkele buitenlandse opdracht
hebben deelgenomen.
a) Pour quel motif ?
a) Wat is de reden hiervoor ?
b) Ces médecins sont-ils médicalement inaptes ?
b) Zijn deze artsen dan medisch ongeschikt ?
DO 2005200606268
DO 2005200606268
Question no 295 de M. Luc Sevenhans du 21 novembre
2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 295 van de heer Luc Sevenhans van
21 november 2005 (N.) aan de minister van
Landsverdediging :
Centre des grands brûlés de l’Hôpital militaire.
Brandwondencentrum van het Militair Hospitaal.
no
Votre réponse à ma question 266 du 8 août 2005
appelle des questions complémentaires (Questions et
Réponses, Chambre, 2004-2005, no 95, p. 16895).
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
Uw antwoord op mijn vraag nr. 266 van 8 augustus
2005 doet bijkomende vragen rijzen (Vragen en
Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 95, blz. 16895).
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18817
1. Pouvez-vous préciser pour chaque médecin
spécialiste militaire engagé au Centre des grands
brûlés de l’Hôpital militaire :
1. Kan u er voor elke militaire geneesheerspecialist, die voor het Brandwondencentrum van het
Militair Hospitaal werd aangeduid, meedelen :
a) sa formation et son expérience dans le domaine du
traitement des grands brûlés, ainsi que les titres et
la qualité du (ou des) médecin(s) responsable(s) du
contrôle de ses prestations;
a) zijn vorming en ervaring in het domein van zware
brandwonden, eveneens de titels en hoedanigheid
van de geneesheer (geneesheren) verantwoordelijk
voor het toezicht op zijn prestaties;
b) la durée moyenne hebdomadaire de ses prestations
effectives (actuelles ou passées) au centre, en
dehors des services de garde ?
b) de gemiddelde tijd die hij wekelijks effectief in het
centrum doorbrengt/doorbracht, wachtdiensten
niet inbegrepen ?
2. Pouvez-vous préciser pour chaque médecin
spécialiste civil engagé au Centre des grands brûlés :
2. Kan u voor elke burgergeneesheer-specialist, die
voor het Brandwondencentrum werd aangeworven :
a) sa formation et son expérience dans le domaine du
traitement des grands brûlés, ainsi que les titres et
la qualité du (ou des) médecin(s) responsable(s) du
contrôle de ses prestations;
a) zijn vorming en ervaring in het domein van zware
brandwonden, eveneens de titels en hoedanigheid
van de geneesheer (geneesheren) verantwoordelijk
voor het toezicht op zijn prestaties;
b) le nombre maximum autorisé d’heures de travail
hebdomadaires, ainsi que la durée moyenne
hebdomadaire de ses prestations effectives (actuelles ou passées) au centre, en dehors des services de
garde ?
b) het aantal maximaal toegelaten wekelijkse werkuren, eveneens de gemiddelde tijd die hij wekelijks
effectief in het centrum doorbrengt/doorbracht,
wachtdiensten niet inbegrepen ?
3. Pouvez-vous me fournir, pour chaque chirurgien
militaire et civil, un aperçu détaillé des prestations
effectuées en 2004 et au cours des neuf premiers mois
de 2005, sur la base de la nomenclature de l’INAMI
(description et code) ?
3. Voor elke militaire en burgerchirurg, wat is het
detail van de in 2004 en in de eerste negen maanden
van 2005 uitgevoerde prestaties, uitgedrukt volgens de
RIZIV-nomenclatuur (beschrijving en code) ?
DO 2005200606276
DO 2005200606276
Question no 296 de M. Luc Sevenhans du 21 novembre
2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 296 van de heer Luc Sevenhans van
21 november 2005 (N.) aan de minister van
Landsverdediging :
Centre des grands brûlés de l’hôpital militaire. —
Suivi des patients.
Brandwondencentrum van het Militair Hospitaal. —
Opvolging van de patiënten.
Votre réponse à ma question écrite no 268 du 8 août
2005 (Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005,
no 95, p. 16895), suscite de nouvelles interrogations.
Mijn vraag sluit aan op uw antwoord op mijn
schriftelijke vraag nr. 268 van 8 augustus 2005 (Vragen
en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 95,
blz. 16895).
Eu égard à la consternation à propos de l’utilisation
abusive et inquiétante d’antibiotiques au sein du
Centre des grands brûlés, pouvez-vous me confirmer
que le médecin-infectiologue de l’hôpital militaire est
dorénavant systématiquement associé au suivi bactériologique et au traitement antibiotique des patients
du Centre ?
Rekening houdend met de beroering rond het overmatig en schrikbarend hoog antibioticagebruik binnen
het Brandwondencentrum, kan u bevestigen dat de
geneesheer-infectioloog van het Militair Hospitaal
voortaan systematisch betrokken wordt in de bacteriologische opvolging en in de behandeling met antibiotica van de patiënten van het centrum ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18818
DO 2005200606305
DO 2005200606305
Question no 297 de M. Bart Laeremans du 22 novembre 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 297 van de heer Bart Laeremans van
22 november 2005 (N.) aan de minister van
Landsverdediging :
Diverses catégories de victimes de guerre. — Déséquilibres.
Diverse categorieën van oorlogsslachtoffers. —
Wanverhoudingen.
Il me revient qu’il existe des déséquilibres flagrants
entre les différentes catégories de victimes de guerre,
notamment parce que la reconnaissance est plus facile
à obtenir du côté francophone du pays que du côté
néerlandophone.
Ik verneem dat er nogal opvallende wanverhoudingen bestaan bij de diverse categorieën van oorlogsslachtoffers, mede omdat het langs Franstalige kant
veel vlotter gaat om zich te laten erkennen dan aan
Nederlandstalige kant.
1. Combien de néerlandophones et combien de
francophones ont-ils été reconnus par le passé comme :
1. Hoeveel Nederlandstaligen en hoeveel Franstaligen werden er in het verleden erkend als :
a) déporté pour le travail obligatoire (dénommé
ensuite déporté bénéficiant d’une rente majorée);
a) verplicht tewerkgestelde (later benoemd als gedeporteerde met verhoging van rente);
b) réfractaire (dénommé ensuite réfractaire-déporté
bénéficiant d’une rente majorée);
b) werkweigeraar (later benoemd als werkweigeraargedeporteerde met verhoging van rente);
c) réfractaire (connu sous le nom de résistant civil) ?
c) werkweigeraar (de zogenaamde burgerlijke weerstander) ?
Je ne souhaite recevoir en l’occurrence que les
données des personnes bénéficiant d’une rente de
guerre correspondant à une période d’au moins un an.
Ik wens hierbij enkel de gegevens te ontvangen van
diegenen die een oorlogsrente ontvangen die overeenstemt met een periode van tenminste één jaar.
2.
a) Pouvez-vous me faire savoir, pour les catégories
susmentionnées, le nombre d’invalides de guerre
néerlandophones et francophones pour l’année
1995 et pour l’année 2005 ?
2.
a) Kan u van de hogervermelde categorieën het aantal
Nederlanstalige en het aantal Franstalige oorlogsinvaliden bekendmaken voor het jaar 1995 en het
jaar 2005 ?
b) Pouvez-vous préciser le budget (annuel) global
pour 1995 et pour 2005 ?
b) Kan voor 1995 en 2005 het globale (jaarlijks)
budget worden weergegeven ?
3.
a) Combien de néerlandophones et combien
de francophones bénéficient-ils d’une rente de
guerre correspondant à une période d’au moins
trois semestres ?
3.
a) Hoeveel Nederlandstaligen en hoeveel Franstaligen zijn begunstigd van een oorlogsrente die overeenstemt met een periode van minstens drie semesters ?
b) Pouvez-vous préciser le budget (annuel) global
pour 1995 et pour 2005 ?
b) Kan voor 1995 en 2005 het globale (jaarlijks)
budget worden weergegeven ?
4.
a) Combien de néerlandophones et combien de francophones sont-ils reconnus comme enfants de
prisonniers politiques — ayant droit aux interventions médicales ?
4.
a) Hoeveel Nederlandstaligen en hoeveel Franstaligen zijn erkend als kinderen van politieke gevangenen — rechthebbend op geneeskundige tussenkomsten ?
b) Pouvez-vous préciser le budget global pour 2005 ?
b) Kan u het globaal budget weergeven voor 2005 ?
5.
a) Pouvez-vous communiquer le nombre de bénéficiaires d’une rente de guerre en vertu de la loi du
13 février 2004 ?
5.
a) Kan u meedelen hoeveel oorlogsbegunstigden er
zijn van de wet van 13 februari 2004 ?
b) Pouvez-vous également préciser en l’occurrence le
budget global ?
b) Kan u ook hier het globale budget weergeven ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18819
6. Combien de néerlandophones et combien de
francophones sont-ils actuellement engagés au SPF
Défense pour assurer le suivi de ces dossiers ?
6. Hoeveel Nederlandstaligen en hoeveel Franstaligen zijn momenteel bij de FOD Landsverdediging
tewerkgesteld voor de opvolging van deze dossiers ?
7.
a) Est-il exact qu’un Service social commun a été créé
pour toutes les catégories ?
7.
a) Klopt het dat voor alle categorieën een gezamenlijke Sociale Dienst werd opgericht ?
b) Combien de néerlandophones et combien de francophones y ont fait appel en 2004 ?
b) Hoeveel Nederlandstaligen en hoeveel Franstaligen deden daar in het jaar 2004 een beroep op ?
c) Quel était le budget global pour les frais d’administration et de fonctionnement ainsi que pour les
interventions sociales ?
c) Wat was het globale budget voor de administratieen werkingskosten en voor de sociale tussenkomsten ?
8. Est-il exact que les budgets de ces groupes ont
encore augmenté considérablement au cours des
dernières années ?
8.
a) Klopt het dat de budgetten voor deze groepen de
voorbije jaren nog sterk gestegen zijn ?
b) Une comparaison entre 2000 et 2004 pourrait-elle
être effectuée à cet égard ?
b) Kan terzake een vergelijking gemaakt worden tussen 2000 en 2004 ?
9.
a) Est-il exact que les déportés pour le travail obligatoire ont été assimilées aux déportés il y a quelque
temps ?
9.
a) Klopt het dat de verplicht tewerkgestelden enige
tijd geleden gelijk gesteld werden met gedeporteerden ?
b) Dans l’affirmative, quelle en est la raison ?
b) Zo ja, waarom heeft men dit gedaan ?
c) Quelles en ont été les conséquences ?
c) Wat waren de gevolgen hiervan ?
DO 2005200606320
DO 2005200606320
Question no 300 de M. Luc Sevenhans du 22 novembre
2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 300 van de heer Luc Sevenhans van
22 november 2005 (N.) aan de minister van
Landsverdediging :
Présence militaire belge au Royaume-Uni.
Belgische militaire aanwezigheid in het Verenigd
Koninkrijk.
Certains militaires belges exercent leur mission sur
le territoire du Royaume-Uni.
Een aantal Belgische militairen bekleden een post op
het grondgebied van het Verenigd Koninkrijk.
1. Pourriez-vous nous communiquer une liste
complète desdits militaires ainsi qu’une description de
leurs missions respectives ?
1. Kan u een volledige lijst van deze personen meedelen met de betreffende taakomschrijving ?
2. Combien de militaires sont-ils concernés et quels
grades portent-ils ?
2. Over hoeveel militairen gaat het in totaal en
welke graad bezitten deze militairen ?
3. Que coûtent-ils au Trésor (allocations, location
d’un logement, frais de déplacement, frais de représentation, autres indemnités) ?
3. Hoeveel kosten ze aan de Schatkist (toelagen,
huur van een woning, verplaatsingskosten, representatiekosten, andere vergoedingen) ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18820
DO 2005200606326
DO 2005200606326
Question no 301 de Mme Ingrid Meeus du 22 novembre 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 301 van mevrouw Ingrid Meeus van
22 november 2005 (N.) aan de minister van
Landsverdediging :
Stages pour les jeunes organisés durant les vacances
d’été.
Jongerenstages tijdens de zomervakantie.
Le département de la Défense organise chaque
année durant les vacances d’été une centaine de stages
pour les jeunes. Remportant toujours un vif succès, ces
stages sont un instrument précieux sur le plan des relations publiques et se révèlent souvent comme étant
l’expérience qui aura poussé un jeune à aspirer à une
carrière dans l’armée belge.
Jaarlijks
organiseert
Landsverdediging
een
honderdtal jongerenstages tijdens de zomervakantie.
Deze stages blijken steeds zeer succesrijk te zijn,
hebben een duidelijk positieve PR-waarde en sporen
jongeren vaak aan later een job bij het Belgische leger
te ambiëren.
1.
a) Combien de stages pour les jeunes le calendrier
prévoit-il pour 2006 ?
1.
a) Hoeveel jongerenstages zijn gepland voor 2006 ?
b) Combien de places ouvertes aux jeunes ces stages
totalisent-ils ?
b) Met hoeveel opengestelde plaatsen ?
2. À quelles catégories d’âge ces stages pour les
jeunes sont-ils accessibles ?
2. Voor jongeren van welke leeftijdscategorieën zijn
deze stages toegankelijk ?
3.
a) Comment évalue-t-on la rentabilité des stages pour
les jeunes en termes de relations publiques et
d’engagements futurs ?
3.
a) Hoe wordt de PR-return en de toekomstige
« instroom » van personeel ingeschatnaar aanleiding van jongerenstages ?
b) Dispose-t-on de chiffres à ce sujet ?
b) Bestaan hierover cijfergegvens ?
c) Dans l’affirmative, quels sont ces chiffres ?
c) Zo ja, welke ?
4. Quelle catégorie d’âge constitue le groupe cible
principal en ce qui concerne ces stages pour les jeunes ?
4. Welke leeftijdscategorie is de werkelijke doelgroep van de jongerenstages ?
DO 2005200606350
DO 2005200606350
Question no 302 de Mme Ingrid Meeus du 23 novembre 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 302 van mevrouw Ingrid Meeus van
23 november 2005 (N.) aan de minister van
Landsverdediging :
Service de l’Inspection générale. — Plaintes relatives
au harcèlement sur le lieu de travail.
Dienst Algemene Inspectie. — Klachten over pesterijen
op de werkvloer.
Depuis quelques années, il est abondamment question dans la société du « harcèlement sur le lieu de
travail ». C’est la raison pour laquelle a été promulgué
l’arrêté royal relatif à la protection contre la violence
et le harcèlement moral ou sexuel au travail aux
termes duquel tout employeur est tenu de recruter une
personne de confiance et/ou un conseiller en prévention au sein de l’entreprise ou de l’institution qu’il
dirige. Les personnes qui estiment être victimes de
violence ou de harcèlement moral ou sexuel au travail
peuvent adresser leur plainte à la personne de
confiance ou au conseiller en prévention. Ceux-ci
Sinds enkele jaren is het probleem « pesten » niet
meer weg te denken uit onze maatschappij. Daarom
werd op 11 juli 2002 het koninklijk besluit betreffende
de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst
seksueel gedrag op het werk uitgevaardigd. In dit
koninklijk besluit wordt gesteld dat elke werkgever
van een onderneming of instelling verplicht is een vertrouwenspersoon en/of preventieadviseur in dienst te
nemen. Personen die voelen dat zij het slachtoffer zijn
van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag
op de werkvloer kunnen zich tot deze vertrouwenspersoon of preventieadviseur richten met hun klacht.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18821
doivent conserver pendant cinq ans les dossiers relatifs
à toutes les plaintes qui leur sont adressées.
Deze vertrouwenspersonen en preventieadviseurs zijn
verplicht gedurende vijf jaar de dossiers bij te houden
over alle klachten die bij hen ingediend werden.
Le harcèlement survient dans toutes les branches
d’activités et donc sans doute aussi au sein de l’armée
belge. C’est pourquoi le Service de l’Inspection générale a été instauré en 2003 au sein du département de la
Défense, sous la direction d’un inspecteur général
médiateur (IGM).
Pesterijen komen in alle bedrijfstakken voor en ook
wellicht in het Belgisch leger. Vandaar dat in 2003 de
Algemene Inspectiedienst, onder leiding van een Inspecteur-Generaal Bemiddelaar (IGB), binnen het
departement van Landsverdediging werd opgericht.
1.Combien de plaintes pour harcèlement sur le lieu
de travail ont-elles été introduites auprès du Service de
l’Inspection générale en 2003, 2004 et 2005 ?
1. Hoeveel klachten over pesterijen op de werkvloer werden bij de dienst Algemene Inspectie ingediend in 2003, 2004 en 2005 ?
2. Combien de plaintes le Service de l’Inspection
générale a-t-il reçues, réparties par province ?
2. Hoeveel klachten werden per provincie ontvangen bij de dienst Algemene Inspectie ?
3. À quels faits ces plaintes se rapportaient-elles
(harcèlement physique, harcèlement moral, intimidation sexuelle, etc.) ?
3. Wat was de aard van de klachten (fysieke pesterijen, psychische pesterijen, seksuele intimidatie, enzovoort) ?
4. Quelles suites ont-été réservées à ces plaintes
(procédures disciplinaires, mesures statutaires, mutations, etc.) ?
4. Wat waren de gevolgen voorbehouden aan deze
klachten (tuchtprocedures, statutaire maatregelen,
mutaties, enzovoort) ?
DO 2005200606355
DO 2005200606355
Question no 303 de Mme Ingrid Meeus du 23 novembre 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 303 van mevrouw Ingrid Meeus van
23 november 2005 (N.) aan de minister van
Landsverdediging :
Personnel militaire. — Valeur moyenne BMI.
Legerpersoneel. — Gemiddelde BMI waarde.
Il est recommandé de se référer au Body Mass Index
(BMI) ou indice Quetelet pour évaluer la quantité de
graisse corporelle. Si le BMI est un outil de mesure
plus précis que le poids du corps aux fins d’évaluer le
total des graisses corporelles, c’est parce qu’il tient
compte de la taille.
De Body Mass Index (BMI) of Quetelet-index wordt
aanbevolen voor het inschatten van de hoeveelheid
lichaamsvet. Door rekening te houden met de lengte is
de BMI een nauwkeuriger maat voor totaal lichaamsvet dan het lichaamsgewicht op zich.
Dans le cadre de la procédure de sélection à l’armée
belge, le Body Mass Index revêt une grande importance. Au terme de la Sélection de Base médicale, tous
les candidats se voient en effet attribuer un code
PSIVCAME et un profil médical (P) qui sont déterminants pour la désignation des fonctions pour lesquelles
ils entrent en considération. Un BMI inférieur à 17 ou
supérieur à 28 conduit à un verdict implacable
d’inaptitude médicale.
De Body Mass Index is bij de selectieprocedure van
het Belgisch leger van groot belang. Op het einde van
de medische Basis Selectie krijgt iedereen namelijk een
PSIVCAME-code en een medisch profiel (P) toegewezen, dat bepalend is voor de functies waarvoor men al
dan niet in aanmerking komt. Een BMI lager dan 17 of
hoger dan 28 leidt onverbiddellijk tot medische ongeschiktheid.
Cependant, cette procédure ne vaut que pour
l’entrée en service à l’armée belge. Si un membre du
personnel de notre armée dépasse les valeurs BMI
recommandées dans un stade ultérieur de sa carrière à
la Défense nationale, il ne s’expose pas à un licenciement. Toutefois, il est tenu de passer chaque année un
« test de condition physique générale ».
Deze procedure geldt echter enkel voor indiensttreding bij het Belgisch leger. Een overschrijding van de
aangeraden BMI waarden later in de carrière bij
Landsverdediging kan immers niet leiden tot ontslag.
Er moet wel jaarlijks een « algemene fitheidstest » afgelegd worden.
1. Quelle est la valeur BMI moyenne du personnel
de l’armée belge en général ?
1. Wat is de gemiddelde BMI waarde van het personeel van het Belgisch leger in het algemeen ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18822
2. Quelle est la valeur BMI moyenne par catégorie
professionnelle (officiers, sous-officiers, etc.) ?
2. Wat is de gemiddelde BMI waarde per beroepscategorie (officier, onderofficier, enzovoort) ?
3. Quelle est la valeur BMI moyenne par arme ou
équivalent (infanterie, personnel volant, etc.) ?
3. Wat is de gemiddelde BMI waarde per wapen of
equivalent (infanterie, vliegend personeel, enzovoort) ?
4. Quelles mesures la Défense nationale compte-telle prendre pour veiller à ce que les valeurs BMI de
son personnel se situent toujours à un bon niveau ?
4. Welke maatregelen worden door Landsverdediging ondernomen om de BMI waarden van het personeel op het juiste niveau te houden ?
5. À quel échelon (local ou central) le profil BMI du
personnel et des unités est-il l’objet d’un suivi (médecin du travail, etc.) ?
5. Op welk niveau (lokaal of centraal) wordt het
BMI-profiel van het personeel en de eenheden opgevolgd (arbeidsgeneesheer, enzovoort) ?
Ministre de l’Économie,
de l’Énergie, du Commerce extérieur
et de la Politique scientifique
Minister van Economie,
Energie, Buitenlandse Handel
en Wetenschapsbeleid
Économie
Economie
DO 2005200606286
DO 2005200606286
Question no 375 de M. François-Xavier de Donnea du
21 novembre 2005 (Fr.) au ministre de
l’Économie, de l’Énergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 375 van de heer François-Xavier de Donnea
van 21 november 2005 (Fr.) aan de minister van
Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid :
Application de la libération du marché de l’énergie.
Vrijmaking van de energiemarkt.
L’association des consommateurs Test-Achats
relève dans sa dernière enquête comparant les tarifs de
l’électricité et du gaz que Wallons et Bruxellois restent
fortement désavantagés par rapport aux Flamands. Au
Nord la concurrence est réellement ouverte depuis
deux ans entre fournisseurs et les prix se sont alignés
sur la moyenne européenne. En Wallonie, le choix des
fournisseurs est quasi inexistant. Le marché ne sera
vraiment libéralisé qu’en janvier 2007. Quant aux
Bruxellois, ils resteront captifs d’un seul fournisseur
jusqu’en juillet 2007 à Bruxelles. Résultats ? Note TestAchats : des prix jusqu’à 31 % plus élevés au Sud qu’au
Nord !
In haar meest recente vergelijkende onderzoek van
de gas- en elektriciteitstarieven wijst de verbruikersorganisatie Test Aankoop erop dat de Walen en de Brusselaars nog steeds sterk benadeeld worden in vergelijking met hun Vlaamse medeburgers. In het noorden is
de vrije mededinging tussen de leveranciers immers al
twee jaar een feit en hebben de prijzen zich aan het
Europese gemiddelde aangepast. In Wallonië daarentegen is de vrije keuze van leverancier vrijwel onbestaande. Pas in januari 2007 zal de markt er echt vrijgemaakt zijn. De Brusselaars blijven tot juli 2007
gebonden afnemers bij een enkele leverancier. Het
resultaat van dit alles ? In het zuiden liggen de prijzen
tot 31 % hoger dan in het noorden, zoals ook Test
Aankoop doet opmerken !
1. Cette situation est-elle compatible avec la législation européenne en la matière ?
1. Valt die toestand met de Europese wetgeving ter
zake te rijmen ?
2. Quel est l’arsenal de mesures dont dispose le
ministre pour faire en sorte que Wallons et Bruxellois
bénéficient eux aussi au plus tôt de la libération du
marché de l’énergie ?
2. Welke maatregelen kan de minister nemen om
ervoor te zorgen dat de energiemarkt ook voor de
Walen en de Brusselaars zo snel mogelijk wordt vrijgemaakt ?
3. Avez-vous déjà décidé d’appliquer certaines de
ces mesures et si oui lesquelles, et si non pourquoi ?
3. Hebt u reeds beslist om bepaalde maatregelen te
nemen ? Zo ja, dewelke ? Zo neen, waarom niet ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18823
DO 2005200606293
DO 2005200606293
Question no 376 de M. Mark Verhaegen du 21 novembre 2005 (N.) au ministre de l’Économie, de
l’Énergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 376 van de heer Mark Verhaegen van
21 november 2005 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid :
Effets du traité de Kyoto sur l’emploi.
Kyoto-druk op werkgelegenheid.
Le groupe de réflexion International Council for
Capital Formation (ICFF) a chargé le bureau d’études
Global Insight de réaliser une étude relative aux coûts
de la réalisation des objectifs fixés dans le traité de
Kyoto.
Het studiebureau Global Insight voerde in opdracht
van de denktank International Council for Capital
Formation (ICFF) een studie uit naar de kosten om de
Kyoto-doelstellingen te halen.
En Italie et en Espagne, les deux pays qui devront
fournir les efforts les plus importants en la matière,
respectivement 200 000 et 600 000 emplois disparaı̂tront.
Italië en Spanje die de grootste inspanningen moeten
leveren dienen respectievelijk 200 000 en 600 000 jobs
op te offeren.
L’étude précitée ne fait pas état de l’impact de la
réalisation des objectifs du traité de Kyoto sur notre
économie.
De impact hiervan op onze economie is in voornoemde studie niet vermeld.
1.Quelles sont les répercussions financières pour la
Belgique de la réalisation de ces objectifs ?
1.Wat is de financiële repercussie voor België voor
het bereiken van deze doelstellingen ?
2. Quelles en seront les conséquences pour les
consommateurs (cf. hausse des prix de l’énergie) et
quel en sera l’impact sur l’emploi en Flandre et en
Wallonie ?
2. Welke consequenties zal dit hebben op de consumenten (cf. de hogere energieprijzen) en wat is de
impact op de werkgelegenheid in Vlaanderen, respectievelijk Wallonië ?
Énergie
Energie
DO 2005200606274
DO 2005200606274
Question no 156 de M. Guido De Padt du 21 novembre 2005 (N.) au ministre de l’Économie, de
l’Énergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 156 van de heer Guido De Padt van
21 november 2005 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid :
Extension du tarif d’électricité de nuit à toute la durée
du week-end.
Uitbreiding van het nachttarief voor elektriciteit naar
het hele weekend.
Le gouvernement flamand a adopté pour la
première fois en juin 2004 une mesure tendant à étendre le tarif de nuit — qui est plus avantageux — à
toute la durée du week-end. En avril 2005, l’actuel
gouvernement flamand a repris cette disposition.
De Vlaamse regering keurde voor het eerst in juni
2004 een maatregel goed die de bedoeling had om het
nachttarief — dat goedkoper is — uit te breiden tot het
ganse weekend. In april 2005 werd door de huidige
Vlaamse regering deze maatregel hernomen.
Toutefois, le Conseil d’État a fait obstacle à cette
initiative car selon le Conseil, les tarifs d’électricité
ressortissent à la compétence fédérale. C’est pourquoi
l’actuel ministre flamand en charge de l’énergie, M.
Peeters, demande qu’une mesure similaire soit à
présent développée au niveau fédéral.
De Raad van State heeft daar echter een stokje voor
gestoken. Volgens de Raad van State zijn de elektriciteitstarieven een federale bevoegdheid. Daarom vraagt
de huidige Vlaamse minister bevoegd voor energie, de
heer Peeters, dat op federaal niveau nu een gelijkaardige maatregel zou worden uitgewerkt.
Il convient de préciser que l’instance flamande de
régularisation du marché de l’électricité et du gaz, la
Het moet echter gezegd dat eerder ook de Vlaamse
Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18824
VREG, a aussi rendu précédemment un avis négatif,
sur le plan du contenu cette fois. D’après la VREG, les
objectifs visés, à savoir le nivellement du profil de
consommation électrique pour rendre plus efficace
l’utilisation des centrales et une baisse des prix, ne
seront pas ou presque pas atteints.
Gasmarkt, de VREG, een negatief advies had uitgebracht, inhoudelijk dan. Volgens de VREG zouden de
beoogde doelen, met name het afvlakken van het opnameprofiel van elektriciteit waardoor centrales efficiënter ingezet kunnen worden en een daling van de
prijs, niet of nauwelijks worden bereikt.
En effet, les consommateurs résidentiels consomment 15 % de l’électricité et 10 % seulement de cette
part peuvent être déplacés vers le week-end. De plus,
ce glissement ne concerne que les clients disposant
d’un compteur bihoraire, soit un tiers des consommateurs. Or un tiers de 10 % de 15,5 % est égal à 0,51 %.
L’incidence est donc négligeable.
Zo wordt 15 % van de elektriciteit afgenomen door
residentiële gebruikers. Daarvan kan slechts 10 % naar
het weekend worden uitgesteld. Bovendien kan de verschuiving enkel plaatsvinden bij die afnemers die een
tweevoudig uurtellertraief hebben. Het betreft hier één
derde van de afnemers. Maar één derde, van 10 % van
15,5 % is amper 0,51 %. Een verwaarloosbare impact
dus.
Concernant les prix, la VREG mettait en garde
contre des effets pervers, à savoir que les prix pourraient même augmenter pour les clients disposant d’un
compteur ordinaire. Quoi qu’il en soit, les effets
seraient limités.
Voor wat de prijzen betreft, waarschuwde de VREG
zelfs voor perverse effecten, met name voor de afnemers met een enkelvoudig tarief, waarvoor de prijzen
zelfs zouden kunnen stijgen. Hoe dan ook zouden de
effecten beperkt zijn.
1. Avez-vous déjà été saisi d’une demande formelle
de votre collègue régional ?
1. Bent u reeds gevat met een formeel verzoek van
uw regionale collega ?
2. Avez-vous pris connaissance de l’avis de la
VREG et y adhérez-vous ?
2. Heeft u kennis genomen van het advies van de
VREG en onderschrijft u dit advies ?
3.
a) Les conséquences de ces mesures, ainsi que leur
coût possible pour les fournisseurs et les consommateurs, apparaissent-ils de manière suffisamment
claire ?
3.
a) Is het voldoende duidelijk wat de effecten van deze
maatregelen zijn, alsook de eventuele kostprijs
voor leveranciers en consumenten ?
b) Envisagez-vous de charger la Commission de régulation de l’électricité et du gaz (CREG) d’une étude
en la matière ?
b) Overweegt u terzake de Commissie voor de regulering van de elektriciteit en het gas (CREG) te
belasten met een onderzoek ?
Politique scientifique
Wetenschapsbeleid
DO 2005200606334
DO 2005200606334
Question no 87 de M. Ortwin Depoortere du
22 novembre 2005 (N.) au ministre de
l’Économie, de l’Énergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique :
Vraag nr. 87 van de heer Ortwin Depoortere van
22 november 2005 (N.) aan de minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en
Wetenschapsbeleid :
Nombre d’étudiants étrangers aux universités francophones. — Financement des Communautés.
Aantal buitenlandse studenten en Franstalige universiteiten. — Financiering van de gemeenschappen.
Dans votre réponse à ma question écrite concernant
les nombres d’étudiants étrangers dans les universités
flamandes et francophones, vous indiquez que l’article 62 de la loi spéciale du 16 janvier 1989 relative au
financement des Communautés et des régions prévoit
que l’État fédéral doit allouer un crédit aux Communautés pour le financement de l’enseignement universi-
In antwoord op mijn schriftelijke vraag inzake het
aantal buitenlandse studenten in Vlaamse en Franstalige universiteiten bevestigde u dat artikel 62 van de
bijzondere wet van 16 januari 1989 met betrekking tot
de financiering van de gemeenschappen en de gewesten bepaalt dat de federale Staat een krediet moet toekennen aan de gemeenschappen voor de financiering
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18825
taire dispensé aux étudiants étrangers. Ceux-ci sont
inscrits pour 1/3 dans les universités de la Communauté flamande et pour 2/3 dans les universités francophones (question no 70 du 14 juin 2005, Questions et
Réponses, Chambre, 2004-2005, no 89, p. 15798). Les
crédits pour l’année budgétaire 2000 étaient fixés
respectivement à 56 162 756,97 euros pour la Communauté française et à 27 662 438,42 euros pour la
Communauté flamande. Abstraction faite des indexations, ces montants ne varient pas.
van het universitair onderwijs dat wordt verstrekt aan
buitenlandse studenten (vraag nr. 70 van 14 juni 2005,
Vragen en Antwoorden, Kamer, 2004-2005, nr. 89,
blz. 15798). Die zijn voor 1/3 ingeschreven aan universiteiten van de Vlaamse Gemeenschap en voor 2/3 aan
Franstalige universiteiten. De kredieten voor het
begrotingsjaar 2000 bedroegen respectievelijk
56 162 756,97 euro voor de Franse Gemeenschap en
27 662 438,42 euro voor de Vlaamse Gemeenschap.
Met uitzondering van indexaanpassingen blijven deze
bijdragen een constante.
Pour des informations plus détaillées concernant
l’évolution de la population estudiantine étrangère, le
ministre me renvoie aux Communautés. Or, le financement étant réglé au niveau fédéral, les autorités fédérales doivent nécessairement disposer de chiffres
concrets relatifs aux nombres d’étudiants étrangers.
Voor verdere gedetailleerde gegevens in verband
met het aantal buitenlandse studenten werd verwezen
naar de gemeenschappen. Omdat de financiering
echter federaal verloopt, kan het toch niet anders dan
dat de federale overheid over concreet cijfermateriaal
beschikt inzake het aantal buitenlandse studenten.
1. Combien d’étudiants étrangers ont fréquenté
respectivement les universités flamandes et les universités francophones durant la période 1999-2005 ?
1. Hoeveel buitenlandse studenten tellen respectievelijk de Vlaamse en Franstalige universiteiten vanaf
1999 tot 2005 ?
2.
a) Le gouvernement fédéral demande-t-il chaque
année à obtenir les données concernant le nombre
d’étudiants étrangers ?
2.
a) Worden de gegevens van het aantal buitenlandse
studenten jaarlijks opgevraagd door de federale
overheid ?
b) Dans l’affirmative, pourquoi les crédits ne sont-ils
pas adaptés aux chiffres plus récents ?
pdr
b) Zo ja, waarom worden de kredieten niet aangepast
aan de recentere cijfers ?
Ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique
Minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid
Affaires sociales
Sociale Zaken
DO 2005200606245
DO 2005200606245
Question no 376 de Mme Annemie Turtelboom du
17 novembre 2005 (N.) au ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 376 van mevrouw Annemie Turtelboom van
17 november 2005 (N.) aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Corrélation entre le taux d’emploi et l’absentéisme
pour cause de maladie.
Verband tussen werkgelegenheid en ziekteverzuim.
Une étude du Bureau central du Plan néerlandais
(Centraal Planbureau) démontre l’existence d’un lien
entre le taux d’emploi et l’absentéisme pour cause de
maladie. Il est probable qu’un tel lien peut également
être établi dans notre pays, certainement compte tenu
du vieillissement de la population.
In Nederland heeft een studie van het Centraal Planbureau een verband aangetoond tussen de werkgelegenheid en het ziekteverzuim. Vermoedelijk zal er ook
in ons land een link bestaan tussen deze twee gegevens,
niet in het minst onder invloed van de oprukkende vergrijzing.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18826
1.
a) Quelle est la masse salariale versée chaque année
durant les cinq dernières années par les entreprises
et les pouvoirs publics à des travailleurs en congé
de maladie ?
1.
a) Hoeveel loon hebben het bedrijfsleven en de overheid de afgelopen vijf jaar jaarlijks betaald aan
zieke werknemers ?
b) Quel pourcentage de la masse salariale globale ce
montant représente-t-il à chaque fois ?
b) Hoeveel vertegenwoordigen deze bedragen procentueel ten opzichte van de totale loonsom ?
2.
a) Les chiffres permettent-ils de constater en Belgique
également l’existence d’un lien entre la baisse du
taux de chômage et l’augmentation de l’absentéisme pour cause de maladie ?
2.
a) Kan er in België een cijfermatig verband worden
vastgesteld tussen de daling van de werkloosheid
en de stijging van het ziekteverzuim ?
b) La tendance est-elle la même en Flandre, à Bruxelles et en Wallonie ?
b) Gelden dezelfde tendensen voor Vlaanderen, Brussel en Wallonië ?
3. En ce qui concerne la durée du congé de maladie,
constate-t-on des différences en fonction
3. Bestaan er qua duur van ziekteverzuim verschillen naargelang :
a) de la région;
a) de regio;
b) du sexe;
b) het geslacht;
c) de l’état civil;
c) burgerlijke staat;
d) de l’appartenance ethnique;
d) etniciteit;
e) de la flexibilité au travail ?
e) arbeidsflexibiliteit ?
4. Dans quelle mesure le vieillissement de la population influence-t-il l’évolution de l’absentéisme ?
4. In welke mate beı̈nvloedt de vergrijzing het verloop van het ziekteverzuim ?
5.
a) S’attend-on également en Belgique à une forte incidence du vieillissement de la population sur
l’absentéisme pour cause de maladie ?
5.
a) Wordt er ook in België in de toekomst een zware
impact van de vergrijzing op het ziekteverzuim verwacht ?
b) Dans l’affirmative, ce phénomène a-t-il déjà été
chiffré sur le plan budgétaire ?
b) Zo ja, werden daarvan reeds budgettaire prognoses gemaakt ?
DO 2005200606254
DO 2005200606254
Question no 377 de Mme Greet Van Gool du
18 novembre 2005 (N.) au ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 377 van mevrouw Greet Van Gool van
18 november 2005 (N.) aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Paiement d’office des allocations sociales auxquelles
des ex-détenus avaient droit avant leur incarcération.
Ambtshalve uitbetaling van de sociale uitkeringen
waar ex-gedetineerden voor hun gevangenschap
recht op hadden.
En cas d’emprisonnement d’une personne bénéficiaire d’une allocation sociale, le versement de celle-ci
ne se poursuit pas automatiquement. Le raisonnement
qui prévaut est en effet qu’une allocation est destinée à
aider le bénéficiaire à assurer sa subsistance. Or
pendant la détention d’une personne, ce sont les
pouvoirs publics eux-mêmes qui assurent sa subsistance.
Bij een gevangenschap van iemand die recht heeft op
een sociale uitkering wordt zijn/haar uitkering niet
zomaar verder uitbetaald. De redenering is dat een uitkering de gerechtigde moet helpen om in het levensonderhoud te voorzien. Tijdens een gevangenschap is het
echter zo dat de overheid zelf in het levensonderhoud
van de betrokkene voorziet, waardoor dat argument
wegvalt.
Les bénéficiaires conservent leurs droits à
l’ensemble des allocations mais le paiement de celles-ci
Bij alle uitkeringen behouden de gerechtigden hun
rechten, maar ishet de uitbetaling die geheel of gedeel-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18827
est suspendu en tout ou en partie. Les allocations de
chômage font exception à cette règle. Le droit à cette
allocation est en effet suspendu étant donné que
l’intéressé ne remplit plus l’une des conditions fondamentales à l’octroi des allocations de chômage, à
savoir la disponibilité sur le marché de l’emploi.
telijk wordt geschorst. De werkloosheidsuitkering
vormt hierop een uitzondering. Hier vervalt het recht
wel omdat de betrokkene niet langer voldoet aan één
van de fundamentele voorwaarden van de werkloosheidsuitkering namelijk de beschikbaarheid voor de
arbeidsmarkt.
Le maintien des droits signifie donc que les bénéficiaires d’une allocation devraient à nouveau percevoir
cette dernière lors de leur remise en liberté. Or, la
procédure de réactivation des paiements varie selon les
allocations et cette reprise n’est pas automatique.
Het behoud van hun rechten betekent dus dat de
gerechtigden op een uitkering die uitkering bij hun
invrijheidsstelling opnieuw zoudenmoeten uitbetaald
zien. De procedure om opnieuw de uitkering te ontvangen is helemaal niet overal dezelfde en verloopt
evenminautomatisch.
Étant donné que le bénéficiaire conserve ses droits à
la plupart des allocations (à l’exception des allocations
de chômage), aucune nouvelle demande ne doit être
introduite lors de la remise en liberté. Cela ne signifie
toutefois pas que lors de la remise en liberté,
l’allocation versée avant l’emprisonnement le sera à
nouveau automatiquement. Il y a (pratiquement)
toujours des formalités administratives à remplir pour
pouvoir bénéficier à nouveau de l’allocation.
Doordat bij de meeste uitkeringen (behalve de werkloosheidsuitkering) het recht blijft bestaan in hoofde
van de gerechtigde, moet er bij de vrijlaten geen
nieuwe aanvraag worden ingediend. Toch betekent dit
niet dat de invrijheidsstelling de aanleiding is om de
uitkering die voor de hechtenis werd uitgekeerd automatisch opnieuw uit te keren. Er moeten (bijna) altijd
wel administratieve formaliteiten worden vervuld om
opnieuw de uitkering te kunnen ontvangen.
Étant donné que les intéressés conservent leurs
droits, il serait beaucoup plus logique que le paiement
de l’allocation (sauf en ce qui concerne les allocations
de chômage) reprenne automatiquement ou d’office
lors de la remise en liberté. Cela permettrait d’éviter
des situations où certains ex-détenus n’usent pas de
leurs droits parce qu’ils ne connaissent ou ne comprennent pas les obligations administratives ou encore
parce qu’ils oublient de les remplir.
Zeker omdat de betrokkenen hun recht behouden,
zou het veel logischer zijn dat de uitbetaling van de uitkering (behalve de werkloosheidsuitkering) bij de
invrijheidsstelling automatisch of ambtshalve wordt
hervat. Dit zou dan immers vermijden dat rechtenniet
worden opgenomen, omdat mensen de administratieve
verplichtingen niet kennen, niet begrijpen of gewoonweg vergeten.
Ce devrait pouvoir être possible par l’établissement
d’un lien entre les données de la Banque carrefour de
la sécurité sociale et les données concernant les détenus
contenues dans la banque de données du ministère de
la Justice. Une telle automatisation permettrait également de suspendre effectivement le paiement des allocations en cas de privation de liberté. À l’heure
actuelle, il arrive souvent que les allocations continuent à être versées. Les intéressés doivent alors
rembourser les montants indûment perçus.
Dit moet perfect mogelijk zijn door de gegevens van
de Kruispuntbank Sociale Zekerheid te koppelen aan
het bestand van het ministerie van Justitie waar alle
gegevens over de gedetineerden en over de start en het
einde van hun opsluiting wordt bijgehouden. Een
dergelijke automatisering zou het ook mogelijk maken
om de uitbetaling van de uitkeringen bij een vrijheidsberoving ook effectief te schorsen. Nu vergeet men dit
vaak, waardoor de rechthebbenden de onterecht uitbetaalde uitkeringen dienen terug te betalen.
Dans sa réponse, le Secrétaire d’État à
l’Informatisation de l’État a affirmé qu’il était favorable à l’automatisation de ces flux de données, mais que
cette opération nécessitait une concertation avec la
ministre de la Justice et avec le ministre des Affaires
sociales (Question no 65 du 26 juillet 2005, Questions
et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 96, p. 17255).
In zijn antwoord heeft de staatssecretaris voor Informatisering van de Staat gesteld dat hij positief staat
tegenover het automatiseren van de gegevensstromen,
maar dat dit overleg vraagt met de minister van Justitie en met de minister van Sociale Zaken (Vraag nr. 65
van 26 juli 2005, Vragen en Antwoorden, Kamer,
2004-2005, nr. 96, blz. 17255).
1. Que pensez-vous de la réactivation d’office du
paiement des allocations sociales auxquelles les exdétenus avaient droit avant leur emprisonnement ?
1. Hoe staat u tegenover een ambtshalve uitbetaling
van de sociale uitkeringen waar ex-gedetineerden voor
hun gevangenschap recht op hadden ?
2.
a) Envisagez-vous l’automatisation de ce système de
paiements ?
2.
a) Overweegt u om werk te maken van een dergelijke
automatisering ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18828
b) Envisagez-vous de prendre contact à cet effet avec
vos collègues de la Justice et de l’Informatisation
de l’État ?
b) Overweegt u daartoe contact op te nemen met uw
collega’s van Justitie en van Informatisering van de
Staat ?
3. Dans quel délai cette automatisation, qui est de
nature à simplifier le processus d’intégration des exdétenus, pourrait-elle être mise en œuvre ?
3. Binnen welke termijn zou deze automatisering,
die het integratieproces van ex-gedetineerden toch zou
kunnen vereenvoudigen,verwezenlijkt kunnen zijn ?
DO 2005200606284
DO 2005200606284
Question no 378 de Mme Greet Van Gool du
21 novembre 2005 (N.) au ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 378 van mevrouw Greet Van Gool van
21 november 2005 (N.) aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Paiement du pécule de vacances dans le cadre de la
reprise progressive du travail.
Verrekening van het vakantiegeld bij progressieve
tewerkstelling.
Pour adoucir quelque peu la transition entre le
statut de travailleur en incapacité de travail et le statut
de travailleur apte au travail, il a été prévu, au sein du
régime de l’assurance maladie-invalidité, de donner
aux travailleurs en incapacité de travail la possibilité
de reprendre le travail à temps partiel. C’est ce qu’on
appelle le système du « travail autorisé » ou de la
« reprise progressive du travail ».
Om de overstap tussen het statuut van arbeidsongeschiktheid en arbeidsgeschiktheid wat geleidelijker te
laten verlopen, werd binnen de ziekte- en invaliditeitsverzekering een systeem uitgewerkt waarbij aan arbeidsongeschikte personen de mogelijkheid wordt
geboden om deeltijds het werk te hervatten. Dit systeem noemt men het stelsel van de « toegelaten arbeid »
of de « progressieve tewerkstelling ».
Si une personne en incapacité de travail reprend des
activités dans le système de reprise progressive du
travail, elle dispose d’un revenu qui provient de
l’occupation (à temps partiel), d’une part, et de
l’indemnité d’incapacité de travail, d’autre part. Pour
le calcul du montant de l’indemnité de maladie ou
d’invalidité, le revenu du mois précédent et tous les
éléments y afférents sont déduits de l’indemnité de
maladie ou d’invalidité.
Indien een arbeidsongeschikte persoon activiteiten
hervat in het systeem van de progressieve tewerkstelling, beschikt hij over een inkomen dat enerzijds
voortspruit uit de (deeltijdse) tewerkstelling en anderzijds voortspruit uit de uitkering wegens arbeidsongeschiktheid. Voor de berekening van de hoogte van het
bedrag van de ziekte- of invaliditeitsuitkering wordt
het inkomen en alles wat ermee samenhangt van de
voorbije maand in mindering gebracht van de ziekteof invaliditeitsuitkering.
Par conséquent, le pécule de vacances est également
déduit de l’indemnité de maladie ou d’invalidité.
Dit betekent dat het vakantiegeld eveneens in
mindering gebracht wordt van de ziekte- of invaliditeitsuitkering.
Une différence existe toutefois entre le régime des
ouvriers et celui des employés. Pour les ouvriers, le
paiement est en effet effectué par la caisse de vacances
au moyen de fonds émanant de l’ONSS et pour les
employés, le paiement émane directement de
l’employeur lui-même. Les ouvriers reçoivent de leur
caisse de vacances un chèque-vacances ou un versement lorsqu’ils prennent leurs vacances principales,
mais au plus tôt le 2 mai. Pour les employés, ce paiement a en principe lieu dans le courant du mois où
sont prises les vacances principales. En réalité, dans la
majorité des entreprises, le pécule de vacances est
toutefois payé au même moment pour l’ensemble des
employés.
Er bestaat echter een onderscheid tussen arbeiders
en bedienden. Bij arbeiders gebeurt de betaling immers
door de vakantiekas met RSZ-geld en bij bedienden
gaat de betaling rechtstreeks van de werkgever zelf uit.
Arbeiders ontvangen van hun vakantiekas een vakantiecheque of storting op het ogenblik dat zij hun
hoofdvakantie nemen, maar ten vroegste op 2 mei. Bij
bedienden gebeurt dit in principe in de maand van de
opname van de hoofdvakantie. Concreet wordt in de
meeste bedrijven het vakantiegeld voor alle bedienden
echter op hetzelfde ogenblik betaald.
Quelle que soit la date du paiement, aucune indemnité de maladie (ou une indemnité très réduite) n’est
Wanneer de verrekening ook gebeurt, voor de
maand december komt men zonder ziekte-uitkering
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18829
perçue pour le mois de décembre et les rentrées financières nécessaires font donc défaut.
(of toch een zeer beperkte) te vallen en beschikt men
dus niet over de nodige financiële inkomsten.
La solution à ce problème peut consister en un paiement anticipé échelonné du pécule de vacances. Celuici devrait dès lors être intégré mensuellement et directement dans l’indemnité d’incapacité de travail au
cours de l’année de vacances. Dans le système de la
reprise progressive du travail, les jours de vacances
obtenus chaque mois devraient immédiatement être
déduits du montant de l’indemnité de maladie ou
d’invalidité. Pour les travailleurs à temps partiel, le
même principe devrait s’appliquer, mais proportionnellement.
Oplossing voor dit probleem kan een gespreide
voorafbetaling van het vakantiegeld zijn. Het vakantiegeld zou men aldus maandelijks en direct moeten
verrekenen in de uitkering wegens arbeidsongeschiktheid tijdens het vakantiejaar. In het geval van progressieve tewerkstelling zou men de dagen vakantie die
men per maand verwerft, onmiddellijk moeten afhouden van het bedrag van de ziekte- of invaliditeitsuitkering. Voor de deeltijds werkenden zou hetzelfde
moeten gelden, maar dan pro rata.
Je souhaiterais en outre encore attirer l’attention du
ministre sur le problème spécifique des personnes
ayant repris progressivement le travail dans le cadre
d’un régime de travail à temps partiel. L’INAMI se
base en effet sur le nombre maximum de jours de
vacances qui peuvent être obtenus dans le cadre d’un
emploi à temps plein. Pour les personnes qui travaillent dans le cadre d’un régime à temps partiel,
l’INAMI comptabilise dès lors souvent trop de jours et
prélève ces jours sur l’indemnité de maladie ou
d’invalidité.
Ik zou de minister ook nog willen wijzen op een
specifiek probleem bij de progressief tewerkgestelden
die werken in een deeltijds arbeidsregime. Het RZIV
gaat namelijk uit van het maximaal aantal vakantiedagen die verworven kunnen worden op basis van een
voltijdse job. Bij mensen die in een deeltijds arbeidsregime werken, rekent het RIZIV bijgevolg dikwijls te
veel dagen en houdt het deze dagen af van ziekte- of
invaliditeitsuitkering.
Une solution consisterait à attribuer à l’INAMI luimême la charge de la preuve relative aux jours de
congé.
Een oplossing kan zijn de bewijslast voor de vakantiedagen bij het RIZIV zelf te leggen.
1. Pensez-vous qu’il serait possible de procéder à un
paiement anticipé échelonné du pécule de vacances par
déduction mensuelle de celui-ci de l’indemnité de
maladie ou d’invalidité ?
1. Acht u het mogelijk om een gespreide voorafbetaling van het vakantiegeld te bewerkstelligen door dit
in maandelijkse mindering te brengen van de ziekte- of
invaliditeitsuitkering ?
2. Pourrait-on attribuer à l’INAMI la charge de la
preuve relative au nombre de jours de vacances
auxquels un travailleur a droit, de sorte que le nombre
de jours de vacances comptabilisé soit proportionné au
nombre effectif de jours de travail prestés dans le cadre
de l’exercice de vacances ?
2. Kan de bewijslast voor het aantal vakantiedagen
waarop een werknemer recht heeft bij het RIZIV
gelegd worden, zodat het aantal vakantiedagen die
aangerekend worden in verhouding staat tot het effectief aantal arbeidsdagen die gepresteerd werden in het
vakantiedienstjaar ?
DO 2005200606299
DO 2005200606299
Question no 379 de M. Koen Bultinck du 22 novembre
2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique :
Vraag nr. 379 van de heer Koen Bultinck van
22 november 2005 (N.) aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Étude relative aux stents abdominaux.
Studie buikstents.
Il ressort d’une étude récente du Centre d’Expertise
fédéral que la pose de stents abdominaux et les
examens de suivi sont inutilement onéreux et que le
recours à cette technique requiert souvent des interventions ultérieures. La plus-value en comparaison avec la
chirurgie ouverte serait dès lors fort limitée.
In een recente studie kwam het Federaal Kenniscentrum tot de vaststelling dat dure buikstents, de dure
vervolgonderzoeken en de vele heringrepen weinig
meerwaarde bieden in vergelijking met open heelkunde.
Le traitement endovasculaire de l’anévrisme est
remboursé depuis 2001.
Endovasculaire behandeling voor aneurysma wordt
sinds 2001 terugbetaald.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18830
Le Centre d’Expertise préconise la résiliation de la
convention que l’INAMI et les hôpitaux avaient
conclue sur la pose de stents et souligne la nécessité
d’une meilleure coopération lors de la réalisation
d’études cliniques.
1. Quelles conclusions tirez-vous de cette étude ?
Het Kenniscentrum beveelt aan om de conventie
RIZIV-ziekenhuizen in verband met buikstents te verbreken en dringt aan op een betere samenwerking bij
klinische studies.
1. Welke conclusies trekt u uit deze studie ?
2. Quelles mesures politiques avez-vous déjà prises
pour donner suite aux recommandations du Centre ?
2. Welke beleidsmaatregelen heeft u reeds genomen
om aan de resultaten van deze studie uitvoering te
geven ?
DO 2005200606306
DO 2005200606306
Question no 380 de M. Benoı̂t Drèze du 22 novembre
2005 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique :
Vraag nr. 380 van de heer Benoı̂t Drèze van 22 november 2005 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid :
INAMI. — Budget annuel affecté aux PET-scans.
RIZIV. — Jaarbudget voor PET-scanners.
Ma question concerne la programmation PET-scan.
Mijn vraag heeft betrekking op de programmatie
voor PET-scanners.
Pourriez-vous communiquer, si possible pour 2004 :
Kunt u mij, indien mogelijk voor 2004, meedelen
hoeveel :
1. le budget annuel INAMI affecté aux PET-scans;
1. het jaarbudget van het RIZIV voor PET-scanners
bedraagt;
2. le budget annuel total INAMI affecté à l’imagerie
médicale et aux différentes techniques de diagnostic ?
2. het totale jaarbudget van het RIZIV voor medische beeldvorming en de andere diagnosetechnieken
bedraagt ?
DO 2005200606321
DO 2005200606321
Question no 381 de Mme Annemie Turtelboom du
22 novembre 2005 (N.) au ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 381 van mevrouw Annemie Turtelboom van
22 november 2005 (N.) aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Critères de définition du statut de travailleur salarié ou
indépendant. — Requalification du statut de salarié
à celui d’indépendant. — Cotisations de sécurité
sociale payées.
Criteria ter bepaling van het statuut van werknemer of
zelfstandige. — Herkwalificatie van werknemer
naar zelfstandige. — Betaalde sociale zekerheidsbijdragen.
Depuis un certain temps, les critères à prendre en
compte pour déterminer si un travailleur est salarié ou
indépendant font l’objet d’intenses discussions. Il
s’agit d’une question importante qui peut entraı̂ner des
conséquences financières et autres non négligeables
pour les intéressés, notamment au niveau des allocations familiales, de chômage et de l’assurance-maladie
ainsi que sur le plan de la constitution d’une pension.
Sinds geruime tijd wordt er gediscussieerd over de
criteria die moeten worden gehanteerd om te bepalen
of iemand werknemer dan wel zelfstandige is. Een
belangrijke vraag die voor de betrokkenen verregaande financiële en andere consequenties met zich
kan brengen op het vlak van onder meer werkloosheidsvergoedigen, uitkeringen van de ziekteverzekering, kinderbijslagen en de opbouw van pensioenrechten.
Les questions suivantes se posent quand à la requalification d’un travailleur salarié en indépendant :
Indien iemand een herkwalificatie van werknemer
naar zelfstandige krijgt, rijzen de volgende vragen :
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18831
1. Pouvez-vous me confirmer si en cas de requalification, le travailleur peut récupérer sa part des cotisations de sécurité sociale indûment payées ?
1. Met betrekking tot de betaalde sociale zekerheidsbijdragen, kan u meedelen of de betrokken
burger de onverschuldigd betaalde werknemersbijdragen in geval van herkwalificatie kan terugvorderen ?
2. Son ancien « employeur » peut-il récupérer les
cotisations patronales indûment payées ?
2. Kan diens voormalige « werkgever » de onverschuldigd betaalde werkgeversbijdragen terugvorderen ?
3. Quelle est la procédure à engager pour solliciter
cette récupération ?
3. Via welke procedure moet dit gebeuren ?
4. Dans quel délai maximal cette récupération doitelle avoir lieu ?
4. Op welke termijn moet de terugbetaling een feit
zijn ?
5. S’il s’agit de montants importants, un échelonnement des payements est-il possible ?
5. Indien het gaat om substantiële bedragen, wordt
dan in de mogelijkheid voorzien voor een afbetalingsplan ?
DO 2005200606323
DO 2005200606323
Question no 382 de Mme Annemie Turtelboom du
22 novembre 2005 (N.) au ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 382 van mevrouw Annemie Turtelboom van
22 november 2005 (N.) aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Critères de définition du statut de travailleur salarié ou
indépendant. — Requalification. — Récupération
d’allocations versées indûment.
Criteria ter bepaling van het statuut van werknemer of
zelfstandige. — Herkwalificatie. — Terugvordering
van de onverschuldigd betaalde uitkeringen.
Depuis un certain temps, les critères à prendre en
compte pour déterminer si un travailleur est salarié ou
indépendant font l’objet d’intenses discussions. Il
s’agit d’une question importante qui peut entraı̂ner des
conséquences financières et autres non négligeables
pour les intéressés, notamment au niveau des allocations familiales, de chômage et de l’assurance-maladie
ainsi que sur le plan de la constitution d’une pension.
Sinds geruime tijd wordt er gediscussieerd over de
criteria die moeten worden gehanteerd om te bepalen
of iemand werknemer dan wel zelfstandige is. Een
belangrijke vraag die voor de betrokkenen verregaande financiële en andere consequenties met zich
kan brengen op het vlak van onder meer werkloosheidsvergoedingen, uitkeringen van de ziekteverzekering, kinderbijslagen en de opbouw van pensioenrechten.
1. Existe-t-il des directives qui stipulent qu’en cas
de requalification, il convient toujours de récupérer les
allocations versées indûment ?
1. Bestaan er richtlijnen die stellen dat in geval van
herkwalificatie steeds moet worden overgegaan tot de
terugvordering van de onverschuldigd betaalde uitkeringen ?
2. Des exceptions sont-elles prévues dans des cas
requérant une attention particulière sur le plan social ?
2. Bestaan er uitzonderingen voor behartenswaardige gevallen ?
3. À quelle période maximale du passé une récupération peut-elle avoir trait ?
3. Hoever kan er bij een terugvordering worden
teruggegaan in de tijd ?
4. S’il apparaı̂t, à la suite d’un jugement définitif,
que sa requalification n’était pas justifiée, l’intéressé
peut-il prétendre aux allocations qu’il n’a pas reçues
jusqu’alors ?
4. Indien een herkwalificatie wordt doorgevoerd,
maar na de definitieve uitspraak zou blijken dat de
herkwalificatie onterecht was, kan de betrokkene dan
alsnog aanspraak maken op uitkeringen die hij of zij in
tussentijd niet heeft ontvangen ?
5. Dans l’affirmative, à quelle instance l’intéressé
doit-il s’adresser ?
5. Zo ja, tot welke instantie moet de betrokkene
zich richten ?
6. Quel est le délai maximal pour faire valoir son
droit au versement de l’arriéré en matière d’allocations ?
6. Tot hoe lang kan hij of zij rechten op achterstallige uitkeringen of delen ervan laten gelden ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18832
DO 2005200606329
DO 2005200606329
Question no 383 de M. Koen Bultinck du 22 novembre
2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique :
Vraag nr. 383 van de heer Koen Bultinck van
22 november 2005 (N.) aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Augmentation de la vente des analgésiques forts. —
Étude de l’INAMI.
Stijging verkoop zware pijnstillers. — RIZIV-studie.
Il ressort d’une étude de l’INAMI consacrée aux
analgésiques narcotiques que la vente de ces médicaments a augmenté de plus de 150 % entre 1997 et 2004.
Uit een studie van het RIZIV over narcotische analgetica blijkt dat de verkoop tussen 1997 en 2004 meer
dan 2,5 keer gestegen is.
L’étude porte sur les analgésiques puissants comme
la morphine, la tilidine, le tramadol et le fentanyl.
L’INAMI conclut que la frilosité face à l’utilisation
d’opiacés a fortement diminué ces dernières années.
Het gaat hier over zware pijnstillers zoals morfine,
tilidine, tramadol en fentanyl. Het RIZIV besluit dat
de drempelvrees voor het gebruik van de geneesmiddelen van de opiumklasse de jongste jaren fel is afgenomen.
Quelles sont vos conclusions et quelles mesures politiques avez-vous déjà prises sur la base de cette étude ?
Welke conclusies en beleidsmaatregelen heeft u
reeds getrokken en genomen op basis van deze studie ?
DO 2005200606347
DO 2005200606347
Question no 384 de Mme Annemie Turtelboom du
23 novembre 2005 (N.) au ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 384 van mevrouw Annemie Turtelboom van
23 november 2005 (N.) aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Critères de définition du statut de travailleur salarié ou
indépendant. — Requalifications.
Criteria ter bepaling van het statuut van werknemer of
zelfstandige. — Herkwalificaties.
Depuis un certain temps, les critères à prendre en
compte pour déterminer si un travailleur est salarié ou
indépendant font l’objet d’intenses discussions. Il
s’agit d’une question importante qui peut entraı̂ner des
conséquences financières et autres non négligeables
pour les intéressés, notamment au niveau des allocations de chômage et de l’assurance-maladie ainsi que
de la constitution d’une pension.
Sinds geruime tijd wordt er gediscussieerd over de
criteria die moeten worden gehanteerd om te bepalen
of iemand werknemer dan wel zelfstandige is. Een
belangrijke vraag die voor de betrokkenen verregaande financiële en andere consequenties met zich
kan brengen op het vlak van onder meer werkloosheidsvergoedingen, uitkeringen van de ziekteverzekering en de opbouw van pensioenrechten.
1. Combien de cas de requalifications a-t-on
dénombré annuellement durant la période 2000-2004 ?
1. Hoeveel gevallen van herkwalificatie zijn er in de
periode 2000-2004 jaarlijks geweest ?
2. Combien de ces cas avaient-ils trait (par année) à
une requalification du statut de salarié à celui de
travailleur indépendant ?
2. Hoeveel van deze gevallen hadden telkens
betrekking op een herkwalificatie van het werknemers- naar het zelfstandigenstatuut ?
3. Dans combien de cas a-t-il été question d’un
désaccord entre l’ONSS et l’INASTI ?
3. In hoeveel gevallen is er sprake van onenigheid
tussen RSZ en het RSVZ ?
4. Existe-t-il des procédures spécifiques pour trancher la question du statut d’un travailleur en cas de
désaccord entre l’ONSS et l’INASTI ?
4. Bestaan er speciefieke procedures om onenigheden tussen RSZ en RSVZ omtrent iemands statuut te
beslechten ?
5. Existe-t-il également une procédure permettant
aux citoyens concernés d’interjeter appel contre une
décision de requalification ?
5. Bestaan er ook procedures waar de betrokken
burgers beroep kunnen aantekenen tegen een beslissing over hun herkwalificatie ?
6. A-t-on défini certains délais pour les procédures
ordinaires et les éventuelles procédures d’appel ?
6. Werden er voor de gewone en de eventuele beroepsprocedures bepaalde termijnen vastgelegd ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18833
7. Dans la négative, qui doit trancher la question en
cas de désaccord persistant entre l’ONSS et l’INASTI ?
7. Zo neen, wie moet in geval van blijvende onenigheid tussen de RSZ en RSVZ de zaak beslechten ?
8. Quel est le statut de l’intéressé tant qu’aucune
décision définitive n’est tombée concernant sa qualification ?
8. Onder welk statuut valt de betrokkene zolang er
geen definitief besluit is over zijn/haar kwalificatie ?
9. La période de transition peut-elle être prise en
compte pour la récupération éventuelle de certains
montants ?
9. Kan ook de overgangsperiode in aanmerking
worden genomen voor het recupereren van eventueel
terugvorderbare bedragen ?
Santé publique
Volksgezondheid
DO 2005200606230
DO 2005200606230
Question no 582 de M. Koen Bultinck du 17 novembre
2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique :
Vraag nr. 582 van de heer Koen Bultinck van
17 november 2005 (N.) aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Nouvelle mode des renards comme animaux domestiques.
Vossen als nieuwste huisdierenrage.
Selon différentes sources, il semblerait que la détention du renard sauvage comme animal domestique soit
de plus en plus à la mode. Le prix d’un renard sur le
marché noir s’élèverait même à 150 euros.
Blijkens een aantal berichten zou het houden van
wilde vossen als huisdier steeds meer in trek zijn. Op
de zwarte markt zou zelfs 150 euro per stuk gevraagd
worden.
1. Êtes-vous informé de cette nouvelle mode ?
1. Bent u op de hoogte van deze nieuwste rage ?
2. Disposez-vous de données plus spécifiques ?
2. Beschikt u over meer specifieke gegevens ?
3. Estimez-vous qu’une campagne d’information
soit nécessaire pour sensibiliser la population au fait
que la détention de renards sauvages comme animaux
domestiques n’est pas conseillée, ne fût-ce que parce
que ces animaux deviennent particulièrement agressifs
en vieillissant ?
3. Acht u een informatiecampagne nodig om aan de
mensen duidelijk te maken dat het houden van wilde
vossen als huisdier niet aan te bevelen is, al was het
maar omdat deze dieren als ze ouder worden bijzonder
agressief zijn ?
4. Avez-vous déjà pris des mesures spécifiques dans
le cadre du bien-être animal ?
4. Heeft u in het kader van het dierenwelzijn reeds
specifieke maatregelen genomen ?
DO 2005200606302
DO 2005200606302
Question no 583 de M. Bart Laeremans du 22 novembre 2005 (N.) au ministre des Affaires sociales et
de la Santé publique :
Vraag nr. 583 van de heer Bart Laeremans van
22 november 2005 (N.) aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid :
CPAS de la ville de Bruxelles. — Factures impayées
d’hôpitaux.
OCMW van de stad Brussel. — Onbetaalde ziekenhuisfacturen.
J’apprends que le CPAS de la ville de Bruxelles
transmet chaque mois au ministre des factures
d’hôpital impayées pour un montant d’environ
2,5 millions d’euros en vue d’une indemnisation. Sur
une base annuelle, la ville de Bruxelles seule représenterait un total de 30 millions d’euros de factures
d’hôpital impayées.
Ik vernam dat het OCMW van de stad Brussel
maandelijks ongeveer 2,5 miljoen euro aan onbetaalde
ziekenhuisfacturen overmaakt aan de minister voor
vergoeding. Op jaarbasis zou de stad Brussel alleen al
goed zijn voor 30 miljoen euro aan onbetaalde ziekenhuisfacturen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18834
1.
a) Pouvez-vous confirmer ces chiffres ou me communiquer d’autres données ?
1.
a) Kan u deze cijfers bevestigen dan wel andere cijfers
meedelen ?
b) Pouvez-vous me faire savoir quel est le montant
des factures d’hôpital impayées transmises par le
CPAS de Bruxelles pour les années 2000, 2002 et
2004 ainsi que pour les six premiers mois de 2005 ?
b) Kan u meerbepaald voor het jaar 2000, 2002, 2004
en de eerste zes maanden van 2005 meedelen hoeveel het OCMW van Brussel aan onbetaalde ziekenhuisfacturen heeft overgemaakt ?
c) Pouvez-vous préciser pourquoi ces montants sont
si élevés ?
c) Kan u een verklaring geven voor de hoogte van
deze bedragen ?
2. Pouvez-vous me communiquer les montants
facturés au ministère par les 19 autres CPAS de Bruxelles en 2004 ?
2. Kan u meedelen voor welk bedrag de 19 andere
OCMW’s van Brussel in 2004 factureerden aan het
ministerie ?
3. Pouvez-vous me fournir les statistiques de
l’année 2004 pour Anvers, Gand, Liège et Charleroi ?
3. Kan u deze gegevens voor 2004 ook meedelen
voor Antwerpen, Gent, Luik en Charleroi ?
DO 2005200606307
DO 2005200606307
Question no 584 de M. Benoı̂t Drèze du 22 novembre
2005 (Fr.) au ministre des Affaires sociales et de
la Santé publique :
Vraag nr. 584 van de heer Benoı̂t Drèze van 22 november 2005 (Fr.) aan de minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid :
Importance des services d’oncologie.
Belang van de oncologiediensten.
Pourriez-vous communiquer l’importance des principaux services d’oncologie du pays (par exemple les
30 premiers), en termes de nombre de patients ayant
fait l’objet d’un traitement oncologique (chirurgie
oncologique, chimiothérapie, immunothérapie, etc.)
sur un an (si possible 2004) ?
Kunt u ons het belang van de voornaamste oncologiediensten in het land meedelen (bijvoorbeeld de
eerste 30), uitgedrukt in het aantal patiënten dat een
oncologische behandeling heeft ondergaan (oncologische heelkunde, chemotherapie, immunotherapie) in
een jaar (indien mogelijk 2004) ?
Ministre de la Fonction publique,
de l’Intégration sociale,
de la Politique des grandes villes
et de l’Égalité des chances
Minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid
en Gelijke Kansen
Fonction publique
Ambtenarenzaken
DO 2005200606298
DO 2005200606298
Question no 170 de M. Guido De Padt du 22 novembre 2005 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des
grandes villes et de l’Égalité des chances :
Vraag nr. 170 van de heer Guido De Padt van
22 november 2005 (N.) aan de minister van
Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Fonctionnaires fédéraux. — Déplacements entre le
domicile et le lieu de travail. — Primes pour les
déplacements à pied et à bicyclette.
Federale ambtenaren. — Woon-werkverkeer. — Fietsen voetgangerspremies.
Dans le cadre des déplacements entre le domicile et
le lieu de travail, la plupart des administrations publi-
In het kader van het woon-werkverkeer verlenen de
meeste openbare besturen en de private sector, premies
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18835
ques ainsi que le secteur privé octroient des primes aux
travailleurs qui se rendent à leur travail à bicyclette ou
à pied.
aan de werknemers die zich met de fiets of te voet naar
het werk begeven.
On observe cependant une grande différence entre la
prime pour les déplacements à pied et celle pour les
cyclistes.
Het blijkt evenwel dat er een groot verschil is tussen
de fietsen de voetgangerspremie.
Une administration communale octroie une prime
de 0,15 euro par km, la distance mensuelle étant de
100 km.
Bij een gemeentebestuur wordt een premie betaald
van 0,15 euro per km. De afstand per maand bedraagt
100 km.
Un agent, nommé à titre définitif ou contractuel, qui
utilise la bicyclette reçoit 15 euros net, sans aucune
retenue.
Een personeelslid, vastbenoemd of contractueel, dat
de fiets gebruikt, ontvangt netto 15 euro, zonder enige
afhouding.
Un agent nommé à titre définitif qui se rend à son
travail à pied reçoit 8,03 euros net (15 euros —
6,79 euros de précompte professionnel spécial).
Een vastbenoemd personeelslid dat te voet gaat, ontvangt 8,03 euro netto (15 euro — 6,79 euro exceptionele bedrijfsvoorheffing).
Un agent contractuel qui se rend à son travail à pied
reçoit 9,09 euros net (15 euros — 1,96 euro de cotisations ONSS — 3,95 euros de précompte professionnel).
Een contractueel personeelslid dat te voet gaat, ontvangt 9,09 euro netto (15 euro — 1,96 euro RSZ —
3,95 euro bedrijfsvoorheffing).
Il ne semble pas y avoir de justification sociale à
cette différence de traitement au niveau fiscal entre les
fonctionnaires qui se rendent à bicyclette à leur travail
et ceux qui s’y rendent à pied. Je suppose qu’on
observe la même anomalie en ce qui concerne les fonctionnaires fédéraux.
Er lijkt geen maatschappelijke verantwoording te
bestaan voor de ongelijke fiscale behandeling tussen
fietsende ambtenaren en diegenen die te voet naar hun
werk gaan. Ik neem aan dat dezelfde anomalie ook van
toepassing is op federale ambtenaren.
1. Pouvez-vous me communiquer, par province, le
nombre d’agents des services publics fédéraux qui ont
utilisé une bicyclette pour leurs déplacements entre le
domicile et le lieu de travail en 2002, 2003 et 2004 ?
1. Kan u een overzicht geven van het aantal personeelsleden van de diensten van de federale regering die
in 2002, 2003 en 2004 de fiets gebruiken voor het
woon-werkverkeer, opgesplitst per provincie ?
2. Pouvez-vous m’indiquer de la même manière le
nombre de fonctionnaires qui se rendent au travail à
pied et bénéficient ainsi d’une prime ?
2. Kan u eenzelfde overzicht geven van het aantal
ambtenaren dat te voet naar het werk komt en daarvoor een premie ontvangt ?
3. Quel est le budget prévu pour les primes encourageant les déplacements à pied et à bicyclette ?
3. Wat is het budget voor de fiets- en voetgangerspremies ?
4.
a) Estimez-vous que la différence en matière de
primes que je viens d’évoquer est équitable et justifiée ?
4.
a) Acht u het hierboven uiteengezette verschil in vergoeding, billijk en rechtvaardig ?
b) Dans la négative, quelles initiatives envisagez-vous
de prendre afin de mettre fin à cette inégalité ?
b) Zoniet, welke initiatieven overweegt u te nemen
om aan deze ongelijkheid een einde te maken ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18836
Intégration sociale
Maatschappelijke Integratie
DO 2005200606243
DO 2005200606243
Question no 163 de Mme Greet Van Gool du
17 novembre 2005 (N.) au ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’Égalité des chances :
Vraag nr. 163 van mevrouw Greet Van Gool van
17 november 2005 (N.) aan de minister van
Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Intégration des CPAS dans le réseau de la sécurité
sociale.
Integratie van de OCMW’s in het netwerk van de
sociale zekerheid.
Une circulaire du 1er février 2005 a rappelé aux
CPAS qu’ils doivent s’affilier auprès de la Banquecarrefour de la sécurité sociale (BCSS).
Bij omzendbrief van 1 februari 2005 werden de
OCMW’s er opnieuw aan herinnerd dat zij zich
moeten aansluiten bij de Kruispuntbank van de
Sociale Zekerheid (KSZ).
La circulaire comporte à cet effet des incitants à la
fois doux et et durs.
De omzendbrief gebruikt daarbij zowel een zachte
als een harde stimulering.
L’énumération des avantages d’une telle affiliation
pour les CPAS procède de la « stimulation douce » :
Onder de « zachte stimulering » valt de opsomming
van de voordelen van een dergelijke aansluiting voor
de OCMW’s :
— le risque d’erreurs administratives est limité, le
CPAS peut vérifier immédiatement si le demandeur
d’aide est déjà connu d’un autre CPAS et peut se
concerter ensuite avec celui-ci;
— de kans op administratieve vergissingen wordt
beperkt, de mogelijkheid voor het OCMW ontstaat om onmiddellijk na te gaan of de hulpvrager
reeds elders gekend is, om dan met de collega te
kunnen overleggen;
— le nombre d’envois d’attestations sous forme de
papier diminue;
— het aantal verstuurde papieren attesten verminderd;
— la carte SIS de l’assuré social pourra être lue;
— de SIS-kaart van de sociaal verzekerde zal kunnen
gelezen worden;
— la situation où une même personne est payée
simultanément par différentes institutions de sécurité sociale est évitée.
— de situatie waarin eenzelfde persoon tegelijkertijd
door verschillende socialezekerheidsinstellingen
wordt betaald, wordt vermeden.
Mais le bénéficiaire profitera également de certains
avantages :
Maar ook voor de begunstigde zijn er voordelen :
— il devra transmettre moins de données;
— de begunstigde moet zelf minder gegevens doorsturen;
— si le CPAS qui accorde l’assistance intègre correctement le bénéficiaire dans le réseau, plusieurs droits
complémentaires pourront lui être accordés directement, sans surcroı̂t de travail pour le CPAS;
— indien het hulpverlenende OCMW de begunstigde
op een goede manier integreert in het netwerk, dan
kunnen hem rechtstreeks een aantal aanvullende
rechten worden toegekend, zonder meerwerk voor
het OCMW;
— le CPAS pourra prendre la décision plus rapidement.
— de beslissing door het OCMW zal sneller genomen
kunnen worden.
La « stimulation dure » consiste à contraindre les
CPAS à transmettre au SPP Intégration sociale, par
l’entremise de la Banque-carrefour de la sécurité
sociale, les données relatives à la demande du subside
d’État accordé dans le cadre de la législation sur le
De « hardere stimulering » bestaat er in dat de
OCMW’s verplicht worden om hun gegevens voor de
aanvraag van de staatstoelage in het kader van de
wetgeving betreffende het recht op maatschappelijke
integratie aan de POD Maatschappelijke Integratie
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18837
droit à l’intégration sociale. Les CPAS sont tenus de
s’exécuter dans les meilleurs délais et avant le
1er janvier 2006.
over te maken via de Kruispuntbank Sociale Zekerheid. De OCMW’s moeten dit zo snel mogelijk — en
ten laatste op 1 januari 2006 — doen.
Un arrêté royal contenant les dispositions pour
l’octroi d’un subside de 225 000 euros destiné aux
sections régionales de l’Association des villes et
communes belges a été publié au Moniteur belge du
23 septembre 2005. Ce subside sera accordé pour l’accompagnement et l’aide apportée aux centres lors de
leur intégration au réseau de la sécurité sociale.
Op 23 september 2005 verscheen er in het Belgisch
Staatsblad ook een koninklijk besluit met een regeling
voor een subsidie van 225 000 euro voor de regionale
afdelingen van de Vereniging van Belgische Steden en
Gemeenten. Ze krijgen dit ter ondersteuning van hun
begeleiding en ondersteuning van de centra bij hun
integratie in het netwerk van de sociale zekerheid.
Pouvez-vous me faire savoir, dans le cadre de
l’arrêté royal susmentionné, s’il existe des projets
concrets visant à soutenir directement les centres
publics d’aide sociale ?
In het kader van dit laatste koninklijk besluit, kan u
meedelen of er ook concrete plannen bestaan om de
openbare centra voor maatschappelijk welzijn zelf te
ondersteunen ?
DO 2005200606338
DO 2005200606338
Question no 164 de M. Staf Neel du 22 novembre 2005
(N.) au ministre de la Fonction publique, de
l’Intégration sociale, de la Politique des grandes
villes et de l’Égalité des chances :
Vraag nr. 164 van de heer Staf Neel van 22 november
2005 (N.) aan de minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid
en Gelijke Kansen :
Aide médicale urgente aux étrangers en séjour illégal.
Dringende medische hulpverlening aan illegalen.
Ces dernières années, les dépenses des CPAS consacrées à l’aide médicale urgente aux étrangers en séjour
illégal ont littéralement explosé. Ce phénomène n’a
rien de surprenant si l’on considère que la réglementation invite pour ainsi dire au tourisme médical. En
effet, l’article 9 de la loi sur les étrangers dispose en
son alinéa 3 que des personnes gravement malades
peuvent solliciter une prolongation du délai accordé
pour quitter le territoire (report du départ). Si le report
est demandé pour une période plus longue, il est tenu
compte de la qualité du traitement médical disponible
dans le pays d’origine. Il s’agit souvent d’étrangers qui
laissent arriver à échéance leur visa touristique pour
profiter ensuite de leur statut d’illégaux pour invoquer
le droit à l’aide médicale urgente et subir, aux frais du
CPAS, une onéreuse transplantation cardiaque, hépatique ou rénale. Le traitement médicamenteux contre
le sida fait également partie des traitements souvent
demandés.
De jongste jaren swingen de OCMW-uitgaven voor
zogenaamde dringende medische hulpverlening aan
illegalen de pan uit. Dat is geenszins verwonderlijk : de
regelgeving nodigt als het ware uit tot medisch toerisme. Wie ernstig ziek is, kan immers volgens de procedure van artikel 9, derde lid van de Vreemdelingenwet, een verlenging aanvragen van de termijn om het
grondgebied te verlaten (uitstel van vertrek). Indien
uitstel voor langere tijd wordt gevraagd, wordt rekening gehouden met de kwaliteit van de behandeling in
het land van herkomst. Vaak gaat het om buitenlanders die de termijn van hun toeristenvisum laten verstrijken en op kosten van het OCMW onder het mom
van « dringende medische hulp » een dure hart-, leverof niertransplantatie ondergaan. Ook HIV-medicatie
komt vaak voor.
Annuellement, cette assistance médicale interculturelle coûte aux hôpitaux anversois quelque 27 millions
d’euros dont la moitié seulement est remboursée par
l’État. À Gand, le nombre de dossiers d’aide médicale
urgente aux étrangers en séjour illégal est passé de
2 697 cas en 2000 à 11 097 en 2004. Il aurait encore
augmenté de 30 % en 2005. La notion d’« aide médicale urgente » est interprétée fort largement puisqu’il
ne s’agit pas seulement de traitements urgents mais
aussi d’accouchements ou de traitements de luxe tels
que des rhinoplasties ou des traitements FIV. Les
Die zogenaamde interculturele verzorging kost de
Antwerpse openbare ziekenhuizen jaarlijks ongeveer
27 miljoen euro, waarvan slechts de helft door de Staat
wordt terugbetaald. In Gent steeg het aantal dossiers
van dringende medische hulp aan illegalen van
2 697 gevallen in 2000 tot 11 097 in 2004. Voor 2005
wordt nog een stijging van 30 % verwacht. Dat het
begrip « dringende medische hulpverlening » wel zeer
ruim geı̈nterpreteerd wordt, blijkt uit het feit dat het
niet alleen gaat om spoedeisende behandelingen, maar
ook om bevallingen of luxe-ingrepen zoals een neus-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18838
CPAS sont impuissants face à ces pratiques, le secret
médical empêchant la détection d’abus.
correctie of een IVF-behandeling. De OCMW’s staan
machteloos aangezien het medisch geheim de opsporing van misbruiken belemmert.
1. Quels montants les Centres publics d’aide sociale
ont-ils consacrés à l’aide médicale urgente aux étrangers en séjour illégal de 2000 à 2004 et durant le
premier semestre de 2005 ?
1. Wat is het bedrag dat de Openbare Centra voor
Maatschappelijk Welzijn tijdens de jaren 2000 tot en
met 2004 en tijdens de eerste semester van 2005 hebben
besteed aan dringende medische hulpverlening ten
behoeve van illegalen ?
2. Pouvez-vous confirmer les abus flagrants relatés
par plusieurs CPAS ?
2. Kan u de verhalen van een aantal OCMW’s over
flagrante misbruiken bevestigen ?
3. Votre département a-t-il ouvert une enquête pour
détecter d’éventuels abus ou envisagez-vous de faire
procéder à une telle enquête ?
3. Werd er door uw departement een onderzoek
ingesteld naar eventuele misbruiken of overweegt u
een dergelijk onderzoek te gelasten ?
4. Quelles mesures législatives ou administratives
seront prises pour remédier à d’éventuels abus ?
4. Welke wetgevende of bestuurlijke maatregelen
zullen er getroffen worden om eventuele misbruiken
tegen te gaan ?
5. Êtes-vous au courant d’une immigration organisée de clandestins à des fins médicales (« réfugiés médicaux ») ?
5. Heeft u weet van georganiseerde immigratie van
clandestienen om medische redenen (« medische
vluchtelingen ») ?
Politique des grandes villes
Grootstedenbeleid
DO 2005200606263
DO 2005200606263
Question no 53 de M. Eric Libert du 18 novembre
2005 (Fr.) au ministre de la Fonction publique,
de l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes et de l’Égalité des chances :
Vraag nr. 53 van de heer Eric Libert van 18 november
2005 (Fr.) aan de minister van Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Politique des grandes villes. — Financement par le
fédéral à partir de 2003.
Grootstedenbeleid. — Financiering door de federale
overheid vanaf 2003.
La Politique des grandes villes se fonde sur la loi du
17 juillet 2000 déterminant les conditions auxquelles
les autorités locales peuvent bénéficier d’une aide
financière de l’État dans le cadre de la politique
urbaine (ainsi que sur ses arrêtés d’exécution).
Het Grootstedenbeleid stoelt op de wet van 17 juli
2000 tot bepaling van de voorwaarden waaronder de
plaatselijke overheden een financiële bijstand kunnen
genieten van de Staat in het kader van het stedelijk
beleid, evenals op de uitvoeringsbesluiten van die wet.
L’objet de la loi est de permettre le financement de
projets dans les quartiers défavorisés des grandes
villes, en vue d’améliorer la qualité de l’environnement
urbain, renforcer la sécurité et favoriser le développement économique. Les projets mis sur pied dans le
cadre de cette politique ont un fil conducteur
commun : la promotion de la cohésion sociale.
De wet beoogt de financiering van projecten mogelijk te maken in de achtergestelde wijken van de grote
steden, teneinde de kwaliteit van de stedelijke omgeving te verbeteren, de veiligheid te verhogen en de
economische ontwikkeling te ruggensteunen. De projecten die in het kader van dat beleid worden gelanceerd, hebben een gemeenschappelijk kenmerk : het
bevorderen van de maatschappelijke samenhang.
Les dernières données qui nous sont accessibles
datent du rapport d’évaluation réalisé en juillet 2002
par monsieur Picqué. dans ce rapport, l’on peut constater que l’État a alloué plus de 35 millions d’euros dès
2000 aux cinq grandes villes belges.
De meest recente gegevens die beschikbaar zijn, zijn
afkomstig uit het evaluatierapport dat de heer Picqué
in juli 2002 liet opstellen. Uit dat rapport blijkt dat de
overheid sinds 2000 meer dan 35 miljoen euro aan de
vijf grootste Belgische steden heeft toegekend.
1. Pourriez-vous communiquer un tableau des
montants alloués à chacune des villes et communes
1. Kan u mij een tabel bezorgen van de bedragen
die in 2003, 2004 en 2005 werden toegekend aan elk
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18839
élues par les différents arrêtés d’exécution, pour les
années 2003, 2004 et 2005 ?
van de steden en gemeenten die volgens de verscheidene uitvoeringsbesluiten financiële bijstand kunnen
genieten ?
2. Pourriez-vous en outre indiquer dans ce tableau
le nombre de quartiers défavorisés au sein de chacune
des villes et communes ainsi que leur nombre respectif
d’habitants ?
2. Kan u in die tabel ook aanduiden hoeveel achtergestelde wijken elk van die steden en gemeenten telt,
evenals het inwoneraantal van elk van die wijken ?
Ministre de la Mobilité
Minister van Mobiliteit
DO 2005200606239
DO 2005200606239
Question no 398 de M. Dylan Casaer du 17 novembre
2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 398 van de heer Dylan Casaer van
17 november 2005 (N.) aan de minister van
Mobiliteit :
Vélomoteurs et motocyclettes.
Bromfietsen en motorfietsen.
Rapides, nerveux et souvent d’un usage facile, les
vélomoteurs, de classe A comme de classe B, sont et
restent populaires en Belgique. Pour les jeunes, ils
constituent en outre souvent un mode de motorisation,
qui leur permet de se familiariser avec les règles et
d’apprendre progressivement à se déplacer à une
certaine vitesse dans le trafic. Les vélomoteurs se
distinguent également des vélos par leur vitesse et
nécessitent donc également une place spécifique dans
la circulation. Les motocyclettes, elles aussi, occupent
clairement une place à part dans le trafic. La problématique des vélomoteurs et des motocyclettes est
analogue à certains égards.
Bromfietsen, zowel klasse A als B, zijn en blijven
succesvol binnen de Belgische context. Ze zijn snel,
vinnig en vaak handig in het gebruik. Ze zijn vaak ook
een opstapmiddel voor jongeren in de verkeerswereld.
Ze leren hiermee de regels en stapsgewijs leren zij zich
verplaatsen in het verkeer met een zekere snelheid.
Bromfietsen onderscheiden zich door de snelheid ook
van fietsen en vereisen daarom ook een specifieke
plaats in het geheel van het verkeer. Ook motorfietsen
bezetten duidelijk een aparte plaats binnen het deelnemersveld van het verkeer. De problematiek van bromen motorfietsen loopt op sommige vlakken gelijk.
1. Puisque les vélomoteurs et les motocyclettes
doivent pouvoir être parqués à l’instar des voitures, ils
justifient également l’obtention d’une carte de riverain.
1. Brom- en motorfietsen moeten net zoals personenwagens geparkeerd kunnen worden, daarom
hebben ook zij nood aan een bewonerskaart.
Quelle solution envisagez-vous pour cette catégorie
d’usagers de la route étant donné que ceux-ci ne disposent souvent pas d’un compartiment clairement délimité ou d’un pare-brise pour exposer la carte de riverain ?
Welke oplossing overweegt u voor deze categorie
van verkeersdeelnemers aangezien ze vaak niet over
een afgesloten doorzichtig compartiment beschikken
of over een voorruit waarachter de bewonerskaart kan
getoond worden ?
2. Tout comme les autres véhicules, les vélomoteurs
et les motocyclettes sont souvent immobilisés dans les
embouteillages. Compte tenu de leur taille et de leur
flexibilité, ils peuvent toutefois se faufiler entre les
véhicules à l’arrêt, ce qui entraı̂ne parfois des situations dangereuses. À certains endroits, il est possible
de permettre à ces usagers de la route d’utiliser un
couloir d’autobus.
2. Brom- en motorfietsen staan net als andere voertuigen vaak stil in een file. Gezien hun omvang en
flexibiliteit kunnen zij zich echter tussen de stilstaande
wagens begeven. Dit zorgt soms voor onveilige toestanden. Op bepaalde plaatsen is het mogelijk om deze
verkeersdeelnemers gebruik te laten maken van een
vrije busbaan.
Êtes-vous favorable à la possibilité de permettre aux
vélomoteurs et aux cyclomoteurs d’emprunter les
couloirs d’autobus ?
Bent u voorstander van de mogelijkheid om motorfietsen en bromfietsen toe te laten op vrije busbanen ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18840
3. Les motocyclettes sont pourvues d’une plaque
minéralogique. Comme les vélomoteurs ne doivent pas
satisfaire à cette exigence, ils ne sont pas recensés.
Disposez-vous d’autres chiffres (assurances) concernant le nombre de vélomoteurs de classe A et de classe
B qui circulent en Belgique ?
3. Motorfietsen beschikken over een nummerplaat.
Bromfietsen moeten niet voldoen aan deze eis en
daarom is er geen registratie van het aantal bromfietsen of kan u zich baseren op andere cijfers (verzekering) om mee te delen hoeveel bromfietsen klasse A en
klasse B in België rondrijden ?
4. Les vélomoteurs sont soumis à un règlement
technique.
4. Voor bromfietsen bestaat er een technisch reglement.
a) Estimez-vous ces exigences techniques suffisantes
pour un vélomoteur ?
a) Bent u van mening dat deze technische vereisten
voldoende zijn voor een bromfiets ?
b) Dans l’affirmative, êtes-vous partisan d’un
contrôle technique périodique des vélomoteurs,
qui permettrait de contrôler la vitesse et d’autres
aspects liés à la sécurité, sachant que les vélomoteurs sont souvent trafiqués par leurs (jeunes)
propriétaires ?
b) Zo ja, bent u voorstander van een periodieke keuring van bromfietsen, waarbij snelheid en andere
veiligheidsaspecten kunnen gecontroleerd worden
wetende dat er vaak wordt gesleuteld aan bromfietsen door de (jeudige) eigenaars ?
5.
a) Pensez-vous que la police locale et/ou les commerçants locaux pourraient être mis à contribution à
cet effet ?
5.
a) Kunnen de lokale politie en/of de lokale handelaren hiervoor ingeschakeld worden volgens u ?
b) Si vous n’êtes pas partisan de cette idée, sur quels
arguments essentiels vous fondez-vous pour
exclure un contrôle technique, et comment envisagez-vous de soumettre les vélomoteurs à des tests
périodiques appropriés dès lors qu’à l’instar des
véhicules automobiles, ceux-ci n’échappent pas à
l’usure ?
b) Indien u geen voorstander bent van dit idee, welke
argumenten zijn voor u primordiaal om bromfietsen uit te sluiten van een technische controle en op
welke manier overweegt u de bromfietsen te onderwerpen aan degelijke periodieke testen want net
als een auto komt er ook sleet op elke bromfiets ?
DO 2005200606258
DO 2005200606258
Question no 399 de M. Dirk Claes du 18 novembre
2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 399 van de heer Dirk Claes van 18 november
2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Dégagement de l’autoroute après un accident.
Vrijmaken van de autoweg na een ongeval.
Le ministre a déclaré il y a quelque temps qu’en cas
d’accident, une autoroute devait être dégagée dans les
deux heures qui suivent. Or, dans le cas d’un accident
grave un expert du parquet est souvent amené à se
rendre sur les lieux afin de procéder aux constatations
nécessaires. Ses informations sont requises dans le
cadre d’une éventuelle procédure judiciaire. Lorsqu’un
accident se produit sur une autoroute, il faut laisser le
temps à l’expert de se rendre sur place. Il lui faut en
outre un certain temps pour établir son constat. Les
accidents sont donc bien souvent à l’origine
d’interminables files et ont un coût social considérable.
De minister verkondigde enige tijd geleden dat een
autoweg bij een ongeval binnen de twee uur moet
worden vrijgemaakt. Bij zware ongevallen dient er
echter vaak een deskundige van het Parket ter plaatse
te komen om de nodige vaststellingen te doen. Hun
gegevens zijn daarbij nodig voor de mogelijke verdere
gerechtelijke afhandeling. Wanneer er dan zulk een
ongeval gebeurt op een autoweg, duut het soms vrij
lang eer de expert ter plaatse kan zijn. Bovendien
hebben zij enige tijd nodig om hun vaststellingen te
doen, en dit dus met enorme files tot gevolg en een
zware maatschappelijke kost.
Un professeur de l’université de Louvain a dès lors
lancé quelques idées novatrices à ce sujet, telles que le
transport par hélicoptère des experts du parquet et
l’utilisation de techniques modernes telles que la
photogrammétrie.
Een Leuvens professor opperde daarom een aantal
nieuwe ideeën. Één ervan was om de parketdeskundigen met een helikopter ter plaatse te brengen en hun te
laten werken met de modernste apparatuur als fotogrammetrie.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18841
1. Êtes-vous au courant des idées avancées par ce
professeur ?
1. Bent u op de hoogte van de ideeën van deze
Leuvense professor ?
2. Envisagez-vous de faire examiner par vos services les possibilités ainsi offertes ?
2. Overweegt u de mogelijkheden van deze ideeën
door uw diensten te laten onderzoeken ?
3. Quelles autres initiatives estimez-vous pouvoir
prendre afin qu’une autoroute puisse être dégagée plus
rapidement après un accident ?
3. Welke andere opties denkt u te kunnen nemen
om de snelwegen na een ongeval snel weer vrij te
maken ?
DO 2005200606289
DO 2005200606289
Question no 400 de M. Ortwin Depoortere du
21 novembre 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 400 van de heer Ortwin Depoortere van
21 november 2005 (N.) aan de minister van
Mobiliteit :
Échange de permis de conduire non européens.
Omruiling van niet-Europese rijbewijzen.
Il n’est sans doute pas inhabituel que des nonressortissants de l’UE qui résident dans notre pays
souhaitent échanger leur permis de conduire pour un
permis belge. Vous avez ainsi cité l’exemple du détenteur d’un permis de conduire turc résidant en Belgique
qui demande l’échange de son permis valable pour les
catégories B, C, D ou E mais qui ne peut obtenir qu’un
permis belge (modèle européen) pour les catégories A3
et B.
Het zal waarschijnlijk niet zo ongewoon zijn dat
niet-EU-onderdanen die hier verblijven hun rijbewijs
willen omruilen in een Belgisch rijbewijs. Zo hebt u als
voorbeeld gesteld dat op heden de houder van een
Turks rijbewijs die verblijfshouder in België is, en die
de omwisseling vraagt van zijn rijbewijs geldig voor de
categorieën B, C, D of E, enkel een Belgisch rijbewijs
(Europees model) met categorieën A3 en B kunnen
krijgen.
1. Combien d’échanges d’un permis de conduire
non-européen pour un permis belge ont-ils déjà eu
lieu ?
1. Hoeveel omruilingen van een niet-Europees naar
een Belgisch rijbewijs werden reeds gegeven ?
2.
a) Quelle instance est chargée des échanges ?
2.
a) Welke instantie staat in voor de omruiling ?
b) Les membres du personnel reçoivent-ils une formation relative à la réglementation étrangère en
matière de circulation routière ?
b) Worden de personeelsleden opgeleid om de buitenlandse verkeersreglementering te kennen ?
3. De quelle manière l’authenticité d’un permis de
conduire non européen peut-elle être vérifiée ?
3. Op welke manier kan de echtheid van een nietEuropees rijbewijs worden nagegaan ?
4. Quelles sanctions sont prises lorsque des permis
sont délivrés indûment ?
4. Welke sancties worden genomen bij ten onrechte
verstrekte rijbewijzen ?
DO 2005200606303
DO 2005200606303
Question no 401 de M. Guido De Padt du 22 novembre 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 401 van de heer Guido De Padt van
22 november 2005 (N.) aan de minister van
Mobiliteit :
Réduction du nombre de poids lourds sur les routes en
stimulant le transport par voie navigable. — Stimulation de la navigation en estuaire avec des bateaux
de navigation intérieure.
Vermindering aantal trucks op de weg door stimulering van het binnenscheepvaartverkeer. — Stimulering van de estuaire vaart met binnenschepen.
Vous avez indiqué, en réponse à une question écrite
antérieure sur la réduction du nombre de poids lourds
In een vroeger gestelde schriftelijke vraag betreffende de vermindering van het aantal trucks op de weg
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18842
par la stimulation du transport par voie navigable, que
l’autorité fédérale peut cependant contribuer au succès
du transport fluvial en veillant à optimiser les cadres
légal et réglementaire dans lesquels cette activité est
mise en œuvre et à les conformer à ce qui est
d’application internationalement. Sur ce point, des
initiatives sont prises pour moderniser la réglementation.
door stimulering van het binnenscheepvaartverkeer,
antwoordde u dat de federale overheid evenwel een
bijdrage kan leveren tot het succes van het binnenscheepvaartvervoer door ervoor te zorgen dat het
wettelijk en reglementair kader waarbinnen deze activiteit wordt uitgevoerd optimaal is en afgestemd
wordt op wat er internationaal van toepassing is. Op
dat punt zijn er initiatieven genomen om de regelgeving te moderniseren.
Vous parlez ensuite de « propositions pour affecter
des moyens à la stimulation de la navigation en
estuaire par bateau » (question no 282 du 10 mai 2005,
Questions et Réponses, Chambre, 2004-2005, no 86,
p. 15094).
Verder heeft u het over « voorstellen doen om
middelen te kunnen aanwenden ter stimulering van de
estuaire vaart met binnenschepen » (vraag nr. 282 van
10 mei 2005, Vragen en Antwoorden, Kamer, 20042005, nr. 86, blz. 15094).
1. Pouvez-vous indiquer concrètement quelles
initiatives ont été prises en Belgique depuis 2002 pour
« moderniser la réglementation » ?
1. Kan u concreet aanstippen welke initiatieven er
sedert 2002 in België genomen zijn « om de regelgeving
te moderniseren » ?
2.
a) Avez-vous déjà formulé des propositions concrètes
pour stimuler la navigation en estuaire avec des
bateaux de navigation intérieure ?
2.
a) Heeft u reeds concrete voorstellen ter stimulering
van de estuaire vaart met binnenschepen gedaan ?
b) Dans l’affirmative, quelles sont-elles et quand
seront-elles mises en œuvre (dans quel délai) ?
b) Zo ja, welke en zullen deze worden uitgewerkt
(tijdspanne) ?
c) Dans la négative, quand les propositions serontelles examinées ?
c) Zo neen, wanneer zullen de voorstellen besproken
worden ?
DO 2005200606322
DO 2005200606322
Question no 402 de M. Dylan Casaer du 22 novembre
2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 402 van de heer Dylan Casaer van
22 november 2005 (N.) aan de minister van
Mobiliteit :
Sécurité des mouvements aériens en Belgique.
Veiligheid van vliegbewegingen in België.
La mobilité des personnes va croissant. L’utilisation
fréquente de l’avion a ramené le monde aux proportions d’un grand village. Le nombre de passagers dans
les aéroports de Zaventem et de Charleroi indique
clairement que l’utilisation de l’avion a de nouveau
atteint son niveau d’avant la crise dans le secteur aéronautique. Aussi les mouvements sont-ils très
nombreux dans notre espace aérien aux heures de
pointe. Certains avions sont en attente d’atterrissage,
d’autres décollent et d’autres encore transitent tout
simplement par la Belgique sans y avoir de destination
finale ou de départ. Des accords précis doivent dès lors
être pris en ce qui concerne les routes aériennes. Eurocontrol et Belgocontrol contrôlent l’ensemble de
l’espace aérien belge à cet effet, mais des « incidents »
ne sont pas à exclure. Ces incidents sont répartis en
plusieurs catégories de A à E, selon le degré de gravité.
Iedereen wordt steeds mobieler. De wereld lijkt niet
groter dan onze achtertuin door het veelvuldig gebruik
van vliegtuigen. De bezoekersaantallen van de luchthaven van Zaventem en Charleroi tonen duidelijk aan
dat het vliegtuiggebruik terug op het niveau zit van
vóór de malaise binnen de luchtvaart. In ons luchtruim
circuleren daardoor op piekmomenten heel wat vliegtuigen. Sommige vliegtuigen moeten wachten om te
landen, sommige vliegtuigen stijgen op en nog andere
vliegen gewoon doorheen België zonder vertrek- of
eindbestemming in ons land. Dat maakt dat er duidelijke afspraken gemaakt moeten worden in verband
met de vliegroutes. Eurocontrol en Belgocontrol controleren daarom het volledige Belgische luchtruim.
Toch valt het niet uit te sluiten dat er zich
« incidenten » voordoen. Hierin maakt men naar de
graad van ernst een onderscheid in verschillende klassen, gaande van A tot E.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18843
1.
a) Combien d’incidents ont-ils été notés par Belgocontrol en 2005, par mois et par catégorie (A-E) ?
1.
a) Hoeveel incidenten heeft Belgocontrol per maand
en per klasse (A-E) genoteerd in 2005 ?
b) Observez-vous à cet égard une évolution par
rapport aux années précédentes et, dans l’affirmative, dans quel sens ? Quels facteurs expliquent
cette évolution ?
b) Ziet u hierin een trend in vergelijking met vorige
jaren en zo ja, welke en wat zijn de verklarende
factoren hiervan ?
2. Pouvez-vous également fournir les données relatives au nombre d’incidents par mouvement ?
2. Kan u eveneens de gegevens verschaffen van het
aantal incidenten per beweging ?
3.
a) Pouvez-vous établir une comparaison avec la situation à l’étranger ?
3.
a) Kan u een vergelijking maken met buitenlandse
voorbeelden ?
b) Dans l’affirmative, peut-on en déduire que l’espace
aérien belge est plus sûr ?
b) Zo ja, kunnen we hieruit afleiden dat het Belgisch
luchtruim veiliger is ?
c) Dans la négative, pourquoi est-il impossible de
procéder à une comparaison avec les aéroports/
espaces aériens étrangers ?
c) Zo niet, waarom is een vergelijking met buitelandse luchthavens/luchtruim niet mogelijk ?
Ministre de l’Environnement
et des Pensions
Minister van Leefmilieu
en Pensioenen
Environnement
Leefmilieu
DO 2005200606341
DO 2005200606341
Question no 82 de Mme Muriel Gerkens du 22 novembre 2005 (Fr.) au ministre de l’Environnement et
des Pensions :
Vraag nr. 82 van mevrouw Muriel Gerkens van
22 november 2005 (Fr.) aan de minister van Leefmilieu en Pensioenen :
Parc automobile
« propres ».
Bedrijfswagenpark. — « Schone » auto’s.
des
entreprises.
—
Voitures
La nouvelle réglementation sur les émissions de
CO2 introduite au début 2005 n’a pas encore mené à
une augmentation significative du nombre de voitures
dites « vertes » dans le parc automobile.
Ondanks de nieuwe regelgeving inzake CO2uitstoot die begin 2005 van kracht werd, is het aantal
milieuvriendelijke voertuigen in het wagenpark sindsdien niet significant toegenomen.
D’après un sondage mené par SD WORX auprès
des employeurs belges en juin 2005, il semble que 66 %
d’entre eux n’aient pas encore l’intention de modifier
leur politique en matière de voitures de société, et ce en
dépit du surcoût qu’entraı̂ne la nouvelle réglementation. 96 % des entreprises prennent ce surcoût en
charge, et 3 % la font payer au travailleur.
Volgens een enquête die SD WORX in juni 2005
hield bij Belgische werkgevers, is 66 % van de bevraagden voorlopig niet van plan zijn bedrijfswagenbeleid te
wijzigen, in weerwil van de meerkosten die uit de
nieuwe regelgeving voortvloeien. 96 % van de bedrijven neemt die meerkosten op zich, 3 % wentelt ze af
op de werknemer.
1. Pouvez-vous donner votre avis sur cette enquête ?
2.
a) Avez-vous également fait réaliser une étude ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
1. Wat is uw mening over die enquête ?
2.
a) Heeft u ook een studie laten uitvoeren ?
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18844
b) Si oui, quels en sont les résultats, si non pourquoi ?
b) Zo ja, wat waren de resultaten van dat onderzoek,
en zo neen, waarom niet ?
Pensions
Pensioenen
DO 2005200606295
DO 2005200606295
Question no 132 de M. Philippe Monfils du 21 novembre 2005 (Fr.) au ministre de l’Environnement et
des Pensions :
Vraag nr. 132 van de heer Philippe Monfils van
21 november 2005 (Fr.) aan de minister van Leefmilieu en Pensioenen :
Périodes de services militaires assimilables dans le
calcul de la pension.
Perioden van militaire dienst die bij de pensioenberekening met arbeidsperioden kunnen worden gelijkgesteld.
Pour ce qui concerne les travailleurs indépendants,
l’arrêté royal no 72 du 10 novembre 1967 relatif à la
pension de retraite et de survie des travailleurs indépendants, renvoit, pour ce qui concerne les périodes
assimilables rentrant dans le calcul du montant de la
pension à des périodes de travail, à l’arrêté royal du
22 décembre 1967. Ce dernier arrêté dispose en son
article 31, § 2, que : « Sont assimilés à des périodes
d’activité les périodes de service militaire si l’intéressé
avait la qualité de travailleur indépendant au moment
où ont débuté lesdites périodes ou s’il acquiert cette
même qualité dans les 180 jours qui en suivent la fin. ».
Wat de perioden betreft die bij de pensioenberekening met arbeidsperioden kunnen worden gelijkgesteld, wordt in het koninklijk besluit nr. 72 van
10 november 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen naar het koninklijk besluit
van 22 december 1967 verwezen. Artikel 31, § 2 van
dat laatste besluit bepaalt dat « de gelijkstelling van
perioden van militaire dienst slechts toegekend wordt
indien de belanghebbende de hoedanigheid van zelfstandige had op het ogenblik waarop de tijdvakken
een aanvang namen of indien hij diezelfde hoedanigheid verwerft binnen 180 dagen volgend op het einde
ervan. »
Pour ce qui concerne les travailleurs salariés, l’arrêté
royal no 50 du 24 octobre 1967 relatif à la pension de
retraite et de survie des travailleurs salariés, renvoit,
pour ce qui concerne les périodes assimilables rentrant
dans le calcul du montant de la pension à des périodes
de travail, à l’arrêté royal du 21 décembre 1967. Ce
dernier arrêté dispose en son article 34, point F, et
point 3, alinéa 2 que :
Het koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967
betreffende het rust- en overlevingspensioen voor
werknemers verwijst, wat de perioden betreft die bij
de pensioenberekening met arbeidsperioden kunnen
worden gelijkgesteld, naar het koninklijk besluit van
21 december 1967. Artikel 34, punt F, en punt 3,
tweede lid van dat laatste besluit bepalen het volgende :
« Sont assimilées à des périodes de travail, (...) les
périodes d’obligations de milice dans l’armée belge.
Toutefois, l’assimilation a lieu seulement si l’intéressé
est occupé comme travailleur au moment où
l’événement (entendez ici le service militaire) donnant
lieu à assimilation se produit ou qu’il se trouve déjà
dans une période d’inactivité assimilé à une période
d’activité. L’assimilation a lieu également lorsque
l’intéressé a eu la qualité de travailleur dans les trois
ans qui suivent la fin de la période de service militaire
et est resté occupé en cette qualité, habituellement et en
ordre principal, pendant une année au moins ».
« Worden met arbeidsperioden gelijkgesteld (...) de
perioden van militieverplichtingen in het Belgische
leger. Die gelijkstelling is echter alleen mogelijk voor
zover de belanghebbende als werknemer was tewerkgesteld op het ogenblik van de gebeurtenis (in dit geval
de militaire dienst) naar aanleiding waarvan gelijkstelling wordt verleend, of zich reeds in een met een arbeidsperiode
gelijkgestelde
inactiviteitsperiode
bevindt. Er is eveneens gelijkstelling wanneer de
belanghebbende de hoedanigheid van werknemer
heeft gehad in de loop van de drie jaren volgend op het
einde van de periode van militaire dienst en in deze
hoedanigheid gewoonlijk en hoofdzakelijk gedurende
ten minste een jaar tewerkgesteld is geweest. »
La période de service militaire doit être une situation permettant de sauvegarder les droits de l’intéressé
à la pension de retraite.
Tijdens de periode van militaire dienst moet de
belanghebbende zijn rechten op het rustpensioen
kunnen vrijwaren.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18845
1. Comment justifiez-vous une pareille différence
en terme de temps dans ces deux régimes ?
1. Hoe rechtvaardigt u dergelijk verschil inzake de
duur van de perioden tussen beide stelsels ?
2. Pourrait-on envisager une harmonisation des
régimes ?
2. Kunnen de stelsels niet beter op elkaar worden
afgestemd ?
3. En cas de carrière mixte, les règles qui doivent
s’appliquer sont situées dans des régimes différents et
la totalisation n’est pas prévue ce qui peut engendrer
certains problèmes et refus d’assimilation. Est-il possible de prévoir juridiquement cette totalisation ?
3. In geval van een gemengde loopbaan moeten
regels uit uiteenlopende stelsels worden toegepast en
worden de perioden niet samengeteld. Daardoor
kunnen problemen rijzen en kan de gelijkstelling
worden geweigerd. Kan die samentelling niet juridisch
worden bepaald ?
Ministre de l’Emploi
Minister van Werk
DO 2005200606238
DO 2005200606238
Question no 379 de Mme Annemie Turtelboom du
17 novembre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 379 van mevrouw Annemie Turtelboom van
17 november 2005 (N.) aan de minister van
Werk :
Corrélation entre le taux d’emploi et l’absentéisme
pour cause de maladie. — SPF. — Étude des conséquences du vieillissement sur le lieu de travail.
Verband tussen werkgelegenheid en ziekteverzuim. —
FOD. — Onderzoek naar de gevolgen van de vergrijzing op de werkvloer.
Une étude effectuée par le Bureau central du Plan
néerlandais démontre l’existence d’un lien entre le
taux d’emploi et l’absentéisme pour cause de maladie.
L’on peut supposer qu’en Belgique également, ces
deux éléments sont liés. Le vieillissement de la population active n’y est certainement pas étranger.
In Nederland heeft een studie van het Centraal Planbureau een verband aangetoond tussen de werkgelegenheid en het ziekteverzuim. Vermoedelijk zal er ook
in ons land een link bestaan tussen deze twee gegevens,
niet in het minst onder invloed van de oprukkende vergrijzing.
1.
a) Le SPF Emploi a-t-il déjà étudié les conséquences
du vieillissement sur le lieu de travail ?
1.
a) Heeft de FOD Werkgelegenheid reeds een onderzoek verricht naar de gevolgen van de vergrijzing
op de werkvloer ?
b) Dans la négative, envisagez-vous d’ordonner la
réalisation d’une telle étude ?
b) Zo neen, overweegt u de opdracht te geven om
dergelijk onderzoek te laten uitvoeren ?
2. Envisagez-vous de prendre des initiatives visant à
instaurer des mesures préventives sur le lieu de travail
qui permettraient de réduire à un minimum
l’absentéisme résultant du vieillissement ?
2. Overweegt u initiatieven te ontwikkelen opdat er
op de werkvloer de nodige preventieve maatregelen
worden genomen die het ziekteverzuim ten gevolge
van de vergrijzing tot een minimum kunnen herleiden ?
3. Des mesures ou des plans concrets ont-ils déjà été
mis au point dans le cadre du Fonds de l’expérience
professionnelle afin de réagir de façon proactive à ce
problème ?
3. Heeft het Ervaringsfonds reeds concrete plannen
of maatregelen klaar om pro-actief in te spelen op dit
probleem ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18846
DO 2005200606248
DO 2005200606248
Question no 381 de Mme Annemie Turtelboom du
17 novembre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 381 van mevrouw Annemie Turtelboom van
17 november 2005 (N.) aan de minister van
Werk :
Personnes corpulentes. — Harcèlement moral au
travail. — Plaintes.
Zwaarlijvige mensen. — Pesterijen op het werk. —
Klachten.
L’obésité ne constitue pas seulement un problème de
santé publique, mais influe également sur le fonctionnement et le bien-être d’une personne sur son lieu de
travail. Les personnes corpulentes éprouvent parfois
des difficultés à exercer confortablement leur profession en raison de leur affection. En outre, leur particularité physique leur vaut parfois des plaisanteries délibérément blessantes ou non sur le lieu de travail. Dans
le pire des cas, cela peut se traduire par du harcèlement
moral. Les victimes finissent parfois par se manifester
parce qu’elles ne sont plus moralement capables
d’exercer leur profession.
Obesitas is niet alleen een probleem van volksgezondheid, maar heeft ook gevolgen voor iemands
functioneren en welzijn op het werk. Zwaarlijvige
mensen worden soms door deze aandoening verhinderd om hun job op een comfortabele manier uit te
voeren. Bovendien vormen zij door hun opmerkelijk
voorkomen soms het voorwerp van al dan niet kwetsend bedoelde grappige opmerkingen op de werkvloer.
In het uiterste geval kan dit zich vertalen in pesterijen
op het werk. Het gevolg kan zijn dat de slachtoffers
zich melden omdat ze de uitoefening van hun job
moreel niet meer aankunnen.
1. Dans le cadre de la loi sur le harcèlement moral
au travail, des plaintes ont-elles été déposées par des
personnes qui, en raison de leur corpulence, se sentent
victimes de harcèlement par des collègues ?
1. Zijn er in het kader van de wet betreffende pesterijen op het werk klachten ingediend van mensen die
zich owille van hun zwaarlijvigheid het slachtoffer
voelen van pesterijen door collega’s ?
2. Combien de plaintes ont été déposées à ce jour ?
2. Hoeveel klachten werden totnogtoe ingediend ?
3. Combien ont eu une suite juridique ?
3. Hoeveel van deze klachten kregen een juridisch
staartje ?
4. Combien ont été déclarées fondées ?
4. Hoeveel van deze klachten werden gegrond verklaard ?
5. Des initiatives sont-elles prises dans le cadre de la
politique du bien-être au travail pour mettre en garde
les travailleurs contre les risques inhérents à l’obésité
et pour les informer des conséquences de cette affection afin qu’ils se montrent plus compréhensifs à
l’égard de leurs collègues corpulents ?
5. Worden in het kader van het welzijn op het werk
initiatieven genomen om werknemers te waarschuwen
voor de gevaren van obesitas, alsook om hen te wijzen
op de gevolgen van deze aandoening teneinde meer
begrip te tonen voor zwaarlijvige collega’s ?
6. A-t-on connaissance de plaintes de demandeurs
d’emploi qui, en raison de leur corpulence, ont le
sentiment d’être lésés dans le cadre de la recherche
d’un emploi ?
6. Zijn er klachten bekend van werkzoekenden die
zichomwille van hun zwaarlijvigheid benadeeld voelen
tijdens het solliciteren ?
DO 2005200606253
DO 2005200606253
Question no 382 de Mme Annemie Turtelboom du
18 novembre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 382 van mevrouw Annemie Turtelboom van
18 november 2005 (N.) aan de minister van
Werk :
Réduction des charges salariales pour les jeunes
travailleurs. — Recrutement de travailleurs des huit
nouveaux États membres de l’Union européenne.
Loonkostverlaging van jonge werknemers. — Aanwerving arbeidskrachten uit de acht nieuwe EUlidstaten.
Dans le cadre du Contrat de solidarité entre générations, le gouvernement a décidé de prévoir une réduction supplémentaire des charges pour les travailleurs
In het kader van het Generatiepact heeft de regering
besloten in een extra lastenverlaging te voorzien voor
werknemers jonger dan dertig jaar in een poging om
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18847
de moins de trente ans afin de contribuer à la création
d’emplois pour les jeunes demandeurs d’emploi. Force
est également de constater que sur le marché de
l’emploi belge, la demande de travailleurs provenant
de huit des nouveaux États membres de l’Union européenne, essentiellement de Pologne, est croissante pour
des professions où il y a pénurie de main-d’œuvre et
d’autres fonctions pour lesquelles il est difficile de
trouver des travailleurs à un prix abordable en Belgique. La réduction des charges salariales pour les jeunes
travailleurs peut néanmoins contribuer à une situation
de concurrence loyale, dans le cadre de laquelle les
employeurs sont moins enclins à aller chercher leur
personnel en dehors de nos frontières.
hiermee een adequaat antwoord te helpen bieden op
jobcreatie voor jonge werkzoekenden. Tegelijk wordt
onze arbeidsmarkt geconfronteerd met een stijgende
vraag naar werknemers afkomstig uit acht van de
nieuwe Europese lidstaten, onder wie hoofdzakelijk
Polen, voor de invulling van knelpuntberoepen en
andere functies waarvoor men hier moeilijk betaalbare
arbeidskrachten vindt. De loonkostverlaging voor
jonge werknemers kan echter bijdragen tot een eerlijke
concurrentie, waardoor werkgevers minder gedwongen worden hun mensen buiten de landsgrenzen te
gaan zoeken.
1. Avez-vous déjà demandé la réalisation d’une
comparaison entre le coût moyen du recours à un
jeune demandeur d’emploi belge par une entreprise
belge et l’engagement d’un travailleur (en situation
légale) de l’un des huit nouveaux États membres ?
1. Heeft u reeds een vergelijking laten maken tussen
de gemiddelde kostprijs van het inschakelen van een
jonge Belgische werkzoekende door een Belgische onderneming en het engageren van een (legale) arbeidskracht uit één van de acht nieuwe EU-lidstaten ?
2. Dans l’affirmative, à combien s’élevait la différence entre le recours à un jeune travailleur belge et le
recours à un travailleur polonais :
2. Zo ja, hoeveel bedroeg het verschil tussen het
inschakelen van een jonge Belgische werknemers en
een Poolse werknemer :
a) avant la réduction des charges salariales décidée
dans le cadre du Contrat de solidarité ?
a) vóór de loonkostverlaging die werd afgesproken in
het kader van het Generatiepact;
b) après la réduction des charges salariales décidée
dans le cadre du Contrat de solidarité ?
b) na de loonkostverlaging die werd afgesproken in
het kader van het Generatiepact ?
3. La nouvelle réduction des charges salariales pour
les jeunes peut-elle contribuer à mettre un terme à la
concurrence déloyale avec les travailleurs venus de
Pologne et d’autres pays d’Europe de l’Est ?
3. Kan de nieuwe loonkostverlaging voor jongeren
mogelijke oneerlijke concurrentie met Poolse en
andere Oost-Europese werknemers uit de betrokken
nieuwe EU-lidstaten een halt helpen toeroepen ?
DO 2005200606256
DO 2005200606256
Question no 383 de Mme Sabien Lahaye-Battheu du
18 novembre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 383 van mevrouw Sabien Lahaye-Battheu
van 18 november 2005 (N.) aan de minister van
Werk :
Nouveau système d’activation des demandeurs
d’emploi. — Notion d’emploi convenable.
Nieuw activeringssysteem voor werkzoekenden. —
Begrip « passende dienstbetrekking ».
Le nouveau système d’activation des demandeurs
d’emploi est en vigueur depuis le 1er juillet 2004. À
l’heure actuelle, le nouveau système s’applique aux
demandeurs d’emploi de moins de 40 ans. Afin de
pouvoir déterminer si les demandeurs d’emploi fournissent suffisamment d’efforts dans leur recherche
d’un emploi, il est essentiel de définir concrètement la
notion d’emploi convenable.
Sinds 1 juli 2004 is het nieuwe activeringssysteem
voor werkzoekenden operationeel. Op dit ogenblik
geldt het nieuwe systeem voor werkzoekenden tot
40 jaar. Om te bepalen of werkzoekenden voldoende
inspanningen hebben verricht om een nieuwe betrekking te vinden, is de concrete invulling van het begrip
« passende dienstbetrekking » van groot belang.
1. Qu’entend-on par la notion d’emploi convenable
dans le cas des demandeurs d’emploi soumis au
nouveau système d’activation ?
1. Wat wordt voor werkzoekenden op wie het
nieuwe activeringssysteem van toepassing is precies
verstaan onder het begrip « passende dienstbetrekking » ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18848
2. Quelle définition de ce concept s’applique-t-elle
aux demandeurs d’emploi âgés de plus de 40 ans ?
2. Welke definitie geldt voor werkzoekenden ouder
dan 40 jaar ?
3. La notion d’emploi convenable s’applique-t-elle
de la même manière à tous les demandeurs d’emploi
ou existe-t-il une distinction selon :
3. Geldt het begrip « passende dienstbetrekking » op
dezelfde manier voor alle werkzoekenden of is er een
onderscheid al naargelang :
a) l’âge;
a) de leeftijd;
b) le sexe;
b) het geslacht;
c) la région où habitent les demandeurs d’emploi;
c) de regio waar de werkzoekenden wonen;
d) le niveau de formation ?
d) het opleidingsniveau ?
4. De quelle marge d’appréciation exacte les facilitateurs de l’ONEm disposent-ils lorsqu’ils doivent se
prononcer sur le refus des demandeurs d’emploi
d’accepter un emploi au motif que celui-ci ne serait pas
convenable ?
4. Wat is de precieze appreciatiebevoegdheid van
de RVA-facilitatoren bij de beoordeling van jobweigering wegens een « niet passende dienstbetrekking »
door werkzoekenden ?
DO 2005200606261
DO 2005200606261
Question no 384 de Mme Maggie De Block du
18 novembre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 384 van mevrouw Maggie De Block van
18 november 2005 (N.) aan de minister van
Werk :
Actions de grève. — Travailleurs intérimaires. —
Interdiction de travailler.
Stakingsacties. — Uitzendkrachten. — Verplichting
om niet te werken.
Lors de l’action de grève du 28 octobre 2005, les
travailleurs intérimaires ont été obligés d’arrêter le
travail dans les entreprises participant à la grève. Les
intérimaires désireux de travailler perdent ainsi une
journée de revenus. Dans certains cas, ils peuvent
recourir au régime spécial du chômage temporaire
lorsque l’entreprise invoque la force majeure et que le
comité de gestion de l’ONEm approuve cette
demande. Pour la grève du 7 octobre 2005, il semblerait que l’ONEm n’ait toutefois pas donné son accord.
Les intérimaires syndiqués peuvent bénéficier d’une
indemnité de grève de la part de leur syndicat. Dans le
meilleur des cas, le bureau d’intérim a toutefois eu la
possibilité de demander à l’avance que le contrat de
l’intérimaire se termine le jour précédant l’action de
grève, si bien que celui-ci est officiellement chômeur
pendant la journée de grève et reçoit donc une indemnité de l’ONEm. Enfin, les travailleurs intérimaires
peuvent également prendre congé ou récupérer des
heures supplémentaires pour ainsi passer la journée de
grève.
Ingevolge de stakingsactie van 28 oktober 2005
worden uitzendkrachten verplicht het werk neer te
leggen in bedrijven waar gestaakt wordt. Dit betekent
een dag inkomensverlies voor werkwillige uitzendkrachten. In sommige gevallen kunnen zij een beroep
doen op de speciale regeling van tijdelijke werkloosheid wanneer de onderneming overmacht inroept en
het RVA-beheerscomité zijn goedkeuring aan de aanvraag geeft. Tijdens de staking van 7 oktober 2005
werd die goedkeuring naar verluidt echter niet gegeven. Uitzendkrachten die gesyndiceerd zijn, komen in
aanmerking voor een stakingsvergoeding van de vakbond. In het minst ongunstige geval heeft het uitzendkantoor echter op voorhand de gelegenheid gekregen
om de overeenkomst met de uitzendkrachten te laten
eindigen op de dag voor de stakingsactie plaats vond
zodat ze gedurende de stakingsdag zelf officieel werkloos waren en aldus een vergoeding van de RVA ontvangen hebben. Ten slotte kunnen uitzendarbeiders
ook verlof of overuren opnemen om de stakingsdag te
overbruggen.
La question de principe reste néanmoins de savoir
pourquoi les intérimaires non-grévistes sont obligés de
participer à la grève et de renoncer à une journée de
salaire, la compensation de cette journée étant en outre
partiellement à charge du budget de l’ONEm.
Niettemin blijft het principieel de vraag waarom
werkwillige uitzendkrachten verplicht worden om mee
te staken en een dag loon moeten derven, waarvan de
compensatie daarenboven deels op de begroting van
de RVA wordt afgewenteld.
1. Pourquoi les intérimaires doivent-ils s’abstenir
de travailler pendant les actions de grève ?
1. Waarom worden uitzendkrachten verplicht om
tijdens stakingsacties niet te werken ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18849
2. Combien d’intérimaires ont-ils demandé une
indemnité de chômage temporaire lors des grèves des 7
et 28 octobre 2005 ?
2. Hoeveel uizendkrachten hebben bij de stakingen
van 7 oktober 2005 respectievelijk 28 oktober 2005 een
vergoeding van tijdelijke werkloosheid aangevraagd ?
3. Combien de ces demandes ont-elles été refusées
par l’ONEm le 7 octobre 2005 et le 28 octobre 2005 ?
3. Hoeveel van deze aanvragen werden door de
RVA geweigerd op 7 oktober 2005, respectivelijk
28 oktober 2005 ?
4. Quel était le motif du refus ?
4. Wat was de reden van weigering ?
5. Combien d’intérimaires étaient-ils officiellement
devenus chômeurs les 7 et 28 octobre 2005 pour passer
cette journée de grève ?
5. Hoeveel uitzendkrachten waren op 7 oktober
2005, respectievelijk 28 oktober 2005 officieel werkloos geworden om de stakingsdag te overbruggen ?
6. Combien ce régime de chômage temporaire a-t-il
coûté à l’ONEm les 7 et 28 octobre 2005 ?
6. Hoeveel heeft deze tijdelijke werkloosheid aan de
RVA gekost op 7 oktober 2005, respectievelijk
28 oktober 2005 ?
7. Envisagez-vous de supprimer ou d’apporter des
aménagements à cette interdiction de travailler pour
les intérimaires non-grévistes pendant les actions de
grève de telle sorte que ni les intérimaires ni l’ONEm
ne soient confrontés à une perte financière ?
7. Overweegt u om het werkverbod voor werkwillige uitzendkrachten tijdens stakingsacties op te heffen
of aan te passen zodat noch zij zelf, noch de RVA
financieel verlies lijden ?
DO 2005200606292
DO 2005200606292
Question no 387 de M. Guido De Padt du 21 novembre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 387 van de heer Guido De Padt van
21 november 2005 (N.) aan de minister van
Werk :
Anciens travailleurs indépendants se présentant à un
poste de salarié.
Gewezen zelfstandigen die zich aanbieden voor een
job als werknemer.
Il arrive souvent que des employeurs déclarent à
d’anciens travailleurs indépendants qui se présentent
sur le marché du travail pour un emploi de salarié
qu’ils souffrent d’un désavantage concurrentiel par
rapport aux autres demandeurs d’emplois parce qu’ils
ne permettent pas de bénéficier de réductions spéciales
de cotisations de sécurité sociale.
Gewezen zelfstandigen die zich aanbieden als werknemer op de arbeidsmarkt krijgen van werkgevers
regelmatig te horen dat ze wel werk voor hen hebben,
maar dat ze een concurrentienadeel hebben ten aanzien van andere werkzoekenden die zich komen aanbieden vermits voor hen geen bijzondere kortingen op
de sociale zekerheidsbijdragen van toepassing zijn.
1. En matière d’emploi, quelles mesures précises
s’appliquent aux anciens indépendants qui se présentent à un poste de salarié et lesquelles ne les concernent
pas ?
1. Welke precieze werkgelegenheidsmaatregelen
zijn van toepassing, respectievelijk niet van toepassing
op gewezen zelfstandigen die zich aanbieden voor een
job als werknemer ?
2. Pourquoi les anciens indépendants ne peuvent-ils
pas bénéficier de la plupart des mesures de réduction
des charges ?
2. Waarom komen gewezen zelfstandigen niet in
aanmerking voor de meeste maatregelen inzake lastenverlaging ?
3. Envisagez-vous d’évaluer le système et de le
modifier pour que les anciens travailleurs indépendants puissent être traités sur le même pied que les
autres demandeurs d’emplois quand ils se portent
candidats à un poste de salarié ?
3. Overweegt u het systeem te evalueren en aan te
passen opdat gewezen zelfstandigen vanuit een gelijke
startpositie kunnen vertrekken wanneer ze gaan solliciteren voor een job als werknemer ?
4. Quelles mesures concrètes allez-vous prendre et
quel échéancier comptez-vous respecter ?
4. Welke concrete maatregelen neemt u en welke
timing overweegt u te respecteren ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18850
DO 2005200606342
DO 2005200606342
Question no 388 de Mme Marleen Govaerts du
22 novembre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 388 van mevrouw Marleen Govaerts van
22 november 2005 (N.) aan de minister van
Werk :
Travail au noir chez les fruiticulteurs du sud du
Limbourg.
Zwartwerk in de Zuid-Limburgse fruitteelt.
Les recettes de la fruiticulture ne permettant pas
d’employer du personnel définitif, les fruiticulteurs
doivent faire appel à des travailleurs saisonniers.
Durant la récolte des fruits en septembre et en octobre
2005, les contrôleurs limbourgeois du Contrôle des
lois sociales, l’Inspection sociale, l’ONSS, l’ONEm, la
Communauté flamande et la police ont constaté
davantage d’infractions que les trois années précédentes.
De opbrengsten van het fruit laten niet toe om
mensen vast in dienst te nemen. De fruitboeren moeten
een beroep doen op seizoenarbeiders. Tijdens de
fruitpluk in september en oktober 2005, hebben de
Limburgse controleurs van Toezicht van Sociale
Wetten, Sociale Inspectie, RSZ, RVA, Vlaamse Gemeenschap en politie, meer inbreuken vastgesteld dan
de voorgaande drie jaar.
Malgré les mesures prises par le gouvernement au
printemps 2005 et largement relayées dans la presse,
les fruiticulteurs fopnt valoir que le système ne leur
permet pas de travailler dans le respect des prescriptions réglementaires. Même le montant élevé des
amendes sanctionnant le travail au noir et le règlement
avantageux de l’ONSS ne peuvent empêcher les fruiticulteurs d’encore recourir largement au travail illégal.
Ondanks de maatregelen die de regering in de lente
van 2005 met veel persaandacht gelanceerd heeft,
houden de fruitboeren vol dat zij met het systeem niet
reglementair kunnen werken. Zelfs de hoge boetes op
zwartwerk en de goedkope RSZ-regeling kunnen niet
verhinderen dat er nog heel veel illegale arbeid gebeurt
in de fruitsector.
Le gouvernement connaı̂t les exigences des fruiticulteurs :
De regering is op de hoogte van de eisen van de
fruitboeren :
A) un système moins complexe pour la déclaration
du nombre de travailleurs saisonniers employés;
A) een gebruiksvriendelijker aangiftesysteem van
het aantal tewerkgestelde seizoenarbeiders;
B) une extension de la règle des 65 jours, et si possible son doublement;
B) uitbreiding van de 65 dagen-regeling, liefst verdubbeling;
C) l’élaboration d’un système spécial pour les
nombreux bénéficiaires d’une aide du CPAS qui ont
été déclarés recevables;
C) uitwerking van een speciaal systeem voor de
talrijk ontvankelijk verklaarde OCMW-steuntrekkers;
D) attirer davantage de travailleurs saisonniers
autochtones, étant donné que les travailleurs immigrés
transfèrent à l’étranger l’argent qu’ils ont gagné;
D) meer autochtone seizoenarbeiders aantrekken,
daar de allochtone seizoenarbeiders het hier opgetrokken geld doorsturen naar het buitenland;
E) permettre aux retraités de percevoir un revenu
d’appoint.
E) gepensioneerden laten bijverdienen.
1. Quand envisagez-vous l’exécution de ces mesures ?
1. Wanneer overweegt u deze maatregelen uit te
voeren ?
2.
a) Ou envisagez-vous d’autres mesures ?
2.
a) Of overweegt u andere maatregelen ?
b) Dans l’affirmative, lesquelles et quand seront-elles
opérationnelles ?
b) Zo ja, welke en wanneer worden ze operationeel ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18851
Secrétaire d’État
à la Modernisation des Finances
et à la Lutte contre la fraude fiscale,
adjoint au ministre des Finances
Staatssecretaris
voor Modernisering van de Financiën
en de Strijd tegen de fiscale fraude,
toegevoegd aan de minister van Financiën
DO 2005200606271
DO 2005200606271
Question no 52 de Mme Trees Pieters du 21 novembre
2005 (N.) au secrétaire d’État à la Modernisation
des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale,
adjoint au ministre des Finances :
Vraag nr. 52 van mevrouw Trees Pieters van
21 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Modernisering van de Financiën en Strijd
tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financiën :
Coperfin. — Simplification administrative. — Changement de mentalité. — Suppression des statistiques
comparatives. — Sensibilisation du personnel.
Coperfin. — Administratieve vereenvoudiging. —
Mentaliteitsverandering. — Afschaffing van vergelijkende statistieken. — Sensibilisatie van het personeel.
Plusieurs exposés et articles publiés dans les milieux
fiscaux et comptables démontrent que les instances
dirigeantes des Finances poursuivent un noble objectif,
celui de veiller d’urgence à ce que le « changement de
mentalité Coperfin » se poursuive à tous les niveaux
dans les meilleures conditions et qu’il soit encore
approfondi, fortement amélioré et généralisé.
Uit diverse voordrachten en uit artikelen in fiscale
en boekhoudkundige kringen blijkt dat de top van
Financiën als nobel doel nastreeft er dringend voor te
zorgen dat de « Coperfin-mentaliteitsverandering » op
alle niveaus op een gedegen wijze voortgaat en nog
zou worden uitgediept, sterk verfijnd en verder opgevolgd.
Il se fait que dorénavant, le Service public fédéral
Finances veille à juste titre non seulement à encaisser
de façon légitime et exacte tous les impôts directs et
indirects en appliquant à la lettre toutes les dispositions légales et les adages fiscaux et en respectant
toutes les règles d’une bonne administration, mais
aussi à éliminer complètement toutes les situations
conflictuelles potentielles et les courses aux suppléments statistiques et autres chasses aux sorcières.
De Federale Overheidsdienst Financiën streeft er in
theorie voortaaan immers terecht naar om zowel alle
directe en indirecte belastingen rechtvaardig en juist te
innen met volkomen respect voor alle rechtsregels en
fiscale adagia en met eerbiediging van alle regels van
behoorlijk bestuur, alsook om alle mogelijke conflicttoestanden en statistische supplementen- en heksenjachten volstrekt uit de weg te gaan.
Désormais, tant les agents taxateurs que les fonctionnaires du contentieux qui rectifient des erreurs
spontanément ou accordent des dégrèvements d’office
fournissent un excellent travail et ne sont plus montrés
du doigt parce qu’ils seraient « statistiquement » moins
performants et passeraient en moyenne plus de temps à
l’étude de litiges fiscaux difficiles et/ou délicats.
Zowel taxatieambtenaren als geschillenambtenaren
die spontaan vergissingen rechtzetten of ambtshalve
ontheffingen verlenen, zouden van nu af aan uitstekend werk leveren en niet meer met de vinger worden
gewezen omdat zij « statistisch » gezien dan niet renderen en gemiddeld langer bezig zijn met het onderzoek
van moeilijk en/of delicate fiscale betwistingen.
De plus, l’administration aurait notamment
l’intention de renverser dorénavant, de manière définitive, l’ancienne culture -malheureusement toujours
dominante — des « tableaux de chasse » comparatifs et
des statistiques et rapports improductifs.
Daarnaast zou er in het vervolg inzonderheid ook
zeer radicaal worden gebroken met de oude helaas nog
steeds heersende cultuur van vergelijkende
« jachttabellen » en onproductieve statistieken en
rapporten.
1. Quelles modalités pratiques et pragmatiques nos
administrations fiscales appliqueront-elles pour
concrétiser réellement et simplement et surtout avec
célérité et fermeté cette « nouvelle culture », et supprimer le plus possible tous les « tableaux de chasse »
improductifs, servant ou non de comparaisons, ainsi
que tous les rapports de vérification ?
1. Op welke praktische en pragmatische wijze
zullen alle belastingadministraties die « nieuwe
cultuur » daadwerkelijk, eenvoudig en vooral snel en
kordaat op het veld realiseren en alle al dan niet vergelijkende en onproductieve « jachttabellen » en verificatieverslaggevingen maximaal afschaffen ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18852
2. Avec quelle énergie tous les fonctionnaires taxateurs et, à un plus haut niveau, ceux chargés de la
surveillance ont-ils été vivement sensibilisés à ce changement de mentalité ?
2. Op welke doortastende wijze werden of zullen
alle betrokken taxatieambtenaren en toezichthoudende hogere ambtenaren hieromtrent gevoelig
worden gensensibiliseerd ?
3. Le justiciable sera-t-il également informé en
détail de cette volonté de changer les mentalités, pour
améliorer ainsi de façon encore plus significative
l’image des administrations fiscales et de leurs fonctionnaires ?
3. Zal de rechtsonderhorige burger van deze
geplande mentaliteitswijziging eveneens uitvoerig
worden ingelicht zodat het goede imago van de fiscale
administraties en haar ambtenaren daardoor nog duidelijker wordt verbeterd ?
4. Quelles actions et mesures de contrôle radicales
les services centraux ainsi que les centres de contrôle
locaux et services des contributions classiques ont-ils
déjà prises pour freiner de suite tous les contrôles
téméraires, vexatoires et/ou interminables et réduire
radicalement les délais de traitement des litiges et des
contestations, pour opérer en même temps une simplification administrative et pour privilégier dorénavant
l’aspect purement qualitatif du travail ?
4. Welke ingrijpende acties en controlemaatregelen
werden zowel bij de centrale diensten als bij de lokale
controlecentra en klassieke belastingdiensten reeds
getroffen om alle roekeloze, tergende en/of lang aanslepende controles meteen in te dijken en de behandeling van geschillen en bezwaren drastisch te verkorten
en tegelijkertijd administratief te vereenvoudigen en
alleen nog maar te streven naar puur kwaliteitswerk ?
5. Comment et quand l’image de tous les fonctionnaires et services de direction du contentieux
connaı̂tra-t-elle une amélioration significative ? Serontils encouragés en termes élogieux pour avoir fait fonctionner avec succès le filtre administratif en matière de
contentieux, il est vrai aux dépens principalement des
« tableaux de chasse » et des statistiques comparatives
improductives des fonctionnaires taxateurs ?
5. Op welke ernstige wijze en wanneer zullen alle
geschillenambtenaren en -directiediensten in een goed
daglicht worden gesteld en op een lovenswaardige
wijze worden aangemoedigd wanner zij de administratieve geschillenfilter afdoende laten werken, weliswaar
grotendeels ten koste van die zogenaamde
« jachttabellen » en vergelijkende onproductieve statistieken van de aanslagambtenaren ?
6. Pourriez-vous me faire part, point par point, de
votre approche générale actuelle, aussi bien théorique
que pratique, à la lumière de la propagation de cette
nouvelle culture fiscale et de tous les principes de
bonne et conviviale gestion ?
6. Graag in het licht van die gepropageerde nieuwe
fiscale cultuur en van alle beginselen van behoorlijk en
klantvriendelijk bestuur punt per punt uw algemene
geactualiseerde ziens- en handelwijze.
DO 2005200606301
DO 2005200606301
Question no 53 de M. Dirk Van der Maelen du
22 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État à la
Modernisation des Finances et à la Lutte contre
la fraude fiscale, adjoint au ministre des Finances :
Vraag nr. 53 van de heer Dirk Van der Maelen van
22 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Modernisering van de Financiën en Strijd
tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financiën :
Conférence de presse du 27 octobre 2005 sur les résultats de la lutte contre la fraude fiscale.
Persconferentie van 27 oktober 2005 over de resulaten
inzake fraudebestrijding.
J’ai lu récemment dans la presse que, cette année, la
lutte contre la fraude fiscale a déjà rapporté 460 millions d’euros. Je me réjouis de constater que les mesures de lutte contre la fraude fiscale inscrites dans
l’accord de gouvernement commencent à porter leurs
fruits.
Recentelijk stond in de kranten te lezen dat de strijd
tegen de fiscale fraude dit jaar al 460 miljoen euro
opbracht. Het verheugt me dat de maatregelen in de
strijd tegen de fiscale fraude, zoals opgenomen in het
regeerakkoord, vruchten beginnen af te werpen.
Je pense toutefois que les résultats que vous avez
communiqués le 27 octobre 2005 méritent encore quelques précisions.
Toch zijn nog enkele verduidelijkingen nodig bij de
resultaten die u op 27 oktober 2005 gecommuniceerd
heeft.
1. Les compensations effectuées entre la TVA et les
contributions directes auraient rapporté 68 millions
1. Compensatie tussen BTW en directe belastingen
zou 68 miljoen euro opgeleverd hebben. Deze maatre-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18853
d’euros. Cette mesure avait déjà été décidée en 2003 et
le système est appliqué depuis l’année passée. Pour
moi, le résultat de cette mesure ne peut en soi être
qualifié de succès dans la lutte contre la fraude fiscale
puisqu’il ne s’agit que d’une compensation qui n’a rien
à voir avec la fraude fiscale.
De quelle fraude s’agit-il dans ce cas ?
gel werd al genomen in 2003. Dit systeem draait reeds
sedert vorig jaar. Ik ga er van uit dat men de opbrengst
van deze maatregel op zich niet kan aanmerken als een
succes in de strijd tegen de fiscale fraude, daar het hier
enkel om een schuldvergelijking gaat die niets met
fiscale fraude te maken heeft.
Over wat voor fraude gaat het hier dan wel ?
2. La transaction conclue avec Philip Morris aurait
généré 44 millions d’euros de recettes.
2. De dading met Philip Morris zou 44 miljoen euro
aan opbrengsten genereren.
Quelle fraude fiscale est à l’origine de cette transaction ?
Welke fiscale fraude ligt hier aan de grondslag ?
3. Le datamining a rapporté 27 millions d’euros.
3. Datamining levert 27 miljoen euro op.
a) S’agit-il du produit cumulé de la TVA et des
contributions directes ?
a) Betreft het zowel de opbrengst van BTW als van
directe belastingen ?
b) Dans l’affirmative, n’aurait-il pas été plus opportun de ventiler les chiffres par impôt ?
b) Zo ja, ware een opsplitsing per belasting nuttig ?
c) Pourriez-vous préciser les paramètres retenus pour
effectuer ce datamining ?
c) Kan u iets meer meedelen over de parameters op
basis waarvan de datamining gebeurd is ?
4. Le traitement réservé aux sociétés d’encaissement
a rapporté 68,6 millions d’euros.
4. Aanpak van kasgeldvennootschappen heeft 68,6
miljoen euro opgeleverd.
a) Est-il exact que l’ISI ne contrôlera plus de nouvelles sociétés d’encaissement ?
a) Klopt het dat de BBI geen nieuwe kasgeldvennootschappen meer zal onderzoeken ?
b) Où en sont les mesures légales contre ce type de
fraude ?
b) Waar blijven de wettelijke maatregelen tegen deze
vorm van fraude ?
5. Le traitement de la fraude fiscale dans le cas de
ventes d’actions a rapporté 26 millions d’euros.
5. De aanpak van belastingontduiking bij verkoop
van aandelen bracht 26 miljoen euro op.
a) Dans ce cas, peut-on réellement parler de fraude
fiscale ou s’agit-il de montants établis dans le cadre
de rulings (accords préalables) du Service des décisions anticipées ?
a) Gaat het hier wel werkelijk om fiscale fraude of
gaat het om bedragen die vastgesteld zijn naar aanleiding van rulings die afgeleverd zijn door de
Dienst voor Voorafgaande Beslissingen ?
b) Pourriez-vous préciser quelles formes de fraude
fiscale sont visées dans ce cas ?
b) Graag had ik enige verduidelijking gehad over
welke vormen van fiscale fraude het hier gaat.
DO 2005200606356
DO 2005200606356
Question no 54 de Mme Trees Pieters du 23 novembre
2005 (N.) au secrétaire d’État à la Modernisation
des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale,
adjoint au ministre des Finances :
Vraag nr. 54 van mevrouw Trees Pieters van
23 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Modernisering van de Financiën en Strijd
tegen de fiscale fraude, toegevoegd aan de minister van Financiën :
Actes illégaux. — Annulation immédiate d’actes juridiques administratifs et d’actes émanant d’une autorité.
Onwettelijke akten. — Onmiddellijke intrekking van
administratieve rechtshandelingen en gezagshandelingen.
En vertu tant des principes généraux du droit administratif, des principes de la bonne administration, de
la « théorie du retrait des actes administratifs » que de
la « doctrine du retrait des actes émanant d’une auto-
Zowel volgens de algemene beginselen van het
bestuursrecht, de beginselen van behoorlijk bestuur,
volgens « de theorie van de intrekking van bestuurshandelingen » of « het leerstuk van de intrekking van
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18854
rité », ainsi qu’en vertu des dispositions de l’article 375
du Code des impôts sur les revenus 1992, l’État belge
et le Service public fédéral Finances et ses fonctionnaires sont tenus de faire disparaı̂tre immédiatement de
l’ordre juridique tout acte illégal.
de gezagshandelingen » als krachtens de beschikkingen
van artikel 375 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 zijn de Belgische Staat en de Federale
Overheidsdient Financiën en haar ambtenaren verplicht iedere onwettelijke akte onmiddellijk uit de
rechtsorde te laten verwijderen.
Cette obligation directe constitue même une obligation de résultat.
Die directe verplichting is zelfs een resultaatsverbintenis.
Il me revient que le tribunal de première instance de
Mons vient de nouveau de confirmer ce principe.
Dit principe werd naar verluidt recentelijk nog
beaamd door de rechtbank van eerste aanleg te
Bergen.
1. Quelles directives administratives et instructions
soucieuses du contribuable ont déjà été édictées ou le
seront prochainement afin que les fonctionnaires de
toutes les administrations fiscales du pays appliquent
ce principe général avec la célérité requise, durant
toutes les phases de la procédure de taxation, de recouvrement, de rectification, de réclamation et d’examen
en justice ?
1. Welke klantvriendelijke administratieve richtlijnen en instructies werden er dienaangaande reeds uitgevaardigd of zullen er weldra worden uitgevaardigd
om dit algemeen geldend principe met bekwame spoed
in alle fasen van taxatie-, invorderings, wijzigings-,
bezwaar- en gerechtelijke procedure door de fiscale
ambtenaren overal te lande strikt en direct te laten
toepassen ?
2. Pourriez-vous me faire part de votre approche
générale actuelle, aussi bien théorique que pratique, à
la lumière tant des dispositions légales et principes
précités que des dispositions de la loi du 29 juillet 1991
relative à la motivation formelle des actes administratifs et des droits du citoyen européen ?
2. Kunt u uw huidige algemene ziens- en handelwijze weergeven zowel in het licht van genoemde
wettelijke bepalingen en beginselen als in het licht van
de beschikkingen van de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen en van de Europese mensenrechten ?
Secrétaire d’État
aux Entreprises publiques,
adjoint à la ministre du Budget
et de la Protection de la consommation
Staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven,
toegevoegd aan de minister van Begroting
en Consumentenzaken
DO 2005200606232
DO 2005200606232
Question no 734 de M. Francis Van den Eynde du
17 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État aux
Entreprises publiques, adjoint à la ministre du
Budget et de la Protection de la consommation :
Vraag nr. 734 van de heer Francis Van den Eynde van
17 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
SNCB. — Filiale Inter Ferry Boats. — Rapports négatifs de la police de l’environnement.
NMBS. — Dochteronderneming Inter Ferry Boats. —
Negatieve rapporten milieupolitie.
La police de l’environnement anversoise a établi
deux rapports négatifs concernant Inter Ferry Boats,
une filiale de la SNCB établie à Borgerhout et active
dans le transport de conteneurs depuis le port et à
destination de celui-ci.
De Antwerpse milieupolitie stelde twee negatieve
rapporten in verband met Inter Ferry Boats, een dochteronderneming van de NMBS die in Borgerhout
gevestigd is en containers van en naar de haven vervoert.
Des trains chargés de produits dangereux s’arrêtent
régulièrement au terminal de l’entreprise et il a en
outre été constaté à l’occasion de contrôles que ces
substances sont stockées trop près les unes des autres
dans l’entreprise.
Aan de terminal van het bedrijf stoppen regelmatig
treinen met gevaarlijke producten en bovendien werd
bij controles vastgesteld dat deze producten in het bedrijf te dicht bij elkaar opgeslagen liggen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18855
Aussi les riverains s’inquiètent-ils et les constatations objectives des agents chargés de la police de l’environnement les confortent dans leur analyse.
De omwonenden maken zich dan ook zorgen en
worden hierin gesteund door de objectieve bevindingen van de milieuambtenaaren.
L’échevin anversois de l’environnement, selon qui
l’entreprise n’a pas sa place dans le quartier, a fait
savoir entre-temps que la société des chemins de fer
aurait reconnu dès 1991 déjà qu’il serait indiqué de
transférer les activités vers un nouveau terminal à
construire dans le port et qui serait équipé
d’installations de sécurité pour le transbordement de
produits dangereux.
Ondertussen heeft de Antwerpse milieuschepen, die
van mening is dat het bedrijf in de buurt niet thuis
hoort, medegedeeld dat de spoorwegmaatschappij
reeds in 1991 erkend zou hebben dat het aangewezen is
de activiteiten te verhuizen naar een nieuw te bouwen
terminal in de haven, die met veiligheidsvoorzieningen
voor het overladen van gevaarlijke producten uitgerust
zou zijn.
1. La SNCB peut-elle le confirmer ?
1. Kunnen de spoorwegen dit bevestigen ?
2. Dans l’affirmative, quels sont les projets en la
matière ?
2. Zo ja, wat zijn de plannen omtrent een en ander ?
DO 2005200606236
DO 2005200606236
Question no 735 de M. Koen T’Sijen du 17 novembre
2005 (N.) au secrétaire d’État aux Entreprises
publiques, adjoint à la ministre du Budget et de
la Protection de la consommation :
Vraag nr. 735 van de heer Koen T’Sijen van 17 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van
Begroting en Consumentenzaken :
SNCB. — Nombre de participants à la grève du
7 octobre 2005.
NMBS. — Aantal stakers op 7 oktober 2005.
Quel est le nombre d’agents de la SNCB ayant effectivement participé à la grève du 7 octobre et quelle
part de l’effectif total de la SNCB représentent-ils ?
Kan u meedelen hoeveel mensen er effectief gestaakt
hebben bij de NMBS op 7 oktober 2005 en de verhouding hiervan op de volledige personeelsformatie van
de NMBS ?
DO 2005200606237
DO 2005200606237
Question no 736 de M. Patrick De Groote du
17 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État aux
Entreprises publiques, adjoint à la ministre du
Budget et de la Protection de la consommation :
Vraag nr. 736 van de heer Patrick De Groote van
17 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
SNCB. — Transport international de marchandises.
NMBS. — Interlandelijk goederentreinverkeer.
La SNCB peut-elle communiquer le nombre de kilomètres parcourus respectivement par les trains français, néerlandais, allemands et éventuellement luxembourgeois en Belgique et vice versa ? La SNCB peutelle aussi esquisser l’évolution du nombre de kilomètres parcourus au cours des cinq dernierès années (en
établissant, par exemple, une comparaison entre les
années 1999 et 2004) ?
Kan de NMBS meedelen hoeveel kilometers respectievelijk de Franse, Nederlandse, Duitse en eventueel
Luxemburgse spoorwegen rijden in België en vice
versa en hoe het aantal kilomers de jongste vijf jaar
geëvolueerd is (bijvoorbeeld vergelijking 1999 ten opzichte van 2004) ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18856
DO 2005200606255
DO 2005200606255
Question no 737 de M. Hagen Goyvaerts du
18 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État aux
Entreprises publiques, adjoint à la ministre du
Budget et de la Protection de la consommation :
Vraag nr. 737 van de heer Hagen Goyvaerts van
18 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
SNCB. — Gare de Veltem. — Stationnement d’un
train de travaux. — Situation dangereuse.
NMBS. — Station van Veltem. — Stationering werktrein. — Gevaarlijke toestand.
Des voyageurs de la SNCB me signalent qu’un train
de travaux est stationné à la gare de Veltem près de
Louvain, sans aucune surveillance ou mesure de
protection. Ce train est équipé d’une plate-forme et
sert à installer et/ou à entretenir les caténaires.
Treinreizigers maken er mij attent op dat er in het
staion van Veltem nabij Leuven een werktrein gestationeerd staat zonder enige vorm van beveiliging of
toezicht. Deze werktrein, die voorzien is van een
loopplatform, dient voor de aanleg en/of het onderhoud van de bovenleidingen.
1. La cellule Infrastructure de la SNCB est-elle
informée de cette situation ?
1. Is de cel infrastructuur binnen de NMBS van
deze toestand op de hoogte ?
2. Comment se fait-il que ce train de travaux est
abandonné ainsi sans surveillance à cet endroit ?
2. Hoe komt het dat de werktrein op die lokatie zo
onbeheerd wordt achtergelaten ?
3. Un « avis de mise sous tension » a-t-il été établi
pour le tronçon sur lequel ce train de travaux circule ?
3. Werd er « een bericht van onderspanningstelling » opgesteld voor het traject waarop de werktrein
actief is ?
4. Quelles mesures ont-elles été prises pour limiter
les risques en matière de sécurité ?
4. Welke maatregelen worden er genomen om het
veiligheidsrisico te beperken ?
DO 2005200606269
DO 2005200606269
Question no 738 de M. Jan Mortelmans du 21 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État aux Entreprises
publiques, adjoint à la ministre du Budget et de
la Protection de la consommation :
Vraag nr. 738 van de heer Jan Mortelmans van
21 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
SNCB. — Comité consultatif des usagers. — Gare de
Weerde.
NMBS. — Comité van de Gebruikers. — Station
Weerde.
Dans son avis 05/32, le Comité consultatif des
usagers auprès de la SNCB se penche sur la situation
de la gare de Weerde. Il préconise en premier lieu de
trouver une affectation durable pour le bâtiment de la
gare afin d’empêcher la dégradation de celui-ci par des
graffitis et des actes de vandalisme. Le Comité plaide
par ailleurs pour une meilleure signalisation des accès
à la gare, ainsi que pour une solution rapide et durable
en ce qui concerne les quais 3 et 4, en mauvais état
depuis des années.
Met zijn advies 05/32 analyseert het Comité van de
Gebruikers bij de NMBS het station Weerde. Het
Comité pleit in de eerste plaats voor een alternatieve
en duurzame bestemming van het stationsgebouw
voordat graffiti en vandalisme dit gebouw aftakelen.
Het Comité pleit verder ook voor een betere bewegwijzering naar het station en voor een snelle en duurzame
oplossing voor de reeds jarenlang verwaarloosde
perrons 3 en 4.
1. Que pensez-vous de cet avis ?
1. Wat is uw houding ten opzichte van dit advies ?
2. Quelles mesures avez-vous prises le cas échéant
afin de tenir compte des observations susmentionnées ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2. Welke maatregelen heeft u desgevallend getroffen om hieraan tegemoet te komen ?
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18857
DO 2005200606270
DO 2005200606270
Question no 739 de M. Jan Mortelmans du 21 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État aux Entreprises
publiques, adjoint à la ministre du Budget et de
la Protection de la consommation :
Vraag nr. 739 van de heer Jan Mortelmans van
21 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
SNCB. — Comité des usagers. — Avis. — Recommandations.
NMBS. — Comité van de Gebruikers. — Advies. —
Aanbevelingen.
Dans son avis 05/33, le Comité consultatif des
usagers de la SNCB regrette que la SNCB ne tienne pas
compte de ses recommandations. Dans quatre des cinq
gares inspectées par le Comité, la SNCB n’a absolument tenu compte d’aucune des recommandations
formulées par le Comité. C’est la raison pour laquelle
le Comité demande à la SNCB de réexaminer ses
recommandations et de procéder tout de même aux
interventions les plus urgentes.
Het Comité van de Gebruikers bij de NMBS
betreurt met zijn advies 05/33 het feit dat de NMBS
geen rekening houdt met de aanbevelingen van het
Comité. In vier van de vijf bezochte stations heeft de
NMBS op geen enkele manier rekening gehouden met
ook maar één aanbeveling van het Comité. Daarom
vraagt het Comité dat de NMBS-groep zijn aanbevelingen opnieuw zou onderzoeken en de meest dringende ingrepen vooralsnog zou willen uitvoeren.
1. Quelle est votre position à cet égard ?
1. Wat is uw standpunt hieromtrent ?
2. Quelles mesures avez-vous prises le cas échéant
pour remédier à cette situation ?
2. Welke maatregelen heeft u desgevallend getroffen om hieraan een oplossing te bieden ?
DO 2005200606272
DO 2005200606272
Question no 740 de M. Jan Mortelmans du 21 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État aux Entreprises
publiques, adjoint à la ministre du Budget et de
la Protection de la consommation :
Vraag nr. 740 van de heer Jan Mortelmans van
21 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
SNCB. — Comité consultatif des usagers. — Répartition des gares en catégories.
NMBS. — Comité van de Gebruikers. — Indeling van
de stations in categorieën.
Dans son avis 05/35, le Comité consultatif des
usagers auprès de la SNCB dénonce la répartition des
gares en catégories telle qu’elle figure dans le contrat
de gestion. Elle se fonde sur les moyennes d’embarquement des voyageurs pour la période 1999-2003.
Aucune distinction n’a cependant été réalisée dans les
calculs pour les quelque 70 gares qui ne sont pas
desservies le week-end ni pour certaines gares de la
côte et des ardennes particulièrement fréquentées en
période estivale. Le Comité dénonce l’usage impropre
des statistiques d’embarquement, car ainsi on détermine l’infrastructure de base à long terme en se
fondant sur des données elles-mêmes soumises à de
fortes fluctuations. Le Comité demande donc de fixer
les catégories de gares d’une manière plus objective et
conviviale.
Met zijn advies 05/35 van het Comité van de
Gebruikers bij de NMBS hekelt het Comité de indeling
in categorieën van de stations in het beheerscontract.
Deze categorisering werd vastgelegd op basis van de
gemiddelde instapcijfers voor de periode 1999-2003.
Daarbij werd geen onderscheid gemaakt voor de circa
70 stations zonder weekeindbediening en op geen
enkele manier rekening gehouden met de zomertoeloop in de Kuststreek en de Ardennen. Het Comité
stelt het oneigenlijk gebruik van de instapcijfers aan de
kaak, omdat op die manier een basisinfrastructuur
voor lange jaren wordt vastgelegd op basis van gegevens die zelf sterk aan verandering onderhevig zijn.
Het Comité vraagt bijgevolg dat deze stationscategorieën op een meer objectieve en klantvriendelijke
manier wordt bepaald.
Que pensez-vous de cet avis et quelles mesures avezvous éventuellement prises pour améliorer la répartition des gares en catégories ?
Wat is uw houding ten opzichte van dit advies en
welke maatregelen heeft u desgevallend getroffen om
de indeling van de stations in categorieën te verbeteren ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18858
DO 2005200606273
DO 2005200606273
Question no 741 de M. Stijn Bex du 21 novembre 2005
(N.) au secrétaire d’État aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la
Protection de la consommation :
Vraag nr. 741 van de heer Stijn Bex van 21 november
2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :
Travaux à la gare de Louvain.
Werken aan het station van Leuven.
Depuis quelques années, la SNCB rénove les abords
de la gare de Louvain en collaboration avec la ville de
Louvain, De Lijn et la région flamande. L’ensemble du
projet devrait être terminé en 2006.
Sinds enkele jaren in de NMBS, in samenwerking
met de stad Leuven, De Lijn en het Vlaamse Gewest de
stationsomgeving van Leuven aan het vernieuwen. Het
hele project zou in 2006 moeten afgerond zijn.
Le 4 octobre 2004, j’ai déjà adressé une question
écrite à votre prédécesseur à propos des travaux de la
gare de Louvain (Question no 300, Questions et
Réponses, Chambre, 2003-2004, no 57, p. 8987).
Op 4 oktober 2004 heb ik uw voorganger reeds
schriftelijk ondervraagd over de werken aan het station van Leuven (Vraag nr. 300, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2003-2004, nr. 57, blz. 8987).
Mes questions portent sur la progression des
travaux.
Mijn vragen betreffen de vooruitgang van de
werken.
1. Dans la réponse à la question no 300 précitée, je
lis que l’achèvement de la passerelle piétonne audessus des voies est tributaire de la réalisation de deux
projets immobiliers, d’une part, du côté de la Tiensevest et, d’autre part, du côté de la Martelarenlaan.
1. In het antwoord op voornoemde vraag nr. 300
lees ik dat de afwerking van de voetgangersbrug boven
de sporen gekoppeld is aan de realisatie van twee vastgoedprojecten, enerzijds aan de zijde van de Tiensevest en anderzijds aan de zijde van de Martelarenlaan.
Cette passerelle piétonne était utilisée par de
nombreux riverains en tant qu’accès direct au centre
de Louvain.
De voetgangersbrug werd door vele omwonenden
gebruikt als rechtstreekse toegang tot de Leuvense
binnenstad.
a) Pourriez-vous fournir plus de détails sur
l’achèvement de la passerelle piétonne et le calendrier qui y est lié, à présent que les plans relatifs
aux deux projets sont connus ?
a) Kan u verdere details geven over de afwerking en
timing van de voetgangersbrug, nu de plannnen
van beide projecten bekend zijn ?
b) L’achèvement de cette passerelle bénéficie-t-il de la
priorité ?
b) Geniet deze afwerking prioriteit ?
2. Dans la réponse à la question no 300, je lis également qu’on examinait encore si le revêtement et
l’équipement du deuxième couloir sous voies serait
renouvelé. Ce renouvellement est certainement nécessaire.
2. In het antwoord op vraag nr. 300 lees ik eveneens
dat er nog onderzocht werd of de bekleding en de uitrusting van de tweede voetgangerstunnel zal worden
vernieuwd. Dergelijke vernieuwing is zeker aangewezen.
a) Quel fut le résultat de cette analyse ?
a) Wat was het resultaat van dat onderzoek ?
b) A-t-on déjà fixé un calendrier et un budget pour ce
réaménagement éventuel ?
b) Is er al een timing en budget vooropgesteld voor
deze eventuele heraanleg ?
3. Le quai no 1 est à présent couvert mais la couverture ne protège pas totalement les voyageurs de la
pluie. Une jonction serait dès lors prévue entre la construction et la façade arrière de la gare. Mais pour ce
faire, il fallait tout d’abord — selon les déclarations
faites le 6 janvier 2005 par le porte-parole de la SNCB,
Paul van Aelst, dans « De Standaard » — que la température diurne et nocturne atteigne au moins 5 degrés
pendant un certain temps, au risque sinon d’une
mauvaise adhérence des produits utilisés pour la rénovation et le nettoyage du mur.
3. De afgewerkte overkapping op perron 1 houdt de
reizigers niet helemaal droog. Daarom zou er een verbinding komen tussen het bouwwerk en de achterkant
van het station. Maar dan moest het — volgens NMBS
— woordvoerder Paul van Aelst op 6 januari 2005 in
De Standaard — eerst « een tijdlang dag en nacht minstens 5 graden warm zijn. Anders houden de producten het niet die dienen om de muur te renoveren en te
reinigen. ».
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18859
a) Pourquoi n’a-t-on pas profité de l’été pour poser
ces jonctions ?
a) Waarom werd van de zomer geen gebruik gemaakt
om deze verbindingen aan te brengen ?
b) Quand celles-ci seront-elles posées ?
b) Wanneer worden deze alsnog geplaatst ?
4. Par ailleurs, de nombreux Louvanistes et
étudiants s’interrogent sur le nombre de places de
stationnement disponibles pour les cyclistes.
4. Verder is er bij heel wat Leuvenaars en studenten
nogal wat onduidelijkheid over het aantal parkeerplaatsen voor fietsers.
Pourriez-vous fournir un aperçu des possibilités de
stationnement, tant pendant qu’après les travaux de
part et d’autre de la gare ?
Kan u een overzicht geven van de parkeermogelijkheden zowel tijdens als na de werken aan beide zijden
van het station ?
5. Dans « Het Nieuwsblad » du 1er septembre 2005,
le porte-parole de la SNCB, Paul van Aelst, a évoqué
des projets de rénovation pour le hall des départs de la
gare de Louvain.
5. In Het Nieuwsblad van 1 september 2005 zegt
NMBS-woordvoerder Paul van Aelst dat er renovatieplannen bestaan voor de Leuvense vertrekhal.
Pourriez-vous fournir des précisions à ce sujet ?
6. Dans le même article, le porte-parole de la SNCB
évoque des projets d’aménagement d’une nouvelle
salle d’attente et d’un espace d’accueil.
Pourriez-vous fournir plus de précisions à ce sujet ?
Kan u hier meer details over geven ?
6. In hetzelfde artikel zegt NMBS-woordvoerder
Paul van Aelst dat er plannen bestaan voor een nieuwe
wachtkamer en ontvangstruimte.
Kan u hier meer details over geven ?
DO 2005200606277
DO 2005200606277
Question no 742 de M. Olivier Chastel du 21 novembre 2005 (Fr.) au secrétaire d’État aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et
de la Protection de la consommation :
Vraag nr. 742 van de heer Olivier Chastel van
21 november 2005 (Fr.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
La Poste. — Disparition des boı̂tes postales dans la
Thurawanie.
De Post. — Verdwijnen van postbussen op het grondgebied van Thurawanie.
J’entends relayer ici l’étonnement et le désarroi des
habitants de Beloeil, devant la disparition d’un certain
nombre de boı̂tes aux lettres dans les villages de
Thumaide, Rameignies et Wadelincourt.
Ik wil de spreekbuis zijn van de inwoners van
Beloeil, die met verbazing en ontreddering reageren op
het verdwijnen van een aantal postbussen in de dorpen
Thumaide, Rameignies en Wadelincourt.
La
préoccupation
concerne
évidemment
l’aggravation inquiétante de la précarisation de
personnes privées de moyens de locomotion, telles les
personnes âgées ou les personnes économiquement
fragilisées; celles-ci vivent, à cause de cette mesure, un
isolement encore plus grand. Bref, cette mesure
aggrave chez ces gens un sentiment de quarantaine
déjà douloureusement vécu.
De inwoners van de regio maken zich uiteraard
zorgen over de overhand toenemende kwetsbaarheid
van personen die zich moeilijk kunnen verplaatsen,
zoals ouderen of personen die zich onderaan de economische ladder bevinden; als gevolg van die maatregel
wordt het isolement van die personen nog groter en
krijgen ze het gevoel dat ze nu helemaal van de buitenwereld worden afgesloten.
On sait qu’aujourd’hui l’accès à l’emploi passe
nécessairement par la possibilité de disposer de tous
les moyens de communication modernes afin de pourvoir aux desiderata particuliers des employeurs. On
peut dès lors se demander comment postuler efficacement, si l’on ne peut poster sa candidature dans les
délais acceptables; qui plus est lorsque l’employeur
exige un courrier postal.
Iedereen weet dat men, om vandaag nog voor een
betrekking in aanmerking te komen, over alle moderne
communicatiemiddelen moet beschikken om aan de
bijzondere eisen van de werkgevers te kunnen
voldoen. Hoe kan men echter nog op een efficiënte
manier solliciteren wanneer men zijn sollicitatiebrief
niet binnen een redelijke termijn op de bus kan doen,
zeker wanneer de werkgever zulks uitdrukkelijk
vraagt ?
L’exclusion de ces personnes vivant en milieu rural
est donc fortement accentuée par ce type de décisions
Dat soort beslissingen werkt de uitsluiting van de
plattelandsbewoners dus sterk in de hand. Hoewel die
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18860
qui pour rationnelles qu’elles paraissent, n’en ont pas
moins des conséquences graves du point de vue
humain, social et même économique.
En conséquence, peut-on espérer que La Poste
revienne sur cette décision ou, à tout le moins
l’aménage ?
maatregelen zo te zien op redelijke argumenten berusten, hebben ze onmiskenbaar kwalijke gevolgen op
menselijk, sociaal en zelfs economisch vlak.
Mogen we hopen dat De Post op die beslissing
terugkomt, of op zijn minst een aantal wijzigingen
aanbrengt ?
DO 2005200606282
DO 2005200606282
Question no 743 de M. Hagen Goyvaerts du
21 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État aux
Entreprises publiques, adjoint à la ministre du
Budget et de la Protection de la consommation :
SNCB. — Défectuosités techniques persistantes sur la
ligne Louvain-Aarschot.
Quoique des améliorations techniques aient encore
été apportées récemment sur le trajet LouvainAarschot, les défectuosités affectant cette ligne, en
particulier à Holsbeek, Wilsele et Rotselaar, ne cessent
de s’accumuler. Les riverains se plaignent régulièrement de passages à niveau dont la fermeture dure
parfois une heure, ce qui donne lieu tous les jours à des
situations dangereuses, certains automobilistes impatients n’hésitant pas, pour continuer leur route, à slalomer entre les barrières. De même, il faut souvent attendre très longtemps avant que la police ferroviaire ou
locale soit sur place pour régler la circulation.
1. Comment se fait-il que tant de défectuosités aient
été constatées ces derniers temps sur la ligne LouvainAarschot ?
2. Comment se fait-il que la police (ferroviaire)
tarde tellement à se rendre sur les lieux quand la
fermeture des passages à niveau s’éternise ?
3. Comment se passe la coordination entre les services compétents lorsqu’une défectuosité est constatée
sur ce trajet ?
4. Envisage-t-on la pose de doubles barrières de
part et d’autre des passages à niveau à Holsbeek,
Wilsele et Rotselaar afin de limiter au maximum le
risque de sécurité ?
Vraag nr. 743 van de heer Hagen Goyvaerts van
21 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
NMBS. — Aanhoudende technische defecten aan de
spoorlijn Leuven-Aarschot.
Niettegenstaande er recentelijk op het traject
Leuven-Aarschot nog technische verbeteringen werden
uitgevoerd, stapelen de technische defecten aan deze
spoorlijn zich meer en meer op, meer specifiek in Holsbeek, Wilsele en Rotselaar. Regelmatig klagen buurtbewoners over gesloten slagbomen die soms tot een
uur dichtblijven. Dit leidt dagelijks tot gevaarlijke toestanden. Ongeduldige autobestuurders durven bij
langdurig gesloten slagbomen te slalommen tussen de
slagbomen om hun traject verder te zetten. Ook is het
dikwijls aanzienlijk wachten tot de spoorwegpolitie of
lokale politie ter plaatse is voor de verkeersregeling.
1. Hoe komt het dat op de lijn Leuven-Aarschot de
afgelopen tijd er zoveel defecten worden vastgesteld ?
DO 2005200606283
DO 2005200606283
Question no 744 de M. Hagen Goyvaerts du
21 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État aux
Entreprises publiques, adjoint à la ministre du
Budget et de la Protection de la consommation :
SNCB. — Gare de Herent. — Accès dangereux.
Vraag nr. 744 van de heer Hagen Goyvaerts van
21 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
NMBS. — Station van Herent. — Gevaarlijke toegang.
Treinreizigers maken er mij attent op dat de toegang
tot het station van Herent nabij Leuven er gevaarlijk
bij ligt.
Des voyageurs de la SNCB me signalent que l’accès
à la gare de Herent près de Louvain est dangereux.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2. Hoe komt het dat de tussenkomst van de (spoorweg)politie bij langdurig gesloten slagbomen zo lang
op zich laat wachten ?
3. Hoe verloopt de coördinatie tussen de betrokken
diensten bij het vaststellen van een defect langsheen
het traject ?
4. Wordt het plaatsen van dubbele slagbomen aan
weerszijden van de spoorovergangen te Holsbeek,
Wilsele en Rotselaar overwogen om het veiligheidsrisico tot een minimum te beperken ?
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18861
Les escaliers qui mènent aux quais ne sont équipés
de rampes qu’à certains endroits.
Zo zijn de trappen die toegang geven tot de opstapplaats slechts beperkt voorzien van trapleuningen.
À l’approche de l’hiver et des risques de gel, une
telle configuration peut être dangereuse pour les voyageurs.
Met de winter en mogelijk ijsgang in het vooruitzicht kan dit aanleiding geven tot een gevaarlijke toestand voor de treinreizigers.
1. La cellule infrastructure de la SNCB est-elle
informée de cette situation ?
1. Is de cel infrastructuur binnen de NMBS van
deze toestand op de hoogte ?
2. Quelles mesures ont-elles été prises pour limiter
les risques en matière de sécurité ?
2. Welke maatregelen worden er genomen om het
veiligheidsrisico te beperken ?
DO 2005200606297
DO 2005200606297
Question no 745 de M. Bart Laeremans du 22 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État aux Entreprises
publiques, adjoint à la ministre du Budget et de
la Protection de la consommation :
Vraag nr. 745 van de heer Bart Laeremans van
22 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
La Poste. — Banque. — Documents de paiement. —
Emploi des langues.
De Post. — Bank. — Betalingsdocumenten. — Taalgebruik.
Les clients de la Banque de La Poste me signalent
qu’ils ont constaté que la banque a opéré un changement en matière d’emploi des langues au cours des
dernières années.
Klanten van de Bank van de Post melden mij dat er
zich een verschuiving voordoet inzake taalgebruik van
de bank gedurende de voorbije jaren.
Les formulaires de virement envoyés en 2000 étaient
rédigés uniquement en néerlandais. Ils étaient rédigés
en trois langues avec le néerlandais en tant que
première langue en 2004 et avec le français en tant que
première langue en 2005.
De overschrijvingsformulieren die werden toegestuurd in het jaar 2000 waren eentalig Nederlands,
deze in 2004 drietalig met het Nederlands bovenaan en
deze in 2005 in drie talen met het Frans bovenaan.
1. Pourriez-vous me faire savoir s’il s’agit d’un
simple effet du hasard ou si ces documents ne peuvent
plus être obtenus qu’en version trilingue depuis quelque temps ?
1. Kan u meedelen of dit een toevallige samenloop
van omstandigheden is, dan wel of deze documenten
sinds enige tijd enkel nog in de drie talen te verkrijgen
zijn ?
2. Pourriez-vous, le cas échéant, en donner la
raison ?
2. Kan u hiervan desgevallend de reden geven ?
3. Un changement en matière d’emploi des langues
est-il également intervenu pour les autres documents
de paiement (chèques, etc.) ?
3. Is er ook een wijziging opgetreden in het taalgebruik voor de andere betalingsdocumenten (cheques,
enzovoort) ?
DO 2005200606313
DO 2005200606313
Question no 746 de M. Bart Laeremans du 22 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État aux Entreprises
publiques, adjoint à la ministre du Budget et de
la Protection de la consommation :
Vraag nr. 746 van de heer Bart Laeremans van
22 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
Belgacom. — Hal-Vilvorde. — Exigences linguistiques
imposées aux membres du personnel.
Belgacom. — Halle-Vilvoorde. — Taalvereisten
personeelsleden.
Diverses familles domiciliées à Hal-Vilvorde m’ont
adressé des plaintes au sujet d’installateurs de Belga-
Er bereiken mij klachten van diverse families uit
Halle-Vilvoorde die geconfronteerd worden met in-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18862
com qui ne maı̂trisent pas la langue néerlandaise. Les
clients se voient à chaque fois contraints de passer au
français pour se faire comprendre.
stallateurs van Belgacom die het Nederlands niet
machtig zijn. Noodgedwongen moeten de mensen dan
telkens opnieuw overschakelen naar het Frans om zich
verstaanbaar te maken.
1.
a) L’entreprise Belgacom impose-t-elle des exigences
linguistiques aux membres de son personnel qui
travaillent en déplacement à Hal-Vilvorde et à
Bruxelles ?
1.
a) Stelt Belgacom taalvereisten voor zijn personeelsleden die op verplaatsing werken in Halle-Vilvoorde
en Brussel ?
b) Existe-t-il un règlement interne à ce sujet ?
b) Bestaat hieromtrent een intern reglement ?
2. L’entreprise Belgacom organise-t-elle des cours
de langue pour son personnel ?
2. Organiseert Belgacom taalcusussen voor zijn
personeelsleden ?
DO 2005200606317
DO 2005200606317
Question no 747 de M. Roel Deseyn du 22 novembre
2005 (N.) au secrétaire d’État aux Entreprises
publiques, adjoint à la ministre du Budget et de
la Protection de la consommation :
Vraag nr. 747 van de heer Roel Deseyn van 22 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van
Begroting en Consumentenzaken :
Annulation de l’achat de locomotives du type 14.
De annulering van de aankoop van de type 14locomotieven.
Notre pays ambitionne de devenir le cœur logistique
de l’Europe. Dans cette optique, le transport de
marchandises par rail joue un rôle capital à l’heure où
le réseau autoroutier se congestionne de plus en plus.
B-Cargo est ainsi appelé à être un acteur à part entière
sur le marché du transport international de marchandises.
Ons land heeft de ambitie het logistieke hart van
Europa te zijn. Het goederenvervoer per spoor speelt
hierin een cruciale rol nu de snelwegen alsmaar verder
dichtslibben. B-Cargo moet een volwaardige speler
worden op de markt van het internationale goederenvervoer.
Il est extrêmement important que B-Cargo soit doté
des outils nécessaires pour se préparer à affronter
l’avenir. Cependant, quelques décisions prises au sein
de la SNCB suscitent l’inquiétude. C’est ainsi que
notre société de chemins fer a décidé d’annuler l’achat
des locomotives électriques lourdes du type 14 qui
revêtent pourtant une importance fondamentale dans
la perspective du développement de B-Cargo.
Het is uitermate belangrijk dat B-Cargo de instrumenten krijgt om zich te wapenen voor de toekomst.
Enkele beslissingen binnen de NMBS zorgen echter
voor ongerustheid. Zo werd beslist om de aankoop
van de elektrische locomotieven van het type 14 te
annuleren. Nochtans zijn deze zware locomotieven
cruciaal in de uitbouw van B-Cargo.
La série 23 serait modernisée à titre de compensation.
Ter compensatie zou de reeks 23 worden gemoderniseerd.
Conséquence : il a aussi été décidé d’arrêter
l’électrification de la ligne 24 entre Montzen et la frontière allemande. Donc, demain comme aujourd’hui, il
ne sera possible d’emprunter cette ligne qu’avec des
locomotives diesel. Or nous avons reçu des communiqués selon lesquels la SNCB ne disposerait plus de
locomotives diesel suffisamment puissantes pour effectuer des transports lourds.
Als gevolg hiervan werd ook beslist om de elektrificatie van de lijn 24 tussen Montzen en de Duitse grens
stop te zetten. Men zal dus nog altijd enkel met dieseltoestellen deze lijn kunnen berijden. Nochtans bereiken ons berichten dat de NMBS niet langer beschikt
over de zware diesellocomotieven die krachtig genoeg
zijn om zware tranporten uit te voeren.
1. Pourquoi avoir annulé l’achat de locomotives du
type 14 ?
1. Waarom werd de aankoop van de type 14locomotieven naar de prullenbak verwezen ?
2.
a) Sur la base de quels arguments défendez-vous la
décision de moderniser les locomotives du type 14 ?
2.
a) Hoe verdedigt u de beslissing om de reeks 23 te
moderniseren ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18863
b) Ne vaudrait-il pas mieux investir dans des locomotives polycourant ?
b) Ware het niet beter te investeren in polycourante
locomotieven ?
3.
a) Le projet d’électrifier la ligne 24 est-il définitivement enterré ?
3.
a) Is de elektrificering van lijn 24 nu definitief van de
baan ?
b) Quand les budgets nécessaires seront-ils disponibles ?
b) Voor wanneer zijn de nodige budgetten ?
4. Comment B-Cargo assurera-t-il à l’avenir les
transports lourds sur l’itinéraire passant par Montzen ?
4. Hoe zal B-Cargo in de toekomst de zware transporten over de Montzenroute bedienen ?
DO 2005200606328
DO 2005200606328
Question no 748 de M. Dirk Claes du 22 novembre
2005 (N.) au secrétaire d’État aux Entreprises
publiques, adjoint à la ministre du Budget et de
la Protection de la consommation :
Vraag nr. 748 van de heer Dirk Claes van 22 november
2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :
Cartes d’identité électroniques. — Possibilité de recrutement à titre définitif par les communes du personnel détaché par des entreprises publiques.
Elektronische identiteitskaarten. — Mogelijke definitieve aanwerving van het gedetacheerd overheidsbedrijfpersoneel door de gemeenten.
Lors de la concertation avec l’Union des villes et
communes flamandes (VVSG), votre cabinet aurait
fortement insisté pour que les communes recrutent à
titre définitif le personnel mis à leur disposition par
des entreprises publiques. Les communes répondent
qu’il s’agit d’un recrutement externe et que les agents
concernés ne peuvent pas être avantagés (ou désavantagés) par rapport aux autres membres du personnel
communal. Elles opposent l’autonomie communale
aux dispositions de la loi programme et des arrêtés
royaux qui accordent une priorité au personnel détaché par les entreprises publiques. Votre cabinet aurait
insisté pour que des propositions soient faites en vue
de contourner les objections légales.
Bij overleg met de Vereniging van Vlaamse Steden
en Gemeenten (VVSG) zou uw kabinet zwaar hebben
aangedrongen op een definitieve aanwerving door de
gemeenten van het voor de overheidsbedrijven ter
beschikking gestelde personeel. De gemeenten argumenteren dat het een externe aanwerving betreft, en de
betrokken personeelsleden niet meer (of minder)
kansen moeten krijgen dan ander gemeentepersoneel.
Zij brengen de gemeentelijke autonomie in stelling
tegen bepalingen uit de programmawet en koninklijke
besluiten die het door de overheidsbedrijven gedetacheerde personeel een streepje voor geven. Uw kabinet
zou hebben aangedrongen op voorstellen om de wettelijke bezwaren te omzeilen.
1.
a) Quelles sont les dispositions légales qui permettraient un recrutement définitif du personnel détaché par des entreprises publiques ?
1.
a) Welke wettelijke bepalingen bestaan er in verband
met de mogelijke definitieve aanwerving van het
gedetacheerd overheidsbedrijfpersoneel ?
b) Dans quelle mesure ces dispositions sont-elles valables si l’autonomie communale prévaut de toute
manière ?
b) In welke mate zijn deze geldig als toch de gemeentelijke autonomie daarboven zou gelden ?
2. Confirmez-vous que votre cabinet a insisté sur la
recherche de méthodes créatives pour contourner les
objections légales ?
2. Bevestigt u dat uw kabinet heeft aangedrongen
op creatieve manieren om de wettelijke bezwaren te
omzeilen ?
3. En quoi pourraient consister ces méthodes créatives selon votre cabinet ?
3. Uit wat zouden deze creatieve manieren volgens
uw kabinet kunnen bestaan ?
4. À l’heure actuelle, quelle est la position des
communes au sujet de cette discussion ?
4. Wat is de huidige positie van de gemeenten in
verband met deze discussie ?
5. Confirmez-vous que le détachement sera
prolongé de 2007 à 2009 si la migration de la carte
5. Bevestigt u dat de detachering zal verlengd
worden van 2007 naar 2009 wanneer de omschakeling
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18864
d’identité traditionnelle vers la carte d’identité électronique devait ne pas être terminée en 2007 ?
van de traditionele naar de elektronische identiteitskaart in 2007 nog niet afgerond zou zijn ?
6. Comment entrevoyez-vous un détachement définitif éventuel des agents concernés ?
6. Hoe ziet u een eventuele definitieve detachering
van de betrokken personeelsleden ?
DO 2005200606333
DO 2005200606333
Question no 749 de M. Francis Van den Eynde du
22 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État aux
Entreprises publiques, adjoint à la ministre du
Budget et de la Protection de la consommation :
Vraag nr. 749 van de heer Francis Van den Eynde van
22 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
SNCB. — Gares voyageurs. — Nombre de voyageurs.
— Effectifs.
NMBS. — Reizigersstations. — Aantal reizigers. —
Aantal personeelsleden.
1. Pourriez-vous indiquer combien de gares voyageurs la SNCB exploite dans chaque région du pays et
combien de voyageurs y prennent le train chaque jour
ouvrable ?
1. Kan u meedelen hoeveel reizigersstations door de
NMBS in elk Gewest van het land uitgebaat worden
en hoeveel reizigers er per werkdag in deze stations
opstappen ?
2. Quels sont les effectifs de ces gares ?
2. Hoeveel personeelsleden zijn in deze stations aan
het werk ?
3. Si ces chiffres ne coı̈ncident pas avec le volume de
travail engendré par le nombre de voyageurs à
l’embarquement, pourriez-vous préciser pourquoi il en
est ainsi ?
3. Indien deze aantallen niet in overeenkomst zijn
met het werkvolume dat het aantal opstappende reizigers met zich meebrengt, kan u meedelen waarom dit
niet het geval is ?
DO 2005200606340
DO 2005200606340
Question no 750 de M. Staf Neel du 22 novembre 2005
(N.) au secrétaire d’État aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la
Protection de la consommation :
Vraag nr. 750 van de heer Staf Neel van 22 november
2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken :
SNCB. — Force majeure ou accident. — Contrat de
gestion. — Recours à des moyens de transport de
rechange.
NMBS. — Overmacht of ongeval. — Beheersovereenkomst. — Gebruik van ander vervoer.
Le transport en commun, et notamment le trafic
ferroviaire, connaı̂t en Belgique un succès grandissant.
Des défaillances — pour cause de force majeure ou à
la suite d’un accident — d’un câble ou d’une cabine à
haute tension, du train même ou de l’équipement
technique sont dès lors susceptibles de se produire.
Meer dan in het verleden wordt in dit land gebruik
gemaakt van het openbaar vervoer. Dit is eveneens het
geval voor de trein. Het kan dan ook gebeuren dat,
door overmacht of een ongeval, een hoogspanningskabel of -cabine, de trein of ander technisch materieel
het laat afweten.
Ces problèmes peuvent se produire à tout moment
de la journée, donc également en soirée, si bien que les
voyageurs encore présents manquent leur correspondance avec un autre train ou bus et sont contraints de
recourir à un autre moyen de transport, généralement
un taxi.
Dit alles kan op alle uren van de dag gebeuren, zo
ook bij de late treinen, zodat de nog aanwezige reizigers door deze overmacht hun volgende aansluiting
met trein of bus missen en zodoende aangewezen zijn
op ander vervoer en dit is in de meeste gevallen een
taxi.
Il me revient que la SNCB aurait marqué son accord
sur cette procédure dans le cadre d’un contrat de
gestion conclu précédemment.
Naar ik vernam zou dit in een vroeger gemaakte
beheersovereenkomst met de NMBS zijn aanvaard ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18865
1. Est-il exact qu’un accord en la matière avait été
conclu avec la SNCB ? Est-il toujours d’application ?
2. Certains voyageurs recourent-ils effectivement à
ce moyen de transport de rechange ?
1. Is het juist dat dit met de spoorwegmaatschappij
overeengekomen werd en is dit nog steeds van toepassing ?
2. Wordt hiervan gebruik gemaakt ?
3. À combien de reprises des voyageurs restés à
quai ont-ils fait appel à un taxi en 2000, 2001, 2002,
2003, 2004 et 2005 jusqu’à ce jour ?
3. Hoeveel maal wordt hiervan gebruik gemaakt en
dit voor de jaren 2000, 2001, 2002, 2003 en 2004 tot
heden ?
4. Quel coût supplémentaire cela représente-t-il
pour la SNCB par région pour les années 2000 à 2005 ?
4. Over welke extra kosten gaat het hier voor de
spoorwegen en dit voor de drie landsgedeelten en voor
de jaren 2000 tot heden ?
5. La plupart des voyageurs connaissent-ils cette
procédure ? Comment en ont-ils été informés ?
5. Is dit door het grote deel van de reizigers geweten
en hoe werden zij hiervan op de hoogte gebracht ?
6.
a) S’il appert qu’elle est insuffisamment connue, la
SNCB prendra-t-elle des initiatives pour y remédier ?
6.
a) Als de reizigers hiervan onvoldoende op de hoogte
zijn, zal hier dan iets aan worden gedaan ?
b) Dans l’affirmative, de quelle manière ?
b) Zo ja, hoe ?
c) Dans la négative, pourquoi ?
c) Zo neen, waarom niet ?
7. Tous les responsables des gares sont-ils au
courant de l’existence de ce contrat de gestion ? De
quelle manière en ont-ils été informés ?
7. Zijn alle stationsverantwoordelijken van deze
beheersovereenkomst op de hoogte en hoe werden zij
hiervan op de hoogte gebracht ?
8. Où le texte de ce contrat de gestion peut-il être
consulté, le cas échéant ?
8. Waar kan men eventueel de tekst van deze
« beheersovereenkomst » terugvinden ?
DO 2005200606346
DO 2005200606346
Question no 751 de Mme Marie Nagy du 23 novembre
2005 (Fr.) au secrétaire d’État aux Entreprises
publiques, adjoint à la ministre du Budget et de
la Protection de la consommation :
Vraag nr. 751 van mevrouw Marie Nagy van
23 november 2005 (Fr.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
SNCB. — IFB. — Terminal « Schijnpoort ».
NMBS. — IFB. — Terminal Antwerpen Schijnpoort.
Certaines questions se posent sur Inter Ferry Boats
(IFB), la filiale d’activité fret maritime de la SNCB et
plus particulièrement sur le terminal « Schijnpoort » à
Anvers, situé à proximité d’une zone de la ville densément peuplée.
Er rijzen een aantal vragen omtrent het NMBSfiliaal voor vrachtvervoer over zee IFB (Inter Ferry
Boats) en meer bepaald omtrent de vlak bij een dichtbevolkt stadsgedeelte gelegen Terminal Schijnpoort in
Antwerpen.
Selon la réglementation en vigueur, les conteneurs
ne peuvent être entreposés que temporairement sur le
terminal, mais il semble que la notion « temporairement » soit interprêtée très largement, de sorte qu’on
constate que les conteneurs restent stockés en permanence dont certains avec des produits dangereux. Dès
lors la question se pose de savoir si le terminal
« Schijnpoort » est bien situé en terme d’aménagement
de territoire, de protection de l’environnement et de la
santé publique.
Krachtens de vigerende regelgeving mogen containers slechts tijdelijk op de terminal worden opgeslagen, maar naar verluidt wordt het begrip « tijdelijk »
wel zeer ruim geı̈nterpreteerd, en blijven er constant
containers staan, waarvan sommige bovendien gevaarlijke producten bevatten. Men kan zich dan ook afvragen of de Terminal Schijnpoort uit het oogpunt van de
ruimtelijke ordening, de milieuzorg en de volksgezondheid, wel optimaal gelegen is.
En, dehors des questions sur le respect, par
l’entreprise IFB, de la législation et réglementation en
Naast de vraag of IFB de vigerende wetgeving en
reglementering behoorlijk naleeft, rijst ook de vraag
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18866
vigueur, des questions se posent également en matière
de responsabilité sociale de l’entreprise. Le Plan fédéral de développement durable, approuvé par le Conseil
des ministres du 24 septembre 2004, parle de responsabilité sociale des entreprises comme « nécessité ».
naar het maatschappelijk verantwoord ondernemen
door het bedrijf. In het Federaal Plan inzake Duurzame Ontwikkeling, dat op 24 september 2004 door de
ministerraad goedgekeurd werd, staat te lezen dat
maatschappelijk verantwoord ondernemen « nodig »
is.
1.
a) L’entreprise IFB a-t-elle respecté les législations et
réglementation en application de la directive en la
matière ?
1.
a) Leeft IFB de wetgeving en de voorschriften die
voortvloeien uit de desbetreffende richtlijn behoorlijk na ?
b) Des procès-verbaux ont-ils été dressés suite à des
constats d’infraction ?
b) Werd er al eens proces-verbaal opgemaakt van een
overtreding ?
c) Dans l’affirmative, pourriez-vous communiquer
les dates, les raisons et l’autorité qui a dressé les
procès-verbaux ?
c) Zo ja, op welke data, op welke gronden en door
welke autoriteiten werd er proces-verbaal opgemaakt ?
2. Pourriez-vous communiquer si des enquêtes judiciaires contre l’entreprise sont éventuellement en
cours, et pour quelles raisons ?
2. Loopt er gebeurlijk een gerechtelijk onderzoek
tegen het bedrijf, en zo ja, op welke gronden ?
3. Quelle est la vision d’IFB sur la responsabilité
sociale ?
3. Welke visie huldigt IFB op maatschappelijk verantwoord ondernemen ?
4.
a) Existe-t-il un plan d’action en matière de responsabilité sociale ?
4.
a) Bestaat er een actieplan inzake maatschappelijk
verantwoord ondernemen ?
b) Si oui, quel en est le contenu ?
b) Zo ja, wat houdt dat actieplan in ?
c) Si non, pourquoi ?
c) Zo neen, waarom niet ?
5. Quelles initiatives concrètes en matière de
concertation avec des collectivités locales et des riverains l’IFB a-t-il prises pour ses terminaux en Belgique ?
5. Welke concrete stappen heeft IFB al gedaan met
het oog op overleg met de lokale overheden en de
omwoners over zijn terminals in België ?
6.
a) Pourquoi le site web d’IFB est-il uniquement en
anglais ?
6.
a) Waarom is de website van IFB een eentalig Engelse
site ?
b) Estimez-vous ceci admissible d’une filiale d’une
entreprise publique autonome belge ?
b) Vindt u dat dat kan voor een filiaal van een
Belgisch autonoom overheidsbedrijf ?
7.
a) Estimez-vous que le terminal « Schijnpoort » est
situé à un bon endroit ?
7.
a) Vindt u dat er voor de Terminal Antwerpen
Schijnpoort een geschikte lokatie gekozen werd ?
b) Ou une reconversion du site s’impose-t-elle ?
b) Of is een reconversie van de site geboden ?
DO 2005200606351
DO 2005200606351
Question no 752 de Mme Ingrid Meeus du 23 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État aux Entreprises
publiques, adjoint à la ministre du Budget et de
la Protection de la consommation :
Vraag nr. 752 van mevrouw Ingrid Meeus van
23 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
SNCB. — Parcs industriels de Tamise, Bornem et
Saint-Nicolas. — Arrêts supplémentaires.
NMBS. — Industrieparken van Temse, Bornem en
Sint-Niklaas. — Extra haltes.
Les parcs industriels de Tamise, Saint-Nicolas et
Bornem emploient des centaines de personnes. Pour
De industrieparken in Temse, Sint-Niklaas en
Bornem stellen honderden mensen tewerk. Om hun
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18867
rejoindre leur lieu de travail, ces travailleurs doivent
emprunter la N16 et passent quotidiennement
plusieurs heures dans les embouteillages. La route est
souvent pour eux la seule façon de rejoindre ces parcs
industriels étant donné que ceux-ci ne sont pas accessibles en train. Même si un train traverse ces parcs
industriels, aucun arrêt n’a été prévu et de nombreux
travailleurs doivent dès lors prendre leur voiture. Le
parc industriel de Tamise est par ailleurs inaccessible
en bus.
plaats van tewerkstelling te bereiken, staan deze werknemers dagelijks urenlang in de file op de N 16. Vaak
is dat de enige mogelijkheid voor hen want deze
industrieparken zijn niet bereikbaar met de trein. Niettegenstaande dat de trein langs deze industrieparken
passeert, werden er geen haltes voorzien waardoor
vele werknemers aangewezen worden op hun wagen.
Het industriepark in Temse is daarenboven zelfs onbereikbaar met de bus.
L’étude réalisée récemment sur la prolongation de la
ligne ferroviaire Saint-Nicolas-Malines (ligne 54) indique que le train coûteux et lourd qui circule sur cette
voie, n’est pas adapté au trajet à parcourir. L’étude
recommande vivement l’acquisition d’un train plus
léger et plus modulable. Toujours selon l’étude, si le
train actuel était remplacé par un service de type light
rail (Lira), la fonction sociale de cette ligne ferroviaire
serait renforcée. Si l’on investissait dans une nouvelle
ligne ferroviaire adaptée à un train Lira, plusieurs
nouveaux arrêts pourraient être prévus sur la ligne de
sorte qu’un nombre plus important de voyageurs
l’emprunteraient.
Onlangs werd een studie uitgevoerd naar de uitbreiding van de spoorlijn Sint-Niklaas-Mechelen (lijn 54).
Uit de studie blijkt dat op deze lijn een dure en zware
trein spoort maar dat deze trein veel te log is voor het
traject dat hij moet afleggen. In de studie wordt de
aankoop van een lichtere en meer flexibere trein dan
ook sterk aanbevolen. Indien de huidige trein vervangen zou worden door een « light raildienst » (Lira), zal
de maatschappelijke functie van deze spoorlijn versterkt worden, wijst de studie uit. Indien men zou
investeren in een nieuwe spoorlijn voor een dergelijke
Lira-trein zouden een heel aantal nieuwe stops kunnen
toegevoegd worden aan het traject, zodat meer mensen
baat zouden hebben bij deze nieuwe spoorlijn.
L’étude propose que des arrêts soient prévus aux
parcs industriels de Tamise, de Bornem et de SaintNicolas. Ceci permettrait de réduire considérablement
les embouteillages sur la N16.
De studie stelt de mogelijke haltes aan de industrieparken van Temse, Bornem en Sint-Niklaas voor. Dit
zou het dagelijks fileleed op de N16 aanzienlijk verminderen.
1. Les conclusions de cette étude sont-elles prises en
compte dans le programme d’investissement de la
SNCB ?
1. Worden de besluiten van deze studie opgenomen
in het investeringsprogramma van de NMBS ?
2.
a) Dans l’affirmative, des arrêts supplémentaires
sont-ils prévus à Tamise, Bornem et Saint-Nicolas ?
2.
a) Zo ja, worden er extra haltes te Temse, Bornem en
Sint-Niklaas gepland ?
b) Dans quels délais et à quel endroit ?
b) Tegen wanneer en waar ?
3. Quel serait le coût de l’ensemble de ce projet ?
3. Wat zou de kostprijs van dit hele project zijn ?
DO 2005200606352
DO 2005200606352
Question no 753 de M. Jef Van den Bergh du
23 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État aux
Entreprises publiques, adjoint à la ministre du
Budget et de la Protection de la consommation :
Vraag nr. 753 van de heer Jef Van den Bergh van
23 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de
minister van Begroting en Consumentenzaken :
SNCB. — Nuisances sonores à Kallo.
NMBS. — Geluidsoverlast in Kallo.
Dès que le Deurganckdok fonctionnera à plein
régime, la commune de Kallo sera confrontée à d’importantes nuisances sonores. Aujourd’hui, seulement
deux trains de marchandises traversent le village. Sous
peu, leur nombre sera porté à 93, dont 63 circuleront
la nuit. On estime en outre à quelque 1 800 le nombre
de véhicules qui traverseront la région par heure, dont
Zodra het Deurganckdok op volle toeren draait zal
Kallo geconfronteerd worden met grote geluidsoverlast. Vandaag rijden er slechts twee goederentreinen
door het dorp, binnenkort worden dat er 93, waarvan
63 ’s nachts. Daarnaast zullen volgens schattingen zo’n
1 800 voertuigen per uur het gebied doorkruisen,
waarvan 600 per uur ’s nachts. Een studie uitgevoerd
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18868
600 la nuit. Selon une étude effectuée par la commune
et la province, des niveaux sonores jusqu’à 65 décibels
seraient atteints, alors que la loi prévoit un volume de
50 décibels de jour et de 45 décibels de nuit. Les
nuisances sonores devraient être les plus sévères à
hauteur de la Fabriekstraat, que longue une ligne de
chemin de fer réservée au transport de marchandises.
door de gemeente en provincie spreekt van decibelwaarden die oplopen tot 65 decibel, terwijl dit wettelijk maar 50 decibel mag zijn en ’s nachts 45. De
meeste overlast wordt verwacht aan de Fabriekstraat
waarlangs een goederenspoor trekt.
1. La SNCB a-t-elle déjà effectué une étude acoustique à cet endroit ?
1. Heeft de NMBS hier reeds een geluidsonderzoek
uitgevoerd ?
2. Dans l’affirmative, quels en étaient les résultats ?
2. Zo ja, wat waren hiervan de resulaten ?
3. Dans la négative, quand sera-t-il procédé à cette
étude ?
3. Zo niet, wanneer zal dit geluidsonderzoek
plaatsvinden ?
4. Pourquoi n’a-t-il pas été opté pour la construction d’un mur antibruit le long de la Fabriekstraat ?
4. Waarom is er besloten om geen geluidsbuffer te
plaatsen aan de Fabriekstraat ?
DO 2005200606354
DO 2005200606354
Question no 754 de M. Roel Deseyn du 23 novembre
2005 (N.) au secrétaire d’État aux Entreprises
publiques, adjoint à la ministre du Budget et de
la Protection de la consommation :
Vraag nr. 754 van de heer Roel Deseyn van 23 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van
Begroting en Consumentenzaken :
La Poste. — Libéralisation du marché belge des services postaux.
De Post. — Liberalisering van de Belgische postmarkt.
La nouvelle loi néerlandaise relative aux services
postaux permettra une libéralisation complète du
marché postal. Cette libéralisation doit déboucher sur
un choix plus étendu, une baisse des prix et une hausse
de la qualité des services postaux. Cette libéralisation
se fera notamment sentir sur le marché professionnel,
qui représente 92 % des envois de courrier aux PaysBas. La nouvelle proposition de loi a été examinée au
Conseil des ministres à la demande du ministre des
Affaires économiques néerlandais, M. Brinkhorst.
L’objectif est de libéraliser entièrement le marché
postal en 2007. La date exacte d’entrée en vigueur de la
loi dépendra notamment de la situation en Angleterre
et en Allemagne, afin de générer un « level playing
field ».
De nieuwe Nederlandse postwet zal een volledige
liberalisering van de postmarkt mogelijk maken. De
volledige liberalisering moet leiden tot meer keuzemogelijkheden, lagere prijzen, en betere kwaliteit van de
postdiensten. Dit zal met name effect hebben op de
zakelijke markt. Deze markt is goed voor 92 % van de
post in Nederland. Het nieuwe wetsvoorstel is op
voorstel van minister van Economische Zaken Brinkhorst in de Ministerraad besproken. Het is de intentie
om de postmarkt in 2007 volledig te liberaliseren. De
exacte datum van inwerkingstelkling van de wet zal
mede afhangen van het « level playing field » in Engeland en Duitsland.
À l’heure actuelle, TNT NV jouit encore d’un
monopole légal sur l’envoi de courrier jusqu’à 100
grammes. Dès 2006, ce monopole sera limité aux
lettres jusqu’à 50 gr., soit environ 50 % des lettres
envoyées. Le monopole légal disparaı̂tra dès l’entrée
en vigueur de la nouvelle loi postale.
Op dit moment heeft TNT NV nog het wettelijk
monopolie op het verzenden van poststukken tot en
met 100 gr. Vanaf 2006 wordt dit monopolie beperkt
tot brieven van tot en met 50 gr., dit is ongeveer 50 %
van alle verzonden brieven. Bij het in werking treden
van de nieuwe postwet vervalt dit wettelijk monopolie.
Le Conseil des ministres néerlandais a approuvé
l’envoi de cette proposition de loi pour avis au Conseil
d’État. Le texte de cette proposition de loi et l’avis du
Conseil d’État ne seront rendus publics qu’au moment
de son dépôt à la Deuxième Chambre néerlandaise.
De Nederlandse Ministerraad heeft ermee ingestemd dat het wetsvoorstel voor advies aan de Raad
van State zal worden gezonden. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State
worden pas openbaar bij indiening bij de Tweede
Kamer.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18869
1. Quelles devraient être les différentes phases de la
libéralisation du marché postal belge ?
1. Met welke fasering plant u de vrijmaking van de
Belgische postmarkt ?
2. Comment sera organisé le service universel dans
le cadre du marché postal libéralisé ?
2. Op welke manier zal de universele dienst georganiseerd worden in de vrijgemaakte postmarkt ?
3.
a) Quelles seront les nouvelles tâches attribuées à
l’Institut belge des services postaux et des télécommunications (IBPT) et au service de médiation
dans le cadre du marché postal libéralisé ?
3.
a) Welke nieuwe taken krijgen het Belgisch Instituut
voor postdiensten en telecommunicatie (BIPT) en
de Ombudsdienst in de vrijgemaakte postmarkt ?
b) Quel est à cet égard l’échéancier prévu ?
b) Met welke timing zal dat gepaard gaan ?
4.
a) Quel est le pourcentage du marché postal belge
déjà ouvert à la concurrence ?
4.
a) In hoeveel procent van de Belgische postmarkt is er
op dit moment reeds concurrentie toegelaten ?
b) Quelles sont les entreprises concernées ?
b) Om welke bedrijven gaat het ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18871
III. Questions posées par les membres de la Chambre des représentants
et réponses données par les ministres.
III. Vragen van de leden van de Kamer van volksvertegenwoordigers
en antwoorden van de ministers.
Premier ministre
Eerste minister
DO 2005200606337
DO 2005200606337
Question no 107 de Mme Marie Nagy du 22 novembre
2005 (Fr.) au premier ministre :
Vraag nr. 107 van mevrouw Marie Nagy van
22 november 2005 (Fr.) aan de eerste minister :
Conférences interministérielles.
Interministeriële conferenties.
Il existe toute une série de Conférences interministérielles. Le fonctionnement et l’organisation des
travaux des Conférences interministérielles, qui traitent souvent des dossiers très importants, ne sont pas
très clairs.
Er bestaan een hele reeks Interministeriële Conferenties. Er heerst heel wat onduidelijkheid over de
werking van en de regeling van de werkzaamheden in
de Interministeriële Conferenties, waar vaak zeer
belangrijke dossiers worden besproken.
1. Quelles sont actuellement les Conférences interministérielles existantes ?
1. Welke Interministeriële Conferenties bestaan er
momenteel ?
2. Pour chaque Conférence interministérielle,
combien de réunions, ventilées par an, ont eu lieu au
cours de cette législature ?
2. Hoeveel keer, uitgesplitst per jaar, is elke Interministeriële Conferentie tijdens de huidige zittingsperiode bijeengekomen ?
3.
a) Qui détient les procès-verbaux des réunions des
Conférences interministérielles ?
3.
a) Wie bewaart de notulen van de vergaderingen van
de Interministeriële Conferenties ?
b) Est-ce la Chancellerie ?
b) Is dat de Kanselarij ?
4. Y a-t-il un suivi structurel par le Comité de
Concertation du fonctionnement de ces Conférences
interministérielles ?
4. Staat het Overlegcomité in voor een structurele
follow-up van de werking van die Interministeriële
Conferenties ?
Réponse du premier ministre du 22 décembre 2005,
à la question no 107 de Mme Marie Nagy du
22 novembre 2005 (Fr.) :
Antwoord van de eerste minister van 22 december
2005, op de vraag nr. 107 van mevrouw Marie Nagy
van 22 november 2005 (Fr.) :
1. Conformément à l’article 31bis de la loi ordinaire du 9 août 1980 de réformes institutionnelles, le
Comité de concertation du 15 septembre 2004 a décidé
de créer des Conférences interministérielles dans les
matières suivantes :
1. Overeenkomstig artikel 31bis van de gewone wet
van 9 augustus 1980 tot hervorming der instellingen,
heeft het Overlegcomité van 15 september 2004 beslist
om de volgende Interministeriële Conferenties op te
richten :
— Réformes institutionnelles;
— Institutionele Hervormingen;
— Économie et Énergie;
— Economie en Energie;
— Mobilité, Infrastructure et Télécommunications;
— Mobiliteit, Infrastructuur en Telecommunicatie;
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18872
— Politique scientifique et Culture;
— Wetenschapsbeleid en Cultuur;
— Politique étrangère;
— Buitenlands Beleid;
— Commerce extérieur;
— Buitenlandse Handel;
— Finances et Budget;
— Financiën en Begroting;
— Intérieur;
— Binnenlandse Zaken;
— Emploi, Formation et Économie sociale;
— Tewerkstelling, Vorming en Sociale Economie;
— Fonction publique et Modernisation des services
publics;
— Ambtenarenzaken en Modemisering van de overheidsdiensten;
— Politique agricole;
— Landbouwbeleid;
— Santé publique;
— Volksgezondheid;
— Environnement;
— Leefmilieu;
— Intégration dans la société;
— Integratie in de Maatschappij;
— Politique de la ville et logement;
— Stedelijk beleid en huisvesting;
— Bien-être, sports et famille.
— Welzijn, sport en familie.
La composition, le rôle, le fonctionnement et la
logistique des Conférences interministérielles sont
réglés par la circulaire du 6 juillet 2005 relative aux
Conférences interministérielles.
De samenstelling, rol, werking en logistiek van de
Interministeriële Conferenties worden geregeld door
de omzendbrief van 6 juli 2005 betreffende de Interministeriële Conferenties.
2. Pour autant que le Secrétariat central du Comité
de Concertation possède les données, ce qui suit peut
être communiqué pour ce qui concerne le nombre de
réunions des Conférences interministérielles depuis le
début de cette législature (le 12 juillet 2003) :
2. Voor zover de gegevens in het bezit zijn van de
Centrale Secretarie van het Overlegcomité, kan het
volgende worden medegedeeld wat het aantal vergaderingen van de Interministeriële Conferenties betreft
sinds het begin van deze legislatuur (12 juli 2003) :
CIM
—
IMC
2003
Réformes institutionnelles. — Institutionele Hervormingen .................
Économie et Énergie. — Economie en Energie ....................................
Mobilité, Infrastructure et Télécommunications. — Mobiliteit, Infrastructuur en Telecommunicatie ............................................................
Politique scientifique et Culture. — Wetenschapsbeleid en Cultuur .....
Politique étrangère. — Buitenlands Beleid ...........................................
Commerce extérieur. — Buitenlandse Handel .....................................
Finances et Budget. — Financiën en Begroting ....................................
Intérieur. — Binnenlandse zaken .........................................................
Emploi, Formation et Économie sociale. — Tewerkstelling, Vorming en
Sociale Economie .................................................................................
Fonction publique et Modernisation des services publics. — Ambtenarenzaken en Modernisering van de overheidsdiensten ..........................
Politique agricole. — Landbouwbeleid ................................................
Santé publique. — Volksgezondheid ....................................................
Environnement. — Leefmilieu .............................................................
Intégration dans la société. — Integratie in de Maatschappij ..............
Politique de la ville et Logement. — Stedelijk Beleid en Huisvesting ...
Bien-être, Sports et Famille. — Welzijn, Sport en Familie ...................
* procédure écrite
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2004
2005
1
2
2
1
1
1
2
1
0
0
8
1
4
27*
2
2
2
1
3
* schriftelijke procedure
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18873
3.
a) Les travaux de chaque Conférence interministérielle sont coordonnés par le président et un
secrétariat désigné par le président.
3.
a) De werkzaamheden van iedere Interministeriële
Conferentie worden gecoördineerd door de voorzitter en een secretariaat dat door de voorzitter
wordt aangeduid.
b) En plus, conformément à la circulaire précitée, les
règlements d’ordre intérieur, les ordres du jour, les
procès-verbaux et les dates prévues des réunions de
chaque Conférence interministérielle doivent être
envoyés au Secrétariat central du Comité de
concertation.
b) Bovendien dienen, overeenkomstig voormelde
omzendbrief, de inwendige reglementen, de
agenda’s, de notulen en de voorziene data van de
vergaderingen van elke Interministeriële Conferentie, te worden overgemaakt aan de Centrale Secretarie van het Overlegcomité.
Ce secrétariat central appartient au SPF Chancellerie du premier ministre et doit, entre autres, enregistrer et archiver les procès-verbaux des Conférences interministérielles. Pour ce faire, il est en
grande partie dépendant des présidents et des
secrétariats respectifs de ces Conférences interministérielles.
Deze centrale secretarie behoort tot de FOD
Kanselarij van de eerste minister en dient onder
meer de notulen van de Interministeriële Conferenties te registreren en archiveren. Daartoe is zij grotendeels aangewezen op de respectieve voorzitters
en secretariaten van deze Interministeriële Conferenties.
4. Afin de garantir un suivi plus efficace des Conférences interministérielles, le règlement d’ordre intérieur du Comité de Concertation a été adapté le 6 juillet 2005 : conformément à l’article 6, alinéa 2, modifié,
le suivi des convocations et des travaux sont inscrits
d’office à l’ordre du jour de chaque réunion du Comité
de Concertation. À cette fin, le Secrétariat central a
établi un aperçu, par Conférence interministérielle, qui
est soumis aux membres du Comité pour information.
4. Teneinde een efficiëntere opvolging van de Interministeriële Conferenties te kunnen waarborgen werd
het huishoudelijk reglement van het Overlegcomité op
6 juli 2005 aangepast : overeenkomstig het gewijzigde
artikel 6, tweede lid, wordt de opvolging van de
bijeenroepingen en de werkzaamheden ambtshalve
geagendeerd op iedere vergadering van het Overlegcomité. Daartoe heeft de Centrale secretarie een overzicht opgemaakt, per Interministeriële Conferentie, dat
aan de leden van het Comité ter kennisgeving wordt
voorgelegd.
DO 2005200606343
DO 2005200606343
Question no 108 de Mme Marie Nagy du 22 novembre
2005 (Fr.) au premier ministre :
Vraag nr. 108 van mevrouw Marie Nagy van
22 november 2005 (Fr.) aan de eerste minister :
Accords de coopération conclus par l’État fédéral.
Door de federale overheid gesloten samenwerkingsakkoorden.
Plusieurs accords de coopération prévoient explicitement l’instauration de groupes de travail formels qui
jouent un rôle clé dans l’exécution de l’accord de
coopération. Cependant, le nombre de groupes de
travail existant actuellement et les règles en matière
d’archivage central des procès-verbaux des réunions
de ces groupes de travail ne sont pas clairs. De même,
le rôle du Comité de Concertation dans le suivi de ces
accords de coopération est assez obscur.
Verscheidene samenwerkingsakkoorden voorzien
uitdrukkelijk in de oprichting van formele werkgroepen die een sleutelrol spelen bij de uitvoering van elk
van die samenwerkingsakkoorden. Nochtans is het
niet duidelijk hoeveel werkgroepen er thans actief zijn
en volgens welke regels de notulen van de vergaderingen van die werkgroepen centraal moeten gearchiveerd worden. Bovendien heerst er enige onduidelijkheid over de rol die het Overlegcomité bij de voortgangscontrole op die samenwerkingsakkoorden speelt.
1. Combien d’accords de coopération ont été signés
par l’État fédéral ?
1. Hoeveel samenwerkingsakkoorden heeft de federale overheid ondertekend ?
2. Combien d’accords de coopération ont été
publiés dans le Moniteur belge ?
2. Hoeveel samenwerkingsakkoorden werden in
het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18874
3. Combien d’accords de coopération sont actuellement en négociation avec les régions et/ou avec les
communautés ?
3. Over hoeveel samenwerkingsakkoorden wordt
er momenteel met de gewesten en/of de gemeenschappen onderhandeld ?
4. Pourriez-vous communiquer le nombre de groupes de travail officiels instaurés dans le cadre d’un
accord de coopération signé et approuvé par l’État
fédéral ?
4. Hoeveel werkgroepen werden er in het kader van
de door de federale overheid ondertekende en goedgekeurde samenwerkingsakkoorden officieel opgericht ?
5.
a) Qui détient les procès-verbaux des réunions de ces
groupes de travail ?
5.
a) Wie houdt de notulen van de vergaderingen van
die werkgroepen bij ?
b) Est-ce la Chancellerie ?
b) Is dat een taak van de Kanselarij ?
6. Y a-t-il un suivi structurel par le Comité de
Concertation de la signature et des procédures
d’approbation des accords de coopération ?
6. Houdt het Overlegcomité systematisch toezicht
op de ondertekening en de goedkeuringsprocedures
van de samenwerkingsakkoorden ?
7. Y a-t-il un suivi structurel par le Comité de
Concertation de l’exécution de ces accords de coopération ?
7. Houdt het Overlegcomité systematisch toezicht
op de uitvoering van die samenwerkingsakkoorden ?
Réponse du premier ministre du 22 décembre 2005,
à la question no 108 de Mme Marie Nagy du
22 novembre 2005 (Fr.) :
Antwoord van de eerste minister van 22 december
2005, op de vraag nr. 108 van mevrouw Marie Nagy
van 22 november 2005 (Fr.) :
1. Depuis 1989 et jusqu’au 6 décembre 2005, l’État
fédéral a signé 151 accords de coopération associant le
gouvernement fédéral. 118 de ces accords de coopération ne doivent pas être approuvés par une loi, un
décret et/ou une ordonnance (accord de coopération
sous forme simplifiée); 33 de ces accords de coopération exigent par contre une telle approbation.
1. Sinds 1989 en tot 6 december 2005, werden er
151 samenwerkingsakkoorden waarbij de federale
regering is betrokken, door haar ondertekend. Hiervan zijn er 118 samenwerkingsakkoorden die niet door
een wet, decreet en/of ordonnantie moeten goedgekeurd worden (samenwerkingsakkoorden in vereenvoudigde vorm) en 33 samenwerkingsakkoorden die
dergelijke goedkeuring wél vereisen.
2. 91 accords de coopération sous forme simplifiée
ont été publiés au Moniteur belge; 27 n’ont pas
(encore) été publiés. 18 des 33 accords de coopération
pour lesquels l’approbation devait se faire par une loi
(pour ce qui concerne les autorités fédérales) ont été
publiés au Moniteur belge.
2. Er werden 91 samenwerkingsakkoorden in vereenvoudigde vorm gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad; 27 werden (nog) niet gepubliceerd. Van de 33 samenwerkingsakkoorden waarvoor de goedkeuring
diende te gebeuren bij wet (wat de federale overheid
betreft) werden er 18 gepubliceerd in het Belgisch
Staatsblad.
3. Le 6 décembre 2005, cinq projets d’accord de
coopération associant les autorités fédérales et approuvés par le Conseil des ministres, n’avaient pas encore
été approuvés ou signés par chaque autorité concernée.
3. Op 6 december 2005 waren er een vijftal ontwerpen van samenwerkingsakkoord waarbij de Federale
overheid is betrokken en die reeds door de Ministerraad werden goedgekeurd maar nog niet door alle
betrokken overheden goedgekeurd of ondertekend.
4 et 5. Le Secrétariat central du Comité de Concertation auprès du SPF Chancellerie du premier ministre
n’est pas concerné par des groupes de travail éventuels
relatifs à l’exécution des accords de coopération. Ce
suivi appartient à la mission des membres de gouvernement compétents.
4 en 5. De Centrale Secretarie van het Overlegcomité bij de FOD Kanselarij van de eerste minister is
niet betrokken bij eventuele werkgroepen ter uitvoering van samenwerkingsakkoorden. Deze opvolging
behoort tot de opdrachten van de desbetreffende
bevoegde regeringsleden.
6. Le Secrétariat central suit de manière structurelle
l’état d’avancement des accords de coopération
auxquels les autorités fédérales sont associées. À cet
effet, il dispose, pour chaque compétence, de tableaux
spécifiques qui sont en outre utilisés comme base
d’inventorisation et d’archivage des accords. Pour le
6. De Centrale Secretarie volgt op structurele wijze
de stand van zaken van de samenwerkingsakkoorden
waarbij de federale overheid betrokken is. Daartoe
hanteert zij, per bevoegdheid, specifieke tabellen, die
bovendien gebruikt worden als basis voor de inventarisatie en archivering van de akkoorden. Voor de con-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18875
suivi concret des données, il fait en outre appel à la
collaboration des administrations des autres autorités
concernées (par exemple : pour la date d’approbation
par un gouvernement, pour la signature par les
membres de gouvernement respectifs, etc.).
crete opvolging van de gegevens doet zij bovendien
beroep op de medewerking van de administraties van
de andere betrokken overheden (bijvoorbeeld : voor de
datum van goedkeuring door een regering, voor de
ondertekening door de respectieve regeringsleden,
enzovoort).
7. Le Secrétariat central n’assure pas de suivi structurel de l’exécution des accords de coopération.
7. De Centrale secretarie staat niet in voor een
structurele opvolging van de uitvoering van de samenwerkingsakkoorden.
Vice-première ministre
et ministre de la Justice
Vice-eerste minister
en minister van Justitie
DO 2004200504700
DO 2004200504700
Question no 734 de M. Jef Van den Bergh du 30 juin
2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre
de la Justice :
Vraag nr. 734 van de heer Jef Van den Bergh van
30 juni 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en
minister van Justitie :
Excès de vitesse. — Conducteurs étrangers.
Snelheidsovertredingen. — Buitenlandse chauffeurs.
La police de la circulation et les parquets se plaignent de l’impunité dont jouissent les conducteurs
étrangers qui commettent un excès de vitesse. Certains
parquets ne prennent même plus la peine de prendre
les informations sur les véhicules flashés dans la
mesure où ils ne reçoivent la plupart du temps aucune
réponse à leur demande d’identification.
De verkeerspolitie en de parketten klagen beiden
over het ongestraft blijven van buitenlandse chauffeurs
die een snelheidsovertreding begaan. Bepaalde parketten steken zelfs geen energie meer in het verkrijgen van
informatie over de geflitste auto’s, daar zij meestal
toch geen antwoord krijgen op hun vraag tot identificatie.
Pouvez-vous préciser :
Kan u meedelen :
1. pour chaque État membre de l’Union européenne, le nombre d’infractions commises par ses
ressortissants sur le territoire belge en 2004;
1. het aantal overtredingen per EU-lidstaat, begaan
op Belgisch grondgebied in 2004;
2. le nombre de procès-verbaux envoyés vers
chaque État membre de l’Union européenne en 2004;
2. het aantal opgestuurde processen-verbaal per
EU-lidstaat in 2004;
3. pour chaque État membre de l’Union européenne, en 2004, le nombre de demandes d’identification de plaques minéralogiques et le nombre de
demandes auxquelles il a été effectivement répondu,
dans le cadre d’une infraction pour excès de vitesse ?
3. het aantal aangevraagde identificaties van
nummerplaten in het kader van snelheidsovertredingen per EU-lidstaat in 2004 en het aantal beantwoorde
identificatieaanvragen van nummerplaten in het kader
van snelheidsovertredingen per EU-lidstaat in 2004 ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de
la Justice du 22 décembre 2005, à la question no 734 de
M. Jef Van den Bergh du 30 juin 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Justitie van 22 december 2005, op de vraag nr. 734
van de heer Jef Van den Bergh van 30 juni 2005 (N.) :
Il convient de souligner que les données communiquées sont basées sur le pays dans lequel le véhicule est
inscrit et non sur la nationalité du conducteur.
Er dient benadrukt te worden dat de meegedeelde
gegevens gebaseerd zijn op het land, waarin het voertuig is ingeschreven en niet op de nationaliteit van de
bestuurder.
1. Les données demandées sont reprises dans le
tableau, en première colonne.
1. De gevraagde gegevens vindt u achteraan terug in
de tabel, eerste kolom.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18876
2. Les données demandées sont reprises dans le
tableau, en deuxième colonne.
3. Les données demandées sont reprises dans le
tableau, en troisième et quatrième colonne. Il est à
noter que la quatrième colonne ne contient que les
procès-verbaux qui incluent une demande d’identification et qui ont été envoyés. De nombreux dossiers dans
lesquels une demande d’identification a été introduite
ont finalement été classés sans suite.
Pays
—
Land
Nombre d’infractions
—
Aantal overtredingen
Chypre. — Cyprys ..........
Danemark. — Denemarken ...........................
Allemange. — Duitsland .
Estonie. — Estland .........
Finlande. — Finland .......
France. — Frankrijk .......
Grèce. — Griekenland ....
Hongrie. — Hongarije ....
Irlande. — Ierland ..........
Italie. — Italië ................
Lettonie. — Letland ........
Lituanie. — Litouwen .....
Luxembourg. — Luxemburg ................................
Malte. — Malta .............
Pays-Bas. — Nederland ..
Autriche. — Oostenrijk ..
Pologne. — Polen ...........
Portugal ..........................
Slovénie. — Slovenië .......
Slovaquie. — Slowakije ..
Espagne. — Spanje .........
République tchèque. —
Tsjechië ..........................
Royaume-Uni. — Verenigd Koninkrijk ..............
Suède. — Zweden ..........
Total. — Totaal ..............
2. De gevraagde gegevens vindt u achteraan terug in
de tabel, tweede kolom.
3. De gevraagde gegevens vindt u achteraan terug in
de tabel, derde en vierde kolom. Merk echter op dat de
vierde kolom enkel de processen-verbaal omvat, die
een identificatieaanvraag inhouden en die werden verstuurd. Veel dossiers, waarin een identificatieaanvraag
werd gedaan werden uiteindelijk geseponeerd.
Nombre de procèsverbaux envoyés
—
Aantal opgestuurde
processen-verbaal
Nombre de demandes Nombre de réponses aux
d’identification
demandes d’identification
—
—
Aantal aangevraage
Aantal beantwoorde
identificaties
identificatieaanvragen
0
0
0
0
13
10 284
0
0
18 484
87
29
1
149
0
8
3
6 844
0
0
7 299
2
0
0
9
0
0
1
4 731
0
0
10 417
2
0
0
18
0
1
0
3 042
0
0
1 468
0
0
0
1
0
0
4 199
1
29 573
30
207
0
5
18
68
2 902
0
17 593
8
5
0
1
1
8
801
0
17 543
3
19
0
0
2
7
259
0
7 789
0
0
0
0
0
1
1
0
0
0
1 170
15
9
0
69
0
0
0
64 324
34 684
33 614
12 560
DO 2004200504754
DO 2004200504754
Question no 741 de Mme Trees Pieters du 6 juillet 2005
(N.) à la vice-première ministre et ministre de la
Justice :
Mise en œuvre de la nouvelle loi sur les ASBL.
Conformément à l’article 17, § 2 de la loi du 27 juin
1921 sur les associations sans but lucratif, les associa-
Vraag nr. 741 van mevrouw Trees Pieters van 6 juli
2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister
van Justitie :
Toepassing van de nieuwe VZW-wet.
Krachtens artikel 17, § 2 van de wet van 27 juni 1921
(zoals gewijzigd bij de wet van 2 mei 2002) betreffende
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18877
tions internationales sans but lucratif et les fondations
(modifiée par la loi du 2 mai 2002), les petites associations tiennent une comptabilité simplifiée portant au
minimum sur les mouvements des disponibilités en
espèces et en comptes, selon un modèle établi par le
Roi.
de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen voeren kleine verenigingen een vereenvoudigde
boekhouding die tenminste betrekking heeft op de
mutaties in contant geld of op de rekeningen, overeenkomstig een door de Koning vastgesteld model.
L’arrêté royal du 26 juin 2003 a établi les modèles
sous la forme d’une annexe A (livre comptable), d’une
annexe B (état des recettes et dépenses) et d’une annexe
C (état du patrimoine et annexe). L’annexe B et
l’annexe C doivent être déposées au greffe du tribunal
de commerce conformément à l’article 26novies, § 1er,
5o de ladite loi du 27 juin 1921.
Het koninklijk besluit van 26 juni 2003 stelde de
modellen vast onder de vorm van bijlage A (dagboeken), bijlage B (staat van ontvangsten en uitgaven) en
bijlage C (staat van het vermogen en toelichting).
Bijlage B en bijlage C dienen voor neerlegging ter griffie van de rechtbank van koophandel overeenkomstig
artikel 26novies, § 1, 5o van de voornoemde wet van
27 juni 1921.
L’arrêté royal du 26 juin 2003 relatif à la comptabilité simplifiée de certaines associations sans but lucratif, associations internationales sans but lucratif et
fondations propose d’offrir aux petites associations et
fondations la possibilité d’appliquer volontairement
les dispositions en vigueur pour les entités de plus
grande taille et donc de tenir une comptabilité en
partie double, conformément à la loi du 17 juillet 1975
relative à la comptabilité des entreprises. De telles
associations ne doivent toutefois pas déposer leurs
comptes auprès de la Banque nationale de Belgique,
comme le stipule le régime légal en vigueur pour les
associations et fondations de grande taille, mais
doivent tout de même déposer leurs comptes dans le
dossier ouvert au greffe ou auprès du SPF Justice.
Het koninklijk besluit van 26 juni 2003 betreffende
de vereenvoudigde boekhouding van bepaalde verenigingen zonder winstoogmerk, stichtingen en internationale verenigingen zonder winstoogmerk stelt
voor de kleine verenigingen en stichtingen de mogelijkheid te bieden vrijwillig de bepalingen toe te passen
die gelden voor de grotere entiteiten en dus een
dubbele boekhouding voeren volgens de wet van
17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding van de
ondernemingen. Dergelijke verenigingen moeten hun
rekeningen echter niet neerleggen bij de Nationale
Bank van België zoals bepaald in het wettelijk stelsel
dat geldt voor grote verenigingen en stichtingen, maar
moeten hun rekeningen wel neerleggen in het dossier
dat ter griffie of bij de FOD Justitie is geopend.
1. Sous quelle forme les associations et fondations
qui optent volontairement pour la tenue d’une comptabilité en partie double doivent-elles déposer leurs
comptes au greffe du tribunal de commerce ? Ce dépôt
n’est effectivement pas possible sous la forme des
annexes B et C.
1. Onder welke vorm moeten verenigingen en stichtingen die vrijwillig kiezen voor het voeren van een
dubbele boekhouding hun rekeningen neerleggen ter
griffie van de rechtbank van koophandel ? Dit kan
immers niet onder de vorm van bijlage B en C.
2. Le bilan et le compte des résultats peuvent-ils être
déposés, étant entendu que leur forme varie en fonction du programme comptable utilisé ?
2. Mag de balans en resultatenrekening worden
neergelegd, ermee rekening houdend dat dit verschillend van vorm is naargelang het boekhoudprogramma
dat gebruikt wordt ?
3. Ou convient-il d’employer le modèle des comptes
annuels utilisé pour les dépôts auprès de la Banque
nationale de Belgique (schéma abrégé ou complet) ?
3. Of moet het model van de jaarrekening dat
gebruikt wordt voor neerlegging bij de Nationale
Bank van België (verkort of volledige schema) gebruikt
worden ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de
la Justice du 19 décembre 2005, à la question no 741 de
Mme Trees Pieters du 6 juillet 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Justitie van 19 december 2005, op de vraag nr. 741
van mevrouw Trees Pieters van 6 juli 2005 (N.) :
L’arrêté royal du 26 juin 2003 relatif à la comptabilité simplifiée de certaines associations sans but lucratif, fondations et associations internationales sans but
lucratif établit le modèle selon lequel les associations
et fondations de petite taille devront tenir leur comptabilité et établir leurs comptes annuels.
In het koninklijk besluit van 26 juni 2003 betreffende de vereenvoudigde boekhouding van bepaalde
verenigingen zonder winstoogmerk, internationale
stichtingen en verenigingen zonder winstoogmerk
wordt het model opgesteld op grond waarvan de
kleine verenigingen en stichtingen hun boekhouding
moeten voeren en hun jaarrekening moeten opmaken.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18878
Cet arrêté permet à ces associations d’appliquer
volontairement l’ensemble des dispositions inspirées
du droit commun comptable applicable aux entreprises (loi du 17 juillet 1975 relative à la comptabilité des
entreprises notamment) auxquelles seront tenues les
associations et fondations de plus grande taille en
vertu de l’arrêté royal du 19 décembre 2003 relatif aux
obligations comptables et à la publicité des comptes
annuels de certaines associations sans but lucratif,
associations internationales sans but lucratif et fondations.
Dit besluit biedt deze verenigingen de mogelijkheid
vrijwillig alle bepalingen toe te passen die hun grondslag vinden in het gemeen boekhoudrecht dat van
toepassing is op de ondernemingen (inzonderheid de
wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding [...] van de ondernemingen) en die gelden voor de
grotere verenigingen en stichtingen op grond van het
koninklijk besluit van 19 december 2003 betreffende
de boekhoudkundige verplichtingen en de openbaarmaking van de jaarrekening van bepaalde verenigingen zonder winstoogmerk, internationale verenigingen
zonder winstoogmerk en stichtingen.
Ainsi que le rapport au Roi précédant cet arrêté
l’expose, cette faculté vise à permettre aux petites associations et fondations de tenir une comptabilité et
d’assurer une reddition de comptes plus adaptées à
leurs besoins.
Zoals in het aan dit besluit voorafgaande verslag
aan de Koning wordt uiteengezet, beoogt deze mogelijkheid de kleine verenigingen en stichtingen de mogelijkheid te bieden een boekhouding te voeren en een
boekhoudkundige verantwoording te waarborgen die
meer aan hun behoeften zijn aangepast.
Si la petite association ou fondation fait le choix de
tenir sa comptabilité et d’établir ses comptes annuels
conformément aux règles applicables aux grandes et
très grandes associations et fondations, ce sont bien
évidemment les comptes établis conformément à ces
règles, selon le schéma abrégé ou complet prévu par
l’arrêté royal du 19 décembre 2003 relatif aux obligations comptables et à la publicité des comptes annuels
de certaines associations sans but lucratif, associations
internationales sans but lucratif et fondations, qui
devront être publiés, c’est-à-dire figurer dans le dossier
ouvert au greffe.
Ingeval de kleine vereniging of stichting ervoor kiest
haar boekhouding te voeren en haar jaarrekening op te
stellen conform de regels die van toepassing zijn op de
grote en zeer grote verenigingen en stichtingen moeten
uiteraard de rekeningen opgemaakt overeenkomstig
die regels, volgens het volledige of verkorte schema
bedoeld in het koninklijk besluit van 19 december
2003 betreffende de boekhoudkundige verplichtingen
en de openbaarmaking van de jaarrekening van
bepaalde verenigingen zonder winstoogmerk, internationale verenigingen zonder winstoogmerk en stichtingen, openbaar worden gemaakt, met andere woorden
worden opgenomen in het dossier dat ter griffie is geopend.
L’arrêté royal (article 15, alinéa 2) et le rapport au
Roi précédant l’arrêté sont dépourvus de toute
ambiguı̈té sur ce point.
Het koninklijk besluit (artikel 15, tweede lid) en het
aan het besluit voorafgaande verslag aan de Koning
zijn ter zake geenszins dubbelzinnig.
La petite association ou fondation ne peut, ni ne
doit, dans une telle circonstance déposer au greffe des
comptes annuels composés d’un état des recettes et
dépenses et d’annexés reprenant un état du patrimoine
établis conformément à l’arrêté royal du 26 juin 2003.
De kleine vereniging of stichting mag noch moet in
een dergelijke omstandigheid ter griffie geen jaarrekening neerleggen die een staat van ontvangsten en uitgaven alsook de toelichting bevat waarin een overeenkomstig het koninklijk besluit van 26 juni 2003 opgemaakte staat van het vermogen is opgenomen.
Si elle le souhaite, mais elle n’y est pas contrainte,
elle pourra en outre déposer ses comptes établis
conformément à l’arrêté royal du 19 décembre 2003
auprès de la Centrale des Bilans de la Banque nationale de Belgique.
Ingeval zij zulks wenst, maar zij is daartoe niet verplicht, kan zij bovendien haar overeenkomstig het
koninklijk besluit van 19 december 2003 opgestelde
rekeningen bij de Balanscentrale van de Nationale
Bank van België neerleggen.
Les comptes établis conformément à ces dispositions
peuvent, en vue de leur publicité par dépôt au greffe ou
auprès de la Banque nationale de Belgique, être
présentés soit selon l’un des schémas — abrégé ou
complet — normalisés développés pour les grandes et
très grandes associations et fondations par la centrale
des Bilans, soit d’une manière qui correspond mieux à
la pratique comptable de l’association ou de la fondation.
De overeenkomstig deze bepalingen opgestelde
rekeningen kunnen met het oog op de openbaarmaking ervan door neerlegging ter griffie of bij de Nationale Bank van België worden voorgesteld volgens een
van de standaardschema’s — verkort of volledig — die
de Balanscentrale voor de grote en zeer grote verenigingen en stichtingen heeft ontwikkeld, dan wel op een
wijze die beter overeenstemt met de boekhoudkundige
handelwijze van de vereniging of stichting.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18879
DO 2005200606339
DO 2005200606339
Question no 842 de M. Jean-Pierre Malmendier du
22 novembre 2005 (Fr.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 842 van de heer Jean-Pierre Malmendier van
22 november 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Situation des juristes de parquet et référendaires près
les cours d’appel et les tribunaux de première
instance.
Toestand van de parketjuristen en de referendarissen
bij de hoven van beroep en de rechtbanken van
eerste aanleg.
En vertu de l’article 156ter du Code judiciaire, les
magistrats du siège des cours d’appel et des trbunaux
de première instance sont assistés par des référendaires. Les magistrats du ministère public près les
parquets des tribunaux de première instance sont assistés par des juristes de parquet.
Krachtens artikel 156ter van het Gerechtelijk
Wetboek, worden de magistraten van de zetel van de
hoven van beroep en van de rechtbanken van eerste
aanleg bijgestaan door referendarissen. De magistraten van het openbaar ministerie bij de parketten van de
rechtbanken van eerste aanleg worden bijgestaan door
parketjuristen.
Leur nombre est déterminé en fonction des nécessités du service, mais est plafonné à 35 % du nombre
total de magistrats du siège par ressort, ce plafond a
été fixé par la loi programme du 22 décembre 2003.
Hun aantal wordt bepaald volgens de behoeften van
de dienst, maar kan per rechtsgebied niet meer bedragen dan 35 % van het totale aantal magistraten van de
zetel. Dat plafond werd vastgesteld bij de programmawet van 22 december 2003.
J’ai déjà eu l’occasion de vous interroger sur cette
question le 22 février 2005 et plus particulièrement sur
la validité de la réserve de recrutement de référendaires
résultant du dernier concours organisé par le Conseil
supérieur de la Justice pour la session 2002-2003. Cette
question est résolue temporairement puisqu’un projet
de loi adopté prévoit de prolonger la durée de validité
des réserves de référendaires en la portant à 6 ans au
lieu de 3 ans, concrètement la réserve constituée suite
au dernier concours sera valable jusqu’en 2009.
Op 22 februari 2005 heb ik u al over deze aangelegenheid ondervraagd, meer bepaald over de geldigheid
van de wervingsreserve van referendarissen die naar
aanleiding van het laatste examen dat de Hoge Raad
voor de Justitie voor de zitting 2002-2003 organiseerde, werd samengesteld. Die vraag kreeg een voorlopig antwoord, want een goedgekeurd wetsontwerp
voorziet in een verlenging van de geldigheid van de
reserves van referendarissen tot zes jaar in plaats van
drie jaar nu. De reserve naar aanleiding van het laatste
examen blijft dus geldig tot in 2009.
Vous m’aviez cependant alors informé de discussions en cours concernant l’équilibre entre les référendaires et juristes de parquet, et sur la possibilité de
privilégier les uns au détriment des autres en fonction
des nécessités de terrain suite au complément des
cadres dans certains parquets.
U antwoordde me toen echter ook dat beprekingen
aan de gang waren omtrent het evenwicht tussen referendarissen en parketjuristen, waarbij de mogelijkheid
werd onderzocht of de ene groep kon worden bevoordeeld ten nadele van de andere, rekening houdend met
de reële noden, nu de personeelsformatie van bepaalde
parketten is aangevuld.
De manière rationnelle, il est logique de procéder
dans un premier temps à l’analyse de la possibilité de
rencontrer ces nécessités par une redistribution des
rôles entre les référendaires et les juristes de parquet.
Cependant il faut également se préoccuper des situations qui ne trouveraient pas de solution suite à cette
redistribution et rester attentif aux demandes de
personnel nouveau qui émaneraient des chefs de corps.
Le cas échéant, il faudra veiller à procéder à
l’augmentation des effectifs par de nouveaux recrutements, au besoin en augmentant le plafond des 35 %.
Het ligt voor de hand dat in eerste instantie wordt
nagegaan of aan de bestaande noden kan worden tegemoetgekomen door een herverdeling tussen referendarissen en parketjuristen onderling. Men mag echter
niet uit het oog verliezen dat daarmee niet alle problemen kunnen worden opgelost en dat de korpschefs
nood kunnnen hebben aan bijkomend personeel. Desgevallend zullen extra personeelsleden in dienst
moeten worden genomen, zo nodig door het optrekken van de 35 %-grens.
1.
a) Q’en est-il de la discussion sur les quotas de juristes de parquets et référendaires ?
1.
a) Hoe staat het met de bespreking over de quota van
parketjuristen en referendarissen ?
b) A-t-elle débuté ?
b) Is het overleg daarover al gestart ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18880
c) Si oui, dans quel cadre ?
c) Zo ja, in welk kader ?
d) Quelles sont les personnes qui ont été consultées ?
d) Welke personen werden geraadpleegd ?
e) Quelles sont les conclusions de cette démarche ?
e) Welke besluiten kunnen daaruit worden getrokken ?
f) Disposera-t-on d’un rapport sur la question bientôt ?
f) Zullen we binnenkort over een verslag kunnen
beschikken ?
2.
a) Recevez-vous régulièrement des demandes nouvelles des chefs de corps en matière de référendaires ?
2.
a) Ontvangt u regelmatig nieuwe aanvragen voor
bijkomende referendarissen vanwege de korpschefs ?
b) Dans l’affirmative, sera-t-il fait appel bientôt aux
lauréats du concours de la session 2002-2003 non
encore en service ?
b) Zo ja, zal binnenkort de wervingsreserve van het
examen van de zitting 2002-2003 worden aangesproken ?
c) Faudra-t-il procéder à de nouvelles sélections ?
c) Of zal een nieuwe selectieprocedure moeten
worden georganiseerd ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de
la Justice du 22 décembre 2005, à la question no 842 de
M. Jean-Pierre Malmendier du 22 novembre 2005
(Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Justitie van 22 december 2005, op de vraag nr. 842
van de heer Jean-Pierre Malmendier van 22 november
2005 (Fr.) :
1.
a) Le quota des juristes de parquet et référendaires est
déterminé par l’article 156ter du Code judiciaire et
est fixé à 35 % du nombre total de magistrats.
Budgétairement les moyens octroyés sont cependant limités à 246 juristes de parquet/référendaires. Après concertation avec le collège des
procureurs généraux et le collège des premiers
présidents, le nombre de juristes de parquet a été
fixé à 174 unités (à partir du 1er octobre 2005). Les
unités restantes ont été attribuées au siège (référendaires).
1.
a) Het quota van het aantal parketjuristen en referendarissen wordt bepaald door art. 156ter van het
Gerechtelijk Wetboek en ligt op 35 % van het
totaal aantal magistraten. Budgettair zijn de toegekende middelen echter beperkt tot 246 parketjuristen/referendarissen. Na overleg met het college van
procureurs-generaal en het college van eerste voorzitters werd het aantal parketjuristen werd voor
een periode van 6 maanden (met ingang van
1 oktober 2005) vastgelegd op 174 eenheden. Voor
het overige worden alle beschikbare eenheden
toebedeeld aan de zetel (referendarissen).
b) à d)
b) tot d) Het college van procureurs-generaal en het
college van eerste voorzitters werd gevraagd
een onderlinge verdeling op te maken.
il a été demandé au collège des procureurs
généraux et au collège des premiers présidents de faire une répartition de commun
accord.
e) et f) Les conclusions ne sont pas connues.
e) en f) Er zijn nog geen conclusies bekend.
2.
a) Le nombre de demandes est limité, étant donné
que les chefs de corps sont au courant du fait
qu’une nouvelle répartition est a l’étude.
2.
a) Gezien de korpsoversten op de hoogte zijn van de
vraag naar een nieuwe verdeling, blijft het aantal
vragen beperkt.
b) La publication de places vacantes n’est envisageable qu’une fois la répartition connue. Lors du
recrutement de contractuels la préférence est
donnée aux lauréats de l’examen de recrutement.
b) Pas indien de verdeling bekend is, kan eventueel
overgegaan worden tot het publiceren van vakante
plaatsen. Bij contractuele werving wordt voorkeur
gegeven aan de geslaagden van het wervingsexamen.
c) Un nouvel examen ne sera envisagé qu’une fois la
réserve de recrutement épuisée.
c) Er wordt pas overgegaan tot een nieuw examen na
uitputting van de bestaande wervingsreserve.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18881
DO 2005200606437
DO 2005200606437
Question no 851 de M. Guido De Padt du 28 novembre 2005 (N.) à la vice-première ministre et
ministre de la Justice :
Vraag nr. 851 van de heer Guido De Padt van
28 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Infractions au code de la route. — Infractions graves
du premier degré. — Chiffres relatifs au premier
semestre de 2005.
Verkeersovertredingen. — Zware overtredingen eerste
graad. — Inbreuken. — Cijfers voor de eerste helft
van 2005.
Il est ressorti récemment de chiffres fournis par le
ministère de la Justice que l’année dernière, le nombre
d’amendes infligées à des automobilistes qui avaient
téléphoné en conduisant a baissé pour la première fois
depuis 2001. C’est ainsi qu’en prenant connaissance de
ces chiffres, nous avons appris qu’en 2004, on avait
recensé 8 000 infractions de cette nature de moins
qu’en 2003. Ce sont là des chiffres intéressants qui
soulèvent des questions concernant l’évolution
d’autres infractions de roulage.
Onlangs bleek uit cijfers van het ministerie van
Justitie dat het aantal verkeersboetes voor telefoneren
achter het stuur vorig jaar voor het eerst sinds 2001
gedaald zijn. Zo stond te lezen dat er in 2004 ruim
8 000 minder dergelijke overtredingen waren dan in
2003. Dit zijn interessante cijfers die vragen oproepen
over de evolutievan andere verkeersovertredingen.
En réponse à une question écrite portant sur les
années 2002, 2003 et 2004 (question no 681 du 13 mai
2005, Questions et Réponses, Chambre, 2005-2006,
no 97, p. 17406), la ministre m’a communiqué des chiffres spécifiques.
De minister gaf mij specifieke cijfers in antwoord op
een schriftelijke vraag voor de jaren 2002, 2003 en
2004 (vraag nr. 681 van 13 mei 2005, Vragen en
Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 97, blz. 17406).
La ministre pourrait-elle communiquer le nombre
d’infractions pour la première moitié de 2005, pour
chacune des infractions de roulage suivantes ?
Kan u het aantal inbreuken meedelen voor de eerste
helft van dit jaar 2005 voor elk van de volgende verkeersovertreding ?
Infractions graves du premier degré : 150 euros.
1. Avoir dépassé de plus de 10 km à l’heure et de
moins de 20 km à l’heure la vitesse maximale autorisée, sauf dans les zones 30 et aux abords des écoles.
2. Ne pas avoir le contrôle de son véhicule.
Zware overtreding eerste graad : 150 euro.
1. Tussen 10 en 20 km/u sneller rijden dan toegelaten buiten zones 30 en schoolomgevingen.
2. Geen controle hebben over zijn voertuig.
3. Rouler à une vitesse inadaptée, ne pas respecter
les distances de sécurité, circuler à une vitesse anormalement réduite ou exercer un freinage soudain (agressions routières), inciter à rouler à une vitesse excessive,
ne pas ralentir ou s’arrêter à l’approche d’animaux se
trouvant sur la voie publique.
4. Dépasser sur un passage à niveau.
3. Met een onaangepaste snelheid rijden, bumperkleven, abnormaal langzaam rijden of plots remmen
(verkeersagressie), aansporen tot overdreven snel
rijden, niet vertragen of stoppen bij het naderen van
dieren op de openbare weg.
4. Inhalen op een overweg.
5. Circuler sur un chemin réservé aux piétons,
cyclistes ou cavaliers avec une voiture, une moto ou un
cyclomoteur.
6. Circuler dans une zone piétonne ou y stationner.
7. S’arrêter ou stationner sur les trottoirs ou, dans
les agglomérations, sur les accotements en saillie.
5. Met een auto, motor of brommer rijden op een
weg voor voetgangers, fietsers of ruiters.
6. Rijden of parkeren in een voetgangerszone.
7. Stilstaan of parkeren op trottoirs of binnen de
bebouwde kom op verhoogde bermen.
8. S’arrêter ou stationner sur les pistes cyclables.
8. Stilstaan of parkeren of fietspaden.
9. S’arrêter ou stationner sur les passages à niveau.
9. Stilstaan of parkeren op overwegen.
10. S’arrêter ou stationner sur les passages pour
piétons ou cyclistes et à moins de cinq mètres en deçà
de ces passages.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
10. Stilstaan of parkeren op oversteekplaatsen voor
voetgangers of fietsers en op minder dan vijf meter
vóór deze oversteekplaatsen.
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18882
11. S’arrêter ou stationner sous un pont ou dans un
tunnel.
11. Stilstaan of parkeren onder een brug of in een
tunnel.
12. S’arrêter ou stationner sur la chaussée à proximité du sommet d’une côte ou dans un virage lorsque
la visibilité est insuffisante.
12. Stilstaan of parkeren op de rijbaan, nabij de top
van een helling of in een onoverzichtelijke bocht.
13. Stationner sur un arrêt d’autobus ou de trams.
13. Parkeren op een bus- of tramhalte.
14. Stationner aux endroits où les piétons, les
cyclistes et les conducteurs de cyclomoteur doivent
emprunter la chaussée pour contourner un obstacle.
14. Parkeren op plaatsen waar voetgangers, fietsers
en bromfietsers op de weg moeten komen om een
hindernis te ontwijken.
15. Stationner aux endroits où le passage des trams
ou trains serait entravé.
15. Parkeren op plaatsen waar je trams of treinen
kan hinderen.
16. Stationner lorsque la largeur du passage libre
sur la chaussée serait réduite à moins de trois mètres.
16. Parkeren als de vrije doorgang op de rijbaan
daardoor smaller wordt dan 3 meter.
17. Stationner sur un emplacement réservé aux
personnes handicapées.
17. Parkeren op een plaats voor gehandicapten.
18. Circuler avec un véhicule pour personne handicapée, une bicyclette ou un véhicule attelé sans éclairage à l’avant ni à l’arrière alors que l’emploi des feux
est obligatoire.
18. Rijden met een voertuig voor gehandicapten,
een fiets of een gekoppeld voertuig zonder verlichting
aan voor- of achterzijde, terwijl dat wel verplicht is.
19. En cas d’encombrement de la circulation dans
la file suivie, s’engager sur un passage pour piétons et y
rester immobilisé.
19. Stilstaan op een zebrapad terwijl je aanschuift
in een file of wanneer jouw doorgang wordt belemmerd door een andere weggebruiker.
20. Ne pas disposer du certificat d’immatriculation
à bord du véhicule.
20. Het inschrijvingsbewijs niet bij zich hebben.
21. Ne pas renvoyer la marque d’immatriculation
dans les délais impartis.
21. Het kenteken niet terugsturen binnen de opgelegde termijn.
22. Ne pas respecter les dispositions relatives à
l’immatriculation « essai ».
22. Een foute inschrijving voor een handelaarsauto,
die wordt gebruikt voor proefritten.
23. Ne pas apposer de vignette sur la plaque
« essai ».
23. Geen vignet kleven op de handelaarsplaat voor
proefritten.
24. Ne pas apposer de vignette sur la plaque
« marchand ».
24. Geen vignet kleven op een handelaarsplaat.
25. Ne pas respecter les prescriptions relatives à la
plaque « marchand ».
25. Voorschriften in verband met de handelaarsplaat niet naleven.
26. Ne pas renvoyer la plaque « essai » ou la plaque
« marchand » dans le délai prescrit en cas de cessation
d’activité.
26. De proefrittenplaat of handelaarsplaat niet
binnen de termijn terugsturen als je stopt als handelaar.
27. Ne pas renvoyer la plaque « essai » ou la plaque
« marchand » dans le délai prescrit dès que le titulaire
n’est plus assuré.
27. Het proefritten- of handelaarskenteken niet
binnen de termijn terugsturen als je als handelaar niet
meer verzekerd bent.
28. Ne pas être en mesure de présenter le certificat
d’immatriculation « essai » ou « marchand ».
28. Het inschrijvingsbewijs
« handelaar » niet kunnen tonen.
29. Lors de compétitions sportives automobiles,
dépasser les périodes durant lesquelles les reconnaissances sont autorisées.
29. Bij autosport-evenementen de toegelaten verkenningstijden overschrijden.
30. Lors de compétitions sportives automobiles, ne
pas respecter les zones interdites au public.
30. Bij autosport-evenementen de voor het publiek
verboden zones niet in acht nemen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
« proefritten »
of
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18883
Réponse de la vice-première ministre et ministre de
la Justice du 22 décembre 2005, à la question no 851 de
M. Guido De Padt du 28 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Justitie van 22 december 2005, op de vraag nr. 851
van de heer Guido De Padt van 28 november 2005
(N.) :
Les chiffres demandés sont repris dans le tableau cidessous.
De gevraagde gegevens zijn terug te vinden in de
tabel hieronder.
1/
2
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22 et 24
23
25
26
27 et 28
29 et 30
1/
2
2005
82 851
7 889
5 496
3
405
1 166
49 224
2 845
14
1 703
604
173
12 506
340
289
1 766
8 702
760
69
994
0
301
20
0
4
1 019
57
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22 en 24
23
25
26
27 en 28
29 en 30
2005
82 851
7 889
5 496
3
405
1 166
49 224
2 845
14
1 703
604
173
12 506
340
289
1 766
8 702
760
69
994
0
301
20
0
4
1 019
57
DO 2005200606441
DO 2005200606441
Question no 852 de M. Guido De Padt du 28 novembre 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 852 van de heer Guido De Padt van
28 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Infractions de roulage. — Infractions graves du
deuxième degré. — Infractions. — Chiffres pour le
premier semestre 2005.
Verkeersovertredingen. — Zware overtredingen
tweede graad. — Inbreuken. — Cijfers voor de
eerste helft van 2005.
Récemment, des statistiques publiées par le SPF
Justice ont montré que l’an dernier, le nombre
d’amendes pour utilisation d’un téléphone au volant a
baissé pour la première fois depuis 2001. Les statistiques précisent qu’en 2004, ce type d’infraction a été
Onlangs bleek uit cijfers van het ministerie van
Justitie dat het aantal verkeersboetes voor telefoneren
achter het stuur vorig jaar voor het eerst sinds 2001
gedaald zijn. Zo stond te lezen dat er in 2004 ruim
8 000 minder dergelijke overtredingen waren dan in
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18884
constaté plus de 8 000 fois de moins qu’en 2003. Ces
chiffres révélateurs incitent à s’interroger sur
l’évolution d’autres infractions au code de la route.
2003. Dit zijn interessante cijfers die vragen oproepen
over de evolutie van andere verkeersovertredingen.
La ministre m’a fourni des chiffres précis en réponse
à une question écrite portant sur les années 2002, 2003
et 2004 (question no 682 du 13 mai 2005, Questions et
réponses, Chambre, 2005-2006, no 97, p. 17409).
De minister gaf mij specifieke cijfers in antwoord op
een schriftelijke vraag voor de jaren 2002, 2003 en
2004 (vraag nr. 682 van 13 mei 2005, Vragen en
Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 97, blz. 17409).
Pouvez-vous me communiquer le nombre de contraventions infligées au cours du premier semestre de
cette année 2005 pour chacune des infractions suivantes au code de la route :
Kan u mij het aantal inbreuken meedelen voor de
eerste helft van dit jaar 2005 voor elk van de volgende
verkeersovertredingen :
Infractions graves du deuxième degré : 175 euros.
Zware overtreding tweede graad : 175 euro boete.
1. Dépasser de plus de 10 km à l’heure et de moins
de 20 km à l’heure la vitesse autorisée en zone 30, résidentielle et aux abords d’écoles.
1. In woonerven, zones 30 en in schoolomgevingen
tussen 10 en 20 km/u te snel rijden.
2. Dépasser de plus de 20 km à l’heure et de moins
de 40 km à l’heure la vitesse autorisée sur les autres
voies.
2. Tussen 20 en 40 km/u sneller dan de toegestane
snelheid rijden op andere wegen.
3. Emprunter la voie de gauche alors que cela n’est
pas autorisé.
3. De linkse rijbaan gebruiken als dat niet is toegestaan.
4. Ne pas respecter les règles relatives à la priorité.
4. Het overtreden van de voorrangsregels.
5. Ne pas céder le passage à la police, aux ambulances, aux pompiers ou à d’autres véhicules prioritaires.
5. Geen voorrang geven aan politie, ambulances,
brandweer of andere prioritaire voertuigen.
6. Ne pas céder la priorité à des bus à leur point
d’arrêt.
6. Bussen nabij hun halteplaats geen voorrang verlenen.
7. Ignorer le signal de priorité (triangle renversé).
8. Ignorer le signal stop.
7. Het voorrangsbord (omgekeerde driehoek) negeren.
8. Het stopteken negeren.
9. Ne pas respecter les règles relatives au croisement.
9. De regels van het kruisen niet volgen.
10. Ne pas respecter les règles de priorité aux
endroits où la route est rétrécie.
10. De voorrangsregels bij wegversmallingen niet
volgen.
11. Dépasser par la gauche un conducteur qui
manifestait déjà son intention de tourner à gauche.
11. Een bestuurder links inhalen als die al te kennen
had gegeven dat hij links wilde afslaan.
12. Dépasser par la gauche sans pouvoir apercevoir
les usagers venant en sens inverse à une distance suffisante.
12. Links inhalen als je het tegemoetkomende verkeer niet van voldoende ver kan zien.
13. Ignorer l’interdiction imposée aux voitures de se
dépasser mutuellement.
13. Het inhaalverbod auto-auto negeren.
14. Ignorer l’interdiction imposée aux camions de
dépasser une voiture.
14. Het inhaalverbod vrachtwagen-auto negeren.
15. Accélérer ou ne pas serrer le plus possible à
droite alors qu’un autre véhicule tente de vous dépasser.
15. Versnellen als je wordt ingehaald of tijdens dat
inhaalmanoeuvre niet zo rechts mogelijk rijden.
16. Dépasser ou croiser un tram par la gauche alors
que c’est interdit.
16. Een tram links inhalen of kruisen als dit verboden is.
17. Suivre de trop près le véhicule qui précède.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
17. Te dicht bij je voorganger rijden.
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18885
18. En cas de changement de direction, mettre
d’autres conducteurs en danger.
18. Bij een richtingsverandering andere bestuurders
in gevaar brengen.
19. En cas de changement de direction, gêner les
conducteurs venant en sens inverse.
19. Bij een richtingsverandering tegenliggers hinderen.
20. En cas de changement de direction, ne pas céder
le passage.
20. Bij een richtingsverandering geen voorrang verlenen.
21. Mettre les piétons, cyclistes ou cyclomotoristes
en danger en dépassant une voiture qui s’était arrêtée
devant un passage pour piétons.
21. Voetgangers, fietsers of bromfietsers in gevaar
brengen door een wagen voorbij te steken, die was
gestopt voor een zebrapad.
22. Mettre un piéton en danger lors d’un changement de direction.
22. Een voetganger in gevaar brengen bij een richtingsverandering.
23. Mettre un piéton en danger dans une agglomération.
23. Een voetganger in gevaar brengen in de
bebouwde kom.
24. Mettre un piéton en danger dans une rue
piétonne.
24. Een voetganger in gevaar brengen in de voetgangerszone.
25. Mettre un piéton en danger dans une zone réservée aux jeux.
25. Een voetganger in gevaar brengen in speelstraten.
26. Mettre un piéton en danger en ne lui cédant pas
la priorité.
26. Een voetganger in gevaar brengen door hem of
haar geen voorrang te gunnen.
27. Mettre un piéton en danger en ignorant les feux
lumineux de circulation pour piétons.
27. Een voetganger in gevaar brengen door verkeerslichten voor voetgangers te negeren.
28. Mettre un piéton en danger en ne ralentissant
pas à côté d’un bus ou d’un tram qui s’est arrêté pour
permettre l’embarquement ou le débarquement des
voyageurs.
28. Een voetganger in gevaar brengen door niet te
vertragen naast een bus of tram, wanneer die stilstaat
en reizigers in- of uitstappen.
29. S’engager sur un passage à niveau alors que
c’est interdit.
29. Je op een overweg begeven als dat niet is toegelaten.
30. Sur un chemin réservé aux cyclistes, piétons et
cavaliers, se gêner ou se mettre mutuellement en
danger.
30. Op een weg voorbehouden voor fietsers, voetgangers of ruiters elkaar hinderen of in gevaar brengen.
31. Circuler avec un véhicule à moteur ou un train
de véhicules sans éclairage.
31. Rijden met een motorvoertuig of een sleep zonder verlichting.
32. Ne pas ralentir ou s’arrêter lorsque le chauffeur
d’un bus scolaire signale que des enfants vont embarquer ou débarquer.
32. Niet vertragen of stoppen als de chauffeur van
een schoolbus te kennen geeft dat hij de kinderen gaat
laten in- of uitstappen.
33. Mettre un cycliste ou un cyclomotoriste en
danger.
33. Een fietser of een bromfietser in gevaar brengen.
34. Couper une colonne militaire, un groupe
d’écoliers, une course cycliste ou tout autre groupe.
34. Een militaire colonne, een groep scholieren, een
wielerwedstrijd of elke andere groep doorbreken.
35. Ne pas respecter les prescriptions générales en
matière de chargement. Ne pas amarrer le chargement.
35. Algemene voorschriften inzake lading niet in
acht nemen. Lading niet vastsjorren.
36. Conduire dans un tunnel un véhicule transportant des matières dangereuses, alors que c’est interdit.
36. Een wagen met gevaarlijke stoffen aan boord
toch door een verboden tunnel sturen.
37. Ignorer un feu rouge ou un feu orange fixe.
38. Franchir une ligne blanche ou orange continue
séparant les bandes de circulation.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
37. Een rood of een vast oranje licht negeren.
38. Een witte of oranje doorlopende streep tussen
rijstroken overschrijden.
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18886
39. Rouler avec une voiture non immatriculée et
qui ne porte pas la bonne plaque d’immatriculation.
39. In een auto rijden die niet is ingeschreven en
niet de juiste nummerplaat draagt.
40. Mettre en circulation un véhicule non immatriculé.
40. Een niet-ingeschreven voertuig in het verkeer
brengen.
41. Utiliser une voiture immatriculée à l’étranger
sans en avertir la TVA.
41. Een auto gebruiken die in het buitenland is
ingeschreven zonder de BTW daarvan in kennis te
hebben gebracht.
42. Effacer ou recouvrir la plaque d’immatriculation
42. Het kenteken verdoezelen of bedekken.
43. Compromettre la lisibilité de la plaque
d’immatriculation.
43. De leesbaarheid van het kenteken schaden.
44. Lors de compétitions automobiles, ne pas
respecter les dispositions relatives aux épreuves de
classement.
44. Bij autocompetities de bepalingen omtrent klassementsproeven niet naleven.
Réponse de la vice-première ministre et ministre de
la Justice du 22 décembre 2005, à la question no 852 de
M. Guido De Padt du 28 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Justitie van 22 december 2005, op de vraag nr. 852
van de heer Guido De Padt van 28 november 2005
(N.) :
Les chiffres demandés sont repris dans le tableau cidessous.
De gevraagde gegevens zijn terug te vinden in de
tabel hieronder.
1/
2
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13 et 14
15
16
17
18
19
20
21
22 à 28
29
30
31
32
33
34
35
36
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
1/
2
2005
744
109 623
155
5 180
131
18
743
1 649
19
0
136
314
354
0
37
361
232
78
1 014
16
1 060
3
92
16
0
139
18
340
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13 en 14
15
16
17
18
19
20
21
22 tot 28
29
30
31
32
33
34
35
36
2005
2006
2005
744
109 623
155
5 180
131
18
743
1 649
19
0
136
314
354
0
37
361
232
78
1 014
16
1 060
3
92
16
0
139
18
340
0
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18887
1/
2
37
38
39
40
41
42 et 43
44
21
7
15
15
1/
2
2005
044
053
079
079
0
704
0
37
38
39
40
41
42 en 43
44
21
7
15
15
2005
044
053
079
079
0
704
0
DO 2005200606442
DO 2005200606442
Question no 853 de M. Guido De Padt du 28 novembre 2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre de la Justice :
Vraag nr. 853 van de heer Guido De Padt van
28 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Justitie :
Infractions au code de la route. — Infractions graves
du troisième degré. — Contraventions. — Chiffres
relatifs à la première moitié de 2005.
Verkeersovertredingen. — Zware overtredingen derde
graad. — Inbreuken. — Cijfers voor de eerste helft
van 2005.
Des chiffres récemment publiés par le ministère de la
Justice montrent qu’en 2004, le nombre d’amendes
pour utilisation d’un téléphone au volant a baissé pour
la première fois depuis 2001. Les statistiques précisent
qu’en 2004, quelque 8 000 personnes de moins ont
écopé d’une amende pour avair téléphoné en roulant,
par rapport à 2003. Ces chiffres révélateurs m’incitent
à vous interroger sur l’évolution des autres infractions
au code de la route.
Onlangs bleek uit cijfers van het ministerie van
Justitie dat het aantal verkeersboetes voor telefoneren
achter het stuur vorig jaar voor het eerst sinds 2001
gedaald zijn. Zo stond te lezen dat er in 2004 ruim
8 000 minder dergelijke overtredingen waren dan in
2003. Dit zijn interessante cijfers die vragen oproepen
over de evolutie van andere verkeersovertredingen.
En réponse à une question écrite antérieure, le ministre m’a fourni des chiffres spécifiques pour les
années 2002, 2003 et 2004 (question no 683 du 13 mai
2005, Questions et Réponses, Chambre, 2005-2006,
no 97, p. 17412).
De minister gaf mij specifieke cijfers in antwoord op
een schriftelijke vraag voor de jaren 2002, 2003 en
2004 (vraag nr. 683 van 13 mei 2005, Vragen en
Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 97, blz. 17412).
Pourriez-vous me communiquer le nombre de
contraventions pour la première moitié de l’année
2005 pour chacune des infractions suivantes au code
de la route :
Kan u het aantal inbreuken meedelen voor de eerste
helft van het jaar 2005 voor elk van de volgende verkeersovertredingen :
Infractions graves du troisième degré : à partir de
550 euros.
Zware overtredingen derde graad : vanaf 550 euro.
1. Rouler à 50 km à l’heure et plus en zone 30, résidentielle ou aux abords d’écoles.
1. 50 km/u of meer rijden in een zone 30, een woonerf of in een schoolomgeving.
2. Dépasser de 40km/h et plus la vitesse maximale
autorisée sur les autres voies.
2. 40 km/u sneller rijden dan is toegestaan op
andere wegen.
3. Ne pas avoir obtempéré aux injonctions d’un
agent.
4. Avoir dépassé par la droite.
4. Rechts inhalen.
5. Avoir dépassé à l’approche du sommet d’une
cote ou dans un virage alors que le dépassement y était
interdit.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
3. De bevelen van een agent negeren.
2005
5. Links inhalen bij het naderen van een helling of
in een bocht waar inhalen verboden is.
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18888
6. Avoir dépassé par la gauche un conducteur qui
dépassait lui-même un véhicule alors que ce dépassement était interdit.
6. Een bestuurder links inhalen, die zelf een voertuig inhaalt waar dat verboden is.
7. Sur une autoroute, avoir emprunté un raccordement transversal, avoir fait demi-tour ou marche
arrière ou avoir roulé en sens contraire au sens obligatoire.
7. Op een autoweg een dwarsverbinding gebruiken,
keren, achteruitrijden of spookrijden.
8. Se livrer à des courses de vitesse ainsi qu’à des
épreuves sportives sur la voie publique sans autorisation.
8. Zonder vergunning deelnemen aan snelheids- of
sportwedstrijden op de openbare weg (streetraces).
Réponse de la vice-première ministre et ministre de
la Justice du 22 décembre 2005, à la question no 853 de
M. Guido De Padt du 28 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Justitie van 22 december 2005, op de vraag nr. 853
van de heer Guido De Padt van 28 november 2005
(N.) :
Les chiffres demandés sont repris dans le tableau cidessous.
De gevraagde cijfers zijn terug te vinden in de tabel
hieronder.
1/
2
1
2
3
4
5
6
7
8
1/
2
2005
91
14 635
1 993
1 359
145
46
191
57
1
2
3
4
5
6
7
8
2005
91
14 635
1 993
1 359
145
46
191
57
DO 2005200606566
DO 2005200606566
Question no 868 de M. Melchior Wathelet du
9 décembre 2005 (Fr.) à la vice-première ministre
et ministre de la Justice :
Vraag nr. 868 van de heer Melchior Wathelet van
9 december 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister
en minister van Justitie :
Directions générales de la police fédérale. — Fonctions
de directeur-général et d’adjoint. — Déséquilibre
linguistique.
Algemene directies van de federale politie. — Functies
van directeur-generaal en adjunct-directeur-generaal. — Onevenwichtige verdeling volgens taalrol.
Lors de la mise en place de la structure née de
l’application de la réforme des polices, cinq directions
générales furent créées pour « chapeauter » l’ÉtatMajor de la police fédérale avec, à la tête de chacune
d’elles, un directeur-général et un directeur-général
adjoint.
Bij de invoering van de structuur die uit de toepassing van de politiehervorming voortvloeit, werden vijf
algemene directies opgericht die de generale staf van
de federale politie moeten overkoepelen. Aan het
hoofd ervan staat telkens een directeur-generaal, die
wordt bijgestaan door een adjunct-directeur-generaal.
Lors de cette même application, quatre candidats
néerlandophones furent ainsi désignés aux fonctions
de directeur-général pour un seul candidat francophone, et quatre candidats francophones furent désignés aux fonctions de directeur-général adjoint pour
un seul candidat néerlandophone.
Vier Nederlandstalige kandidaten en slechts een
Franstalige kandidaat werden als directeur-generaal
aangesteld, terwijl vier Franstalige kandidaten en
slechts een Nederlandstalige kandidaat als adjunctdirecteur-generaal werden aangesteld.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18889
Alors que la société Ernst & Young, chargée du
suivi des « assesments » avait reconnu trois candidats
francophones « aptes » à exercer le mandat de directeur-général, deux de ces trois candidats furent, sur
base de critères toujours inconnus aujourd’hui, déclassés par une commission.
Hoewel het bedrijf Ernst & Young, dat de
« assessments » van nabij moest volgen, drie Franstalige kandidaten voor het ambt van directeur-generaal
« geschikt » had bevonden, werden twee van die drie
kandidaten door een commissie afgewezen op grond
van redenen die vandaag nog steeds onbekend zijn.
Un des quatre directeurs-généraux adjoints francophones ne prit jamais ses fonctions et le seul directeurgénéral francophone les quitta il y a plus de deux ans.
Een van de vier Franstalige adjunct-directeursgeneraal heeft zijn functie nooit opgenomen en de
enige Franstalige directeur-generaal hield het meer dan
twee jaar geleden voor bekeken.
Le 28 juin 2005, le Conseil d’État rendit un arrêt par
lequel, à la demande d’un candidat francophone
évincé, il ordonnait l’annulation des nominations des
cinq directeurs-généraux et de leurs adjoints. Suite à
cette décision, les directeurs-généraux et les directeursgénéraux adjoints dont la nomination avait été annulée furent commissionnés à l’exercice de fonctions
supérieures dans les fonctions qu’ils occupaient et sur
lesquelle portait la décision du Conseil d’État.
Een afgewezen Franstalige kandidaat tekende tegen
die benoemingen beroep aan bij de Raad van State. In
zijn arrest van 28 juni 2005 vorderde deze laatste de
nietigverklaring van de benoemingen van de vijf directeurs-generaal en hun adjuncten. Ingevolge die uitspraak werden de directeurs-generaal en de adjunctdirecteurs-generaal wier benoeming nietig werd verklaard, aangesteld in hogere functies dan deze die zij
vervulden en waarop de beslissing van de Raad van
State betrekking had.
1. Comment se fait-il que, dès l’application de la
réforme des polices, les candidats francophones aux
fonctions de directeurs-généraux de la police fédérale
furent, à une exception, relégués dans les fonctions de
directeurs-généraux adjoints ?
1. Hoe komt het dat, sinds de uitvoering van de
politiehervorming, de Franstalige kandidaten voor de
functie van directeur-generaal van de federale politie,
op een uitzondering na, zich met een de functie van
adjunct-directeur-generaal moesten tevreden stellen ?
2. Pour quelles raisons l’autorité n’a-t-elle toujours
pas, à l’heure actuelle, pourvu au remplacement du
directeur-général adjoint francophone qui n’a jamais
pris ses fonctions et à celui du directeur-général francophone qui les a quittées il y a deux ans ?
2. Om welke redenen heeft de overheid vandaag
nog steeds niet voorzien in de vervanging van de franstalige adjunct-directeur-generaal die zijn functie nooit
heeft opgenomen en van de Franstalige directeurgeneraal die twee jaar geleden ontslag nam ?
3. Quelles sont les mesures que l’autorité envisage
de prendre afin de réagir au déséquilibre linguistique
constaté, et comment compte-t-elle faire pour exécuter
complètement l’arrêt du Conseil d’État du 28 juin 2005
d’ici la fin du mois de décembre 2005 ?
3. Welke maatregelen overweegt de overheid te
nemen teneinde het vastgestelde taalonevenwicht te
verhelpen, en hoe denkt zij te werk te gaan om het
arrest van de Raad van State van 28 juni 2005 tegen het
eind van de maand december 2005 integraal uit te
voeren ?
4. Compte tenu que la législation linguistique est
d’ordre public, la situation actuelle ne risque-t-elle pas
d’entacher de nullité tous les actes posés par les directeurs-généraux et les directeurs-généraux adjoints
commissionnés ?
4. Kan de huidige toestand er niet toe leiden dat alle
handelingen van de aangestelde directeurs-generaal en
adjunct-directeurs-generaal nietig worden verklaard
vermits de taalwetgeving van openbare orde is ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre de
la Justice du 22 décembre 2005, à la question no 868 de
M. Melchior Wathelet du 9 décembre 2005 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Justitie van 22 december 2005, op de vraag nr. 868
van de heer Melchior Wathelet van 9 december 2005
(Fr.) :
Cette question parlementaire relève de la compétence de mon collègue le ministre de l’Intérieur. (Question no 820 du 9 décembre 2005.)
Deze parlementaire vraag valt onder de bevoegdheid van mijn collega de minister van Binnenlandse
Zaken. (Vraag nr. 820 van 9 december 2005.)
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18890
Vice-premier ministre
et ministre des Finances
Vice-eerste minister
en minister van Financiën
DO 2005200606513
DO 2005200606513
Question no 1025 de Mme Muriel Gerkens du 2 décembre 2005 (Fr.) au vice-premier ministre et ministre des Finances :
Vraag nr. 1025 van mevrouw Muriel Gerkens van
2 december 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister
en minister van Financiën :
Déductions fiscales pour l’efficacité énergétique des
entreprises.
Belastingaftrek ter bevordering van de energieefficiëntie van de bedrijven.
Les entreprises s’étant engagées dans des accords de
branche ont signé un accord pour améliorer leur efficacité énergétique de 16 % d’ici sept ans en échange
d’exonérations fiscales. Cet accord était très prometteur : les entreprises profitent d’économies d’énergie et
d’exonérations, tout en contribuant à une meilleure
qualité de l’air.
In het kader van de sectorale akkoorden ondertekenden bepaalde bedrijven een akkoord waarin ze zich
ertoe verbinden, in ruil voor belastingvrijstellingen,
hun energie-efficiëntie over zeven jaar met 16 % te verbeteren. Dat akkoord zag er veelbelovend uit : voor de
bedrijven zou het immers leiden tot energiebesparingen, gekoppeld aan belastingvrijstellingen, en daarenboven zou het de luchtkwaliteit ten goede komen.
En octobre 2004, le gouvernement fédéral a décidé
unilatéralement de toucher aux entreprises signataires
des accords de branche. La promesse qui avait été
faite, a été supprimée : le gouvernement a supprimé
l’exonération pour 2004 et l’a limitée à 50 % pour les
grands consommateurs ou à 25 % pour les autres. Il a
reporté le plafonnement des cotisations fédérales ou
leur dégressivité en 2006.
In oktober 2004 nam de federale regering een aantal
eenzijdige beslissingen ten aanzien van de bedrijven
die de sectorale akkoorden hadden ondertekend. Ze
verbrak haar eerdere belofte : voor 2004 verdween de
vrijstelling en ze werd tot 50 % beperkt voor de grootverbruikers en tot 25 % voor de andere bedrijven. De
aangekondigde bovengrens voor of degressieve vermindering van de federale bijdragen werd uitgesteld
tot 2006.
Les environnementalistes ont été déçus que le
gouvernement ait supprimé ce projet porteur pour la
qualité de l’air et le respect des accords de Kyoto.
De groenen waren teleurgesteld door de schrapping
van dit project, dat, zowel wat de luchtkwaliteit als
wat het halen van de Kyotodoelstellingen betreft, veelbelovend leek.
De plus, la confiance des entreprises dans l’avenir
du protocole de Kyoto a été mise à mal car il s’agit
d’une rupture d’engagement, selon les termes de la
Fédération des entreprises chimiques. Selon celle-ci, les
engagements limités du gouvernement fédéral ne sont
toujours pas respectés et ne le seront pas en 2005.
Bovendien is het vertrouwen van de bedrijven in de
toekomst van het Kyotoprotocol geschonden. Volgens
de Federatie van de chemische industrie houdt de regering zich niet aan de gemaakte afspraken. Ze leeft haar
toch al beperkte verbintenissen nog steeds niet na en
zal dat in 2005 evenmin doen.
1. Pourquoi est-ce que le gouvernement a à
nouveau reporté l’exonération et le plafonnement ?
1. Waarom besliste de regering eens te meer de
belastingvrijstelling en de invoering van een maximumbedrag voor de bijdragen naar de toekomst te
verschuiven ?
2. Quand est-ce que le plafonnement des cotisations
fédérales ou leur dégressivité entrera en vigueur ?
2. Wanneer worden de federale bijdragen geplafonneerd of degressief gemaakt ?
3. Avec les négociations pour le budget 2006 et les
années suivantes, le gouvernement a une occasion de
réparer cette erreur. Ceci est nécessaire pour restaurer
la confiance des entreprises et des environnementalistes.
3. De onderhandelingen over de begroting voor
2006 en de daaropvolgende jaren bieden de regering de
kans die fout vooralsnog recht te zetten en het vertrouwen van de bedrijven en van de groenen te herstellen.
a) Avez-vous fait des démarches pour respecter
l’engagement vis-à-vis des entreprises ?
a) Heeft u maatregelen genomen om de verbintenis
die u ten aanzien van de bedrijven bent aangegaan,
na te komen ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18891
b) Est-ce que vous avez restauré l’exonération à
100 % ?
b) Heeft u de vrijstelling ten belope van 100 procent
opnieuw ingevoerd ?
c) Quelle sera l’exonération pour 2006 ?
c) Hoeveel bedraagt de vrijstelling voor 2006 ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre des
Finances du 21 décembre 2005, à la question no 1025
de Mme Muriel Gerkens du 2 décembre 2005 (Fr.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Financiën van 21 december 2005, op de vraag
nr. 1025 van mevrouw Muriel Gerkens van 2 december 2005 (Fr.) :
J’ail l’honneur d’informer l’honorable membre que
le gouvernement a décidé, lors du dernier conclave
budgétaire, d’accorder une exonération totale de
l’accise pour les produits énergétiques utilisés par les
entreprises grandes consommatrices d’énergie et une
exonération de 50 % de cette accise pour les autres
entreprises, toutes deux lorsqu’elles possèdent un
accord ou un permis environnemental.
Ik heb de eer het geachte lid te melden dat de regering tijdens het laatste budgettair conclaaf heeft beslist
de energieproducten aangewend door de ondernemingen met een hoog energieverbruik volledig van accijnzen vrij te stellen en de energieproducten aangewend
door de andere ondernemingen voor 50 % van accijnzen vrij te stellen, op voorwaarde dat beide categorieën van ondernemingen in het bezit zijn van een
milieuakkoord of -vergunning.
Cette mesure est coulée sous forme légale dans le
projet de loi-programme qui vient d’être déposé
devant les Chambres législatives (Doc. parl., Chambre, 2005-2006, no 2097/1 voir : la loi du 27 décembre
2005).
Deze maatregel kreeg een wettelijke vorm in het
ontwerp van programmawet dat onlangs bij de Wetgevende Kamers is ingediend (Parl. St., Kamer, 20052006, nr. 2097/1, zie : wet van 27 december 2005).
Vous pourrez retrouver ces dispositions légales sour
le « Titre VIII — Finances — Chapitre 9 — Accises ».
U kunt deze wettelijke terugvinden onder « Titel
VIII — Financiën — Hoofdstuk 9 — Accijnzen ».
DO 2005200606627
DO 2005200606627
Question no 1041 de M. Luc Goutry du 19 décembre
2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre des
Finances :
Vraag nr. 1041 van de heer Luc Goutry van 19 december 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en
minister van Financiën :
Extension du système du diesel professionnel au
secteur du transport des malades.
Uitbreiding van het systeem van de professionele diesel
tot de sector van het ziekenvervoer.
Trois secteurs du transport routier professionnel, à
savoir le transport rémunéré de personnes au moyen
de véhicules automobiles affectés à un service de taxis,
le transport de marchandises pour compte d’autrui ou
pour compte propre par un véhicule à moteur ou un
ensemble de véhicules dont la masse autorisée maximale n’excède pas 7,5 tonnes et le transport de passagers par un véhicule automobile de catégorie M2 ou
M3 au sens de l’arrêté royal du 15 mars 1968 peuvent,
conformément à l’arrêté royal du 29 février 2004
portant des dispositions diverses en matière d’accise,
recourir au système du diesel professionnel depuis le
1er janvier 2004.
Drie sectoren uit het professionele wegvervoer, met
name het bezoldigd vervoer van personen met motorvoertuigen die een taxidienst verzekeren, het vervoer
van goederen voor eigen rekening of voor rekening
van derden met een motorvoertuig of een samenstel
van voertuigen met een maximale toegelaten massa
van 7,5 ton en het vervoer van personen met een
motorvoertuig van de categorieën M2 of M3 volgens
het koninklijk besluit van 15 maart 1968, kunnen
krachtens het koninklijk besluit van 29 februari 2004
houdende diverse bepalingen inzake accijnzen,
gebruik maken van het systeem van de professionele
diesel met ingang van 1 januari 2004.
Le système du diesel professionnel prévoit le gel du
niveau du droit d’accise spécial. Cela signifie qu’une
augmentation du droit d’accise spécial peut être
remboursée par le biais du système à « cliquet ».
Via het systeem van de professionele diesel gebeurt
een bevriezing van het niveau van de bijzondere
accijns. Dit houdt in dat een verhoging van de bijzondere accijns ten gevolge van de werking van het
« cliquet »-systeem kan teruggevorderd worden.
Le transport des malades reste donc sur la touche. Il
ressort des réponses à des questions antérieures que
Het ziekenvervoer valt dus uit de boot. Uit antwoorden op eerdere vragen blijkt dat u bereid bent om het
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18892
vous êtes disposé à étendre le système du diesel professionnel au secteur du transport des malades et qu’une
concertation a déjà été organisée à ce sujet avec le
secteur.
systeem van de professionele diesel uit te breiden naar
de sector van het ziekenvervoer en er intussen al overleg werd gepleegd met de sector.
1. Confirmez-vous votre engagement de donner au
secteur du transport des malades aussi la possibilité de
bénéficier du système du diesel professionnel ?
1. Blijft u bij uw engagement om de sector van het
ziekenvervoer ook de mogelijkheid te geven het systeem van de professionele diesel te genieten ?
2. Où en est la situation en ce qui concerne la
concertation menée par votre cabinet avec le secteur ?
2. Wat is de stand van zaken in verband met het
overleg dat uw kabinet voert met de sector ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre des
Finances du 21 décembre 2005, à la question no 1041
de M. Luc Goutry du 19 décembre 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Financiën van 21 december 2005, op de vraag
nr. 1041 van de heer Luc Goutry van 19 december
2005 (N.) :
Je ne peux que rappeler à l’honorable membre les
réponses fournies par moi-même et par le secrétaire
d’État Hervé Jamar aux questions similaires posées
par Mme Avontroodt, à savoir que je suis disposé à
examiner le dossier de ce type d’exonération,
l’opportunité de l’accorder ne faisant aucun doute.
Ik kan het geachte lid alleen herinneren aan de
antwoorden die minister Didier Reynders en ikzelf
gaven op soortgelijke vragen met mevrouw Avontroodt, namelijk dat ik bereid ben het dossier aangaande deze vorm van vrijstelling te onderzoeken en
dat het geen twijfel lijdt dat de verlening van deze
vrijstelling opportuun is.
Toutefois, afin de mettre le dossier sur la table du
gouvernement, il conviendrait que des chiffres de
consommation annuelle de gasoil par ces types de
véhicules me soient fournis.
Om het dossier bij de regering op tafel te leggen, is
het wenselijk dat er cijfers met betrekking tot het jaarlijks verbruik van dit soort voertuigen aan mij worden
bezorgd.
Je me dois également de souligner que cette problématique a été soulevée lors d’une réunion en groupe de
travail qui s’est tenue au cabinet du secrétaire d’État
Jamar en date du 18 novembre 2005 et au cours de
laquelle il a été convenu de se revoir pour disséquer
des chiffres de consommation élaboré sous une même
base.
Ik moet er ook op wijzen dat deze problematiek
werd aangesneden tijdens de werkgroepvergadering
die op 18 november 2005 op mijn kabinet werd gehouden. Tijdens deze vergadering hebben de leden afgesproken om opnieuw samen te komen voor een analyse van de verbruikscijfers welke op eenzelfde basis
zijn uitgewerkt.
Vice-première ministre
et ministre du Budget
et de la Protection de la consommation
Vice-eerste minister
en minister van Begroting
en Consumentenzaken
Protection de la consommation
Consumentenzaken
DO 2004200505113
DO 2004200505113
Question no 137 de M. Roel Deseyn du 19 septembre
2005 (N.) à la vice-première ministre et ministre
du Budget et de la Protection de la Consommation :
Vraag nr. 137 van de heer Roel Deseyn van
19 september 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Begroting en Consumentenzaken :
Code de bonne conduite à l’usage des call centers.
Gedragscode voor callcenters.
Les call centers seraient en train de préparer un code
de conduite sous la houlette de « Contactcentres.be »,
De callcenters zouden onder aanvoering van
« Contactcentres.be », een organisatie die de belang-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18893
une organisation regroupant les principales entreprises
du secteur. Cette organisation confectionnerait aussi
une liste noire d’entreprises qui ne respecteraient pas
la loi. Les call centers constituent de plus en plus une
cause d’irritation pour les consommateurs et ce code
de conduite doit remédier à cette situation.
rijkste bedrijven uit de sector groepeert, aan een
gedragscode werken. De organisatie zou ook aan een
zwarte lijst werken van bedrijven die volgens hen de
wet niet naleven. De code zou gepresenteerd worden
in november 2005. Voor de consument zijn callcenters
in groeiende mate een bron van ergernis en de gedragscode moet dat verhelpen.
1.
a) Une organisation peut-elle dresser sans autre forme
de procès une liste noire d’entreprises ?
1.
a) Mag een organisatie zomaar een zwarte lijst opstellen van bedrijven ?
b) Dans la négative, quelles mesures envisagez-vous
de prendre ?
b) Zo neen, welke acties overweegt u te ondernemen ?
2.
a) Votre département travaille-t-il de concert avec
cette organisation pour encadrer cette initiative ?
2.
a) Werkt uw departement samen met deze organisatie
om alles in goede banen te leiden ?
b) Dans la négative, comment envisagez-vous de la
canaliser ?
b) Zo neen, hoe overweegt u het initiatief te kanaliseren ?
3. À quelles restrictions légales les call centers sontils soumis ?
3. Aan welke wettelijke restricties zijn callcenters
onderworpen ?
4. Quelle instance publique effectue les contrôles en
la matière ?
4. Welke overheidsinstantie voert hierop controle
uit ?
Réponse de la vice-première ministre et ministre du
Budget et de la Protection de la Consommation du
20 décembre 2005, à la question no 137 de M. Roel
Deseyn du 19 septembre 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Begroting en Consumentenzaken van 20 december
2005, op de vraag nr. 137 van de heer Roel Deseyn van
19 september 2005 (N.) :
1.
a) et b) Toute organisation ou fédération d’entreprises est libre d’établir un code de conduite à
l’usage de ses membres. Les entreprises qui le
souhaitent se soumettent librement à un tel
code déontologique. Elles se dotent ainsi
volontairement d’un ensemble de règles qu’elles s’engagent à respecter, visant à offrir au
public des garanties de qualité de service et de
professionnalisme supérieures à celles fournies par le cadre législatif en vigueur.
1.
a) en b) Iedere organisatie of federatie van ondernemingen is vrij een gedragscode op te stellen
ten behoeve van haar leden. De ondernemingen die dat wensen, onderwerpen zich vrij aan
een dergelijke deontologische code. Op die
manier voorzien ze zichzelf van een geheel van
regels die zij zullen naleven en die tot doel
hebben om het publiek de garanties van de
kwaliteit van de dienstverlening en van de
vakkundigheid te bieden die verder gaan dan
deze verzekerd door het geldende wetgevende
kader.
Dans ce contexte, rien ne s’oppose légalement à ce
qu’une fédération de « call centers » puisse élaborer à
l’intention de ses membres un code de conduite qui
fixe des critères garantissant le sérieux de leurs activités. Le code peut prévoir des sanctions contre les
membres qui ne respecteraient pas les règles de
conduite auxquelles ils auraient adhéré, notamment
l’exclusion de la fédération. D’après les premières
informations que j’ai recueillies, la fédération en question « contactcentres.be » s’efforce d’élaborer un code
de conduite. Il ne serait pas question en principe de
listes noires.
In deze context is er geen wettelijk bezwaar tegen
dat een federatie van « call centers » ten aanzien van
zijn leden een gedragscode uitwerkt die de criteria
vastlegt die garant moeten staan voor de ernst van de
ontplooide activiteiten. De code kan voorzien in sancties tegen leden die de gedragsregels niet zouden
eerbiedigen. Ze zouden onder meer kunnen worden
bestraft met uitsluiting. Volgens de eerste inlichtingen
die ik heb ingewonnen, poogt de betrokken federatie
« contactcentres.be » een gedragscode te willen opstellen, maar zou het in beginsel niet gaan over zwarte lijsten.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18894
2.
a) Mon département n’a pas été associé à l’élaboration du code de l’association des « call centers ». Il
a pris des contacts à ce sujet.
2.
a) Mijn departement is niet betrokken geweest bij de
uitwerking van de code van de vereniging van
« call centers ». Daaromtrent werden contacten
opgenomen.
b) Les accords purement volontaires (l’autorégulation) souffrent de plusieurs handicaps : ils ne
rassemblent pas au départ tous les acteurs économiques concernés, ils ne sont pas ou peu transparents, ils ne font pas l’objet de l’adhésion de
l’ensemble des professionnels, et surtout, il n’existe
pas de contrôle et de sanction en cas de non-respect
des normes.
b) De zuiver vrijwillige overeenkomsten (de zelfregeling) lijden aan verschillende gebreken : niet alle
betrokken economische actoren worden er van bij
het begin bij betrokken, zij zijn niet of weinig
transparant, niet alle professionelen treden toe, en
vooral, er bestaat geen controle en geen sanctie in
geval van niet-naleving van de normen.
Dans certains domaines, les accords négociés par les
secteurs avec les pouvoirs publics et/ou les organisations de consommateurs (corégulation) peuvent par
leur souplesse et leur rapidité aboutir à une efficacité
que les formes traditionnelles de réglementation ne
peuvent atteindre.
Op bepaalde vlakken kunnen de overeenkomsten
waarover de sectoren met de openbare overheden
en/of de consumentenorganisaties (coregulering)
hebben onderhandeld, door de grotere soepelheid en
snelheid ervan leiden tot een graad van efficiëntie die
met traditionele vormen van regelgeving niet kan
bereikt worden.
À cet égard, j’ai pris l’initiative d’élaborer un cadre
spécifique fixant les conditions de création, de fonctionnement et de contrôle de codes ou d’accords de
consommation. Un avant-projet de loi sur les accords
collectifs de la consommation est soumis au Conseil de
la consommation.
Hiertoe heb ik het initiatief genomen om een specifiek kader uit te werken waarin de oprichtingsvoorwaarden, de voorwaarden inzake werking en controle
van codes of consumentenovereenkomsten worden
vastgelegd. Een voorontwerp van wet op de collectieve
consumentenovereenkomsten is aan de Raad van het
verbruik voorgelegd.
Néanmoins, sans un tel canevas légal, certaines
initiatives positives ont été prises ces dernières années
et ont abouti à la conclusion de codes dans le domaine
de la publicité pour les fêtes enfantines, de la publicité
écologique, du marketing bancaire à l’égard des jeunes
et dans le secteur de l’énergie (accord concernant le
consommateur et le marché libéralisé du gaz et de
l’électricité, un code conduite pour la téléphonie fixe,
et un code conduite pour la téléphonie mobile).
Niettemin werden de jongste jaren, zonder een
dergelijk wettelijk stramien, bepaalde positieve initiatieven genomen en werden codes opgesteld op het
gebied van de reclame voor kinderfeesten, de milieureclame, de bankmarketing gericht op jongeren en in
de energiesector (akkoord betreffende de consument
en de geliberaliseerde gas- en elektriciteitssector, een
vrijwillige gedragscode voor vaste telefonie, en een
vrijwillige gedragscode voor mobile telefonie).
Ces codes ont la particularité d’avoir été négociés
par les fédérations professionnelles avec les pouvoirs
publics et/ou les organisations de consommateurs.
Het typische aan deze codes is dat ze tot stand
kwamen na onderling overleg tussen de beroepsfederaties, de openbare overheden en de consumentenorganisaties.
Le contrôle de l’application de ces codes de corégulation relève du SPF Économie, PME, Classes moyennes et Énergie dans la mesure où le non-respect des
codes peut être considéré comme une pratique déloyale ou comme un acte contraire aux usages honnêtes
en matière commerciale, qui porte atteinte aux intérêts
des vendeurs ou des consommateurs, et ce sur la base
des articles 93 et 94 de la loi du 14 juillet 1991 sur les
pratiques du commerce et sur l’information et la
protection du consommateur.
De controle op de toepassing van deze codes van
coregulering valt onder de bevoegdheid van de FOD
Economie, KMO, Middenstand en Energie in zoverre
de niet-naleving van de codes als een oneerlijke praktijk kan worden beschouwd of als een daad in strijd
met de eerlijke handelsgebruiken, die de belangen aantast van de verkopers of de verbruikers, en dit op basis
van de artikelen 93 en 94 van de wet van 14 juli 1991
betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en
bescherming van de consument.
3. Les « call centers », comme toute personne physique ou morale exerçant une activité commerciale, sont
soumis de manière générale et sans restriction aux lois
et réglementations régissant le commerce. En particu-
3. « Call centers », zijn zoals iedere natuurlijke of
rechtspersoon die een handelsactiviteit uitoefent, op
algemene wijze en zonder beperking onderworpen aan
de wetten en reglementeringen die de handel betreffen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18895
lier, leurs activités sont notamment concernées par la
loi du 14 juillet 1991 sur les pratiques du commerce et
sur l’information et la protection du consommateur,
par la loi du 8 décembre 1992 (modifiée par la loi du
26 février 2003) relative à la protection de la vie privée
à l’égard des traitements de données à caractère
personnel et par la loi du 11 mars 2003 sur certains
aspects juridiques des services de la société de l’information.
In het bijzonder zijn hun activiteiten onderworpen aan
de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument, aan de wet van 8 december 1992 (gewijzigd bij
de wet van 26 februari 2003) betreffende de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van
de verwerking van persoonsgegevens en aan de wet
van 11 maart 2003 betreffende bepaalde juridische
aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij.
4. Au sein du SPF Économie, PME, Classes moyennes et Énergie, la direction générale Contrôle et
Médiation a pour mission de contrôler l’application
des réglementations économiques tendant à protéger le
consommateur et à préserver les pratiques honnêtes
entre commerçants. Cette mission revêt un caractère
tant préventif que répressif.
4. Binnen de FOD Economie, KMO, Middenstand
en Energie heeft de algemene directie Controle en
Bemiddeling de opdracht om toe te zien op de toepassing van economische regelgeving tot bescherming van
de consument en de eerlijke praktijken tussen handelaars. Deze taak omvat zowel een repressief als een
preventief aspect.
La législation relative à la protection de la vie privée
relève de la compétence de la ministre de la Justice.
De wetgeving betreffende de bescherming van de
persoonlijke levenssfeer behoort tot de bevoegdheid
van de minister van Justitie.
Vice-premier ministre
et ministre de l’Intérieur
Vice-eerste minister
en minister van Binnenlandse Zaken
DO 2003200432180
DO 2003200432180
Question no 367 de M. Hagen Goyvaerts du 17 septembre 2004 (N.) au vice-premier ministre et
ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 367 van de heer Hagen Goyvaerts van
17 september 2004 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Trafics de drogue et d’illégaux en provenance
d’Afrique du Nord.
Drugs- en illegalensmokkel vanuit Noord-Afrika.
Il ressort de chiffres du Service central Drogues de la
police fédérale que d’énormes quantités de drogues (il
s’agirait de quelque 15 000 kilos de cannabis) ont été
saisies au cours des dix dernières années dans les autocars qui effectuent le trajet entre le Maroc et la Belgique. Il semblerait en outre qu’un lucratif trafic
d’illégaux s’est développé parallèlement au trafic de
drogue entre l’Afrique du Nord et la Belgique au cours
des dernières années.
Uit cijfers van de Centrale Dienst Drugs van de federale politie blijkt dat in de afgelopen 10 jaar karrenvrachten drugs (er is sprake van zowat 15 000 kilogram cannabis) op passagiersbussen tussen Marokko
en België in beslag zijn genomen. Bovendien zou blijken dat niet alleen drugs maar ook de smokkel van
illegalen tussen Noord-Afrika en België in de afgelopen jaren een lucratieve handel is geworden.
1. Quelles mesures prendrez-vous à court terme
pour mettre fin aux trafics précités ?
1. Welke beleidsmaatregelen gaat u op korte
termijn nemen om paal en perk te stellen aan voornoemde drugstrafiek en illegalensmokkel ?
2. Quels moyens supplémentaires y affectera-t-on ?
2. Welke middelen zullen daartoe bijkomend
worden ingezet ?
3. Avez-vous déjà discuté de cette problématique
avec vos collègues d’autres pays de l’UE, la France et
l’Espagne par exemple ?
3. Heeft u over deze problematiek reeds een onderhoud gehad met uw collega-ministers van andere EUlanden, zoals bijvoorbeeld Frankrijk en Spanje ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18896
4. Quel a été le cas échéant le résultat de cette
concertation ?
4. Wat is het resultaat van het overleg geweest ?
5. Si aucune concertation n’a encore eu lieu, n’est-il
pas grand temps de se mettre autour de la table à ce
sujet et d’élaborer un certain nombre de mesures
concrètes ?
5. Indien nog geen overleg heeft plaatsgevonden,
wordt het dan niet stilaan de hoogste tijd om hierover
rond de tafel te gaan zitten en een aantal concrete
maatregelen uit te werken ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur du 21 décembre 2005, à la question no 367
de M. Hagen Goyvaerts du 17 septembre 2004 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken van 21 december 2005, op de
vraag nr. 367 van de heer Hagen Goyvaerts van
17 september 2004 (N.) :
1. La lutte contre l’immigration illégale organisée et
le trafic des êtres humains est reprise dans l’accord
gouvernemental. Les priorités mentionnées dans
l’accord gouvernemental sont reprises dans chaque
département compétent. Ainsi, la lutte contre
l’immigration illégale organisée et le trafic des êtres
humains fait partie du Plan national de sécurité pour
la police intégrée. Ce plan se traduit par des actions de
police administrative et judiciaire concrètes en Belgique.
1. De strijd tegen de georganiseerde illegale immigratie en de mensensmokkel werd opgenomen in het
regeerakkoord. De prioriteiten vermeld in het regeerakkoord worden vertaald in elk bevoegd departement.
Zo maakt de strijd tegen de georganiseerde illegale
immigratie en mensensmokkel deel uit van het Nationaal Veiligheidsplan voor de geı̈ntegreerde politie. Dit
plan vertaalt zich in concrete bestuurlijke en gerechtelijke acties in België.
Dans le contexte de l’accord gouvernemental, les
facteurs « pull » pour l’immigration illégale organisée
et le trafic des êtres humains sont également abordés.
On se réfère, à cet effet, à la lutte contre le travail au
noir et la fraude sociale.
Vanuit de context van het regeerakkoord worden
ook de « pull »-factoren voor de georganiseerde illegale
immigratie of de mensensmokkel aangepakt. Hierbij
verwijzen we onder meer naar de strijd tegen het
zwartwerk en de sociale fraude.
En ce qui concerne le trafic de drogues, il est en effet
correct que le cannabis venant du Maroc est importé
en Belgique dans des bus de transport de passagers.
Outre l’importation par voitures, plusieurs bus sont
annuellement interceptés aux frontières espagnoles,
marocaines ou françaises et de grandes quantités de
cannabis sont ainsi confisquées. Récemment, deux bus
ont été interceptés en Belgique avec, à bord, une quantité de cannabis. La plus grande partie de ces bus ont
des connexions avec des firmes de transport situées
dans la Région bruxelloise.
Wat de smokkel van drugs betreft is het effectief zo
dat cannabis uit Marokko in passagiersbussen ook
naar België wordt ingevoerd. Naast de invoer door
middel van wagens worden zo jaarlijks meerdere
bussen aan de Spaanse, Marokkaanse of Franse grenzen onderschept en worden er vrij grote partijen
cannabis in beslag genomen. Meer recentelijk werden
twee bussen in België onderschept met een partij
cannabis aan boord. De overgrote meerderheid van die
bussen hebben linken met transportfirma’s gelegen in
het Brusselse.
La problématique étant principalement limitée à
Bruxelles et suivie de conséquences judiciaires adéquates, les ministres compétents ont décidé de ne pas en
faire une priorité fédérale du plan national de sécurité.
Omdat de problematiek voornamelijk tot Brussel
beperkt blijft en omdat er daar de nodige gerechtelijke
gevolgen aan gegeven worden, werd door de bevoegde
ministers beslist om geen federale prioriteit van het
nationaal veiligheidsplan ervan te maken.
2. Aucun moyen supplémentaire ne sera engagé,
une collaboration optimale entre les autorités et services compétents devant permettre la maı̂trise de la
situation.
2. Er zullen geen bijkomende middelen ingezet
worden, een optimale samenwerking tussen de
bevoegde diensten en overheden moet toelaten de toestand te beheersen.
3 à 5. La Belgique rejoint évidemment les mesures
politiques prises dans le contexte européen.
3 tot 5. België schrijft zich natuurlijk in voor de beleidsmaatregelen die in de Europese context worden
getroffen.
Dans les différents forums européens, la lutte contre
l’immigration illégale organisée et le trafic des êtres
humains outre-mer est en effet discutée. Les présidences consécutives de l’UE en ont fait une priorité. Les
initiatives UE mises sur pied ont, aussi bien, une orien-
In verschillende Europese fora wordt inderdaad de
bestrijding van de illegale immigratie en mensensmokkel over zee besproken. De opeenvolgende voorzitterschappen van de EU maakten er een prioriteit van.
De ontplooide EU initiatieven gaan zowel in een ont-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18897
tation dissuasive, répressive que proactive : une
surveillance nationale des frontières maritimes telle
que le « sistema integrado de vigilancia exterior » espagnol, des actions conjointes entre les États-membres de
l’UE, la collaboration avec des pays tiers, des centres
d’entraı̂nements communs, la mise en place d’équipes
expertes dans les centres maritimes frontaliers, le RAC
en Finlande, le monitoring coordonné des frontières
maritimes (avec notamment l’Espagne et la Grèce).
radende, een repressieve als een pro-actieve richting :
nationale zeegrensbewaking zoals het Spaanse
« sistema integrado de vigilancia exterior » gemeenschappelijke acties tussen de EU lidstaten, samenwerking met derde landen, gezamenlijke trainingscentra,
de oprichting van expert-teams in de zeegrenscentra,
het RAC in Finland, de gecoördineerde monitoring
van de zeegrenzen (met ondermeer Spanje en Griekenland).
DO 2004200503684
DO 2004200503684
Question no 567 de M. Dylan Casaer du 29 mars 2005
(N.) au vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur :
Vraag nr. 567 van de heer Dylan Casaer van 29 maart
2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken :
Conseil d’État. — Procédures. — Référé.
Raad van State. — Procedures. — Kort geding.
Les procédures devant le Conseil d’État s’étendent
souvent sur plusieurs années, ce qui est évidemment
regrettable pour les parties concernées. En effet, il
s’agit souvent de litiges qui requièrent un règlement
rapide, concernant des autorisations, des nominations,
etc.
Procedures voor de Raad van State nemen vaak verschillende jaren in beslag. Voor de betrokken partijen
is dit uiteraard betreurenswaardig, daar het vaak gaat
om geschillen die een snelle afhandeling vereisen, zoals
betwistingen rond vergunningen, benoemingen, enzovoort.
La possibilité d’entamer une sorte de procédure
rapide en référé, lorsqu’il est question d’un possible
préjudice difficilement réparable, a permis de remédier
en partie à ce problème.
Deels is hieraan verholpen doordat er een mogelijkheid bestaat om een soort kort gedingprocedure te
volgen indien er sprake is van een mogelijk moeilijk te
herstellen nadeel.
1. Quelles mesures sont-elles prises pour faciliter et
accélérer le déroulement des procédures devant le
Conseil d’État ?
1. Welke maatregelen worden er genomen om de
afhandeling van procedures voor de Raad van State
vlotter en sneller te laten verlopen ?
2. Dispose-t-on de chiffres relatifs au nombre de
dossiers faisant l’objet d’une procédure en référé ?
2. Bestaan er cijfers van in hoeveel zaken er gebruik
wordt gemaakt van de kort gedingprocedure ?
3. Dispose-t-on de chiffres relatifs au nombre de
dossiers dans lesquels le Conseil d’État donne suite à
la mesure requise en référé et où une annulation intervient par la suite ?
3. Bestaan er cijfers van in hoeveel zaken waarin de
Raad van State ingaat op de gevorderde maatregel in
kort geding, er ook achteraf een annulatie volgt ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur du 20 décembre 2005, à la question no 567
de M. Dylan Casaer du 16 mars 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken van 20 december 2005, op de
vraag nr. 567 van de heer Dylan Casaer van 16 maart
2005 (N.) :
1. Les dernières années, diverses mesures ont été
prises pour accélérer le traitement de dossiers chez le
Conseil d’État. En premier lieu, des mesures concernant l’effectif en personnel ont été prises. Ainsi on a
augmenté le cadre des titulaires, aussi bien que le
nombre des employés administratifs, ceci à plusieurs
reprises. De plus, un nombre de recrutements ont été
permis pour engager du personnel contractuel afin de
répondre aux besoins particuliers, comme par exemple
l’afflux temporaire du nombre de dossiers des étrangers. En second lieu, il y a également les mesures de
procédure. Ainsi, un nombre de contraintes supplé-
1. De afgelopen jaren zijn er verschillende maatregelen genomen om de afhandeling van de zaken bij de
Raad van State te bespoedigen. Vooreerst zijn er de
maatregelen genomen inzake de personeelsbezetting.
Zo werd zowel het kader van de ambtsdragers als van
de administratieve medewerkers meermaals uitgebreid. Ook werden een aantal wervingsmachtigingen
toegestaan om contractuele personeelsleden te kunnen
aanwerven ter tegemoetkoming aan bijzondere
behoeften, zoals bijvoorbeeld de tijdelijke toevloed
van het aantal vreemdelingendossiers. Ten tweede zijn
er ook de procedurele maatregelen. Zo werden er in de
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18898
mentaires dans le chef des parties au litige ont été
inscrites dans les diverses procédures. Dans le cas de
non respect de ces prescriptions, le Conseil d’État
constate, dans le chef des parties au litige, un manque
d’intérêt ou une présomption de désistement. En outre,
en 2002, un règlement de procédure particulier a été
introduit pour le traitement des dossiers des étrangers,
notamment les délais procéduraux ont été raccourcis
et un nombre de procédures réduites ont été inscrites
sur la base desquelles les dossiers des étrangers
peuvent être traités.
onderscheiden procedures een aantal bijkomende verplichtingen in hoofde van de procespartijen ingeschreven. Bij niet naleving van deze voorschriften stelt de
Raad van State in hoofde van de procespartijen een
gebrek aan belangstelling of een vermoeden van afstand vast. Daarnaast werd er in 2000 een bijzonder
procedurereglement ter behandeling van de vreemdelingendossiers ingesteld, met name werden de proceduretermijnen ingekort en werden een aantal verkorte
procedures ingeschreven op grond waarvan de vreemdelingenzaken kunnen worden behandeld.
Cependant, il s’est avéré que ces mesures ne suffisaient pas. Comme stipulé dans l’accord gouvernemental, d’autres mesures structurelles seront prises
dans l’avenir pour éliminer le retard chez le Conseil
d’État. À ce sujet, le cabinet restreint du 24 juin 2005 a
approuvé une note de principes. Non seulement le
Conseil d’État sera réformé, mais la procédure d’asile
sera également révisée. La note approuvée fixe de
manière très détaillée les principes de ces réformes,
dont les principes importants seront les suivants :
Het is echter gebleken dat deze maatregelen niet
voldoende waren. Zoals bepaald in het regeerakkoord
zullen er in de toekomst verdere structurele maatregelen worden genomen om de achterstand in de Raad
van State weg te werken. Het kernkabinet van 24 juni
2005 heeft daaromtrent een princiepsnota goedgekeurd. Hierbij zal niet alleen de Raad van State
worden hervormd maar zal ook de asielprocedure
worden herzien. De goedgekeurde nota legt op een
zeer gedetailleerde manier de principes van deze
hervormingen vast, waarvan de belangrijkste principes
de volgende zijn :
— Une simplification des procédures concernant
l’asile à une seule procédure administrative devant
le commissaire général et une seule procédure juridictionnelle devant le Conseil des disputes des
étrangers.
— Een vereenvoudiging van de procedures inzake
asiel tot één administratieve procedure voor de
commissaris-generaal en één jurisdictionele procedure voor de Raad voor vreemdelingenbetwistingen.
— Le Conseil d’État permet uniquement la cassation.
— Bij de Raad van State is enkel nog cassatie mogelijk.
— Le Conseil d’État appliquera un triage sévère.
— De Raad van State zal hierbij een strenge filter
toepassen.
— On conclura de nouveaux accords avec les
barreaux sur le système des points.
— Met de balies zullen nieuwe afspraken gemaakt
worden over het puntensysteem.
— Les chefs de corps doivent devenir des « managers »
à part entière, l’administrateur obtient plus de
responsabilités de management.
— De korpschefs moeten volwaardige « managers »
worden, de beheerder krijgt meer managementverantwoordelijkheden.
— On introduira des évaluations, des sondages sur
l’ampleur de la tâche et un système de mandats.
— Er wordt een evaluatie, een werklastmeting en een
mandaatsysteem ingevoerd.
— Le principe de « siéger seul » sera élargi.
— Het principe van « alleen zetelen » wordt opengetrokken.
— Le Conseil d’État doit présenter un plan pour
rattraper le retard.
— De Raad van State moet een plan tot inhaling van
de achterstand voorleggen.
— En vue du rattrapage des arriérés, on peut effectuer
un prélèvement sur le nombre de magistrats, ceci
pendant une période de trois années judiciaires.
— Met het oog op het wegwerken van de achterstand
kan er gedurende drie gerechtelijke jaren een voorafname op het aantal magistraten gebeuren.
Fin décembre 2005 les projets de loi seront discutés
au Conseil des ministres et l’intention est d’introduire
la réforme concernée lors du début de l’année judiciaire 2006-2007.
Eind december 2005 worden de wetsontwerpen
besproken op de ministerraad en het is de bedoeling
om de betreffende hervorming te laten ingaan bij de
start van het gerechtelijke jaar 2006-2007.
2 et 3. L’honorable membre trouvera ci-après les
chiffres communiqués par le Conseil d’État. On a fait
2 en 3. Het geachte lid vindt hieronder cijfers die
door de Raad van State werden bezorgd. Er is een op-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18899
une division entre le contentieux ordinaire et le
contentieux des étrangers. Les chiffres sur les affaires
dans lesquelles, après une suspension commandée, une
annulation est prononcée, peuvent uniquement être
fournis pour l’année judiciaire 2004/2005, vu que le
système informatique a été adapté en ce moment, à
savoir dans 281 cas la suspension a été commandée
(ordinaire + étrangers) et dans 48 de ces cas, une annulation a été prononcée par après. Je vous communique
les chiffres suivants :
splitsing gemaakt tussen het gewone contentieux en
het vreemdelingencontentieux. De cijfers met betrekking tot de zaken waarin na een schorsing bevolen een
nietigverklaring wordt uitgesproken, kunnen enkel
gegeven worden voor het gerechtelijke jaar 2004/2005,
aangezien pas dan het informaticasysteem ter zake
werd aangepast, namelijk in 281 zaken werd de schorsing bevolen (gewoon + vreemdelingen) en in 48 van
deze zaken werd daarna een nietigverklaring uitgesproken. Graag deel ik u nog volgende cijfers mee :
— l’année judiciaire 2001/2002; le nombre de recours
introduits était de 16 121 :
— gerechtelijk jaar 2001/2002 : het totale aantal ingeleide beroepen bedroeg 16 121 :
— le contentieux des étrangers : des 1 398 arrêts
intermédiaires, 340 en ont été suspendus et des
6 746 arrêts définitifs, 188 en ont été annulés;
— vreemdelingendossiers : van de 1 398 tussenarresten werden er 340 geschorst en van de 6 746
eindarresten werden er 188 vernietigd;
— le contentieux ordinaire : des 1 055 arrêts intermédiaires, 201 en ont été suspendus et des
2 075 arrêts définitifs, 819 en ont été annulés;
— gewoon contentieux : van de 1 055 tussenarresten werden er 201 geschorst en van de
2 075 eindarresten werden er 819 vernietigd;
— l’année judiciaire 2002/2003 : le nombre de recours
introduits était de 14 827 :
— gerechtelijk jaar 2002/2003 : het totaal aantal ingeleide beroepen bedroeg 14 827 :
— le contentieux des étrangers : des 1 256 arrêts
intermédiaires, 274 en ont été suspendus et des
7 511 arrêts définitifs, 203 en ont été annulés;
— vreemdelingendossiers : van de 1 256 tussenarresten werden er 274 geschorst en van de
7 511 eindarresten werden er 203 vernietigd;
— le contentieux ordinaire : des 969 arrêts intermédiaires, 146 en ont été suspendus et des
2 694 arrêts définitifs, 542 ont été annulés;
— gewoon contentieux : van de 969 tussenarresten
werden er 146 geschorst en van de 2 6945eindarresten werden er 542 vernietigd;
— l’année judiciaire 2003/2004 : le nombre total de
recours introduits était de 14 256 :
— gerechtelijk jaar 2003/2004 : het totale aantal ingeleide beroepen bedroeg 14 256 :
— le contentieux des étrangers : des 1 241 arrêts
intermédiaires, 229 en ont été suspendus et des
7 218 arrêts définitifs, 233 en ont été annulés;
— vreemdelingendossiers : van de 1 241 tussenarresten werden er 229 geschorst en van de
7 218 eindarresten werden er 233 vernietigd;
— le contentieux ordinaire : des 1 081 arrêts intermédiaires, 194 en ont été suspendus et des
2 573 arrêts définitifs, 481 en ont été annulés;
— gewoon contentieux : van de 1 081 tussenarresten werden er 194 geschorst en van de
2 573 eindarresten werden er 481 vernietigd;
— l’année judiciaire 2004/2005 : le nombre total de
recours introduits était de 8 109 :
— gerechtelijk jaar 2004/2005 : het totale aantal ingeleide beroepen bedroeg 8 109 :
— le contentieux des étrangers : des 1 056 arrêts
intermédiaires, 129 en ont été suspendus et des
8 663 arrêts définitifs, 216 en ont été annulés;
— vreemdelingendossiers : van de 1 056 tussenarresten werden er 129 geschorst en van de
8 663 eindarresten werden er 216 vernietigd;
— le contentieux ordinaire : des 1 023 arrêts intermédiaires, 152 en ont été suspendus et des
3 150 arrêts définitifs, 818 en ont été annulés.
— gewoon contentieux : van de 1 023 tussenarresten werden er 152 geschorst en van de
3 150 eindarresten werden er 818 vernietigd.
Il faut remarquer qu’il faut entendre par la notion
« recours » chaque nouveau numéro de rôle — toutefois un seul numéro de rôle peut comprendre plusieurs
demandes, par exemple une demande de suspension
ou une requête d’annulation.
Er dient te worden opgemerkt dat onder het begrip
« beroep » moet worden verstaan elk nieuw rolnummer — één rolnummer kan echter meerdere vorderingen bevatten, bijvoorbeeld een vordering tot schorsing
en een beroep tot nietigverklaring.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18900
DO 2004200504732
DO 2004200504732
Question no 678 de M. Dylan Casaer du 4 juillet 2005
(N.) au vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur :
Vraag nr. 678 van de heer Dylan Casaer van 4 juli
2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken :
Chiens dangereux. — Enregistrement local et traitement des cas de morsure.
Gevaarlijke honden. — Lokale registratie en verwerking van bijtincidenten.
Un sondage réalisé par la KU Leuven a révélé que
chaque année, 35 000 personnes étaient mordues par
des chiens.
Een enquête van de KU Leuven bracht aan het licht
dat er jaarlijks wellicht 35 000 mensen door honden
gebeten worden.
Il va sans dire qu’il est indispensable d’enregistrer
adéquatement ces cas de morsure. Renseignements
pris auprès de la zone de police locale d’Alost, aucune
collecte d’informations spécifique n’est prévue en ce
qui concerne les chiens dangereux en général et les
chiens ayant mordu ou attaqué des personnes en particulier. Il arrive fréquemment qu’en cas de morsure, il
soit fait état dans le procès-verbal de coups et blessures. Mais de cette façon, une grande quantité d’informations est perdue et les autorités locales ne peuvent
par conséquent réagir adéquatement.
Uiteraard is het noodzakelijk dat er omtrent deze
bijtincidenten een adequate registratie gebeurt.
Navraag bij de lokale politiezone Aalst wees erop dat
er geen specifieke dataverzameling bestaat omtrent
gevaarlijke honden in het algemeen, honden die
mensen gebeten of aangevallen hebben in het bijzonder. Vaak wordt er in het geval van een bijtincident in
het proces-verbaal melding gemaakt van slagen en verwondingen. Op deze wijze gaat natuurlijk een pak
informatie verloren en kan de lokale overheid er bijgevolg niet op een adequate wijze op reageren.
Depuis 1998, les chiens dangereux sont enregistrés
dans la banque de données de l’ABIEC (Association
belge d’identification et d’enregistrement canins) où
sont insérées un certain nombre de données
d’identification des chiens, cet enregistrement facilitant le repérage des propriétaires de chiens errants.
Toutefois, il est peu efficace quand il s’agit d’élaborer
une politique à l’égard des chiens dangereux.
Sinds 1998 gebeurt de registratie van honden in het
databestand van het BVIRH (Belgische Vereniging
voor identificatie en registratie van honden) waarin
een aantal identificatiegegevens van de honden
worden opgenomen. Dit helpt onder meer bij het opsporen van de eigenaars van loslopende honden. Het is
echter weinig doeltreffend bij het uitbouwen van een
beleid ten aanzien van gevaarlijke honden.
1. Y a-t-il au sein de la police et auprès des parquets
des chiffres disponibles concernant le nombre de cas
de morsure au cours des cinq dernières années ?
1. Zijn er bij de politie en parket cijfers beschikbaar
over het aantal bijtincidenten in de voorbije vijf jaar ?
2. La politique menée en matière de chiens dangereux est de la compétence des autorités locales.
2. Het beleid tegenover gevaarlijke honden is een
aangelegenheid van de lokale overheid.
Avez-vous une idée du nombre de mesures qui ont
été prises en matière de chiens dangereux et de morsures, et de la manière dont elles l’ont été à l’échelon
local ?
Heeft u zicht op het aantal maatregelen en de wijze
waarop deze maatregelen lokaal werden genomen ten
aanzien van gevaarlijke honden en de bijtincidenten ?
3. Les autorités locales détiennent un pouvoir
discrétionnaire qui leur permet de mettre sur pied un
point de contact local pour les chiens dangereux.
3. De lokale overheid heeft een discretionaire
bevoegdheid om een lokaal meldpunt voor gevaarlijke
honden op te richten.
a) Des initiatives de ce type ont-elles été prises récemment ou dans le passé ?
a) Zijn er op dit moment of in het verleden zo’n initiatieven genomen ?
b) Si c’est le cas, à quelles conclusions sont parvenus
ces points de contact locaux et quels résultats ontils engrangés ?
b) Indien dit het geval is, wat zijn dan de bevindingen
en resultaten van dergelijke lokale meldpunten ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur du 21 décembre 2005, à la question no 678
de M. Dylan Casaer du 4 juillet 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken van 21 december 2005, op de
vraag nr. 678 van de heer Dylan Casaer van 4 juli 2005
(N.) :
En réponse à sa question, je peux communiquer à
l’honorable membre ce qui suit.
In antwoord op zijn vraag kan ik het geachte lid het
volgende meedelen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18901
1. Le nombre d’accidents avec morsures est enregistré par la police locale. Les chiffres demandés n’étant
pas disponibles au niveau central, nous avons interrogé les gouverneurs à ce sujet.
1. Het aantal bijtincidenten wordt bij de lokale
politie geregistreerd. De gevraagde cijfers zijn centraal
niet beschikbaar, daarom werden de gouverneurs hierover bevraagd.
Sur les 196 zones, 145 zones (Fl : 94; Br : 4; W : 47) au
total enregistrent des accidents avec morsures en tant
que tels.
Van de 196 zones zijn er in totaal 145 (VI : 94; Br : 4;
W : 47) die bijtincidenten als zodanig registreren.
Zone
5277
5278
5279
5281
5282
5283
5284
5285
5286
5288
5289
5290
5291
5292
5294
5295
5297
5299
5300
5302
5303
5304
5309
5311
5312
5314
5315
5317
5319
5320
5321
5323
5324
5325
5326
5327
5328
5329
5330
5331
5332
5333
5334
5335
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
.......................................... 64
..........................................
.......................................... 37
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
.......................................... 17
..........................................
..........................................
..........................................
.......................................... 29
.......................................... 40
..........................................
.......................................... 60
..........................................
..........................................
..........................................
.......................................... 11
.......................................... 13
..........................................
..........................................
2000
2
3
12
1
2001
2002
2003
2004
2005
33
43
9
3
11
10
47 (2002-2005)
41
11
4
14
16
20
16
4
14
25
1
5
14
3
9
8
1
29 (2002-2005)
5
1
6
1
33
25
6
1
19 (2004-2005)
32
10
11
9
16
1
12
0
7
5
1
1
9
11
10
15
18
9
15
4
18
8
8
6
2
4
2
4
4
5
3
8
3
17
5
9
22
4
3
14
9
4
1
(2000-2005)
(2000-2005)
2
3
2
29
18
2
5
1
3
15
3
36 (2001-2005)
0
2
8
5
5
(2000-2005)
25
(2000-2005)
(2000-2005)
79
17
50 (2002-2005)
(2000-2005)
18
297 (2002-2005)
24 (2002-2005)
(2000-2005)
(2000-2005)
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
6
28 (2002-2005)
2005
2006
9
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18902
Zone
5336
5337
5338
5340
5341
5343
5344
5345
5347
5353
5356
5357
5358
5360
5361
5362
5363
5364
5367
5369
5370
5371
5372
5373
5374
5375
5376
5377
5378
5379
5380
5381
5382
5383
5384
5385
5386
5387
5388
5389
5390
5391
5392
5393
5394
5395
5396
5398
5399
5400
5401
5402
5403
2000
.......................................... 18 (2000-2005)
.......................................... 26 (2000-2005)
.......................................... 3 (2000-2005)
..........................................
..........................................
..........................................
1
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
3
..........................................
..........................................
..........................................
.......................................... 17 (2000-2005)
..........................................
0
..........................................
.......................................... 16 (2000-2005)
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
1
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
1
..........................................
..........................................
2
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2001
2002
2003
2004
2005
1
5
4
20
6
62
10
13
18
9
44
1
20
28
14
9
71
8
19
14
4
39
2
0
1
1
1
2
2
5
5
3
0
7
3
12 (2003-2005)
9
1
3
1
3
0
5
14
19
10 (2003-2005)
12
10
1
3
6
6
2
11
5
0
4
2
2
0
4
2
3
3
2
18
1
4
15
8
8
11
1
3
4
2
2
3
6
3
5
0
4
0
6
4
1
6
2
15
3
6
7
1
3
1
6
4
0
3
2
4
9
3
6
2
2
2
4
3
1
5
2
1
1
0
3
0
2
3
2
6
0
19
1
1
0
1
3
1
4
1
3
1
1
3
3
0
10
10
3
3
3
2
7
2
2
1
2
1
0
0
0
2
6
7
4
4
1
11
1
1
11
2005
2006
6
3
1
1
4
1
4
1
2
6
3
6
0
4
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
Zone
5404
5405
5406
5407
5408
5409
5410
5411
5412
5413
5415
5417
5418
5419
5420
5421
5422
5423
5424
5426
5427
5428
5429
5430
5431
5432
5433
5434
5435
5436
5437
5439
5440
5441
5442
5443
5444
5445
5446
5447
5450
5451
5454
5455
5457
5459
5460
5461
18903
2000
2001
2002
..........................................
3
..........................................
0
..........................................
..........................................
..........................................
8
..........................................
4
..........................................
..........................................
1
..........................................
6
..........................................
..........................................
252 (2002-2005)
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
.......................................... 0 (2000-2005)
.......................................... 0 (2000-2005)
..........................................
13 (2002-2005)
..........................................
22 (2002-2005)
..........................................
25 (2002-2005)
..........................................
21
..........................................
..........................................
32 (2001-2005)
..........................................
24 (2001-2005)
..........................................
21 (2001-2005)
..........................................
9 (2001-2005)
..........................................
18 (2001-2005)
..........................................
11 (2001-2005)
..........................................
15 (2002-2005)
..........................................
18 (2002-2005)
..........................................
13 (2002-2005)
..........................................
16 (2002-2005)
..........................................
..........................................
50 (2000-2004)
..........................................
7
..........................................
6
..........................................
4
..........................................
10
2
9
..........................................
..........................................
4
..........................................
..........................................
..........................................
..........................................
.......................................... 8 (2000-2005)
Zones locales qui ont répondu qu’elles ne tiennent
pas à jour d’enregistrement ou dont les chiffres ne sont
pas connus : 5267; 5268; 5269; 5270; 5271; 5272; 5273;
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2003
2004
2005
8
7
2
5
1
4
9
16
6
2
8
0
3
3
5
6
3
3
6
2
4
7
20
25
16
15
31
12
11
(2001-2005)
(2001-2005)
(2001-2005)
(2001-2005)
(2001-2005)
(2001-2005)
(2001-2005)
12 (2003-2005)
6
8
7
6
4
9
4
13
11 (2004-2005)
19
5
7
6
13
5
4
10
2
3
6
5
8
2
2
2
5
3
1
Lokale zones die geantwoord hebben dat ze geen
registratie bijhouden of de cijfers niet gekend zijn :
5267; 5268; 5269; 5270; 5271; 5272; 5273; 5274; 5275;
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18904
5274;
5316;
5414;
5458;
5275; 5276; 5280; 5293; 5298; 5301; 5307; 5308;
5318; 5322; 5339; 5346; 5348; 5359; 5366; 5397;
5416; 5425; 5438; 5444; 5449; 5453; 5456; 5457;
5462.
5276; 5280; 5293; 5298; 5301; 5307; 5308; 5316; 5318;
5322; 5339; 5346; 5348; 5359; 5366; 5397; 5414; 5416;
5425; 5438; 5444; 5449; 5453; 5456; 5457; 5458; 5462.
2. Au niveau local, les interventions à l’encontre de
chiens dangereux et pour accidents avec morsures
s’opèrent avant tout conformément au règlement de
police. Ainsi, la plupart des chiens dangereux doivent
par exemple être muselés; de même; il existe des mesures de répression relatives aux chiens errants, ainsi
qu’une interdiction de garder des races canines dangereuses, comme le pitbull-terrier.
2. Op lokaal vlak wordt vooral via het politiereglement opgetreden tegen gevaarlijke honden en bijtincidenten. Zo dienen bijvoorbeeld gevaarlijke honden
meestal gemuilkorfd te worden, is er een beteugeling
op de loslopende honden en bestaat er een verbod op
het houden van gevaarlijke hondenrassen, zoals de
pittbullterriër.
Il appartient généralement au service de proximité
de prêter attention aux accidents avec chiens et de veiller au respect du règlement de police. En cas
d’accident, des policiers spécialisés dans de telles interventions peuvent également être mobilisés. Dans un
certain nombre de zones, du matériel spécial a été
acheté à cet effet pour pouvoir capturer des chiens.
Het is meestal aan de wijkdienst om aandacht te
hebben voor incidenten met honden en om het politiereglement te doen naleven. Bij een incident kunnen
tevens altijd politiemensen optreden die gespecialiseerd zijn in dergelijke interventies. In een aantal zones
werd hiervoor speciaal materiaal aangekocht om
honden te kunnen vangen.
Les propriétaires qui ont causé des problèmes
peuvent également être entendus par le bourgmestre et
le procureur du Roi ou son substitut afin de prendre
conscience de la responsabilité qui leur incombe en
tant que propriétaire d’un chien.
Eigenaars die voor problemen hebben gezorgd
kunnen ook door de burgemeester en de procureur des
Konings of zijn substituut gehoord worden met het
oog op de bewustmaking van de verantwoordelijkheid
die men draagt wanneer men een hond bezit.
Dans des cas extrêmes, le bourgmestre peut ordonner d’abattre un chien dangereux.
In extreme gevallen kan de burgemeester bevelen
om een gevaarlijke hond af te maken.
En termes préventifs, différentes mesures sont également prises : on tente de sensibiliser la population
locale à la présence d’animaux en ville; il existe un
projet scolaire visant à apprendre aux enfants
comment les chiens pensent, communiquent et ce
qu’ils ressentent; les propriétaires reçoivent des
conseils pour savoir comment s’y prendre avec leur
chien et connaı̂tre les obligations auxquelles euxmêmes et leur chien doivent satisfaire.
Op preventief vlak worden eveneens een aantal
maatregelen genomen : men probeert om de lokale
bevolking te sensibiliseren voor dieren in de stad, er
bestaat een schoolproject waarin kinderen leren hoe
honden denken, voelen en communiceren, eigenaars
krijgen tips omtrent het omgaan met honden en de
nodige verplichtingen waaraan zij en hun hond dienen
aan te voldoen.
En règle générale, la problématique des accidents
avec morsures n’est pas considérée comme une priorité
au sein des zones de police. Selon la plupart des zones,
les accidents sont trop peu nombreux pour y accorder
la priorité. Néanmoins, les accidents avec morsures
sont systématiquement examinés avec toute l’attention
requise.
In het algemeen wordt de problematiek van de
bijtincidenten niet als prioritair gezien in de politiezones. De incidenten komen volgens de meeste zones te
weinig voor om hieraan prioriteit te schenken. Wel
worden de bijtincidenten telkens met de nodige aandacht onderzocht.
3. Il est ressorti de l’enquête que seul un faible
nombre de zones de police disposent d’un point de
contact local pour les chiens dangereux.
3. Uit de bevraging is gebleken dat slechts een klein
aantal politiezones over een lokaal meldpunt voor
gevaarlijke honden beschikt.
D’ordinaire, la création d’un point de contact local
est jugée superflue étant donné que l’on dispose de
toutes les informations nécessaires, par le biais du
travail de quartier et du signalement des chiens dangereux auprès du poste de police.
Veelal wordt het oprichten van een lokaal meldpunt
overbodig geacht aangezien men op basis van de wijkwerking en het signaleren van gevaarlijke honden op
de politiepost over alle nodige informatie beschikt.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18905
DO 2005200606029
DO 2005200606029
Question no 748 de M. Guido De Padt du 20 octobre
2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur :
Vraag nr. 748 van de heer Guido De Padt van 20 oktober 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en
minister van Binnenlandse Zaken :
Contrôles policiers en matière de consommation de
drogue et d’alcool au volant.
Politiecontroles op druggebruik en alcoholgebruik
door autobestuurders.
Selon les médias, le nombre de conducteurs poursuivis pour consommation de drogue a doublé en deux
ans : ils étaient 754 en 2002, 899 en 2003 et 1 472 en
2004.
Uit persberichten blijkt dat op twee jaar tijd dubbel
zoveel chauffeurs vervolgd worden voor druggebruik :
754 in 2002, over 899 in 2003, tot 1 472 in 2004.
L’Institut Belge pour la Sécurité Routière (IBSR)
indique que cette augmentation est « probablement »
due à l’accroissement du nombre de contrôles.
Het Belgisch Instituut (BIVV) zegt dat dit
« waarschijnlijk » te wijten is aan het toegenomen aantal controles.
1. À combien de contrôles (ventilés par région) en
matière de consommation de drogue au volant la
police a-t-elle procédé en 2002, 2003 et 2004 ?
1. Hoeveel controles (opgesplitst per gewest) voerde
de politie uit in 2002, 2003 en 2004 op het druggebruik
door autobestuurders ?
2. Dans combien de cas a-t-on constaté la consommation simultanée de drogue et d’alcool ?
2. In hoeveel gevallen werd druggebruik vastgesteld
in samenloop met alcoholgebruik ?
3. À combien de contrôles (ventilés par région) en
matière de consommation d’alcool au volant la police
a-t-elle procédé en 2002, 2003 et 2004 ?
3. Hoeveel controles (opgesplitst per gewest) voerde
de politie uit in 2002, 2003 en 2004 op het alcoholgebruik door autobestuurders ?
4. Dans combien de cas (en 2002, 2003 et 2004) futil constaté lors d’un accident de la route qu’il y avait :
4. In hoeveel gevallen (in 2002, 2003 en 2004) werd
bij een verkeersongeval vastgesteld dat er sprake was
van :
a) consommation d’alcool (avec mention des conséquences : morts et blessés graves);
a) alcoholgebruik (met vermelding van de gevolgen :
doden en zwaargewonden);
b) consommation de drogue (avec mention des conséquences : morts et blessés graves);
b) druggebruik (met vermelding van de gevolgen :
doden en zwaargewonden);
c) consommation simultanée de drogue et d’alcool
(avec mention des conséquences : morts et blessés
graves) ?
c) een combinatie ervan (met vermelding van de
gevolgen : doden en zwaargewonden) ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur du 21 décembre 2005, à la question no 748
de M. Guido De Padt du 20 octobre 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken van 21 december 2005, op de
vraag nr. 748 van de heer Guido De Padt van 20 oktober 2005 (N.) :
1. La police fédérale a consacré 4 521 heures aux
contrôles proactifs en matière de drogue au volant en
2003. Une ventilation des données chiffrées par région
n’est pas disponible. En outre, 275 batteries de tests
ont été exécutées, et 136 échantillons d’urine et 102 de
sang ont été prélevés. En 2004, ce sont 4 988 heures qui
furent consacrées à pareils contrôles, à l’occasion
desquels 525 batteries de tests furent exécutées,
262 échantillons d’urine et 198 de sang furent prélevés.
Les données demandées pour 2002 et la police locale
ne sont pas disponibles.
1. In 2003 besteedde de federale politie 4 521 manuren aan proactieve controles op drugs in het verkeer.
Een opsplitsing van de cijfergegevens per gewest is niet
beschikbaar. Daarbij werden 275 testbatterijen uitgevoerd en 136 urinestalen en 102 bloedproeven afgenomen. In 2004 werden 4 988 manuren besteed aan
dergelijke controles. Daarbij werden 525 testbatterijen
uitgevoerd en 262 urinestalen en 198 bloedproeven
afgenomen. Voor 2002 en voor de lokale politie zijn de
gevraagde gegevens niet beschikbaar.
2. Sous réserve de la réponse à la question 4, il n’y a
actuellement aucune donnée disponible en ce qui
concerne l’usage simultané de drogues et d’alcool au
volant.
2. Omtrent het gelijktijdig gebruiken van drugs en
alcohol in het verkeer zijn, behoudens het antwoord
op vraag 4, thans geen gegevens beschikbaar.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18906
3. Dans le cadre des contrôles « alcool » de conducteurs, la police fédérale a exécuté en 2002, 2003 et
2004, respectivement, 54 269, 83 909 et 105 684 tests
d’haleine. Une ventilation des données chiffrées par
région n’est pas disponible.
3. In het raam van de alcoholcontroles bij autobestuurders voerde de federale politie in 2002, 2003 en
2004 respectievelijk 54 269, 83 909 en 105 684 ademtesten uit. Een opsplitsing van de cijfergegevens per
gewest is niet beschikbaar.
La police locale n’est tenue à l’encodage de pareilles
contrôles « alcool » que lors des campagnes annuelles
« BOB ». Lors de la campagne « BOB » 2003-2004
(28 novembre 2003 au 12 janvier 2004), 42 348, 26 043
et 984 tests d’haleines ont été exécutés respectivement
en Flandre, en Wallonie et à Bruxelles. Lors de la
campagne « BOB » suivante de 2004-2005 (3 décembre
2004 au 17 janvier 2005), ce sont 77 490, 37 180 et
3 458 tests d’haleine qui furent respectivement réalisés
en Flandre, en Wallonie et à Bruxelles.
Voor de lokale politie is het registreren van dergelijke alcoholcontroles enkel verplicht bij de jaarlijkse
BOB-campagnes. Tijdens de BOB-campagne 20032004 (28 november 2003 tot 12 januari 2004) werden
in Vlaanderen, Wallonië en Brussel respectievelijk
42 348, 26 043 en 984 ademtesten afgenomen. Tijdens
de daaropvolgende BOB-campagne van 2004-2005
(3 december 2004 tot 17 januari 2005) werden in
Vlaanderen, Wallonië en Brussel respectievelijk
77 490, 37 180 en 3 458 ademtesten uitgevoerd.
4. En 2002, la présence d’alcool a été constatée dans
9,11 % des accidents de roulage ayant entraı̂né des
lésions corporelles. La présence de drogue et la
présence combinée d’alcool et de drogue a été constatée, respectivement, dans 0,48 % et 0,26 % des accidents de roulage ayant entraı̂né des lésions corporelles.
En 2003, la présence d’alcool a été constatée dans
9,95 % des accidents causant des lésions corporelles.
Dans 0,51 % des cas, l’usage de drogue a été détecté.
Une combinaison des deux a été constatée dans 0,28 %
des accidents. En 2004, la présence d’alcool a été constatée dans 9,30 % des accidents avec lésions corporelles. Dans 0,43 % des cas, la présence de drogue a été
constatée. Une combinaison des deux a été détectée
cette année dans 0,22 % des accidents.
4. In 2002 werd bij 9,11 % van de verkeersongevallen met lichamelijk letsel alcoholgebruik vastgesteld. Bij 0,48 % en 0,26 % van de verkeersongevallen
met lichamelijk letsel werd respectievelijk druggebruik
en een gecombineerd gebruik van alcohol en drugs
vastgesteld. In 2003 bedroeg het aantal gevallen waar
alcoholgebruik werd vastgesteld bij verkeersongevallen met lichamelijk letsel 9,95 %. Bij 0,51 % van de
verkeersongevallen met lichamelijk letsel werd druggebruik vastgesteld. Een combinatie van beiden deed
zich voor in 0,28 % van de gevallen. In 2004 werd bij
9,30 % van de verkeersongevallen met lichamelijk
letsel alcoholgebruik vastgesteld. Bij 0,43 % van de
verkeersongevallen met lichamelijk letsel werd druggebruik vastgesteld. Een combinatie van beiden werd
in dat jaar in 0,22 % van de gevallen vastgesteld.
DO 2005200606127
DO 2005200606127
Question no 755 de M. Servais Verherstraeten du
25 octobre 2005 (N.) au vice-premier ministre et
ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 755 van de heer Guido De Padt van 25 oktober 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en
minister van Binnenlandse Zaken :
Institutions publiques. — Fonctionnaires dirigeants.
— Statut.
Overheidsinstellingen. — Leidinggevenden. — Statuut.
À la suite de la réforme Copernic, un système de
mandats a été instauré dans la fonction publique fédérale. Ce système devait être instauré au sein des SPF
(Services publics fédéraux), mais également dans les
organismes parastataux et les établissements scientifiques.
Ingevolge Copernicus zijn bij het federaal openbaar
ambt de mandaten ingevoerd. Niet alleen bij de FOD’s
(Federale overheidsdiensten) maar ook bij de parastatalen en wetenschappelijke instellingen zouden die
moeten komen.
Or, on constate cependant que les mandats n’ont
pas été instaurés partout. Ils ne l’ont notamment pas
été dans différents organismes parastataux non
sociaux. De ce fait, il n’y a plus aucun rapport entre
l’importance de la fonction et la rémunération qui y est
associée.
In realiteit zien we echter dat de mandaten niet
overal werden ingevoerd, onder meer bij verschillende
niet-sociale parastatalen. Daardoor is er helemaal geen
verhouding meer tussen de functiezwaarte en de verloning van deze functies.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18907
Actuellement, la confusion est totale en ce qui
concerne le statut des différentes fonctionnaires dirigeants.
Het is echter totaal onduidelijk wie momenteel —
wat de leidinggevenden betreft — over welk statuut
beschikt.
1. Pouvez-vous donner un aperçu des différentes
institutions publiques (établissements scientifiques,
organismes parastataux, etc.) qui relèvent de votre
compétence ?
1. Kan u een overzicht geven van de verschillende
overheidsinstellingen (wetenschappelijke instelling,
parastatale, enzovoort) die onder uw bevoegdheid
vallen ?
2. Quel est le statut du fonctionnaire dirigeant et (le
cas échéant) du fonctionnaire dirigeant adjoint
(nommé à titre définitif, avec ou sans mandat, mandataire cf. Copernic, autres, ...) ?
2. Wat is het statuut van de leidinggevende en
adjunct-leidinggevende ambtenaar (indien aanwezig)
(vast benoemd, met of zonder mandaat, mandaathouder cf. Copernicus, andere, ...) ?
3. Quelle est l’échelle de traitement du fonctionnaire dirigeant et du fonctionnaire dirigeant adjoint du
niveau A, l’échelle de traitement spéciale ou l’échelle
de traitement en ce qui concerne les indemnités liées au
mandat ?
3. Wat is de weddeschaal van de leidinggevende en
adjunct-leidinggevende ambtenaar binnen niveau A,
bijzondere weddeschaal of weddeschaal binnen de
mandaatvergoedingen ?
4. Dans certaines institutions, la carrière des fonctionnaires dirigeants n’est pas encore adaptée à la
réforme Copernic.
4. Bij bepaalde instellingen is de loopbaan van de
leidinggevenden nog niet aangepast aan Copernicus.
Pourquoi n’a-t-on pas encore procédé à cette adaptation ?
Waarom werd zulks nog niet uitgevoerd ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur du 21 décembre 2005, à la question no 755
de M. Servais Verherstraeten du 25 octobre 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken van 21 december 2005, op de
vraag nr. 755 van de heer Servais Verherstraeten van
25 oktober 2005 (N.) :
J’ai l’honneur de faire savoir à l’honorable membre
ce qui suit.
Ik heb de eer het geachte lid het volgende mee te
delen.
1.
a) L’Agence fédérale de contrôle nucléaire, ci-après
dénommée AFCN, a été instituée par la loi du
15 avril 1994 (Moniteur belge du 29 juillet 1994)
relative à la protection de la population et de l’environnement contre les dangers résultant des
rayonnements ionisants et relative à l’Agence fédérale de contrôle nucléaire.
1.
a) Het Federaal Agentschap voor nucleaire controle,
hierna FANC genoemd, werd opgericht bij de wet
van 15 april 1994 (Belgisch Staatsblad van 29 juli
1994) betreffende de bescherming van de bevolking
en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het
Federaal Agentschap voor nucleaire controle.
L’AFCN est un établissement public doté de personnalité juridique; c’est un organisme d’intérêt public de
la catégorie C conformément à l’article 1er de la loi du
16 mars 1954 (Moniteur belge du 24 mars 1954) relative au contrôle de certains organismes d’intérêt
public.
Het FANC is een openbare instelling met rechtspersoonlijkheid; het is een instelling van openbaar nut
van categorie C conform artikel 1 van de wet van
16 maart 1954 (Belgisch Staatsblad van 24 maart 1954)
betreffende de controle op sommige instellingen van
openbaar nut.
En vertu de l’article 48, alinéa 1er, de la loi précitée
du 15 avril 1994, l’AFCN relève du ministre qui a
l’Intérieur dans ses attributions.
Op grond van artikel 48, eerste lid, van voormelde
wet van 15 april 1994, staat het FANC tevens onder
het toezicht van de minister van Binnenlandse Zaken.
b) En exécution de l’article 2 de la loi du 8 juin 1998
(Moniteur belge du 13 juin 1998) relative aux
radiocommunications des services de secours et de
sécurité, la société anonyme de droit public
ASTRID, ci-après dénommée la SA ASTRID, fut
créée.
b) In uitvoering van artikel 2 van de wet van 8 juni
1998 (Belgisch Staatsblad van 13 juni 1998) betreffende de radiocommunicatie van de hulp- en veiligheidsdiensten, werd de naamloze vennootschap
van publiek recht ASTRID, hierna de NV
ASTRID, opgericht.
En application de l’article 17, § 1er, alinéa 1er, de la
loi précitée du 8 juin 1998, la SA ASTRID est soumise
Overeenkomstig het bepaalde van artikel 17, § 1,
eerste lid, van voornoemde wet van 8 juni 1998, is de
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18908
au contrôle du ministre de l’Intérieur et, pour les décisions ayant un impact budgétaire ou financier, au
contrôle du ministre du Budget.
NV ASTRID onderworpen aan de controle van de
minister van Binnenlandse Zaken en, wat de beslissingen met een budgettaire of financiële weerslag betreft,
van de minister van Begroting.
2. En vertu de l’article 41, alinéa 1er, de la loi du
15 avril 1994 (Moniteur belge du 29 juillet 1994) relative à la protection de la population et de l’environnement contre les dangers résultant des rayonnements
ionisants et relative à l’Agence fédérale de Contrôle
nucléaire, la gestion journalière de l’AFCN, sa représentation en ce qui concerne sa gestion et l’exécution
des décisions du conseil d’administration sont confiées
au Directeur général désigné pour un terme renouvelable de six ans par le Roi, par arrêté royal délibéré en
Conseil des ministres.
2. Overeenkomstig artikel 41, eerste lid, van de wet
van 15 april 1994 (Belgisch Staatsblad van 29 juli 1994)
betreffende de bescherming van de bevolking en van
het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen
voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal
Agentschap voor Nucleaire Controle, worden het
dagelijks bestuur van het FANC, zijn vertegenwoordiging voor wat betreft het beheer en de uitvoering van
de beslissingen van de Raad van Bestuur, toevertrouwd aan de directeur-generaal, die voor een vernieuwbare termijn van zes jaar, door de Koning, bij
een in ministerraad overlegd besluit, wordt aangewezen.
Durant cette période, le directeur général bénéficie
d’un contrat de travail d’une durée déterminée qui est
soumis aux dispositions de la loi du 3 juillet 1978
(Moniteur belge du 22 août 1978) relative aux contrats
de travail.
De directeur-generaal van het FANC heeft tijdens
die periode een arbeidsovereenkomst van bepaalde
duur onderworpen aan de bepalingen van de wet van
3 juli 1978 (Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978)
betreffende de arbeidsovereenkomsten.
Le directeur général est assisté par trois chefs de
département (« Réglementation et Autorisations »,
« Surveillance et Contrôle », « Administration et Finances »).
De directeur-generaal van het FANC wordt bijgestaan door drie departementshoofden (« Regelgeving
en Vergunningen », « Toezicht en Controle », « Administratie en Financiën »).
Ces chefs de département sont recrutés par le conseil
d’administration de l’AFCN et bénéficient d’un
contrat de travail d’une durée indéterminée, qui est
également soumis aux dispositions de la loi du 3 juillet
1978 relative aux contrats de travail.
Deze departementshoofden worden door de Raad
van Bestuur van het FANC aangeworven en hebben
een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur, die
tevens onderworpen is aan de bepalingen van de arbeidsovereenkomstenwet van 3 juli 1978.
3.
a) Le directeur général de l’AFCN bénéficie d’un
barème selon l’âge : minimum (53 ans) = 8 331,10
euros (traitement mensuel à l’indice actuel 1,3728)
/ maximum (60 ans) = 8 715,60 euros (traitement
mensuel à l’indice actuel 1,3728).
3.
a) De directeur-generaal van het FANC heeft een
barema volgens leeftijd : minimum (53 jaar) =
8 331,10 euro (maandwedde aan de huidige index
1,3728) / maximum (60 jaar) = 8 715,60 euro
(maandwedde aan de huidige index 1,3728).
Les trois chefs de département ont un barème selon
leur expérience (ancienneté) : minimum (28 ans) =
6 627,01 euros (traitement mensuel à l’indice actuel
1,3728) / maximum (40 ans) = 7 868,24 euros (traitement mensuel à l’indice actuel 1,3728).
De drie departementshoofden hebben een barema
volgens ervaring (anciënniteit) : minimum (28 jaar) =
6 627,01 euro (maandwedde aan de huidige index
1,3728) / maximum (40 jaar) = 7 868,24 euro (maandwedde aan de huidige index 1,3728).
b) En ce qui concerne la SA ASTRID, il est important
de préciser que le statut des salariés de la SA
ASTRID, donc également celui du directeur général et du directeur général adjoint, est un statut de
salarié contractuel.
b) Wat de NV ASTRID betreft, wens ik u mee te
delen dat het statuut van de werknemers van de
NV ASTRID, dus ook van de directeur-generaal en
van de adjunct directeur-generaal, die van contractuele werknemers zijn.
De ce fait, les salariés de la société anonyme de droit
public susvisée ne sont pas des agents statutaires, mais
des collaborateurs contractuels soumis à la loi du
3 juillet 1978 (Moniteur belge du 22 août 1978) relative aux contrats de travail.
Als dusdanig zijn de werknemers van voornoemde
naamloze vennootschap van publiek recht geen statutair benoemde werknemers, maar contractuele personeelsleden onderworpen aan de wet van 3 juli 1978
(Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978) betreffende
de arbeidsovereenkomsten.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18909
Les échelles de traitement qui sont applicables aux
fonctionnaires de niveau A de la Fonction publique
administrative fédérale, ne sont pas applicables aux
salariés de la SA ASTRID.
De weddenschalen, die van kracht zijn voor de
ambtenaren van niveau A van het federaal administratief openbaar ambt, zijn niet van toepassing op de
werknemers van de NV ASTRID.
Néanmoins, il peut être confirmé que les traitements, qui sont en vigueur au sein de la SA ASTRID,
sont le résultat d’une étude qui fut entre autre menée
par De Witte & Morel Global Leader in Staffing,
Outsourcing and Human Capital Solutions.
Daarentegen, kan er bevestigd worden dat de lonen
die binnen de NV ASTRID van toepassing zijn, het
resultaat zijn van een studie die ondermeer uitgevoerd
werd door De Witte & Morel Global Leader in Staffing, Outsourcing and Human Capital Solutions.
Le 13 novembre 1998, ces traitements furent validés
par une décision du Conseil d’administration.
Deze lonen werden bekrachtigd door een beslissing
van de Raad van Bestuur op datum van 13 november
1998.
4. En ce qui concerne votre dernière question, je
puis vous indiquer que la réforme Copernic ne
s’applique pas aux dirigeants de l’AFCN et de la SA
ASTRID; les dispositions de l’arrêté royal du 4 août
2004 (Moniteur belge du 16 août 2004) relatif à la
carrière du niveau A des agents de l’État, ne sont dès
lors pas applicables aux personnes susmentionnées.
4. Wat uw laatste vraag betreft, kan ik u meedelen
dat de Copernicus-hervorming niet van toepassing is
op de leidinggevenden van het FANC en van de NV
ASTRID; de bepalingen van het koninklijk besluit van
4 augustus 2004 (Belgisch Staatsblad van 16 augustus
2004) betreffende de loopbaan van niveau A van het
Rijkspersoneel, zijn bijgevolg niet van toepassing op
voormelde personen.
DO 2005200606157
DO 2005200606157
Question no 761 de Mme Marleen Govaerts du
4 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre et
ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 761 van mevrouw Marleen Govaerts van
4 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister
en minister van Binnenlandse Zaken :
Problèmes avec les cartes d’identité électroniques dans
certaines
administrations
communales
du
Limbourg.
Problemen met elektronische identiteitskaarten in
bepaalde Limburgse gemeentehuizen.
Des problèmes concernant le système de lecture des
cartes d’identité électroniques se sont déjà produits
quatre mercredis après-midi d’affilée dans les maisons
communales de Hamont-Achel, de HouthalenHelchteren, de Saint-Trond, de Ham et de DilsenStokkem.
Van Hamont-Achel over Houthalen-Helchteren tot
Sint-Truiden, en van Ham tot Dilsen-Stokkem zijn er
al vier woensdagnamiddagen op rij problemen in de
gemeentehuizen met het systeem dat elektronische
identiteitskaarten moet lezen.
Les pouvoirs publics entendent stimuler l’administration électronique, mais ils ne parviennent pas à
garantir un fonctionnement optimal du système. Les
services de la population se demandent à juste titre ce
qui se passera lorsque tous les citoyens disposeront
d’une carte d’identité électronique.
De overheid stimuleert e-government wel graag,
maar slaagt er niet in het systeem optimaal te laten
functioneren. Terecht stellen verschillende bevolkingsdiensten zich de vraag wat er gaat gebeuren als iedereen over een elektronische identiteitskaart beschikt.
Comment envisagez-vous de résoudre le problème
récurrent des appareils qui ne fonctionnent pas à la
vitesse normale ou pas du tout ?
Hoe overweegt u dit regelmatig opduikend probleem van apparaten die te traag werken of helemaal
niet werken op te lossen ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur du 21 décembre 2005, à la question no 761
de Mme Marleen Govaerts du 4 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken van 21 december 2005, op de
vraag nr. 761 van mevrouw Marleen Govaerts van
4 november 2005 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à
sa question.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op
zijn vraag.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18910
Durant le mois d’octobre 2005, des problèmes de
capacité ont en effet été rencontrès lors de la délivrance des cartes d’identité électroniques, et ce principalement le mercredi après-midi entre 14 h 15 et 15 h
30. Le service dans les communes en a par conséquent
été considérablement ralenti.
Gedurende de maand oktober 2005 zijn er inderdaad capaciteitsproblemen geweest bij de uitreiking
van de elektronische identiteitskaarten in de gemeenten, en dit vooral op woensdagnamiddagen tussen
14.15 uur en 15.30 uur. De bediening verliep daardoor
beduidend trager in de gemeenten.
En une heure de temps, les services centraux ont
constaté que le workflow au cours de cette période
s’élevait à 25 % du volume qui avait été traité durant
toute la journée. Par le passé, ce problème est également survenu de temps en temps le samedi matin, mais
dans une moindre mesure.
Op één uur tijd constateerden de centrale diensten
dat de workflow tijdens die periode 25 % bedroeg van
het volume dat gedurende een hele dag werd verwerkt.
In het verleden deed dit probleem zich af en toe ook
voor op zaterdagvoormiddag, zij het in mindere mate.
La cause est vraisemblablement à imputer, d’une
part, au fait que de nombreux citoyens sont libres le
mercredi après-midi. D’autre part, cela est également
lié à l’action en cours pour les enfants âgés de 12 ans
qui peuvent recevoir un lecteur de carte gratuit. De ce
fait, de nombreuses personnes se présentent au même
moment.
De oorzaak is waarschijnlijk enerzijds te wijten aan
het feit dat veel burgers de woensdagnamiddag vrij
zijn. Anderzijds kan dit ook te maken hebben met de
actie die loopt voor de 12-jarigen, die een gratis kaartlezer kunnen ontvangen. Hierdoor komen veel mensen
zich aanbieden op hetzelfde tijdstip.
La firme Steria, qui a élaboré le système Belpic et
qui est responsable de la maintenance, a remplacé les
composantes existantes par des composantes plus
puissantes. Depuis lors, les problèmes ont été en
grande partie résolus. Il y a une surveillance constante
du système Belpic, qui garantit la distribution des
cartes d’identité électroniques. À la moindre irrégularité, on intervient.
De firma Steria, die het Belpic-systeem bouwde en
instaat voor het onderhoud, verving de bestaande onderdelen door krachtiger onderdelen. Sedert dien zijn
de problemen grotendeels opgelost. Er gebeurt een
constante monitoring van het Belpic-systeem, dat instaat voor de verdeling van de elektronische identiteitskaarten., Bij de minste onregelmatigheid wordt er
ingegrepen.
En outre, la base de données et les programmes du
Registre national avaient également été transférés
pendant le weekend du 12 et 13 novembre 2005 vers un
nouveau mainframe, ce qui avait sensiblement
augmenté la vitesse de réaction.
Verder werden de database en de programma’s van
het Rijksregister gedurende het weekend van 12 en
13 november 2005 eveneens overgeheveld naar een
nieuwe mainframe- server, waardoor de reactiesnelheid gevoelig werd verhoogd.
DO 2005200606195
DO 2005200606195
Question no 766 de M. Guy D’haeseleer du 10 novembre 2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre
de l’Intérieur :
Vraag nr. 766 van de heer Guy D’haeseleer van
10 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Commissaires et autres représentants du gouvernement.
Regeringscommissarissen en andere vertegenwoordigers van de regering.
1. Dans quels parastataux, organismes d’intérêt
public, institutions de sécurité sociale ou autres institutions relevant du département dont vous êtes responsable le gouvernement a-t-il désigné un commissaire ou
un autre représentant ?
1. In welke parastatalen, instellingen van openbaar
nut, instellingen van sociale zekerheid, of andere instellingen die onder het departement vallen waarvoor
u bevoegd bent, is de regering vertegenwoordigd door
een regeringscommissaris of andere vertegenwoordiger ?
2. Qui est le représentant du gouvernement ?
2. Wie is de vertegenwoordiger van de regering ?
3. Quelle est la durée de son mandat ?
3. Wat is de duur van het mandaat ?
4. Quelle rémunération perçoit-il ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
4. Wat is de financiële verloning van de betrokkene ?
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18911
5.
a) Des avantages supplémentaires financiers ou
autres lui sont-ils accordés ?
5.
a) Worden er nog bijkomende financiële of andere
voordelen toegekend ?
b) Dans l’affirmative, lesquels ?
b) Zo ja, welke ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur du 20 décembre 2005, à la question no 766
de M. Guy D’haeseleer du 10 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken van 20 december 2005, op de
vraag nr. 766 van de heer Guy D’haeseleer van
10 november 2005 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à
sa question.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op
zijn vraag.
Il est répondu successivement aux questions pour
chaque institution.
Voor elke instelling worden achtereenvolgens de
vragen beantwoord.
I.
1. Office national de Sécurité sociale des administrations provinciales et locales (ONSSAPL).
I.
1. Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten (RSZPPO).
2. M. Pierre Denis, conseiller général au Service de
coordination et d’appui — Service juridique, d’une
part, en qualité de commissaire du gouvernement à
l’ONSSARL et, d’autre part, en qualité de représentant
du ministre de l’Intérieur au comité technique relatif
au régime des pensions du personnel communal, institué auprès du même Office national.
2. De heer Pierre Denis, adviseur-generaal bij de
Coördinatie- en Ondersteuningsdienst — Juridische
Dienst, enerzijds als regeringscommissaris bij de
RSZPPO en anderzijds als vertegenwoordiger voor de
minister van Binnenlandse Zaken binnen het technisch
comité inzake de pensioenregeling van het gemeentepersoneel ingesteld bij dezelfde Rijksdienst.
3. Durée indéterminée.
3. Onbepaalde duur.
4. M. Pierre Denis perçoit un montant mensuel net
de 114,47 euros.
4. De heer Pierre Denis ontvangt maandelijks een
nettobedrag van 114,47 euro.
5.
a) Il n’est pas octroyé d’avantages financiers supplémentaires ou d’autres avantages;
5.
a) Er worden geen bijkomende financiële of andere
voordelen toegekend;
b) —.
b) —.
II.
1. Agence fédérale de contrôle nucléaire.
II.
1. Federaal Agentschap voor nucleaire controle.
2. M. Pierre Tonon en qualité de commissaire du
gouvernement.
3. Durée indéterminée.
2. De heer Pierre Tonon als regeringscommissaris.
3. Onbepaalde duur.
1er
4. Depuis le
janvier 2004, M. Pierre Tonon
perçoit un montant annuel de 9 352,11 euros.
4. Met ingang van 1 januari 2004 ontvangt de heer
Pierre Tonon 9 352,11 euro op jaarbasis.
5.
a) Il n’est pas octroyé d’avantages financiers supplémentaires ou d’autres avantages;
5.
a) Er worden geen bijkomende financiële of andere
voordelen toegekend;
b) —.
b) —.
III.
1. SA de droit public ASTRID.
III.
1. NV van publiek recht ASTRID.
2. Mme Greet Spiessens (sur proposition du ministre de l’Intérieur) et Mme Tania Dekens (sur proposition du ministre du Budget) en qualité de commissaires du gouvernement.
3. Durée indéterminée.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2. Mevrouw Greet Spiessens (op voordracht van de
minister van Binnenlandse Zaken) en mevrouw Tania
Dekens (op voordracht van de minister van Begroting)
als regeringscommissarissen.
3. Onbepaalde duur.
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18912
4. À cette fin, elles perçoivent toutes les deux une
indemnité annuelle de 6 984,76 euros.
5.
a)
Il n’est pas octroyé d’avantages financiers supplémentaires ou d’autres avantages;
4. Beiden ontvangen hiervoor een jaarlijkse vergoeding van 6 984,76 euro.
5.
a) Er worden geen bijkomende financiële of andere
voordelen toegekend.
b) —.
b) —.
DO 2005200606296
DO 2005200606296
Question no 783 de M. Stijn Bex du 22 novembre 2005
(N.) au vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur :
Vraag nr. 783 van de heer Stijn Bex van 22 november
2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken :
Déclarations du ministre dans le cadre d’une instruction.
Uitspraak van de minister in een gerechtelijk onderzoek.
Au cours de la réunion de commission du 17 mars
2004, vous avez répondu à une question orale relative
au terrorisme en Belgique que renseignements pris
auprès des services compétents, vous pouviez communiquer que l’intéressé a effectivement été observé dans
le cadre d’une instruction belge, mais qu’il a été arrêté
par hasard aux Pays-Bas, après qu’un mandat d’arrêt
international a été décerné contre lui, au détriment de
l’instruction menée en Belgique. (question no 2060 de
M. Francis Van den Eynde, Compte rendu intégral,
Chambre, 2003-2004, commission de l’Intérieur,
17 mars 2004, COM21, p. 15).
Tijdens de commissievergadering van 17 maart 2004
antwoordde u het volgende op een mondelinge vraag
over terrorisme in België : « Na mij te hebben
geı̈nformeerd kan ik u melden dat, in het licht van een
Belgisch onderzoek, betrokkene effectief werd geobserveerd, maar dat hij bij toeval ingevolge het internationale aanhoudingsmandaat gearresteerd werd in
Nederland, wat het Belgisch gerechtelijk onderzoek
uiteraard geen deugd heeft gedaan. » (vraag nr. 2060
van de heer Francis Van den Eynde, Integraal Verslag,
Kamer, 2003-2004, commissie voor de Binnenlandse
Zaken, 17 maart 2004, COM21, blz. 15).
Je lis dans le journal « De Tijd » du 3 novembre 2005
que cette déclaration a rendu l’instruction plus difficile. Selon l’article, M. Dewael a révélé en mars 2004
que les membres du GICM faisaient l’objet d’une filature, alors que les autorités judiciaires lui avaient
demandé de ne pas divulguer cette information. À la
suite de cette révélation, il a été mis fin à l’opération de
filature un mois plus tôt que prévu.
In de krant De Tijd van 3 november 2005 staat dat
deze uitspraak het onderzoek bemoeilijkte : « Dewael
onthulde in maart vorig jaar dat de GICM-leden in
ons land werden geschaduwd, hoewel het gerecht hem
had gevraagd dat niet te doen. Door de onthulling
moest de schaduwoperatie minstens een maand vroeger dan gepland, beëindigd worden. ».
Est-il exact que le parquet vous avait demandé de ne
pas divulguer cette information et dans l’affirmative,
pourquoi l’avez-vous fait ?
Klopt het dat het parket gevraagd had om deze
informatie niet te verstrekken en zo ja, waarom heeft u
dit toch gedaan ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur du 21 décembre 2005, à la question no 783
de M. Stijn Bex du 22 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken van 21 december 2005, op de
vraag nr. 783 van de heer Stijn Bex van 22 november
2005 (N.) :
Je souhaite réagir clairement à l’article du journal
« De Tijd ». À ma connaissance cette information n’est
pas confirmée par le parquet et est même démentie par
la police fédérale.
Graag wil ik klaar en duidelijk reageren op het artikel in De Tijd. Bij mijn weten werd dat bericht niet
bevestigd door het federaal parket en zelfs tegengesproken door de federale politie.
Contrairement aux affirmations de l’article, j’ai dit
lors de la réunion de commission du 17 mars 2004 que
« l’intéressé a été observé en Belgique ». Je n’ai jamais
dit que les membres du GICM étaient pris en filature
dans notre pays. La teneur de ma réponse était
In tegenstelling tot de beweringen in het artikel heb
ik in de commissievergadering van 17 maart 2004
gezegd dat « betrokkene in België geobserveerd werd ».
Nooit heb ik gezegd dat GICM-leden in ons land
werden geschaduwd. De teneur van mijn antwoord
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18913
d’ailleurs que je ne voulais pas divulguer des éléments
issus d’une enquête judiciaire.
was trouwens dat ik geen elementen uit een gerechtelijk onderzoek wilde onthullen.
Contrairement à ce qu’a publié « De Tijd », le
parquet ne m’a jamais contacté pour me demander de
faire ou ne pas faire certaines déclarations. Ni lors de
la réunion de la commission, ni plus tard, je n’ai reçu
d’observation à ce sujet.
In tegenstelling tot wat in De Tijd werd gepubliceerd, heeft het parket mij nooit gecontacteerd met het
verzoek bepaalde uitspraken al dan niet te doen. Noch
voor de commissie, noch nadien heb ik hierover een
opmerking gekregen.
Il est dès lors clair, comme je l’ai déjà dit en
commission à la Chambre, que ce sont uniquement le
contrôle fortuit et l’arrestation de l’intéressé au PaysBas qui ont accéléré l’enquête en Belgique.
Bijgevolg is het duidelijk dat, zoals ik ook al zei in
de Kamercommissie, enkel de toevallige controle en
arrestatie van betrokkene in Nederland het onderzoek
in België hebben versneld.
Je ne puis que déplorer la diffusion de cette information. Cela nous fait perdre de vue le noyau de l’affaire,
à savoir que les services de renseignements, les services
de police et les autorités judiciaires en Belgique ont
ouvert une enquête sur le GICM, enquête qui a
conduit en fin de compte au procès commencé la
semaine dernière au tribunal correctionnel.
Ik kan de berichtgeving hierover dan ook alleen
maar betreuren. Het doet ons de kern van de zaak uit
het oog verliezen, namelijk dat inlichtingendiensten,
politiediensten en gerechtelijke autoriteiten in België
een onderzoek hebben gevoerd naar GICM, dat uiteindelijk heeft geleid tot het correctioneel proces dat
vorige week is gestart. Het proces wordt voor de rechtbank gevoerd, en niet ergens anders.
Il suffit de lire les journaux d’avant le 17 mars 2004
pour constater que la presse avait déjà publié bien plus
d’informations. Ainsi peut-on lire dans le journal « Het
Nieuwsblad » du 15 mars 2004 que le Belge de
Maaseik d’origine marocaine appartiendrait à un
groupe de quatorze principaux suspects des attentats
de Casablanca et que la justice marocaine demande
son extradition.
Het volstaat de kranten van vóór 17 maart 2004
erop na te lezen om vast te stellen dat de pers reeds veel
meer informatie had gepubliceerd. Zo stond in Het
Nieuwsblad van 15 maart 2004 dat de Belg van
Marokkaanse afkomst uit Maaseik zou behoren tot
een groep van veertien hoofdverdachten van de aanslagen in Casablanca en dat het Marokkaanse gerecht om
zijn uitlevering vraagt.
DO 2005200606324
DO 2005200606324
Question no 787 de M. Melchior Wathelet du
22 novembre 2005 (Fr.) au vice-premier ministre
et ministre de l’Intérieur :
Vraag nr. 787 van de heer Melchior Wathelet van
22 november 2005 (Fr.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Cartes d’identité électroniques. — Communes. —
Membres du personnel statutaire de Belgacom.
Elektronische identiteitskaarten. — Gemeenten. —
Leden van het statutair personeel van Belgacom.
En application de l’arrêté royal du 22 juillet 2004
concernant les modalités de l’utilisation des membres
du personnel de l’entreprise publique autonome Belgacom dans le cadre de la coordination de la délivrance
des cartes d’identité électroniques, des membres du
personnel statutaire de Belgacom sont affectés à la
délivrance des cartes d’identité électroniques dans les
communes.
In toepassing van het koninklijk besluit van 22 juli
2004 betreffende de modaliteiten van het inzetten van
personeelsleden van het autonome overheidsbedrijf
Belgacom in het kader van de coördinatie van de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten,
worden leden van het statutair personeel van Belgacom toegewezen aan de gemeenten voor de uitreiking
van de elektronische identiteitskaarten.
Ces membres du personnel de Belgacom peuvent-ils
être totalement ou partiellement affectés à une tâche
communale étrangère à la délivrance des cartes
d’identité électroniques, ou transférés dans un autre
service de la commune ?
Kunnen deze personeelsleden van Belgacom volledig of gedeeltelijk worden toegewezen voor de uitvoering van gemeenteijke taken die niets te maken hebben
met de uitreiking van elektronische identiteiskaarten,
of kunnen zij worden overgeplaatst naar een andere
gemeentelijke dienst ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18914
Réponse du vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur du 21 décembre 2005, à la question no 787
de M. Melchior Wathelet du 22 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken van 21 december 2005, op de
vraag nr. 787 van de heer Melchior Wathelet van
22 november 2005 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à
sa question.
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op
zijn vraag.
En principe, oui. Le gouvernement a voulu aider les
communes en mettant le personnel supplémentaire
nécessaire pour la distribution des cartes d’identité à
leur disposition. La commune seule reste responsable
de l’utilisation de cette ressource.
In principe wel. De regering heeft de gemeenten
willen helpen door het nodige extra personeel ter
beschikking te stellen voor de verdeling van de elektronische identiteitskaart. De gemeente zelf blijft verantwoordelijk voor het gebruik van dit extra personeel.
Il faut cependant nuancer :
Toch moeten wij nuanceren :
Le candidat a postulé pour un emploi déterminé. Il
faut donc un accord entre les parties dans le cas
d’une autre affectation.
De kandidaat heeft gepostuleerd voor een welbepaalde betrekking. Er moet dus een akkoord zijn
tussen de twee partijen in geval van een andere affectatie.
Le calcul du nombre de personnes supplémentaires
nécessaires a été fait en fonction de la charge
supplémentaire imposée par cette première distribution. Si on envoie le candidat ailleurs, il faudra
donc logiquement pour atteindre l’objectif le
remplacer par quelqu’un d’autre.
De berekening van het nodige extra personeel is
gebeurd op basis van het extra volume werk dat
deze eerste verdeling zal genereren. Indien men de
kandidaat elders tewerk stelt, moet er logisch
gezien een vervanging komen door iemand anders
om het objectief te kunnen bereiken.
DO 2005200606356
DO 2005200606356
Question no 791 de Mme Trees Pieters du 23 novembre
2005 (N.) au vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur :
Vraag nr. 791 van mevrouw Trees Pieters van
23 november 2005 (N.) aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken :
Actes illégaux. — Annulation immédiate d’actes juridiques administratifs et d’actes émanant d’une autorité.
Onwettelijke akten. — Onmiddellijke intrekking van
administratieve rechtshandelingen en gezagshandelingen.
En vertu tant des principes généraux du droit administratif, des principes de la bonne administration, de
la « théorie du retrait des actes administratifs » que de
la « doctrine du retrait des actes émanant d’une autorité », ainsi qu’en vertu des dispositions de l’article 375
du Code des impôts sur les revenus 1992, l’État belge
et le Service public fédéral Finances et ses fonctionnaires sont tenus de faire disparaı̂tre immédiatement de
l’ordre juridique tout acte illégal.
Zowel volgens de algemene beginselen van het
bestuursrecht, de beginselen van behoorlijk bestuur,
volgens « de theorie van de intrekking van bestuurshandelingen » of « het leerstuk van de intrekking van
de gezagshandelingen » als krachtens de beschikkingen
van artikel 375 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 zijn de Belgische Staat en de Federale
Overheidsdient Financiën en haar ambtenaren verplicht iedere onwettelijke akte onmiddellijk uit de
rechtsorde te laten verwijderen.
Cette obligation directe constitue même une obligation de résultat.
Die directe verplichting is zelfs een resultaatsverbintenis.
Il me revient que le tribunal de première instance de
Mons vient de nouveau de confirmer ce principe.
Dit principe werd naar verluidt recentelijk nog
beaamd door de rechtbank van eerste aanleg te
Bergen.
1. Quelles directives administratives et instructions
soucieuses du contribuable ont déjà été édictées ou le
seront prochainement afin que les fonctionnaires de
toutes les administrations fiscales du pays appliquent
1. Welke klantvriendelijke administratieve richtlijnen en instructies werden er dienaangaande reeds uitgevaardigd of zullen er weldra worden uitgevaardigd
om dit algemeen geldend principe met bekwame spoed
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18915
ce principe général avec la célérité requise, durant
toutes les phases de la procédure de taxation, de recouvrement, de rectification, de réclamation et d’examen
en justice ?
in alle fasen van taxatie-, invorderings, wijzigings-,
bezwaar- en gerechtelijke procedure door de fiscale
ambtenaren overal te lande strikt en direct te laten
toepassen ?
2. Pourriez-vous me faire part de votre approche
générale actuelle, aussi bien théorique que pratique, à
la lumière tant des dispositions légales et principes
précités que des dispositions de la loi du 29 juillet 1991
relative à la motivation formelle des actes administratifs et des droits du citoyen européen ?
2. Kunt u uw huidige algemene ziens- en handelwijze weergeven zowel in het licht van genoemde
wettelijke bepalingen en beginselen als in het licht van
de beschikkingen van de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen en van de Europese mensenrechten ?
Réponse du vice-premier ministre et ministre de
l’Intérieur du 20 décembre 2005, à la question no 791
de Mme Trees Pieters du 23 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de vice-eerste minister en minister
van Binnenlandse Zaken van 20 december 2005, op de
vraag nr. 791 van mevrouw Trees Pieters van
23 november 2005 (N.) :
En ce qui concerne la réponse à cette question, je
souhaite me rallier à ce qui sera dit à ce sujet par le
ministre des Finances. (Question no 1003 du
23 novembre 2005.)
Voor het antwoord op deze vraag wens ik mij aan te
sluiten bij hetgeen hieromtrent door de heer minister
van Financiën zal worden gesteld. (Vraag nr. 1003 van
23 november 2005.)
La matière qui fait l’objet de la question parlementaire relève en effet de la compétence dudit ministre.
De materie, voorwerp van de parlementaire vraag,
behoort immers tot de bevoegdheid van voormelde
minister.
Par ailleurs, la question me paraı̂t très imprécise du
point de vue juridique.
Ook lijkt de vraag mij juridisch gezien zeer onduidelijk.
Je tiens toutefois à rappeler brièvement à l’honorable membre la doctrine en matière de retrait d’un acte
administratif.
Ik wens hieronder wel bondig het geachte lid de leer
van de intrekking van een administratieve akte in herinnering te brengen.
Il faut entendre par retrait : « L’acte juridique, implicite ou explicite, par lequel une autorité administrative
annule ab initio la décision qu’elle a prise, de telle
sorte que les effets juridiques de cet acte disparaissent
également pour le passé » (Traduction libre). (Mast A.
e.a. « Overzicht van het Belgisch administratief
Recht », Kluwer, 2002, p. 771).
Onder intrekking dient te worden verstaan : « De
impliciete of uitdrukkelijke rechtshandeling waarbij
een administratieve overheid de beslissing die zij heeft
genomen, ab initio tenietdoet, zodat de rechtsgevolgen
van die handeling ook voor het verleden verdwijnen »
(Mast A. e.a. « Overzicht van het Belgisch administratief Recht », Kluwer, 2002, blz. 771).
La jurisprudence et la doctrine divergent sur les
conditions de retrait d’un acte administratif.
Over de voorwaarden waaronder een administratieve rechtshandeling kan worden ingetrokken is men
het in de rechtspraak en de rechtsleer oneens.
Le Conseil d’État tient compte, d’une part, de la
régularité de l’acte à retirer et, d’autre part, du fait que
l’acte confère ou non des droits.
De Raad van State houdt enerzijds rekening met de
rechtmatigheid van de in te trekken handeling en
anderzijds met het al dan niet rechtsverlenend karakter
van de handeling.
Le Conseil d’État estime qu’un acte administratif
qui n’a pas fait naı̂tre de droits dans le chef de tiers
peut toujours être retiré, indépendamment de son
caractère régulier ou irrégulier.
De Raad van State is van oordeel dat een administratieve rechtshandeling, die geen rechten heeft doen
ontstaan ten aanzien van derden steeds kan worden
ingetrokken, ongeacht het rechtmatig of onrechtmatig
karakter ervan.
Un acte qui confère des droits ne peut être retiré que
sous certaines conditions.
Een rechtsverlenende handeling kan slechts onder
bepaalde voorwaarden worden ingetrokken.
Un acte juridique régulier qui confère des droits ne
peut jamais être retiré. Un acte juridique irrégulier qui
confère des droits ne peut être retiré que dans les
Een rechtmatig rechtsverlenende handeling kan
nooit worden ingetrokken. Een onrechtmatig rechtsverlenende handeling kan slechts worden ingetrokken
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18916
60 jours, soit le délai d’introduction d’un recours en
annulation auprès du Conseil d’État.
binnen 60 dagen, zijnde de termijn voor het instellen
van een beroep tot nietigverklaring bij de Raad van
State.
Si un tel recours est introduit, ce retrait peut intervenir jusqu’à la clôture des débats.
Indien dergelijk beroep is ingesteld, kan deze intrekking gebeuren tot aan de sluiting der debatten.
Dans des cas exceptionnels, un acte juridique irrégulier qui confère des droits peut également être retiré
après l’expiration du délai de 60 jours, notamment si
le retrait fait l’objet d’une réglementation légale, s’il
s’agit d’un acte dit « inexistant », à savoir un acte entaché d’une irrégularité tellement grossière qu’il doit être
tenu pour inexistant et si l’acte a été suscité par des
man œuvres frauduleuses.
In uitzonderlijke gevallen kan een onrechtmatige
rechtsverlenende rechtshandeling ook na de termijn
van 60 dagen worden ingetrokken namelijk. wanneer
de intrekking het voorwerp uitmaakt van een wettelijke regeling, wanneer het gaat om een zogenaamde
« onbestaande » handeling, met name een handeling
die door een zodanige grove en manifeste onregelmatigheid is aangetast dat zij voor onbestaande moet
worden gehouden en wanneer het gaat om een door
bedrog uitgelokte handeling.
La Cour de cassation et la Cour des comptes estiment toutefois qu’un acte administratif irrégulier peut
toujours être retiré.
Volgens het Hof van Cassatie en het Rekenhof kan
een onrechtmatige bestuurshandeling echter steeds
worden ingetrokken.
D’après la Cour de cassation, l’article 159 de la
Constitution — selon lequel le juge est tenu de refuser
d’appliquer des décisions non conformes à la loi —
implique que l’autorité administrative peut, à titre
d’exception, à tout moment soulever l’illégalité de ses
actes devant le juge ordinaire et ainsi obtenir de ce juge
qu’il décide de ne pas appliquer l’acte, décision qui
entraı̂ne les mêmes effets qu’un retrait (cf. notamment
Cass. 21 avril 1988, Pas., 1988, I, 983) (Vande Lanotte
J. e.a., « Overzicht Publiek Recht », die Keure, 2003,
p. 736, no 1136).
Volgens het Hof van Cassatie brengt artikel 159 van
de Grondwet — volgens hetwelk de rechter moet
weigeren onrechtmatige beslissingen toe te passen —
met zich mee dat de administratieve overheid, bij wijze
van exceptie, op welk ogenblik ook, voor de gewone
rechter de onwettigheid van haar akten kan opwerpen
en alzo van deze rechter een beslissing kan verkrijgen,
namelijk de niet-toepassing van de akte, die dezelfde
gevolgen heeft als een intrekking (zie onder meer Cass.
21 april 1988, Pas., 1988, I, 983) (Vande Lanotte J.
e.a., Overzicht Publiek Recht, die Keure, 2003,
blz. 736, nr. 1136).
À la lumière des dispositions de la loi du 29 juillet
1991 relative à la motivation formelle des actes administratifs, je tiens encore à faire observer ce qui suit.
In het licht van de beschikkingen van de wet van
29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering
van de bestuurshandelingen wens ik nog het volgende
op te merken.
L’arrêté de retrait doit être considéré comme un acte
juridique distinct.
Het intrekkingsbesluit dient te worden beschouwd
als een afzonderlijke rechtshandeling.
Le fait que l’arrêté de retrait constitue un acte juridique autonome a pour effet que la décision de retrait est
soumise à la censure du Conseil d’État (Van Mensel A.
e.a. « De administratieve Rechtshandeling. Een
proeve »., Mys en Breesch, 1997, p. 149-150).
Het feit dat het intrekkingsbesluit een zelfstandige
rechtshandeling is, heeft tot gevolg dat de intrekkingsbeslissing aan de censuur van de Raad van State is
onderworpen. (Van Mensel A. e.a. De administratieve
Rechtshandeling. Een proeve., Mys en Breesch, 1997,
blz. 149-150).
Tout acte juridique unilatéral de portée individuelle
émanant d’une autorité administrative et qui a pour
but de produire des effets juridiques à l’égard d’un ou
de plusieurs administrès ou d’une autre autorité administrative doit être motivé formellement.
Elke eenzijdige rechtshandeling met individuele
strekking die uitgaat van een bestuur en die beoogt
rechtsgevolgen te hebben voor één of meer bestuurden
of voor een ander bestuur dient formeel te worden
gemotiveerd.
Ceci vaut également pour les actes de retrait, qui
répondent à ces conditions.
Dit geldt eveneens voor intrekkingsbesluiten, die
aan deze voorwaarden voldoen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18917
Ministre de la Défense
Minister van Landsverdediging
DO 2005200606131
DO 2005200606131
Question no 283 de M. Luc Sevenhans du 25 octobre
2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 283 van de heer Luc Sevenhans van 25 oktober 2005 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Victimes de guerre civiles de la Seconde guerre
mondiale. — Reconnaissances.
Burgerlijke oorlogsslachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog. — Erkenningen.
Ma question a trait aux victimes de guerre civiles de
la Seconde guerre mondiale.
Mijn vraag betreft de burgerlijke oorlogsslachtoffers
uit de Tweede Wereldoorlog.
Il me revient que l’on accepterait encore régulièrement des demandes mais qu’il y aurait une discrimination positive envers certains candidats ayants droit, la
commission francophone faisant preuve d’une plus
grande souplesse que la commission néerlandophone.
Naar verluidt worden er regelmatig nog aanvragen
aanvaard maar er zou daar sprake zijn van positieve
discriminatie naar bepaalde kandidaat-rechthebbenden en zou er soepeler worden gereageerd in de
Franstalige burgerlijke oorlogscommissie.
Pourriez-vous communiquer le nombre de reconnaissances par commission depuis 2000 et préciser
quelles preuves les demandeurs peuvent produire pour
encore bénéficier d’une reconnaissance soixante ans
après la guerre ?
Kan u meedelen hoeveel erkenningen er zijn geweest
sinds 2000 per comité en welke bewijsvoeringen er
worden aanvaard om nog in aanmerking te komen
zestig jaar na de oorlog ?
Réponse du ministre de la Défense du 19 décembre
2005, à la question no 283 de M. Luc Sevenhans du
25 octobre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging
van 19 december 2005, op de vraag nr. 283 van de heer
Luc Sevenhans van 25 oktober 2005 (N.) :
Nombre de pensions d’invalidité de la guerre 19401945 octroyées par les Commissions civiles
d’invalidité :
Aantal invaliditeitspensioenen van de oorlog 19401945 toegekend door de Burgerlijke Invaliditeitscommisies
Liège : 3;
Luik : 3;
Namur : 2;
Namen : 2;
Bruxelles : 326;
Brussel : 326;
Charleroi : 13;
Charleroi : 13;
Gand : 1;
Gent : 1;
Courtrai : 1;
Kortrijk : 1;
Hasselt : 2;
Hasselt : 2;
Anvers : 1.
Antwerpen : 1.
Le nombre de pensions octroyées par la Commission civile d’invalidité de Bruxelles trouve son explication dans le contexte historique. Une très grande partie
de la communauté juive ayant fui Anvers au moment
de la guerre, habite actuellement la région bruxelloise.
Beaucoup de demandes de pension ont donc été introduites par ceux qui, en étant enfants, furent cachés
pendant la guerre et présentent actuellement, suite à
ces circonstances, des troubles neurologiques divers
dont l’imputabilité à la guerre fut acceptée par la
Commission civile d’invalidité de Bruxelles.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
Het aantal pensioenen toegekend door de Burgerlijke Invaliditeitscommissie van Brussel wordt verklaard door de historische context. Een zeer groot deel
van de joodse gemeenschap die Antwerpen tijdens de
oorlog is ontvlucht, woont nu in de Brusselse regio.
Veel aanvragen zijn dus ingediend door personen die
als kind verborgen waren tijdens de oorlog en die nu,
ingevolge deze omstandigheden, diverse neurologische
stoornissen vertonen waarvan de aanrekenbaarheid
aan de oorlog aanvaard werd door de Burgerlijke
Invaliditeitscommissie van Brussel.
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18918
Il est important de préciser que les décisions sont
prises par des commissions juridictionnelles administratives, indépendantes du pouvoir exécutif et judiciaire, qui apprécient souverainement les éléments de
fait qui leur sont soumis. Chaque dossier est donc jugé
en fonction des éléments de preuve qu’il contient et, en
cas de contestation, des recours sont prévus : appel
devant la Commission supérieure d’appel et recours en
annulation des décisions de la Commission supérieure
d’appel devant le Conseil d’État, section administration.
Het is belangrijk te verduidelijken dat de beslissingen, onafhankelijk van de uitvoerende en rechterlijke
macht, getroffen worden door administratieve rechtscolleges die soeverein de feitenelementen beoordelen
die hen worden voorgelegd. Over ieder dossier wordt
dus uitspraak gedaan in functie van de bewijsstukken
die het bevat en in geval van betwisting zijn rechtsmiddelen voorzien : beroep bij de Hogere Beroepscommissie en annulatieberoep tegen de beslissingen van de
Hogere Beroepscommissie bij de Raad van State, afdeling administratie.
Il appartient toujours au demandeur d’apporter la
preuve à la fois du fait de guerre (des témoignages et/
ou attestations officielles établissant la réalité du fait
de guerre sont exigés), de l’invalidité et du lien de
causalité directe entre les lésions actuelles et le fait de
guerre.
Het is steeds aan de aanvrager om het bewijs te leveren, zowel van het oorlogsfeit (getuigenverklaringen
en/of officiële attesten die de echtheid van het oorlogsfeit bevestigen, zijn vereist), als van de invaliditeit en
het rechtstreeks oorzakelijk verband tussen de huidige
letsels en het oorlogsfeit.
DO 2005200606132
DO 2005200606132
Question no 284 de M. Luc Sevenhans du 25 octobre
2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 284 van de heer Luc Sevenhans van 25 oktober 2005 (N.) aan de minister van Landsverdediging :
Département. — Absentéisme.
Departement. — Ziekteverzuim.
Le relèvement du taux d’activité des Belges constitue
— à juste titre — un des objectifs du gouvernement.
Un aspect lié à cette problématique est la façon de veiller à ce que les personnes qui ont un emploi, l’exercent
effectivement.
De verhoging van de activiteitsgraad van de Belgen
vormt — terecht — een doelstelling van de regering.
Een nevenaspect van deze problematiek is echter hoe
men ervoor zorgt dat wie een job heeft, deze job ook
effectief uitoefent.
Les entreprises et les autorités publiques se rendent
compte depuis longtemps déjà que l’absentéisme au
travail ainsi qu’une approche inadaptée de ce
problème peuvent peser lourd sur la rentabilité.
Bedrijven en overheden voelen al lang aan hoe het
probleem van absenteı̈sme op het werk en van een
inefficiënte aanpak ervan ernstig op hun rentabiliteit
kunnen doorwegen.
1. Comment le département de la Défense abordet-il le problème de l’absentéisme ?
1. Kan u meedelen hoe het probleem van het ziekteverzuim op het departement van Landsverdediging
wordt aangepakt ?
2.
a) Le taux d’absentéisme pour cause de maladie est-il
mesuré au sein du département de la Défense ?
2.
a) Wordt de medische absenteı̈smegraad gemeten
binnen het department van Landsverdediging ?
b) Dans l’affirmative, quel était ce taux d’absentéisme
au cours des cinq dernières années ?
b) Zo ja, hoeveel bedroeg deze absenteı̈smegraad de
jongste vijf jaar ?
3.
a) Des différences entre les provinces ont-elles été
constatées ?
3.
a) Werden er verschillen tussen de verschillende provincies waargenomen ?
b) Dans l’affirmative, lesquelles ?
b) Zo ja, wat zijn deze verschillen ?
4.
a) Le département de la Défense organise-t-il un
contrôle médical de l’absentéisme ?
4.
a) Bestaat er een medische contrle op het ziekteverzuim binnen Landsverdediging ?
b) Dans l’affirmative :
b) Zo ja :
— qui effectue ces contrôles;
— wie voert deze controles uit;
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18919
— combien de contrôles ont-ils été demandés par les
commandants d’unité ou de corps au cours des
cinq dernières années;
— hoeveel controles werden in de jongste vijf jaar
door de lokale eenheids- of korpscommandanten
aangevraagd;
— combien de contrôles ont-ils effectivement été
réalisés;
— hoeveel controles werden er effectief uitgevoerd;
— des abus ont-ils été constatés ?
— werden er misbruiken vastgesteld ?
5. Quels sont les coûts (coûts des contrôles et des
traitements payés aux membres du personnel absents
pour cause de maladie) engendrés par l’absentéisme au
sein du département de la Défense ?
5. Wat zijn de kosten (kosten van controles en uitbetaalde lonen aan het om gezondheidsredenen afweig
personeel) van het ziekteverzuim binnen Landsverdediging ?
Réponse du ministre de la Défense du 21 décembre
2005, à la question no 284 de M. Luc Sevenhans du
25 octobre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging
van 21 december 2005, op de vraag nr. 284 van de heer
Luc Sevenhans van 25 oktober 2005 (N.) :
1. Le nouveau règlement sur les absences pour
motif de santé sera soumis au Haut Comité de Concertation, à la fin de cette année et devrait entrer en
vigueur début 2006. Entre-temps, avec l’accord des
syndicats, certains éléments de ce nouveau règlement
sont déjà d’application.. En exécution de l’arrêté royal
du 10 août 2005 relatif aux absences pour motif de
santé des militaires, le contrôle des absences pour
motif de santé est confié, depuis le 1er octobre 2005, à
un organisme indépendant, externe à la Défense.
Parallèlement à la mise en œuvre de cette nouvelle
réglementation, les systèmes informatiques de gestion
du personnel (HRIS — Human Resources Information
System) et de gestion médicale (Total Health) permettront également une collecte de données plus rapide et
plus efficace, ainsi que l’établissement de statistiques
beaucoup plus fiables que par le passé.
1. Het nieuwe reglement betreffende de afwezigheid
om gezondheidsredenen zal tegen het einde van dit
jaar voorgelegd worden op het Hoog Overlegcomité
en zou begin 2006 in werking moeten treden. Intussen
zijn bepaalde elementen van dit nieuwe reglement, mét
toestemming van de syndicaten, reeds van toepassing.
In toepassing van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 betreffende de afwezigheid om gezondheidsredenen van de militairen, wordt de controle op de
afwezigheid om gezondheidsredenen sinds 1 oktober
2005 toevertrouwd aan een onafhankelijk organisme,
extern aan Defensie. Gelijktijdig met de nieuwe reglementering zullen ook de informaticasystemen voor
personeelsbeheer (HRIS — Human Resources Information System) en medisch beheer (Total Health) toelaten om op een snellere en efficiëntere manier gegevens te verzamelen, alsook om statistieken op te stellen
met een hogere betrouwbaarheidsgraad dan vroeger.
2. Niveau d’absentéisme :
2. Absenteı̈smegraad :
a) Actuellement, il n’existe encore aucun système
standardisé pouvant faire la distinction entre les
différents types d’absences (pour motif de santé,
justifiés ou non), au sein de la Défense. Un
concept, appelé « politique en matière d’absentéisme », est actuellement développé.
a) Er bestaat binnen Defensie momenteel nog geen
gestandaardiseerd systeem dat het onderscheid kan
maken tussen verschillende soorten afwezigheden
(om gezondheidsredenen, gerechtvaardigd of niet).
Er wordt gewerkt aan de ontwikkeling van een
concept genaamd « verzuimbeleid ».
b) Aperçu des absences pour motif de santé au cours
des cinq dernières années :
b) Overzicht van afwezigheid om gezondheidsredenen van de jongste vijf jaar :
(1) 2000 : 6.42 %;
(1) 2000 : 6,42 %;
(2) 2001 : 6.31 %;
(2) 2001 : 6,31 %;
(3) 2002 : 5.43 %;
(3) 2002 : 5,43 %;
(4) 2003 : 5.35 %;
(4) 2003 : 5,35 %;
(5) 2004 : 5.07 %.
(5) 2004 : 5,07 %.
3. Il est actuellement impossible de faire une
distinction par province.
4. En ce qui concerne les contrôles médicaux :
4. Betreffende de medische controles :
a) Il existe effectivement un système de contrôle
médical au sein de la Défense.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
3. Het is momenteel niet mogelijk een onderscheid
per provincie te maken.
2005
a) Er bestaat inderdaad een systeem voor medische
controles binnen Defensie.
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18920
b) Jusqu’au 1er octobre 2005, les contrôles médicaux
étaient effectués par des médecins militaires ou
agréés, à la demande du chef de corps du militaire
concerné. Depuis, les contrôles médicaux sont
effectués par un organisme externe à la Défense, à
savoir la firme PLUS-MC.
b) Tot 1 oktober 2005 werden de medische controles
uitgevoerd door militaire of aangenomen geneesheren, op vraag van de korpscommandant van de
betrokken militair. Sindsdien worden de controles
uitgevoerd door een organisme extern aan Defensie, namelijk de firma PLUS-MC.
Les données relatives aux contrôles médicaux n’ont
été centralisées qu’à partir du 1er avril 2003. Entre le
début de cette centralisation et l’entrée en vigueur du
nouveau système de contrôle, 294 contrôles ont été
effectués. Dans 19 cas, la période d’absence pour motif
de santé du militaire concerné a été réduite.
De gegevens betreffende de medische controles
werden slechts sinds 1 april 2003 gecentraliseerd. Tussen het begin van deze centralisatie en de invoering
van het nieuwe controlesysteem, werden 294 controles
uitgevoerd. In 19 gevallen werd de periode van afwezigheid om gezondheidsredenen van de betrokken
militair ingekort.
Entre le 1er octobre et le 15 novembre 2005
(nouveau système), 200 demandes de contrôle ont été
introduites. Le premier rapport trimestriel est attendu
pour la fin janvier 2006.
In de periode tussen 1 oktober en 15 november 2005
(nieuw systeem) werden 200 controles aangevraagd.
Het eerste trimestriële verslag wordt eind januari 2006
verwacht.
5. Le contrat de services avec PLUS-MC a été
conclu pour cinq ans. Pour couvrir les frais découlant
des contrôles médicaux effectués par l’organisme
externe, un budget annuel de 300 000 euros a été
demandé et alloué. Si ce montant s’avérait insuffisant,
il existe une possibilité d’obtenir un supplément de
10 000 euros par an. Si, en revanche, il s’avérait que le
montant prévu n’est pas atteint, le montant restant
serait remboursé.
5. Het dienstencontract met PLUS-MC werd aangegaan voor vijf jaar. Voor de dekking van de kosten
voortvloeiend uit de medische controles door het
externe organisme werd een budget van 300 000 euro
per jaar aangevraagd en toegekend. Indien dit bedrag
ontoereikend zou blijken, bestaat de mogelijkheid om
per jaar een aanvullend bedrag van 10 000 euro te
bekomen. Indien daarentegen zou blijken dat het vooropgestelde bedrag niet bereikt wordt, zal het restbedrag teruggestort worden.
Le militaire qui est absent pour motif de santé
perçoit l’intégralité de son salaire. Par contre, le
personnel civil statutaire de la Défense a droit à
21 jours de maladie payés. De plus, ces jours peuvent
être accumulés tout au long de la carrière. Il est impossible de faire un calcul concret du coût total lié aux
absences pour motif de santé, puisque cela implique
que chaque cas individuel doit être examiné séparément et par mois.
De militair die afwezig is om gezondheidsredenen,
geniet zijn volledige wedde. Het statutaire burgerpersoneel van Defensie heeft daarentegen recht op
21 betaalde ziektedagen per jaar, welke bovendien
cumuleerbaar zijn gedurende gans de carrière. Het is
onmogelijk een concrete berekening van de totale kost
ten gevolge van afwezigheden om gezondheidsredenen
te bepalen, vermits dit betekent dat elk individueel
geval per maand onderzocht dient te worden.
DO 2005200606163
DO 2005200606163
Question no 289 de M. Luc Sevenhans du 4 novembre
2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 289 van de heer Luc Sevenhans van
4 november 2005 (N.) aan de minister van
Landsverdediging :
Département. — Attribution de jobs de vacances.
Departement. — Toewijzing van vakantiejobs.
Chaque année pendant les mois d’été, le département de la Défense nationale recrute des étudiants
jobistes.
Elk jaar worden jobstudenten in de zomermaanden
door het departement Landsverdediging aangeworven.
Si je suis bien informé, votre département, comparé
à d’autres employeurs, leur offre des conditions particulièrement intéressantes.
Als ik goed ingelicht ben, biedt uw departement, in
vergelijking met andere werkgevers, bijzonder interessante voorwaarden aan.
Étant donné que le nombre de candidats dépasse
chaque année largement le nombre de places disponi-
Daar het aantal beschikbare plaatsen het aantal
kandidaten ieder jaar ruimschoots overtreft, zou men
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18921
bles, on pourrait logiquement supposer que votre
département veille à répartir ces places au maximum,
permettant ainsi, dans le souci d’appliquer le principe
d’égalité des chances, aux enfants du plus grand
nombre possible de militaires d’obtenir un job de
vacances au sein de la Défense nationale.
logischerwijs mogen veronderstellen dat er naar een
maximale spreiding zou gestreefd worden. Op die
manier zouden, het gelijke-kansen principe indachtig,
de kinderen van zoveel mogelijk militairen de kans
krijgen om een vakantiejob binnen Landsverdediging
uit te oefenen.
Toutefois, je me suis laissé dire qu’il en allait autrement dans la réalité et que l’attribution de ces places
vacantes ne s’effectuait pas toujours dans les règles.
Er is mij echter ter ore gekomen dat de realiteit
helaas anders is en dat de toewijzing van de opengestelde plaatsen niet altijd volgens het boekje verloopt.
C’est ainsi que, des années durant, des militaires
auraient introduit en vain la candidature de leur enfant
ou de leurs enfants alors que d’autres parviennent à
faire recruter leur progéniture chaque année.
Zo zouden militairen jarenlang de kandidatuur van
hun kin(eren) tevergeefs hebben ingediend, terwijl
andere hun kind(eren) elk jaar opnieuw aangeworven
krijgen.
Parmi cette dernière catégorie se trouveraient principalement les enfants du personnel de votre cabinet et
de la Direction générale Ressources humaines.
In deze laatste categorie zouden zich voornamelijk
de kinderen bevinden van het personeel van uw eigen
Kabinet en van de Algemene Directie Human Resources.
1. Existe-t-il des critères objectifs sur la base
desquels les jobs de vacances sont attribués aux
enfants du personnel militaire et civil au sein de la
Défense nationale ?
1. Bestaan er objectieve criteria voor de toewijzijng
van vakantiejobs aan de kinderen van het militair en
het burgerpersoneel binnen Landsverdediging ?
2. Dans l’affirmative, quels sont ces critères ?
2. Zo ja, wat zijn deze criteria ?
Réponse du ministre de la Défense du 22 décembre
2005, à la question no 289 de M. Luc Sevenhans du
4 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging
van 22 december 2005, op de vraag nr. 289 van de heer
Luc Sevenhans van 4 november 2005 (N.) :
1. Le but de l’emploi des étudiants jobistes est de
faire face à la charge de travail continue du personnel
parti en congé. Il n’est pas demandé aux candidats
étudiants jobistes s’ils sont oui ou non enfants d’un
membre du personnel de la Défense; cette donnée
n’intervient pas. Lors de l’attribution du travail de
vacances, il est tenu compte des fonctions qui sont
susceptibles d’être remplies par un étudiant pendant
une courte période de temps et de la répartition des
postes de travail à travers le pays. De plus, il est tenu
compte des souhaits de l’étudiant jobiste en ce qui
concerne le lieu, la fonction et la période. La plupart
des places sont ouvertes dans des services administratifs et Horeca, lesquels sont essentiellement localisés à
Bruxelles.
1. Het doel van de tewerkstelling van jobstudenten
is het opvangen van de continue werklast van personeel dat met verlof is. Aan de kandidaat jobstudenten
wordt niet gevraagd of ze al dan niet kinderen zijn van
een personeelslid van Defensie; met dit gegeven wordt
geen rekening gehouden. Bij de toewijzing van vakantiewerk wordt er gelet op de functies die geschikt zijn
om voor korte tijd door een student ingevuld te
worden en op de verspreiding van de werkplaatsen
over het land. Bovendien wordt er ook rekening
gehouden met de wensen van de jobstudent voor wat
betreft plaats, functie en periode. De meeste plaatsen
worden geopend in de administratieve en Horeca
diensten, die zich vooral in Brussel bevinden.
Afin de pouvoir offrir un travail de vacances à un
maximum d’étudiants, la durée est limitée à quinze
jours.
Om een zo groot mogelijk aantal studenten vakantiewerk te kunnen aanbieden, wordt de duur beperkt
tot 14 dagen.
2. Un aperçu de la répartition par unité (d’emploi)
pour 2005 est fourni en annexe.
2. Een overzicht van de spreiding per eenheid (van
tewerkstelling) voor 2005 wordt gegeven in bijlage.
Étant donné son caractère de pure documentation, il
n’y a pas lieu de l’insérer au bulletin des Questions et
Réponses, mais elle peut être consultée au Greffe de la
Chambre des représentants (service des Questions
parlementaires).
Gezien het louter documentaire karakter ervan
wordt het niet in het bulletin van Vragen en Antwoorden opgenomen maar ligt ter inzage bij de griffie van
de Kamer van volksvertegenwoordigers (dienst Parlementaire Vragen).
3. Si un service est satisfait du travail d’un étudiant
jobiste, il est possible que, si celui-ci introduit de
3. Indien een dienst tevreden is over het door een
jobstudent geleverde werk, bestaat de kans dat, indien
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18922
nouveau sa candidature, il se voie de nouveau attribuer une place. Compte tenu de la durée limitée, il
peut également arriver que, afin de garantir un certain
rendement dans certains services, un étudiant se voie
attribuer un job pendant deux années consécutives.
4. Lieu de travail :
deze opnieuw zijn kandidatuur stelt, hij nogmaals een
plaats toegewezen krijgt. Rekening houdend met de
beperkte duur kan het eveneens gebeuren dat, om in
bepaalde diensten een zeker rendement te waarborgen,
een student twee opeenvolgende jaren een job krijgt.
4. Plaats van tewerkstelling :
a) Par région :
a) Per gewest :
(1) Région Bruxelles-Capitale : 377;
(1) Brussels Hoofdstedelijk Gewest : 377;
(2) Région flamande : 103;
(2) Vlaams Gewest : 103;
(3) Région wallonne : 52.
(3) Waals Gewest : 52.
b) Par province :
b) Per provincie :
(1) Anvers : 14;
(1) Antwerpen : 14;
(2) Région Bruxelles-Capitale : 377;
(2) Brussels Hoofdstedelijk Gewest : 377;
(3) Hainaut : 4;
(3) Henegouwen : 4;
(4) Limbourg : 37;
(4) Limburg : 37;
(5) Liège : 5;
(5) Luik : 5;
(6) Luxembourg : 2;
(6) Luxemburg : 2;
(7) Namur : 23;
(7) Namen : 23;
(8) Flandre orientale : 11;
(8) Oost-Vlaanderen : 11;
(9) Brabant flamand : 28;
(9) Vlaams-Brabant : 28;
(10) Brabant wallon : 20;
(10) Waals-Brabant : 20;
(11) Flandre occidentale : 13.
(11) West-Vlaanderen : 13.
DO 2005200606195
DO 2005200606195
Question no 291 de M. Guy D’Haeseleer du 10 novembre 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 291 van de heer Guy D’Haeseleer van
10 november 2005 (N.) aan de minister van
Landsverdediging :
Commissaires et autres représentants du gouvernement.
Regeringscommissarissen en andere vertegenwoordigers van de regering.
1. Dans quels parastataux, organismes d’intérêt
public, institutions de sécurité sociale ou autres institutions relevant du département dont vous êtes responsable le gouvernement a-t-il désigné un commissaire ou
un autre représentant ?
1. In welke parastatalen, instellingen van openbaar
nut, instellingen van sociale zekerheid, of andere instellingen die onder het departement vallen waarvoor
u bevoegd bent, is de regering vertegenwoordigd door
een regeringscommissaris of andere vertegenwoordiger ?
2. Qui est le représentant du gouvernement ?
2. Wie is de vertegenwoordiger van de regering ?
3. Quelle est la durée de son mandat ?
3. Wat is de duur van het mandaat ?
4. Quelle rémunération perçoit-il ?
4. Wat is de financiële verloning van de betrokkene ?
5.
a) Des avantages supplémentaires financiers ou
autres lui sont-ils accordés ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
5.
a) Worden er nog bijkomende financiële of andere
voordelen toegekend ?
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18923
b) Dans l’affirmative, lesquels ?
b) Zo ja, welke ?
Réponse du ministre de la Défense du 19 décembre
2005, à la question no 291 de M. Guy D’Haeseleer du
10 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging
van 19 december 2005, op de vraag nr. 291 van de heer
Guy D’Haeseleer van 10 november 2005 (N.) :
L’Institut géographique national, l’Office central
d’action sociale et culturelle, l’Institut des vétérans —
Institut national des invalides de guerre, anciens
combattants et victimes de guerre sont les trois organisations parastatales sous tutelle du ministre de la
Défense qui possèdent des commissaires et représentants du gouvernement.
Het Nationaal Geografisch Instituut, de Centrale
Dienst voor sociale en culturele actie, het Instituut
voor veteranen — Nationaal Instituut voor oorlogsinvaliden, oudstrijders en oorlogsslachtoffers zijn de drie
parastatale instellingen onder voogdij van de minister
van Landsverdediging die over regeringscommissarissen en regeringsvertegenwoordigers beschikken.
L’Institut géographique national a deux commissaires du gouvernement : un commissaire du gouvernement, en la personne de Mme Katrien Geenaert, représentant le ministre de tutelle et un commissaire du
gouvernement, en la personne de M. José Berger,
représentant le ministre des Finances. Leur mandat est
à durée indéterminée. Leur allocation annuelle, liée à
l’indice pivot, s’élève actuellement à 3 887,89 euros. Ils
ne sont pas bénéficiaires d’avantages complémentaires, financières ou autres.
Het Nationaal Geografisch Instituut heeft twee regeringscommissarissen : een regeringscommissaris, in de
persoon van mevrouw Katrien Geernaert, die de voogdijminister vertegenwoordigt en een regeringscommissaris, in de persoon van de heer José Berger, die de
minister van Financiën vertegenwoordigt. Hun
mandaat is van onbepaalde duur. Hun jaarlijkse toelage, gekoppeld aan de spilindex, bedraagt momenteel
3 887,89 euro. Ze ontvangen geen aanvullende financiële of andere voordelen.
L’Office central d’action sociale et culturelle a deux
commissaires du gouvernement : un commissaire du
gouvernement, en la personne de M. François Florkin,
représentant le ministre de tutelle et un commissaire
du gouvernement, en la personne de M. Peter De
Roeck, représentant le ministre de Finances. Leur
mandat est à durée indéterminée. Leur allocation
annuelle, liée à l’indice pivot, s’élève actuellement à
3 887,89 euros. Ils ne sont pas bénéficiaires
d’avantages complémentaires, financières ou autres.
De Centrale Dienst voor sociale en culturele actie
heeft twee regeringscommissarissen : een regeringscommissaris, in de persoon van de heer François Florkin, die de voogdijminister vertegenwoordigt en een
regeringscommissaris, in de persoon van de heer Peter
De Roeck, die de minister van Financiën vertegenwoordigt. Hun mandaat is van onbepaalde duur. Hun
jaarlijkse toelage, gekoppeld aan de spilindex,
bedraagt momenteel 3 887,89 euro. Ze ontvangen geen
aanvullende financiële of andere voordelen.
L’Institut des vétérans — Institut national des invalides de guerre, anciens combattants et victimes de
guerre a un commissaire du gouvernement, en la
personne de M. Michel Jaupart, représentant le ministre de tutelle et un représentant du gouvernement,
en la personne de M. Jean-Marie Lambermont, représentant le ministre des Finances. Leur mandat est à
durée indéterminée. Leurs émoluments annuels indexés s’élèvent actuellement à 3 062,76 euros. Ils ne sont
pas bénéficiaires d’avantages complémentaires, financières ou autres.
Het Instituut voor veteranen — Nationaal Instituut
voor oorlogsinvaliden, oudstrijders en oorlogsslachtoffers heeft een regeringscommissaris, in de persoon
van de heer Michel Jaupart, die de voogdijminister
vertegenwoordigt en een regeringsvertegenwoordiger,
in de persoon van de heer Jean-Marie Lambermont,
die de minister van Financiën vertegenwoordigt. Hun
mandaat is van onbepaalde duur. Hun geı̈ndexeerde
jaarlijkse
emolumenten
bedragen
momenteel
3 062,76 euro. Ze ontvangen geen aanvullende financiële of andere voordelen.
DO 2005200606266
DO 2005200606266
Question no 294 de M. Luc Sevenhans du 21 novembre
2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 294 van de heer Luc Sevenhans van
21 november 2005 (N.) aan de minister van
Landsverdediging :
Département. — Attribution de jobs de vacances.
Departement. — Toewijzing van vakantiejobs.
Chaque année pendant les mois d’été, le département de la Défense nationale recrute des étudiants
jobistes.
Elk jaar worden jobstudenten in de zomermaanden
door het departement Landsverdediging aangeworven.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18924
Si je suis bien informé, votre département, comparé
à d’autres employeurs, leur offre des conditions particulièrement intéressantes. Ce recrutement d’étudiants
jobistes connaı̂t dès lors un franc succès au sein de la
communauté militaire.
Als ik goed ingelicht ben, biedt uw departement, in
vergelijking met andere werkgevers, bijzonder interessante voorwaarden aan. Deze aanwerving kent
daarom een oprecht succes binnen de militaire gemeenschap.
Étant donné que le nombre de candidats dépasse
chaque année largement le nombre de places disponibles, on pourrait logiquement supposer que votre
département veille à répartir ces places au maximum,
permettant ainsi, dans le souci d’appliquer le principe
d’égalité des chances, aux enfants du plus grand
nombre possible de militaires d’obtenir un job de
vacances au sein de la Défense nationale.
Daar het aantal beschikbare plaatsen het aantal
kandidaten ieder jaar ruimschoots overtreft, zou men
logischerwijs mogen veronderstellen dat er naar een
maximale spreiding zou gestreefd worden. Op die
manier zouden, het gelijke-kansen principe indachtig,
de kinderen van zoveel mogelijk militairen de kans
krijgen om een vakantiejob binnen Landsverdediging
uit te oefenen.
Toutefois, je me suis laissé dire qu’il en allait autrement dans la réalité et que l’attribution de ces places
vacantes ne s’effectuait pas toujours dans les règles.
Er is mij echter ter ore gekomen dat de realiteit
helaas anders is en dat de toewijzing van de opgestelde
plaatsen niet altijd volgens het boekje verloopt.
C’est ainsi que, des années durant, des militaires
auraient introduit en vain la candidature de leur enfant
ou de leurs enfants alors que d’autres parviennent à
faire recruter leur progéniture chaque année.
Zo zouden militairen jarenlang de kandidatuur van
hun kind(eren) tevergeefs hebben ingediend, terwijl
anderen hun kind(eren) elk jaar opnieuw aangeworven
krijgen.
Parmi cette dernière catégorie se trouveraient principalement les enfants du personnel de votre cabinet et
de la Direction générale Ressources humaines.
In deze laatste categorie zouden zich voornamelijk
de kinderen bevinden van het personeel van uw eigen
Kabinet en van de Algemene Directie Human Resources.
1.
a) Existe-t-il des critères objectifs sur la base desquels
les jobs de vacances sont attribués aux enfants du
personnel militaire et civil au sein de la Défense
nationale ?
1.
a) Bestaan er objectieve criteria voor de toewijzing
van vakantiejobs aan de kinderen van het militair
en het burgerpersoneel binnen Landsverdediging ?
b) Dans l’affirmative, quels sont ces critères ?
b) Zo ja, wat zijn deze criteria ?
2. Existe-t-il un aperçu de la répartition des jobs de
vacances pour chaque unité ?
2. Bestaat er een overzicht waaruit blijkt dat er een
spreiding is per eenheid ?
3. Tient-on compte du fait qu’un job de vacances a
déjà été attribué à tel ou tel enfant par le passé au sein
du département de la Défense, et existe-t-il des statistiques ou des données qui peuvent servir à éviter les
déséquilibres ?
3. Houdt men rekening met het gegeven dat men
reeds een vakantiejob had binnen Landsverdediging,
en bestaan er statistieken of gegevens die behulpzaam
zijn om onevenwichten te vermijden ?
4. J’aimerais par ailleurs connaı̂tre la répartition
des jobs de vacances pour chacune des trois régions et
pour chacune des dix provinces.
4. Tevens zou ik ook de regionale spreiding wensen
te vernemen per gewest (3) en per provincie (10).
Réponse du ministre de la Défense du 22 décembre
2005, à la question no 294 de M. Luc Sevenhans du
21 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging
van 22 december 2005, op de vraag nr. 294 van de heer
Luc Sevenhans van 21 november 2005 (N.) :
1. Le but de l’emploi des étudiants jobistes est de
faire face à la charge de travail continue du personnel
parti en congé. Il n’est pas demandé aux candidats
étudiants jobistes s’ils sont oui ou non enfants d’un
membre du personnel de la Défense; cette donnée
n’intervient pas. Lors de l’attribution du travail de
vacances, il est tenu compte des fonctions qui sont
susceptibles d’être remplies par un étudiant pendant
une courte période de temps et de la répartition des
1. Het doel van de tewerkstelling van jobstudenten
is het opvangen van de continue werklast van personeel dat met verlof is. Aan de kandidaat jobstudenten
wordt niet gevraagd of ze al dan niet kinderen zijn van
een personeelslid van Defensie; met dit gegeven wordt
geen rekening gehouden. Bij de toewijzing van vakantiewerk wordt er gelet op de functies die geschikt zijn
om voor korte tijd door een student ingevuld te
worden en op de verspreiding van de werkplaatsen
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18925
postes de travail à travers le pays. De plus, il est tenu
compte des souhaits de l’étudiant jobiste en ce qui
concerne le lieu, la fonction et la période. La plupart
des places sont ouvertes dans des services administratifs et Horeca, lesquels sont essentiellement localisés à
Bruxelles.
over het land. Bovendien wordt er ook rekening
gehouden met de wensen van de jobstudent voor wat
betreft plaats, functie en periode. De meeste plaatsen
worden geopend in de administratieve en Horeca
diensten, die zich vooral in Brussel bevinden.
Afin de pouvoir offrir un travail de vacances à un
maximum d’étudiants, la durée est limitée à quinze
jours.
Om een zo groot mogelijk aantal studenten vakantiewerk te kunnen aanbieden, wordt de duur beperkt
tot 14 dagen.
2. Un aperçu de la répartition par unité (d’emploi)
pour 2005 est fourni en annexe.
2. Een overzicht van de spreiding per eenheid (van
tewerkstelling) voor 2005 wordt gegeven in bijlage.
Étant donné son caractère de pure documentation, il
n’y a pas lieu de l’insérer au bulletin des Questions et
Réponses, mais elle peut être consultée au Greffe de la
Chambre des représentants (service des Questions
parlementaires).
Gezien het louter documentaire karakter ervan
wordt het niet in het bulletin van Vragen en Antwoorden opgenomen maar ligt ter inzage bij de griffie van
de Kamer van volksvertegenwoordigers (dienst Parlementaire Vragen).
3. Si un service est satisfait du travail d’un étudiant
jobiste, il est possible que, si celui-ci introduit de
nouveau sa candidature, il se voie de nouveau attribuer une place. Compte tenu de la durée limitée, il
peut également arriver que, afin de garantir un certain
rendement dans certains services, un étudiant se voie
attribuer un job pendant deux années consécutives.
3. Indien een dienst tevreden is over het door een
jobstudent geleverde werk, bestaat de kans dat, indien
deze opnieuw zijn kandidatuur stelt, hij nogmaals een
plaats toegewezen krijgt. Rekening houdend met de
beperkte duur kan het eveneens gebeuren dat, om in
bepaalde diensten een zeker rendement te waarborgen,
een student twee opeenvolgende jaren een job krijgt.
4. Lieu de travail :
4. Plaats van tewerkstelling :
a) Par région :
a) Per gewest :
(1) Région Bruxelles-Capitale : 377;
(1) Brussels Hoofdstedelijk Gewest : 377;
(2) Région flamande : 103;
(2) Vlaams Gewest : 103;
(3) Région wallonne : 52.
(3) Waals Gewest : 52.
b) Par province :
b) Per provincie :
(1) Anvers : 14;
(1) Antwerpen : 14;
(2) Région Bruxelles-Capitale : 377;
(2) Brussels Hoofdstedelijk Gewest : 377;
(3) Hainaut : 4;
(3) Henegouwen : 4;
(4) Limbourg : 37;
(4) Limburg : 37;
(5) Liège : 5;
(5) Luik : 5;
(6) Luxembourg : 2;
(6) Luxemburg : 2;
(7) Namur : 23;
(7) Namen : 23;
(8) Flandre orientale : 11;
(8) Oost-Vlaanderen : 11;
(9) Brabant flamand : 28;
(9) Vlaams-Brabant : 28;
(10) Brabant wallon : 20;
(10) Waals-Brabant : 20;
(11) Flandre occidentale : 13.
(11) West-Vlaanderen : 13.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18926
DO 2005200606308
DO 2005200606308
Question no 298 de Mme Ingrid Meeus du 22 novembre 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 298 van mevrouw Ingrid Meeus van
22 november 2005 (N.) aan de minister van
Landsverdediging :
Étude « Qualité des nouvelles recrues ».
Studie « Kwaliteit van de Instroom ».
Au début de l’année 2004, une étude scientifique et
technologique a été lancée à la demande du département de la Défense afin de déterminer globalement
comment la qualité des nouvelles recrues est généralement perçue. Des chercheurs indépendants ont été
désignés à cet effet au sein de la cellule stratégique,
section Politique de recrutement (HRP-W). Ils ont
rassemblé des informations au sein des différentes
maisons de la défense et du service Accueil et Orientation. Sur la base de cette étude, des recommandations
politiques concrètes seront formulées afin d’optimaliser le processus de recrutement au sein du département de la Défense.
Begin 2004 werd op verzoek van de Defensiestaf een
wetenschappelijk en technologisch onderzoek opgestart met als doel een globaal beeld te krijgen over hoe
de « kwaliteit van de instroom » doorgaans wordt
ervaren. Onafhankelijke onderzoekers werden daarvoor aangesteld bij de Divisie Beleidsvoorbereiding,
sectie Wervingsbeleid (HRP-W). Zij gingen informatie
verzamelen onder meer in de verschillende defensiehuizen en bij de Dienst Onthaal en Oriëntering. Op
basis van deze studie zullen concrete beleidsaanbevelingen geformuleerd worden om zo het wervingsproces van Defensie te kunnen optimaliseren.
1. Quelles sont les motivations qui sous-tendent
cette étude ?
1. Wat was de aanleiding om met deze studie van
start te gaan ?
2. Où en est cette étude, en cours depuis deux ans
aujourd’hui ?
2. Wat is de stand van zaken met betrekking tot
deze momenteel twee jaar durende studie « Kwaliteit
van de Instroom » ?
3.
a) Quand les premiers résultats sont-ils attendus ?
3.
a) Tegen wanneer worden de eerste resultaten van
deze studie verwacht ?
b) Des recommandations concrètes résultant de
l’étude sont-elles déjà mises en œuvre aujourd’hui ?
b) Zijn er nu reeds concrete aanbevelingen voortspruitend uit deze studie die worden uitgevoerd ?
4. Quelles mesures (en dehors de l’étude) sont-elles
prises actuellement pour optimaliser l’arrivée de
nouvelles recrues ?
4. Welke maatregelen (buiten de studie om) worden
momenteel genomen om de instroom van nieuwe
rekruten te optimaliseren ?
Réponse du ministre de la Défense du 21 décembre
2005, à la question no 298 de Mme Ingrid Meeus du
22 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging
van 21 december 2005, op de vraag nr. 298 van
mevrouw Ingrid Meeus van 22 november 2005 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à
ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te
willen vinden op de door haar gestelde vragen.
1. Le projet d’étude a été lancé parce dans le but
d’établir la position des nombreux acteurs impliqués
dans les processus de recrutement pour la Défense,
d’expliciter éventuellement les zones de tension, de
rechercher de possibles améliorations et de formuler
des recommandations pratiques pour l’avenir.
1. De reden voor het starten van het onderzoeksproject was het bepalen van de positie van de vele
actoren die betrokken zijn in het wervingsproces voor
Defensie, eventueel de spanningsvelden uitdrukkelijk
te omschrijven, mogelijke verbeteringen te zoeken en
praktische aanbevelingen voor de toekomst formuleren.
2. L’étude s’est clôturée le 30 septembre 2005.
2. Het onderzoek werd afgesloten op 30 september
2005.
3. Les résultats de l’étude sont déjà connus et ont
été rapportés aux acteurs concernés par le biais de la
communication interne. Les recommandations les plus
importantes ont été réunies dans une « decision sheet »
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
3. De resultaten van het onderzoek zijn reeds
bekend en werden meegedeeld aan de betrokken actoren via de interne communicatiewegen. De belangrijkste aanbevelingen werden verzameld in een
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18927
et entérinées par le directeur général Human Resources.
« decision sheet » en bekrachtigd door de directeurgeneraal Human Resources.
4. Un certain nombre de recommandations ont été
exécutées, d’autres sont prises en compte dans le cadre
d’études scientifiques menées au sein de la direction
générale Human Resources. Est ainsi en cours un
examen sur la vérification de la fiabilité et de la validité des tests de sélection. Certaines recommandations
demandent encore de la préparation et de la coordination entre les différents acteurs concernés.
4. Een aantal aanbevelingen werden reeds uitgevoerd, met andere werd rekening gehouden in het
kader van wetenschappelijke onderzoeken bij de algemene directie Human Resources. Zo is er een onderzoek aan de gang naar de controle op de betrouwbaarheid en geldigheid van de selectieproeven. Sommige
aanbevelingen vereisen nog voorbereiding en coördinatie tussen de verschillende betrokken actoren.
5. Les mesures les plus importantes, sont :
l’acquisition d’une nouvelle batterie de sélection
portant sur les « tests cognitifs », l’acquisition d’une
nouvelle batterie de tests pour les « pilotes et contrôleurs de trafic aérien » et la mise en application de
nouveau système de passation et de gestion des tests.
Ces mesures s’inscrivent dans l’effort permanent
conduisant à l’amélioration des décisions de sélection.
5. De belangrijkste maatregelen zijn : de verwerving
van een nieuwe selectiebatterij met betrekking tot de
« cognitieve tests », de verwerving van een nieuwe testbatterij voor de « piloten en luchtverkeersleiders » en
het in gebruik stellen van een nieuw systeem voor het
afleggen en beheer van de proeven. Deze maatregelen
passen in de aanhoudende inspanning om tot een verbetering van de selectiebeslissingen te komen.
DO 2005200606319
DO 2005200606319
Question no 299 de Mme Ingrid Meeus du 22 novembre 2005 (N.) au ministre de la Défense :
Vraag nr. 299 van mevrouw Ingrid Meeus van
22 november 2005 (N.) aan de minister van
Landsverdediging :
Coopération entre les départements de la Défense et de
l’Intérieur. — Militaires. — « Call takers ».
Samenwerking tussen Defensie en Binnenlandse
Zaken. — Militairen. — « Call-talkers ».
Les départements de la Défense et de l’Intérieur ont
décidé cette année de multiplier les terrains de coopération par rapport au passé. Cette démarche apparaı̂t
tout à fait louable à la lumière de la volonté de maximaliser les synergies entre la Défense et plusieurs
autres départements.
Defensie en Binnenlandse Zaken besloten eerder dit
jaar om op nog meer terreinen samen te werken, dan
dit in het verleden het geval was. In het kader van het
maximaal aangaan van synergieën tussen de Krijgsmacht en verschillende andere departementen is dit
een goede zaak.
Ainsi, les centres d’appel relevant de l’Intérieur
pourront désormais faire appel à des militaires. Ceuxci recevront une formation spécialisée et répondront
ensuite aux appels d’urgence pour y donner la suite
appropriée (faisant ainsi fonction de « call takers »).
De oproepcentrales, die afhangen van Binnenlandse
Zaken kunnen nu beroep doen op militairen, die na
een gespecialiseerde vorming, noodoproepen ontvangen en hieraan de gepaste gevolgen geven (de zogenoemde « call-talkers »).
Des formations ont été prévues pour les militaires
intéressés, lesquels pourront également bénéficier de
modalités de transition afin de préparer leur départ de
l’armée à plus long terme.
Voor de geı̈nteresseerde militairen werden opleidingen voorzien, alsook overgangsmodaliteiten om op
termijn de Krijgsmacht te verlaten.
Le département de l’Intérieur bénéficie ainsi de
renforts, tandis que la Défense peut continuer dans la
voie d’une réduction progressive de ses effectifs à
35 000 militaires et à 2 750 civils, et tendre à une pyramide des âges équilibrée de son personnel.
Binnenlandse Zaken krijgt versterking en Defensie
kan verder werken aan een geleidelijke vermindering
van de effectieven tot 35 000 militairen en
2 750 burgers, alsook de opbouw van een evenwichtige leeftijdsopbouw.
1. Combien de militaires ont accepté l’offre de se
reconvertir en « call taker » avant le 1er novembre
2005 ?
1. Hoeveel militairen gingen in op het aanbod om
call talker te worden tot op de datum van 1 november
2005 ?
2. Quel est l’âge moyen de ces militaires ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2. Wat is de gemiddelde leeftijd van deze militairen ?
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18928
3. La Défense compte-t-elle encore lancer d’autres
appels dans le cadre de la promotion de ce statut ?
3. Zal defensie nog bijkomende oproepen lanceren
om dit statuut te promoten ?
Réponse du ministre de la Défense du 21 décembre
2005, à la question no 299 de Mme Ingrid Meeus du
22 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Landsverdediging
van 21 december 2005, op de vraag nr. 299 van
mevrouw Ingrid Meeus van 22 november 2005 (N.) :
L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à
ses questions.
Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te
willen vinden op de door haar gestelde vragen.
1. Des 75 militaires qui se sont portés candidats
pour le projet de « calltaker 112 », 23 ont commencé la
formation.
1. Van de 75 militairen die zich kandidaat hadden
gesteld voor het project « calltaker 112 », zijn er 23
gestart met de vorming.
2. L’âge moyen des candidats était de 46,7 ans, celui
des militaires entrès en fonction était de 44,7 ans.
2. De gemiddelde leeftijd van de kandidaten was
46,7 jaar, deze van de militairen die in dienst getreden
zijn, is 44,7 jaar.
3. Dans le cadre du projet « Calltaker 112 », il n’y a
actuellement pas d’appels supplémentaires. Néanmoins, il est à remarquer que dans le cadre du projet
« Zones de police », un premier appel a été lancé pour
250 emplois vacants.
3. In het kader van het project « Calltaker 112 » zijn
er momenteel geen bijkomende oproepen. Er wordt
evenwel opgemerkt dat in het kader van het project
« Politiezones » een eerste oproep gelanceerd werd
voor 250 vacante betrekkingen.
Ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique
Minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid
Affaires sociales
Sociale Zaken
DO 2005200606147
DO 2005200606147
Question no 367 de Mme Annemie Turtelboom du
4 novembre 2005 (N.) au ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 367 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
Les questions suivantes se posent quant au recours à
des travailleurs intérimaires par les cabinets :
Met betreking tot het inschakelen van uitzendkrachten op kabinetten rijzen volgende vragen :
1. A-t-on envisagé au sein de votre cabinet de faire
appel à des travailleurs intérimaires au cours de la
présente législature ?
1. Werd tijdens deze legislatuur op uw kabinet
overwogen om een beroep te doen op uitzendkrachten ?
2. Dans l’affirmative, pour quel motif concret ?
2. Zo ja, wat was daarvoor de concrete aanleiding ?
3. Avez-vous effectivement fait appel à des travailleurs intérimaires ou en employez-vous encore actuellement ?
3. Heeft u op uw kabinet daadwerkelijk een beroep
gedaan op uitzendkrachten of wordt er momenteel nog
een beroep op gedaan ?
4. Dans l’affirmative, combien de travailleurs intérimaires ont-ils travaillé ou travaillent-ils encore à
votre cabinet ?
4. Zo ja, hoeveel uitzendkrachten waren of zijn op
uw kabinet aan het werk ?
5. En quelle qualité sont-ils engagés et à quelles
tâches sont-ils affectés ?
5. In welke hoedanigheid zijn ze aan de slag en voor
welke taken worden ze ingezet ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18929
6. Envisagez-vous de faire appel à l’avenir à des
travailleurs intérimaires au sein de votre cabinet ?
6. Overweegt u in de toekomst een beroep te doen
op het inzetten van uitzendkrachten op uw kabinet ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique du 20 décembre 2005, à la question
no 367 de Mme Annemie Turtelboom du 4 novembre
2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid van 20 december 2005, op de vraag
nr. 367 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) :
J’invite l’honorable membre à se référer à la réponse
donnée par M. Dupont, ministre de la Fonction publique. (Question no 167 du 4 novembre 2005, Questions
et Réponses, Chambre, 2005-2006, no 104, p. 18933.)
Ik verwijs het geachte lid door naar het antwoord
van de heer Dupont, minister van Ambtenarenzaken.
(Vraag nr. 167 van 4 november 2005, Vragen en
Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 104, blz. 18933.)
Santé publique
Volksgezondheid
DO 2005200606147
DO 2005200606147
Question no 573 de Mme Annemie Turtelboom du
4 novembre 2005 (N.) au ministre des Affaires
sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 573 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) aan de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid :
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
Les questions suivantes se posent quant au recours à
des travailleurs intérimaires par les cabinets.
Met betreking tot het inschakelen van uitzendkrachten op kabinetten rijzen volgende vragen.
1. A-t-on envisagé au sein de votre cabinet de faire
appel à des travailleurs intérimaires au cours de la
présente législature ?
1. Werd tijdens deze legislatuur op uw kabinet
overwogen om een beroep te doen op uitzendkrachten ?
2. Dans l’affirmative, pour quel motif concret ?
2. Zo ja, wat was daarvoor de concrete aanleiding ?
3. Avez-vous effectivement fait appel à des travailleurs intérimaires ou en employez-vous encore actuellement ?
3. Heeft u op uw kabinet daadwerkelijk een beroep
gedaan op uitzendkrachten of wordt er momenteel nog
een beroep op gedaan ?
4. Dans l’affirmative, combien de travailleurs intérimaires ont-ils travaillé ou travaillent-ils encore à
votre cabinet ?
4. Zo ja, hoeveel uitzendkrachten waren of zijn op
uw kabinet aan het werk ?
5. En quelle qualité sont-ils engagés et à quelles
tâches sont-ils affectés ?
5. In welke hoedanigheid zijn ze aan de slag en voor
welke taken worden ze ingezet ?
6. Envisagez-vous de faire appel à l’avenir à des
travailleurs intérimaires au sein de votre cabinet ?
6. Overweegt u in de toekomst een beroep te doen
op het inzetten van uitzendkrachten op uw kabinet ?
Réponse du ministre des Affaires sociales et de la
Santé publique du 20 décembre 2005, à la question
no 573 de Mme Annemie Turtelboom du 4 novembre
2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid van 20 december 2005, op de vraag
nr. 573 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) :
J’invite l’honorable membre à se référer à la réponse
donnée par M. Dupont, ministre de la Fonction publique. (Question no 167 du 4 novembre 2005, Questions
et Réponses, Chambre, 2005-2006, no 104, p. 18933.)
Ik verwijs het geachte lid door naar het antwoord
van de heer Dupont, minister van Ambtenarenzaken.
(Vraag nr. 167 van 4 november 2005, Vragen en
Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 104, blz. 18933.)
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18930
Ministre de la Coopération au Développement
Minister van Ontwikkelingssamenwerking
DO 2004200505039
DO 2004200505039
Question no 99 de M. Francis Van den Eynde du 8 septembre 2005 (N.) au ministre de la Coopération
au développement :
Vraag nr. 99 van de heer Francis Van den Eynde van
8 september 2005 (N.) aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking :
Coopération au développement. — Aide accordée aux
régimes non démocratiques.
Ontwikkelingssamenwerking. — Hulp aan ondemocratische regimes.
Le groupe de réflexion américain « Center for
Global Development », qui publie régulièrement des
rapports sur la politique menée par les pays occidentaux en matière de coopération au développement,
estime que la Belgique accorde une aide trop importante à des régimes non démocratiques et dénonce les
exportations d’armes belges vers des pays pauvres dirigés par des régimes non démocratiques.
De Amerikaanse denktank « Center for Global
Development » die regelmatig rapporten uitgeeft over
de politiek van ontwikkelingssamenwerking van
Westerse landen is van mening dat België te veel ontwikkelingshulp spendeert aan ondemocratische regimes en laakt de Belgische wapenuitvoer naar arme en
ondemocratische landen.
1. Avez-vous pris connaissance du dernier rapport
publié par cette organisation ?
1. Bent u op de hoogte van de inhoud van het
jongste rapport van deze organisatie ?
2. Quelles mesures avez-vous prises pour fermer le
robinet de l’aide aux régimes non démocratiques ou à
tout le moins pour réduire fortement cette aide ?
2. Welke maatregelen heeft u getroffen om steun aan
ondemocratische regimes stop te zetten of op zijn
minst drastisch te verminderen ?
Réponse du ministre de la Coopération au développement du 21 décembre 2005, à la question no 99 de
M. Francis Van den Eynde du 8 septembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Ontwikkelingssamenwerking van 21 december 2005, op de vraag nr. 99
van de heer Francis Van den Eynde van 8 september
2005 (N.) :
Commitment to Development Index — 2005 —
Résultat de la Belgique
Commitment to Development Index — 2005 —
score van België
Le Centre pour le développement global, une institution américaine, publie cet index pour la troisième
fois consécutive. Il vise non seulement à évaluer la
politique des pays de l’OCDE vis-à-vis du tiers monde
en fonction de leurs dépenses d’aide mais également à
vérifier dans quelle mesure les pays se montrent
« favorables au développement » dans d’autres domaines politiques. En effet, les investissements internationaux, les transferts des migrants vers leur pays
d’origine, les flux commerciaux sont beaucoup plus
importants que les montants affectés à la coopération
au développement, et la politique relative à ces matières a donc un plus grand potentiel d’impact sur les
pays en développement
Dit is het derde jaar dat het Amerikaanse Center for
Global Development deze index publiceert De bedoeling is het beleid van OESO-landen tegenover de derde
wereld niet enkel te scoren op basis van de bestede
hulp, maar ook na te gaan hoe « ontwikkelingsvriendelijk » de landen zijn in andere beleidsdomeinen.
Immers, internationale investeringen, transfers van
migranten naar hun thuisland, handelsstromen zijn
veel groter dan de bedragen die worden uitgetrokken
voor ontwikkelingssamenwerking, en het beleid ter
zake heeft dus potentieel een belangrijker impact op
ontwikkelingslanden.
Dans le cadre des discussions internationales, c’est
ce qu’il y a lieu d’entendre par « cohérence », à savoir
que les pays de l’OCDE doivent veiller à l’impact de
leurs politiques sur les pays en développement, et
adapter si besoin est les mesures prises si l’impact
s’avère négatif.
In internationale discussies wordt dit gevat onder de
term « coherentie », dat betekent dat de OESO-landen
in al hun beleidsdomeinen moeten toezien op de
impact op ontwikkelingslanden, en hun maatregelen
desgevallend moet aanpassen indien de impact op ontwikkelingslanden negatief is.
Je suis dès lors favorable à l’établissement de ce type
d’index qui permet de mesurer la cohérence des politiques menées par les pays de l’OCDE.
Ik vind het dus goed dat dergelijke indices over de
coherentie van het beleid van OESO-landen worden
opgesteld.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18931
L’index classe les pays dans 7 domaines : aide,
commerce, investissements étrangers, migration, environnement, sécurité et technologie.
De index geeft scores op 7 domeinen : hulp, handel,
buitenlandse investeringen, migratie, milieu, veiligheid
en technologie.
Tout classement a bien évidemment ses limites.
Supposons qu’il existe un domaine politique dans
lequel les 21 pays de l’OCDE considérés, sans exception, mènent une politique défavorable au développement. Le classement permet uniquement dans ce cas de
relever les différences entre les pays de l’OCDE mais
ne fournit aucune précision sur la qualité de la politique dans l’absolu.
Een rangschikking heeft uiteraard zijn beperkingen.
Laten we aannemen dat er een beleidsdomein is
waarin alle 21 OESO-landen een ontwikkelingsonvriendelijk beleid voeren. De rangschikking zegt
dan enkel iets over de verschillen tussen OESOlanden, maar niets over de absolutie kwaliteit van het
beleid.
Si l’on fait la moyenne des 7 domaines examinés, la
Belgique se trouve à la 15e place. Les résultats de notre
pays varient toutefois très fortement d’un domaine à
l’autre :
Gemiddeld over de 7 domeinen staat België op de
15e plaats. De Belgische score varieert evenwel sterk
over de 7 domeinen :
aide : 8e place;
hulp : 8e plaats
commerce : 13e place;
handel : 13e plaats;
investissements étrangers : 16e place;
buitenlandse Investeringen : 16e plaats;
migration :
14e
place;
environnement :
sécurité :
16e
technologie :
9e
migratie : 14e plaats;
place;
milieu : 9e plaats;
place;
veiligheid : 16e plaats;
17e
technologie : 17e plaats.
place.
J’ai examiné en profondeur la méthodologie utilisée
pour ce rapport et j’ai malgré tout quelques réserves à
formuler. En premier lieu, je me suis penché sur
l’indice relatif à l’aide.
Ik heb de methodologie van het rapport grondig
bekeken, en heb daarbij toch enkele bedenkingen. In
de eerste plaats ga ik in op de index over hulp.
Le rapport se base sur les chiffres de l’APD (Aide
publique au développement) publiés par le CAD. On
prend donc en considération l’aide belge totale que
l’on divise par le revenu national
Men vertrekt van de ODA-cijfers (Official Development Assistance) die worden gepubliceerd door de
DAC. Men kijkt dus naar de totale hulp van België
gedeeld door het Nationaal inkomen.
Bien évidemment, ce chiffre du CAD ne permet pas
de mesurer autre chose que des montants nominaux.
L’Index d’Engagement pour le Développement tente
de corriger le chiffre du CAD en l’assortissant d’un
certain nombre d’indicateurs de Qualité. Les auteurs
partent en effet du point de vue que ce n’est pas seulement le volume total de l’aide qui importe, mais aussi
sa qualité. Je suis également d’avis qu’il ne faut pas
manquer de mesurer la qualité de l’aide et de faire une
comparaison entre les donateurs. Je pense toutefois
que la manière dont l’aide est mesurée dans ce rapport
n’est pas tout à fait correcte.
Dat cijfer van de DAC meet uiteraard enkel de
nominale bedragen. De Committment to developmentindex tracht het ODA-cijfer te corrigeren met een aantal kwaliteitsindicatoren. De auteurs gaan er immers
vanuit dat niet enkel het totale volume aan hulp
belangrijk is, maar ook de kwaliteit ervan. Ik vind het
inderdaad belangrijk dat ook de kwaliteit van hulp
wordt gemeten, en wordt vergeleken tussen donors. Ik
vind echter dat de manier waarop kwaliteit gemeten
wordt in dit rapport niet helemaal correct is.
— En premier lieu, le fait que la remise de dette
consentie de manière bilatérale est déduite du chiffre de l’APD. En fait, cela signifie que les auteurs
sont d’avis que la remise de dette n’a aucune valeur
pour les pays en développement concernés. Il est
exact qu’un certain nombre des pays en développement les plus pauvres ne remboursent qu’une petite
partie du service de leur dette, et donc que
l’économie réalisée au niveau du budget de l’État à
— Ten eerste trekt men van het ODA-cijfer de toegekende bilaterale schuldverlichting af. Eigenlijk
betekent dit dat de auteurs ervan uitgaan dat de
schuldverlichting géén enkele waarde heeft voor de
betrokken ontwikkelingslanden. Het is juist dat
een aantal van de armste ontwikkelingslanden
slechts een klein deel van hun schuldendienst afbetalen, en dus dat de besparing op hun overheidsbudget als gevolg van een schuldverlichting minder
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18932
la suite d’une remise de dette est inférieure au
montant nominal de la dette. Cependant, on ne
peut pas aller jusqu’à dire que les pays concernés
n’en retirent absolument aucun avantage.
— En deuxième lieu, le fait que le chiffre de l’APD est
corrigé en fonction de la « sélectivité », à savoir la
mesure dans laquelle le pays donateur cible son
aide principalement sur les pays les plus pauvres et
sur les pays qui pratiquent une bonne gestion des
affaires publiques (« good governance »). La question est de savoir si ces deux conditions peuvent
effectivement être réunies dans un seul résultat, et
plus encore, de savoir comment ce résultat doit
alors être interprété.
Tout le monde sera naturellement d’accord pour
dire que les donateurs doivent consacrer la plus
grande partie de leur aide aux pays en développement les plus pauvres, car les besoins y sont en
principe les plus criants. La démonstration est par
contre plus malaisée en ce qui concerne le second
volet : l’expérience révèle que l’aide donne surtout
de bons résultats dans les pays qui mènent une
bonne politique macroéconomique et ciblée sur la
pauvreté, et où l’administration fonctionne bien, et
il est donc intéressant, pour un pays donateur, de
cibler particulièrement son aide sur ce type de pays
à la gestion saine. Le problème réside évidemment
dans le fait que dans la plupart des pays les plus
pauvres, la capacité des administrations est
souvent très réduite, et qu’il est généralement plus
difficile d’y mettre en place une politique cohérente
de lutte contre la pauvreté. Les pays donateurs sont
confrontés à un dilemme car cibler prioritairement
l’aide sur les pays les plus pauvres implique que
Von doit accepter de travailler dans des pays où les
capacités institutionnelles sont limitées. Si le pays
donateur choisit par contre les pays dotés de capacités plus grandes, son action s’exercera principalement dans les pays en développement les moins
pauvres. Compte tenu de ce dilemme, il est difficile
de se prononcer clairement sur la manière
d’interpréter le résultat obtenu pour cet indice.
— Je souhaiterais par ailleurs faire observer que les
indicateurs de « bonne gouvernance » utilisés dans
l’index ne se rapportent pas uniquement au caractère démocratique d’un régime. L’étude se sert des
indicateurs élaborés par la Banque mondiale
(équipe de D. Kaufmann). Ces indicateurs portent
sur six domaines : le niveau d’appropriation de la
population, le risque de violences politiques, la
qualité de l’administration, la mesure dans laquelle
un pays mène une politique encourageant le développement du secteur privé, l’ordre juridique, et la
politique anticorruption.
Les indicateurs de « bonne gouvernance » vont
donc au-delà de la distinction entre régimes démocratiques et régimes autoritaires.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
groot is dan het nominale bedrag van de schuld.
Maar dat betekent nog niet dat er géén enkel voordeel is voor de betrokken ontwikkelingslanden.
— Ten tweede, wordt het ODA-cijfer gecorrigeerd
voor « selectiviteit », namelijk op de mate waarin
de donor zijn hulp vooral richt op de armste
landen èn op landen met een behoorlijk bestuur
(« good governance »). De vraag is of deze 2 voorwaarden wel in één enkele score kunnen worden
samengebracht, en vooral hoe die score dan moet
worden geı̈nterpreteerd.
Iedereen zal het er wel over eens zijn dat donors
zoveel mogelijk van hun hulp moeten inzetten in
de armste ontwikkelingslanden, want daar zijn de
noden in principe het grootst Het tweede punt
daarentegen ligt wat moeilijker : de ervaring toont
dat hulp vooral goede resultaten haalt in landen
waar een goed macro-economisch en armoedegericht beleid wordt gevoerd, en waar de administratie behoorlijk werkt, en dus is het als donor interessant om vooral in dergelijke goed bestuurde
landen je hulp in te zetten. Probleem is natuurlijk
dat in de meeste van de armste landen de capaciteit
van administraties vaak erg beperkt is, èn dat het
in die landen vaak moeilijker is om tot een coherent armoedebeleid te komen. Donors staan dan
voor een dilemma, hulp vooral richten op de
armste landen houdt in dat men moet aanvaarden
dat men werkt in landen met een beperkte institutionele capaciteit Kiest de donor echter voor
landen die meer capaciteit hebben, dan zal hij
vooral werken in de minder arme ontwikkelingslanden. Gezien dit dilemma, is het niet duidelijk
hoe de score in deze index moet worden
geı̈nterpreteerd.
— Ik wil trouwens ook opmerken dat de « goed
beleid »-scores die worden gebruikt in deze index
niet enkel te maken hebben met het democratisch
karakter van een regime. Deze studie gebruikt de
indicatoren die door de Wereldbank zijn opgesteld
(door het team rond D. Kaufmann). Deze indicatoren kijken naar zes domeinen : de mate van inspraak van de bevolking, het risico op politiek
geweld, de kwaliteit van de administratie, de mate
waarin een land een beleid voert dat de ontwikkeling van de privé-sector aanmoedigt, de rechtsorde,
en het anti-corruptiebeleid.
De « goed beleid » indicator is dus breder dan
democratische versus autoritaire regimes.
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18933
— Enfin, une dernière correction est apportée, relative à l’importance du « saupoudrage » de l’aide
entre de nombreuses petites activités. Un consensus
s’est en effet dégagé au sein de la communauté des
donateurs sur l’idée que par le passé, l’aide a servi
à un nombre trop important de petits projets indépendants les uns des autres, ce qui a eu pour effet
d’accroı̂tre les frais de gestion de l’aide et de diminuer les chances de parvenir à des résultats durables. Le problème réside toutefois dans la manière
dont cette étude mesure le saupoudrage : en Belgique, une part importante de l’aide est accordée via
les ONG. Il s’agit généralement, il est vrai de
projets et de programmes plus petits que dans le
cadre de la coopération gouvernementale. Au
niveau de l’index examiné ici, la Belgique se voit
donc sanctionnée en tant que donateur du fait
qu’elle travaille fréquemment avec les ONG.
En résumé, si le rapport s’efforce de prendre également en considération la qualité de l’aide, et pas
seulement le volume, j’estime que les indicateurs
de qualité sélectionnés ne sont pas encore au point
Il s’agit par ailleurs d’une matière complexe.
En ce qui concerne l’indice relatif à la sécurité, la
participation à des opérations de paix pèse beaucoup dans la balance. Il ne fait pas de doute que les
petits pays sont désavantagés à cet égard : si certaines années, la Belgique prend part à de telles
opérations, il y a des années où ce n’est pas le cas.
Il y a par contre une grande probabilité que les
grands pays soient eux presque constamment associés aux opérations de paix. Le résultat d’un petit
pays dépend donc de Vannée pour laquelle la
mesure est effectuée.
Par conséquent, je suis d’avis que la méthodologie
utilisée pour le calcul des résultats n’est pas non
plus tout à fait au point conclusion :
Compte tenu des problèmes posés par la méthodologie utilisée, j’ai des doutes sur l’exactitude du
classement de la Belgique dans chacun des domaines politiques examinés. Néanmoins, le fait que la
Belgique ait obtenu, dans plusieurs domaines, de
moins bons résultats que celui relatif aux flux
d’aide, me renforce dans mon intention de maintenir les objectifs de cohérence et de qualité des politiques au rang de priorités dans mon département.
— Ten slotte wordt er ook een correctie uitgevoerd
voor de mate van « versnippering » van de hulp
over vele kleine activiteiten. Er is inderdaad een
consensus gegroeid in de donorgemeenschap dat in
het verleden teveel, kleine, en op zichzelf staande
projecten werden uitgevoerd. Dit verhoogt de
beheerskosten van hulp, en vermindert de kans op
duurzame resultaten. Het probleem is evenwel hoe
in deze studie versnippering wordt gemeten : in
België wordt een groot deel van de hulp besteed via
NGO’s. Uiteraard gaat het hier gemiddeld over
kleinere projecten en programma’s dan in de gouvernementele samenwerking. In deze index wordt
België als donor bestraft dus omdat het veel met
NGO’s werkt.
DO 2005200606044
DO 2005200606044
Question no 101 de M. Guy D’Haeseleer du
20 octobre 2005 (N.) au ministre de la Coopération au développement :
Départements et parastataux. — Fonctionnaires. —
Régimes de départ anticipé.
Les fonctionnaires des ministères et des parastataux
peuvent également recourir aux régimes de départ
anticipé.
Vraag nr. 101 van de heer Guy D’Haeseleer van
20 oktober 2005 (N.) aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking :
Departementen en parastatalen. — Ambtenaren. —
Vervroegde uittredingsstelsels.
Ambtenaren kunnen binnen de ministeries en parastatalen ook een beroep doen op vervroegde uittredingsstelsels.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
Kortom, het rapport tracht naast het volume van
de hulp ook de kwaliteit in rekening te brengen, ik
meen dat de geselecteerde indicatoren voor kwaliteit nog niet op punt staan. Dit is overigens een
moeilijke aangelegenheid.
In de index inzake veiligheid heeft het deelnemen
aan vredesoperaties een groot gewicht Uiteraard
zijn kleinere landen in zo’n index benadeeld : in
sommige jaren neemt België deel aan dergelijke
operaties, in andere jaren niet. Bij grotere landen
daarentegen is de kans groot dat ze bijna voortdurend actief bij vredesoperaties betrokken zijn. En
dus is de score voor een klein land afhankelijk van
het jaar waarin ze wordt opgemeten.
Dus ook voor deze scores vind ik dat de methodologie niet helemaal op punt staat besluit :
Gezien de problemen met de methodologie, ben ik
niet zeker of de rangschikking van België in elk van
de beleidsdomeinen wel helemaal correct is. Niettemin het feit dat België in meerdere domeinen
slechter scoort dan in de score voor hulpstromen,
sterkt mij in mijn voornemen om beleidscoherentie
en beleidskwaliteit verder als prioriteit aan te
houden in mijn departement
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18934
1.
a) Quels régimes de départ sont actuellement prévus
au sein de votre département ou des parastataux
relevant de votre compétence ?
1.
a) Welke uittredingsstelsels bestaan er momenteel
binnen uw departement of de parastatalen waarvoor u bevoegd bent ?
b) Pour quelle durée ces régimes ont-ils été conclus ?
b) Voor welke duur werden deze stelsels afgesloten ?
2.
a) Combien de fonctionnaires ont recouru à ces régimes au cours des cinq dernières années, par
régime, par sexe et par région ?
2.
a) Hoeveel ambtenaren maakten de jongste vijfjaar
gebruik van deze stelsels, opgesplitst per stelsel,
geslacht en gewest ?
b) Quel était le coût de ces régimes, par régime et par
région ?
b) Wat was de kostprijs van deze stelsels, opgesplitst
per stelsel en gewest ?
Réponse du ministre de la Coopération au développement du 21 décembre 2005, à la question no 101 de
M. Guy D’haeseleer du 20 octobre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Ontwikkelingssamenwerking van 21 december 2005, op de vraag
nr. 101 van de heer Guy D’haeseleer van 20 oktober
2005 (N.) :
J’ai l’honneur de référer l’honorable membre à la
réponse à votre question no 266 du 20 octobre 2005,
qui sera donnée par le ministre des Affaires étrangères.
Ik heb de eer het geachte lid te verwijzen naar het
antwoord op uw vraag nr. 266 van 20 oktober 2005,
dat door de minister van Buitenlandse Zaken medegedeeld zal worden.
DO 2005200606147
DO 2005200606147
Question no 106 de Mme Annemie Turtelboom du
4 novembre 2005 (N.) au ministre de la Coopération au développement :
Vraag nr. 106 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking :
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
Les questions suivantes se posent quant au recours à
des travailleurs intérimaires par les cabinets.
Met betreking tot het inschakelen van uitzendkrachten op kabinetten rijzen volgende vragen.
1. A-t-on envisagé au sein de votre cabinet de faire
appel à des travailleurs intérimaires au cours de la
présente législature ?
1. Werd tijdens deze legislatuur op uw kabinet
overwogen om een beroep te doen op uitzendkrachten ?
2. Dans l’affirmative, pour quel motif concret ?
2. Zo ja, wat was daarvoor de concrete aanleiding ?
3. Avez-vous effectivement fait appel à des travailleurs intérimaires ou en employez-vous encore actuellement ?
3. Heeft u op uw kabinet daadwerkelijk een beroep
gedaan op uitzendkrachten of wordt er momenteel nog
een beroep op gedaan ?
4. Dans l’affirmative, combien de travailleurs intérimaires ont-ils travaillé ou travaillent-ils encore à
votre cabinet ?
4. Zo ja, hoeveel uitzendkrachten waren of zijn op
uw kabinet aan het werk ?
5. En quelle qualité sont-ils engagés et à quelles
tâches sont-ils affectés ?
5. In welke hoedanigheid zijn ze aan de slag en voor
welke taken worden ze ingezet ?
6. Envisagez-vous de faire appel à l’avenir à des
travailleurs intérimaires au sein de votre cabinet ?
6. Overweegt u in de toekomst een beroep te doen
op het inzetten van uitzendkrachten op uw kabinet ?
Réponse du ministre de la Coopération au développement du 21 décembre 2005, à la question no 106 de
Mme Annemie Turtelboom du 4 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Ontwikkelingssamenwerking van 21 december 2005, op de vraag
nr. 106 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) :
Je tiens à référer l’honorable membre à la réponse à
votre question no 167 van 4 november 2005 communi-
Ik wens het geachte lid te verwijzen naar het
antwoord op uw vraag nr. 167 van 4 november 2005
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18935
quée par le ministre de la Fonction publique. (Questions et Réponses, Chambre, 2005-2006, no 104,
p. 18933.)
dat door de minister van Ambtenarenzaken medegedeeld werd. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 20052006, nr. 104, blz. 18933.)
DO 2005200606195
DO 2005200606195
Question no 107 de M. Guy D’haeseleer du 10 novembre 2005 (N.) au ministre de la Coopération au
développement :
Commissaires et autres représentants du gouvernement.
1. Dans quels parastataux, organismes d’intérêt
public, institutions de sécurité sociale ou autres institutions relevant du département dont vous êtes responsable le gouvernement a-t-il désigné un commissaire ou
un autre représentant ?
Je tiens à référer l’honorable membre à la réponse à
votre question no 169 du 10 novembre 2005 communiquée par le ministre de la Fonction publique. (Questions et Réponses, Chambre, 2005-2006, no 102,
p. 18504.)
Vraag nr. 107 van de heer Guy D’haeseleer van
10 november 2005 (N.) aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking :
Regeringscommissarissen en andere vertegenwoordigers van de regering.
1. In welke parastatalen, instellingen van openbaar
nut, instellingen van sociale zekerheid, of andere instellingen die onder het departement vallen waarvoor
u bevoegd bent, is de regering vertegenwoordigd door
een regeringscommissaris of andere vertegenwoordiger ?
2. Wie is de vertegenwoordiger van de regering ?
3. Wat is de duur van het mandaat ?
4. Wat is de financiële verloning van de betrokkene ?
5.
a) Worden er nog bijkomende financiële of andere
voordelen toegekend ?
b) Zo ja, welke ?
Antwoord van de minister van Ontwikkelingssamenwerking van 21 december 2005, op de vraag
nr. 107 van de heer Guy D’haeseleer van 10 november
2005 (N.) :
Ik wens het geachte lid te verwijzen naar het
antwoord op uw vraag nr. 169 van 10 november 2005
dat door de minister van Ambtenarenzaken meegedeeld werd. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 20052006, nr. 102, blz. 18504.)
Ministre de la Fonction publique,
de l’Intégration sociale,
de la Politique des grandes villes
et de l’Égalité des chances
Minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid
en Gelijke Kansen
Fonction publique
Ambtenarenzaken
2. Qui est le représentant du gouvernement ?
3. Quelle est la durée de son mandat ?
4. Quelle rémunération perçoit-il ?
5.
a) Des avantages supplémentaires financiers ou
autres lui sont-ils accordés ?
b) Dans l’affirmative, lesquels ?
Réponse du ministre de la Coopération au développement du 21 décembre 2005, à la question no 107 de
M. Guy D’haeseleer du 10 novembre 2005 (N.) :
DO 2005200606147
DO 2005200606147
Question no 167 de Mme Annemie Turtelboom du
4 novembre 2005 (N.) au ministre de la Fonction
publique, de l’Intégration sociale, de la Politique
des grandes villes et de l’Égalité des chances :
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Les questions suivantes se posent quant au recours à
des travailleurs intérimaires par les cabinets.
Vraag nr. 167 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) aan de minister van
Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
Met betreking tot het inschakelen van uitzendkrachten op kabinetten rijzen volgende vragen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18936
1. A-t-on envisagé au sein de votre cabinet de faire
appel à des travailleurs intérimaires au cours de la
présente législature ?
2. Dans l’affirmative, pour quel motif concret ?
3. Avez-vous effectivement fait appel à des travailleurs intérimaires ou en employez-vous encore actuellement ?
4. Dans l’affirmative, combien de travailleurs intérimaires ont-ils travaillé ou travaillent-ils encore à
votre cabinet ?
5. En quelle qualité sont-ils engagés et à quelles
tâches sont-ils affectés ?
6. Envisagez-vous de faire appel à l’avenir à des
travailleurs intérimaires au sein de votre cabinet ?
Réponse du ministre de la Fonction publique, de
l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes
et de l’Égalité des chances du 20 décembre 2005, à la
question no 167 de Mme Annemie Turtelboom du
4 novembre 2005 (N.) :
J’ai le plaisir d’informer l’honorable membre
qu’aucun cabinet ne peut faire légalement ni réglementairement appel à du personnel intérimaire.
Le gouvernement n’envisage pas de modifier les
dispositions juridiques en la matière. En effet, les
collaborateurs de cabinet sont engagés car ils/elles ont
la confiance du/de la ministre et parce qu’ils/elles
partagent les mêmes idéaux politiques.
Il s’avérerait particulièrement ardu d’adresser une
demande d’engagement avec ces critères à une agence
d’intérim.
Je rappelle aussi que le coût à charge de l’employeur
dans le cadre d’un recours à des intérimaires serait
moins avantageux pour les finances publiques.
1. Werd tijdens deze legislatuur op uw kabinet
overwogen om een beroep te doen op uitzendkrachten ?
2. Zo ja, wat was daarvoor de concrete aanleiding ?
3. Heeft u op uw kabinet daadwerkelijk een beroep
gedaan op uitzendkrachten of wordt er momenteel nog
een beroep op gedaan ?
4. Zo ja, hoeveel uitzendkrachten waren of zijn op
uw kabinet aan het werk ?
Il n’existe donc aucune raison objective pour envisager de recourir à des intérimaires dans les cabinets
ministériels.
Il n’est donc possible de répondre à votre première
question que par la négative.
Vos questions 2 à 6 deviennent dès lors sans objet.
5. In welke hoedanigheid zijn ze aan de slag en voor
welke taken worden ze ingezet ?
6. Overweegt u in de toekomst een beroep te doen
op het inzetten van uitzendkrachten op uw kabinet ?
Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en
Gelijke Kansen van 20 december 2005, op de vraag
nr. 167 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) :
Ik heb het genoegen het geachte lid mee te delen dat
geen enkel kabinet wettelijk noch reglementair een
beroep kan doen op uitzendkrachten.
De regering is niet van plan om de juridische bepalingen ter zake te wijzigen. De kabinetsmedewerkers
worden immers aangeworven omdat ze het vertrouwen van de minister hebben en omdat ze dezelfde politieke idealen delen.
Het zou bijzonder moeilijk zijn om een vraag tot
aanwerving met deze criteria te richten tot een uitzendkantoor.
Ik herinner er ook aan dat de kosten ten laste van de
werkgever wanneer een beroep wordt gedaan op interim-personeel, minder voordelig zouden zijn voor de
openbare financiën.
Er bestaat dus geen enkele objectieve reden om te
overwegen een beroep te doen op uitzendkrachten in
de ministeriële kabinetten.
Er kan dus enkel negatief worden geantwoord op
uw eerste vraag.
Uw vragen 2 tot 6 vervallen bijgevolg.
Intégration sociale
Maatschappelijke Integratie
DO 2005200606147
DO 2005200606147
Question no 154 de Mme Annemie Turtelboom du
4 novembre 2005 (N.) au ministre de la Fonction
publique, de l’Intégration sociale, de la Politique
des grandes villes et de l’Égalité des chances :
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Les questions suivantes se posent quant au recours à
des travailleurs intérimaires par les cabinets.
Vraag nr. 154 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) aan de minister van
Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
Met betreking tot het inschakelen van uitzendkrachten op kabinetten rijzen volgende vragen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18937
1. A-t-on envisagé au sein de votre cabinet de faire
appel à des travailleurs intérimaires au cours de la
présente législature ?
2. Dans l’affirmative, pour quel motif concret ?
3. Avez-vous effectivement fait appel à des travailleurs intérimaires ou en employez-vous encore actuellement ?
4. Dans l’affirmative, combien de travailleurs intérimaires ont-ils travaillé ou travaillent-ils encore à
votre cabinet ?
5. En quelle qualité sont-ils engagés et à quelles
tâches sont-ils affectés ?
6. Envisagez-vous de faire appel à l’avenir à des
travailleurs intérimaires au sein de votre cabinet ?
Réponse du ministre de la Fonction publique, de
l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes
et de l’Égalité des chances du 20 décembre 2005, à la
question no 154 de Mme Annemie Turtelboom du
4 novembre 2005 (N.) :
J’ai le plaisir d’informer l’honorable membre
qu’aucun cabinet ne peut faire légalement ni réglementairement appel à du personnel intérimaire.
Le gouvernement n’envisage pas de modifier les
dispositions juridiques en la matière. En effet, les
collaborateurs de cabinet sont engagés car ils/elles ont
la confiance du/de la ministre et parce qu’ils/elles
partagent les mêmes idéaux politiques.
Il s’avérerait particulièrement ardu d’adresser une
demande d’engagement avec ces critères à une agence
d’intérim.
Je rappelle aussi que le coût à charge de l’employeur
dans le cadre d’un recours à des intérimaires serait
moins avantageux pour les finances publiques.
1. Werd tijdens deze legislatuur op uw kabinet
overwogen om een beroep te doen op uitzendkrachten ?
2. Zo ja, wat was daarvoor de concrete aanleiding ?
3. Heeft u op uw kabinet daadwerkelijk een beroep
gedaan op uitzendkrachten of wordt er momenteel nog
een beroep op gedaan ?
4. Zo ja, hoeveel uitzendkrachten waren of zijn op
uw kabinet aan het werk ?
Il n’existe donc aucune raison objective pour envisager de recourir à des intérimaires dans les cabinets
ministériels.
Il n’est donc possible de répondre à votre première
question que par la négative.
Vos questions 2 à 6 deviennent dès lors sans objet.
5. In welke hoedanigheid zijn ze aan de slag en voor
welke taken worden ze ingezet ?
6. Overweegt u in de toekomst een beroep te doen
op het inzetten van uitzendkrachten op uw kabinet ?
Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en
Gelijke Kansen van 20 december 2005, op de vraag
nr. 154 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) :
Ik heb het genoegen het geachte lid mee te delen dat
geen enkel kabinet wettelijk noch reglementair een
beroep kan doen op uitzendkrachten.
De regering is niet van plan om de juridische bepalingen ter zake te wijzigen. De kabinetsmedewerkers
worden immers aangeworven omdat ze het vertrouwen van de minister hebben en omdat ze dezelfde politieke idealen delen.
Het zou bijzonder moeilijk zijn om een vraag tot
aanwerving met deze criteria te richten tot een uitzendkantoor.
Ik herinner er ook aan dat de kosten ten laste van de
werkgever wanneer een beroep wordt gedaan op interim-personeel, minder voordelig zouden zijn voor de
openbare financiën.
Er bestaat dus geen enkele objectieve reden om te
overwegen een beroep te doen op uitzendkrachten in
de ministeriële kabinetten.
Er kan dus enkel negatief worden geantwoord op
uw eerste vraag.
Uw vragen 2 tot 6 vervallen bijgevolg.
Politique des grandes villes
Grootstedenbeleid
DO 2005200606147
DO 2005200606147
Question no 51 de Mme Annemie Turtelboom du
4 novembre 2005 (N.) au ministre de la Fonction
publique, de l’Intégration sociale, de la Politique
des grandes villes et de l’Égalité des chances :
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Les questions suivantes se posent quant au recours à
des travailleurs intérimaires par les cabinets.
Vraag nr. 51 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) aan de minister van
Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
Met betreking tot het inschakelen van uitzendkrachten op kabinetten rijzen volgende vragen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18938
1. A-t-on envisagé au sein de votre cabinet de faire
appel à des travailleurs intérimaires au cours de la
présente législature ?
2. Dans l’affirmative, pour quel motif concret ?
3. Avez-vous effectivement fait appel à des travailleurs intérimaires ou en employez-vous encore actuellement ?
4. Dans l’affirmative, combien de travailleurs intérimaires ont-ils travaillé ou travaillent-ils encore à
votre cabinet ?
5. En quelle qualité sont-ils engagés et à quelles
tâches sont-ils affectés ?
6. Envisagez-vous de faire appel à l’avenir à des
travailleurs intérimaires au sein de votre cabinet ?
Réponse du ministre de la Fonction publique, de
l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes
et de l’Égalité des chances du 20 décembre 2005, à la
question no 51 de Mme Annemie Turtelboom du
4 novembre 2005 (N.) :
J’ai le plaisir d’informer l’honorable membre
qu’aucun cabinet ne peut faire légalement ni réglementairement appel à du personnel intérimaire.
Le gouvernement n’envisage pas de modifier les
dispositions juridiques en la matière. En effet, les
collaborateurs de cabinet sont engagés car ils/elles ont
la confiance du/de la ministre et parce qu’ils/elles
partagent les mêmes idéaux politiques.
Il s’avérerait particulièrement ardu d’adresser une
demande d’engagement avec ces critères à une agence
d’intérim.
Je rappelle aussi que le coût à charge de l’employeur
dans le cadre d’un recours à des intérimaires serait
moins avantageux pour les finances publiques.
1. Werd tijdens deze legislatuur op uw kabinet
overwogen om een beroep te doen op uitzendkrachten ?
2. Zo ja, wat was daarvoor de concrete aanleiding ?
3. Heeft u op uw kabinet daadwerkelijk een beroep
gedaan op uitzendkrachten of wordt er momenteel nog
een beroep op gedaan ?
4. Zo ja, hoeveel uitzendkrachten waren of zijn op
uw kabinet aan het werk ?
Il n’existe donc aucune raison objective pour envisager de recourir à des intérimaires dans les cabinets
ministériels.
Il n’est donc possible de répondre à votre première
question que par la négative.
Vos questions 2 à 6 deviennent dès lors sans objet.
5. In welke hoedanigheid zijn ze aan de slag en voor
welke taken worden ze ingezet ?
6. Overweegt u in de toekomst een beroep te doen
op het inzetten van uitzendkrachten op uw kabinet ?
Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en
Gelijke Kansen van 20 december 2005, op de vraag
nr. 51 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) :
Ik heb het genoegen het geachte lid mee te delen dat
geen enkel kabinet wettelijk noch reglementair een
beroep kan doen op uitzendkrachten.
De regering is niet van plan om de juridische bepalingen ter zake te wijzigen. De kabinetsmedewerkers
worden immers aangeworven omdat ze het vertrouwen van de minister hebben en omdat ze dezelfde politieke idealen delen.
Het zou bijzonder moeilijk zijn om een vraag tot
aanwerving met deze criteria te richten tot een uitzendkantoor.
Ik herinner er ook aan dat de kosten ten laste van de
werkgever wanneer een beroep wordt gedaan op interim-personeel, minder voordelig zouden zijn voor de
openbare financiën.
Er bestaat dus geen enkele objectieve reden om te
overwegen een beroep te doen op uitzendkrachten in
de ministeriële kabinetten.
Er kan dus enkel negatief worden geantwoord op
uw eerste vraag.
Uw vragen 2 tot 6 vervallen bijgevolg.
Égalité des chances
Gelijke Kansen
DO 2005200606147
DO 2005200606147
Question no 79 de Mme Annemie Turtelboom du
4 novembre 2005 (N.) au ministre de la Fonction
publique, de l’Intégration sociale, de la Politique
des grandes villes et de l’Égalité des chances :
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Les questions suivantes se posent quant au recours à
des travailleurs intérimaires par les cabinets.
Vraag nr. 79 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) aan de minister van
Ambtenarenzaken, Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen :
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
Met betreking tot het inschakelen van uitzendkrachten op kabinetten rijzen volgende vragen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18939
1. A-t-on envisagé au sein de votre cabinet de faire
appel à des travailleurs intérimaires au cours de la
présente législature ?
2. Dans l’affirmative, pour quel motif concret ?
3. Avez-vous effectivement fait appel à des travailleurs intérimaires ou en employez-vous encore actuellement ?
4. Dans l’affirmative, combien de travailleurs intérimaires ont-ils travaillé ou travaillent-ils encore à
votre cabinet ?
5. En quelle qualité sont-ils engagés et à quelles
tâches sont-ils affectés ?
6. Envisagez-vous de faire appel à l’avenir à des
travailleurs intérimaires au sein de votre cabinet ?
Réponse du ministre de la Fonction publique, de
l’Intégration sociale, de la Politique des grandes villes
et de l’Égalité des chances du 20 décembre 2005, à la
question no 79 de Mme Annemie Turtelboom du
4 novembre 2005 (N.) :
J’ai le plaisir d’informer l’honorable membre
qu’aucun cabinet ne peut faire légalement ni réglementairement appel à du personnel intérimaire.
Le gouvernement n’envisage pas de modifier les
dispositions juridiques en la matière. En effet, les
collaborateurs de cabinet sont engagés car ils/elles ont
la confiance du/de la ministre et parce qu’ils/elles
partagent les mêmes idéaux politiques.
Il s’avérerait particulièrement ardu d’adresser une
demande d’engagement avec ces critères à une agence
d’intérim.
Je rappelle aussi que le coût à charge de l’employeur
dans le cadre d’un recours à des intérimaires serait
moins avantageux pour les finances publiques.
1. Werd tijdens deze legislatuur op uw kabinet
overwogen om een beroep te doen op uitzendkrachten ?
2. Zo ja, wat was daarvoor de concrete aanleiding ?
3. Heeft u op uw kabinet daadwerkelijk een beroep
gedaan op uitzendkrachten of wordt er momenteel nog
een beroep op gedaan ?
4. Zo ja, hoeveel uitzendkrachten waren of zijn op
uw kabinet aan het werk ?
Il n’existe donc aucune raison objective pour envisager de recourir à des intérimaires dans les cabinets
ministériels.
Il n’est donc possible de répondre à votre première
question que par la négative.
Vos questions 2 à 6 deviennent dès lors sans objet.
5. In welke hoedanigheid zijn ze aan de slag en voor
welke taken worden ze ingezet ?
6. Overweegt u in de toekomst een beroep te doen
op het inzetten van uitzendkrachten op uw kabinet ?
Antwoord van de minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie, Grootstedenbeleid en
Gelijke Kansen van 20 december 2005, op de vraag
nr. 79 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) :
Ik heb het genoegen het geachte lid mee te delen dat
geen enkel kabinet wettelijk noch reglementair een
beroep kan doen op uitzendkrachten.
De regering is niet van plan om de juridische bepalingen ter zake te wijzigen. De kabinetsmedewerkers
worden immers aangeworven omdat ze het vertrouwen van de minister hebben en omdat ze dezelfde politieke idealen delen.
Het zou bijzonder moeilijk zijn om een vraag tot
aanwerving met deze criteria te richten tot een uitzendkantoor.
Ik herinner er ook aan dat de kosten ten laste van de
werkgever wanneer een beroep wordt gedaan op interim-personeel, minder voordelig zouden zijn voor de
openbare financiën.
Er bestaat dus geen enkele objectieve reden om te
overwegen een beroep te doen op uitzendkrachten in
de ministeriële kabinetten.
Er kan dus enkel negatief worden geantwoord op
uw eerste vraag.
Uw vragen 2 tot 6 vervallen bijgevolg.
Ministre de la Mobilité
Minister van Mobiliteit
DO 2004200504989
DO 2004200504989
Question no 344 de M. Jef Van den Bergh du 22 août
2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 344 van de heer Jef Van den Bergh van
22 augustus 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Voorrang voor voetgangers aan zebrapaden.
Priorité des piétons sur les automobilistes aux passages
pour piétons.
Les piétons ont priorité sur les automobilistes aux
passages pour piétons depuis plusieurs années. Cette
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
Voetgangers hebben nu al enkele jaren voorrang op
automobilisten aan zebrapaden. Deze voorrang is wel2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18940
priorité ne revêt cependant pas un caractère absolu car
le piéton doit avoir manifesté à suffisance son intention de traverser. De ce fait, la police éprouve de grandes difficultés à faire respecter cette règle. Tout semble
indiquer que seul un nombre limité de chauffeurs
cèdent réellement la priorité aux piétons, probablement plus par courtoisie que pour respecter la règle de
circulation en question.
iswaar niet onvoorwaardelijk, de voetganger moet zijn
bedoeling om over te steken voldoende kenbaar
maken. Net daardoor is deze regel erg moeilijk te
handhaven door de politie. Het lijkt er sterk op dat
slechts een beperkt aantal chauffeurs ook effectief
voorrang geeft aan voetgangers, wellicht nog meer uit
hoffelijkheid dan omwille van de bewuste verkeersregel.
1.
a) La police met-elle tout en œuvre pour faire respecter cette règle de circulation ?
1.
a) In hoeverre wordt deze verkeersregel gehandhaafd ?
b) Plus concrètement, disposez-vous de statistiques au
sujet du nombre de conducteurs verbalisés en 2004
pour ne pas avoir cédé la priorité à des piétons à
un passage pour piétons ?
b) Meer concreet : kan u cijfers geven over het aantal
processen-verbaal dat werd uitgeschreven in 2004
voor het niet geven van voorrang aan voetgangers
aan een zebrapad ?
c) Disposez-vous de données sur le respect de cette
règle par les automobilistes ?
c) Bestaan er gegevens over het naleven van deze
regel door automobilisten ?
2.
a) La mesure a-t-elle déjà fait l’objet d’une évaluation, par exemple de la part des services de police,
des parquets et/ou de l’IBSR ?
2.
a) Werd de maatregel reeds geëvalueerd, bijvoorbeeld
door de politiediensten, de parketten en/of door
het BIVV ?
b) Avez-vous déjà reçu des propositions tendant à
simplifier la réglementation actuelle ?
b) Kreeg u reeds voorstellen om de bestaande regeling
te vereenvoudigen ?
3.
a) La sensibilisation est sans doute le meilleur moyen
de mieux faire connaı̂tre et accepter cette règle.
3.
a) Sensibilisering is wellicht het beste middel om de
regel meer bekend en aanvaard te maken.
b) Toutefois, pour être efficaces, il faut que les
campagnes de sensibilisation durent suffisamment
longtemps et qu’elles soient répétées à intervalles
réguliers. Prévoyez-vous de relancer dans les
prochains mois une campagne sur la priorité des
piétons aux passages pour piétons ?
b) Sensibiliseringsacties moeten evenwel lang genoeg
volgehouden en regelmatig herhaald worden.
Wordt er nog in campagnes met betrekking tot de
voorrang voor voetgangers op zebrapaden voorzien tijdens de komende maanden ?
Réponse du ministre de la Mobilité du 21 décembre
2005, à la question no 344 de M. Jef Van den Bergh du
22 août 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit van
21 december 2005, op de vraag nr. 344 van de heer Jef
Van den Bergh van 22 augustus 2005 (N.) :
1.
a) à c) Je ne dispose malheureusement pas de chiffres
en ce qui concerne le respect de cette réglementation.
1.
a) tot c) Ik beschik jammer genoeg over geen cijfers
betreffende de naleving van deze verkeersregel.
2.
a) Il n’y a pas encore de données chiffrées pour
évaluer le mesure.
2.
a) Er zijn geen recente cijfergegevens voor handen om
te maatregel te evalueren.
b) À la lecture de quelques arrêts de jurisprudence, je
ne relève pas de difficultés majeures avec le texte
actuel qui justifieraient une adaptation.
b) Als ik er enkele arresten op nalees, merk ik geen
noemenswaardige moeilijkheden met de huidige
tekst die een aanpassing zouden verantwoorden.
3.
a) et b) Je suis d’avis qu’il est important que les
actions de sensibilisation soient menées régulièrement.
3.
a) en b) Ik ben van mening dat het belangrijk is dat de
sensibiliseringsacties regelmatig gevoerd
worden.
C’est d’ailleurs dans cette optique que l’IBSR a
republié tout récemment sa brochure « Priorité aux
Net daarom trouwens heeft het BIVV zijn folder
« Geef voetgangers voorrang » zeer onlangs opnieuw
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18941
piétons ». Un volet de cette brochure est dédié tout
spécialement au comportement que les conducteurs
doivent adopter vis-à-vis des piétons, notamment
lorsque ceux-ci s’apprêtent à traverser sur un passage.
uitgegeven. Op één kant van die folder wordt nader
ingegaan hoe de bestuurders zich moeten gedragen tegenover voetgangers, met name wanneer die aanstalten maken om over te steken op een zebrapad.
De manière plus générale, la nouvelle campagne de
sensibilisation de l’IBSR vise la protection des usagers
faibles.
De nieuwe sensibiliseringscampagne van het BIVV
is meer in het algemeen gericht op de bescherming van
de zwakke weggebruikers.
DO 2004200505066
DO 2004200505066
Question no 354 de M. Guido De Padt du 13 septembre 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 354 van de heer Guido De Padt van 13 september 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Sécurité routière. — Banques de données hospitalières
et policières.
Verkeersveiligheid. — Ziekenhuisbestanden. — Politiebestanden.
Une enquète du Point d’appui « sécurité routière » a
montré combien il était important de disposer de
banques de données hospitalières pour élaborer la
politique à suivre en matière de sécurité routière. De
telles banques de données pourraient en effet nous
permettre d’avoir une idée précise du nombre total de
personnes grièvement blessées à la suite d’un accident
de la circulation.
Een onderzoek van het Steunpunt Verkeersveiligheid wijst op het belang van ziekenhuisbestanden voor
het verkeersveiligheidsbeleid. Deze bestanden kunnen
namelijk gebruikt worden om een beeld te geven van
het totale aantal ernstig gewonde verkeersslachtoffers
en kunnen ook een bron zijn van medische informatie
over verkeersslachtoffers (bijvoorbeeld gegevens over
soort verwonding, verpleegduur, medische verrichtingen).
De ce fait, elles pourraient se révéler être une source
d’informations médicales relatives aux victimes de tels
accidents (informations concernant par exemple le
type de blessure, la durée des soins ou les actes médicaux). Il est constaté qu’il faut améliorer le Résumé
Clinique Minimal, système qui au sein des hôpitaux
généraux collecte des informations sur les patients
hospitalisés et qui, grâce aux E-codes, permet
d’identifier la cause externe d’un accident.
Vastgesteld wordt dat de Minimale Klinische Gegevens (MKG), zijnde een systeem dat in de algemene
ziekenhuizen informatie verzamelt over gehospitaliseerde patiënten en die via de E-codes toelaten om de
externe oorzaak van een ongeval te identificeren,
moeten verbeterd worden.
Comme à l’étranger, ceci permettrait de mettre fructueusement en relation banques de données policières
et hospitalières. Selon les résultats de l’enquête menée,
les variables suivantes pourraient entrer en considération en vue de l’établissement de certaines corrélations : moment de l’accident/l’hospitalisation, sexe,
âge, lieu de l’événement/situation géographique,
E-code et éventuellement type d’usager de la route et
gravité des blessures.
Dit zou toelaten om, zoals in het buitenland, succesvolle koppelingen te maken tussen de politiebestanden
en de ziekenhuisbestanden. Volgende variabelen
zouden volgens het onderzoek voor koppeling in aanmerking kunnen komen : tijdstip van ongeval/opname,
geslacht, leeftijd, plaats van gebeuren/geografische
locatie, E-code en eventueel type weggebruiker en
letselernst.
1. Comment encourage-t-on et stimule-t-on le
processus d’amélioration du Résumé Clinique Minimal ?
1. Op welke wijze wordt het proces van verbetering
van de medische gegevens aangemoedigd en ondersteund ?
2. Le SPF Mobilité ou l’Institut belge pour la sécurité routière (IBSR) font-ils réellement usage du RCM
en l’appliquant à l’analyse des caractéristiques médicales des victimes d’accidents de la route ?
2. Maakt de FOD Mobiliteit of het Belgisch Instituut voor de verkeersveiligheid (BIVV) daadwerkelijk
gebruik van de MKG door ze toe te passen voor de
analyse van medische kenmerken van verkeersslachtoffers ?
3.
a) Dans l’affirmative, où ces analyses peuvent-elles
être consultées ?
3.
a) In bevestigend geval, waar kunnen deze analyses
worden geconsulteerd ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18942
b) Dans la négative, pourquoi ne sont-elles pas utilisées ?
b) In ontkennend geval, waarom worden ze niet
gebruikt ?
4.
a) Envisage-t-on de mettre en relation banques de
données hospitalières et policières ?
4.
a) Wordt een koppelingsprocedure tussen ziekenhuisen politiebestanden in het vooruitzicht gesteld ?
b) Dans l’affirmative, comment et suivant quel
échéancier ?
b) Zo ja, op welke manier en binnen welk tijdpad ?
c) Dans la négative, pourquoi ?
c) Zo neen, waarom niet ?
Réponse du ministre de la Mobilité du 19 décembre
2005, à la question no 354 de M. Guido De Padt du
13 septembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit van
19 december 2005, op de vraag nr. 354 van de heer
Guido De Padt van 13 september 2005 (N.) :
1. L’utilité des données hospitalières à des fins
d’exhaustivité et de qualité est connue depuis longtemps et a été démontrée à maintes reprises par des
études menées à l’étranger. Chez nous, l’IBSR a lancé
le projet de recherche « Optima » en collaboration avec
le CDO-UGent sur mandat de la politique scientifique
fédérale. Ce projet Optima (Optimalisation des
données d’accidents de la circulation) a été achevé fin
2004.
1. Het nut van ziekenhuisgegevens voor de volledigheid en de kwaliteit is reeds langer gekend en werd
reeds in buitenlandse studies veelvuldig aangetoond.
Het BIVV voerde samen met het CDO van de UGent
in opdracht van het Federaal Wetenschapsbeleid het
onderzoek « Optima » uit. Optima staat voor
« optimalisatie van verkeersongevallenstatistieken », en
het project werd eind 2004 afgerond.
Les données hospitalières peuvent s’avérer utiles
dans le cadre de l’optimalisation des données policières déjà disponibles en matière d’accidents de la circulation. D’un autre côté, les hôpitaux accueillent aussi
des victimes d’accidents pour lesquels la police n’est
pas intervenue sur place. Ces informations sont également importantes, tout comme celles concernant les
lésions, par exemple.
Hospitaalgegevens kunnen nuttig zijn om de
bestaande politiedata inzake verkeersongevallen te
optimaliseren. Anderzijds komen in de ziekenhuizen
ook slachtoffers terecht die betrokken waren in een
ongeval zonder dat de politie ter plaatse is gekomen.
Ook deze informatie is belangrijk naast bijvoorbeeld
informatie over de letsels.
Dans le cadre de cette recherche, une vingtaine
d’hôpitaux ont été interrogés sur la faisabilité d’une
éventuelle interconnexion entre les données
d’accidents et celles qui sont disponibles dans les hôpitaux.
In het kader van dit onderzoek werden een twintigtal ziekenhuizen bevraagd met als doel de haalbaarheid na te gaan voor een eventuele koppeling van de
ongevallendata met de gegevens die beschikbaar zijn
in de ziekenhuizen.
Il est alors apparu que l’enregistrement des données
relatives aux blessés de la route, notamment de celles
ayant une incidence sur la sécurité routière, n’est
soumis ni à une mise en forme, ni à une procédure
standardisée.
Uit dit onderzoek is gebleken dat de registratie van
de data van verkeersgewonden en meer in het bijzonder van de data die relevant zijn voor de verkeersveiligheid niet op een éénvormige wijze formeel of procedureel opgemaakt worden.
Les services d’urgence jouent un rôle essentiel lors
de l’enregistrement des accidents de circulation, rôle
qu’il convient également de souligner lors de la détermination des codes E ou V.
De spoedgevallendienst speelt bij de verkeersongevallenregistratie een essentiële rol die ook beklemtoond wordt door de rol die deze dienst heeft bij het
vaststellen van de E- of V-codes.
Toutefois, l’on peut déplorer que l’enregistrement
électronique de ces codes ne se fait que rarement dans
ces services et que le suivi des codes par spécialité se
résume également à peu de choses, ce qui a comme
conséquence que l’interconnexion des données hospitalières avec les données d’accident des services de la
police risque fort d’être compromise.
Wanneer men echter vaststelt dat de elektronische
registratie van deze codes op deze diensten zelden
gebeurt en dat de opvolging per specialisme van deze
codes ook erg minimaal is dan legt dit reeds een zware
hypotheek op de linking van ziekenhuisdata met de
ongevallendata van de politiediensten.
Si les médecins n’attachent qu’une importance
secondaire aux codes et que ceux-ci ne sont souvent
disponibles qu’a posteriori, dans le dossier médical
Buiten de vaststelling dat artsen deze coderingen
niet als hun hoofdbezigheid beschouwen waardoor de
codering achteraf meestal uit het medisch dossier bij
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18943
par exemple, il faut toutefois ajouter que l’absence de
données est aussi grandement liée au manque
d’instruments adaptés.
voorbeeld, moet worden gehaald, speelt het ontbreken
van een aangepast instrumentarium een zeer grote rol
bij het ontbreken van de gegevens.
En outre, il est étonnant que les services d’urgence
n’enregistrent que peu de données concernant les
patients ambulatoires. En dépit de l’obligation légale,
l’enregistrement des DCM (données cliniques minimales) reste plutôt l’exception que la règle pour les
patients ambulatoires.
Het is tevens opmerkelijk dat op de spoedgevallendienst weinig geregistreerd wordt met betrekking tot
ambulante patiënten. Alhoewel dit wettelijk verplicht
is, is de MKG-registratie (minimale klinische gegevens) voor ambulante patiënten eerder de uitzondering
dan de regel.
2 et 3. En raison de ce qui a été décrit ci-dessus, les
DCM ne sont pas utilisées lors de l’analyse des caractéristiques médicales des victimes d’accidents de la
circulation.
2 en 3. Omwille van hoger genoemde redenen
passen zij de MKG niet toe bij de analyse van de medische kenmerken van de verkeersslachtoffers.
4. Avant de pouvoir passer à une interconnexion
des données d’accident, il est nécessaire d’optimaliser
l’enregistrement dans les hôpitaux. Après l’identification des variables à relier, la valeur de l’analyse des
accidents pourrait être examinée dans le cadre d’un
projet-pilote. Puisque des données d’ordre personnel
seront indispensables pour cette interconnexion, il
conviendra de respecter la législation sur la protection
de la vie privée dans ce contexte.
4. Vooraleer er kan worden overgegaan tot een
linking van ongevallendata dient de registratie in de
ziekenhuizen geoptimaliseerd te worden. Na identificatie van de te linken variabelen zou middels een
pilootproject de waarde voor de ongevallenanalyse
onderzocht kunnen worden. Aangezien het onontbeerlijk zal zijn om voor deze linking persoonlijkheidsgegevens te gebruiken dient de privacy-wetgeving in dit
verband nageleefd te worden.
Il ne faut certes plus me convaincre des aspects positifs que comportent les fichiers hospitaliers, toutefois
l’étude montre que l’interconnexion des données
hospitalières avec les données disponibles au niveau de
la police n’est pas faisable à court terme, vu le manque
de représentativité et d’exactitude des collectes de
données au niveau des hôpitaux.
Ik ben dus zeker overtuigd van de meerwaarde die
de ziekenhuisbestanden kunnen betekenen, maar het
onderzoek toont aan dat een koppeling tussen de ziekenhuisgegevens en de bestaande politiedata niet op
korte termijn uitvoerbaar wordt, vermits de gegevensinzameling op het niveau van de ziekenhuizen nog niet
voldoende representatief en correct is.
DO 2004200505077
DO 2004200505077
Question no 357 de M. Guido De Padt du 13 septembre 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 357 van de heer Guido De Padt van 13 september 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Autoroutes. — Accidents. — Embouteillages. —
Écrans.
Autosnelwegen. — Ongevallen. — Files. — Schermen.
Selon des informations parues dans la presse, l’administration britannique des autoroutes projette de
placer des écrans entre les deux sens de circulation des
autoroutes. L’objectif serait d’éviter que des conducteurs ne ralentissent pour observer la scène d’un accident survenu sur les bandes de circulation dans l’autre
sens. En guise de test, de tels panneaux ont déjà été
placés sur une petite portion d’une autoroute au nord
de Londres.
Uit de pers blijkt dat het bestuur van de autosnelwegen in Groot-Brittannië van plan is om schermen op
te richten tussen de twee rijrichtingen van de autosnelwegen. Zo wil men vermijden dat bestuurders
zouden vertragen om een blik te werpen op een ongeval dat is gebeurd op de rijstroken in de andere richting. Als test zijn er al dergelijke panelen geplaatst op
een kleine strook op een autosnelweg ten noorden van
Londen. Door files lijdt de Nederlandse economie dit
jaar 492 miljoen euro schade.
Selon des calculs réalisés par l’EVO (organisation
néerlandaise d’entreprises de transport) et par Transport en Logistiek Nederland (TLN), les embouteillages coûtent 492 millions d’euros à l’économie
néerlandaise.
Dat is gebleken uit berekeningen van verladersorganisatie EVO (Nederlandse organisatie van transportbedrijven) en Transport en Logistiek Nederland
(TLN).
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18944
En Grande-Bretagne, les coûts occasionnés par les
embouteillages pourraient doubler en l’espace de dix
ans pour atteindre 43,8 milliards d’euros (30 milliards
de livres) à en croire une étude de la RAC Foundation,
une association qui défend les droits des automobilistes britanniques.
De kosten die de files in Groot-Brittannië met zich
brengen, kunnen in tien jaar tijd verdubbelen tot
43,8 miljard euro (30 miljard pond). Dat blijkt uit een
studie van de RAC-stichting, een groep die opkomt
voor de rechten van de Britse automobilisten.
Je présume que le ministre fédéral de la Mobilité se
préoccupe également de la question et que le SPF
Mobilité réalisera des études en la matiére.
Ik neem aan dat ook de federale minister van Mobiliteit is begaan met de problematiek en de FOD Mobiliteit daarrond studiewerk zal verrichten.
1. Combien d’accidents (ventilés par région) survenus sur nos autoroutes en 2003, en 2004 et en 2005 ontils entraı̂né des embouteillages ?
1. Hoeveel ongevallen gebeurden er in 2003, 2004
en 2005 op onze autosnelwegen (opgesplitst per gewest) die files tot gevolg hadden ?
2. Dans combien de cas ces accidents se sont-ils
produits environ aux mêmes endroits, en d’autres
termes, quels endroits de notre réseau autoroutier
sont-ils sensibles aux accidents ?
2. In hoeveel gevallen gebeurden deze ongevallen
op ongeveer dezelfde plaatsen, met andere woorden
welke locaties van ons autosnelwegennetwerk zijn
ongevalgevoelig ?
3. Quelle était la longueur en kilomètres et la durée
totale des embouteillages sur nos autoroutes en 2003,
en 2004 et en 2005 (par région) ?
3. Hoeveel kilometers files en voor welke gezamenlijke duurtijden werden er in 2003, 2004 en 2005 op
onze autosnelwegen (opgesplitst per gewest) vastgesteld ?
4. Quelle était la longueur en kilomètres et la durée
totale des embouteillages autoroutiers dus à la curiosité des usagers en 2003, en 2004 et en 2005 (par
région) ?
4. Hoeveel kilometers kijkfiles en voor welke gezamenlijke duurtijd, werden in 2003, 2004 en 2005 op
onze autosnelwegen (opgesplitst per gewest) vastgesteld ?
5. À combien est estimé le préjudice économique
résultant des embouteillages précités (en ventilant ce
chiffre selon qu’il s’agit d’embouteillages dus à la
curiosité des usagers ou non) ?
5. Op hoeveel wordt de economische schade
geraamd van voormelde files (opgesplitst naargelang
het al dan niet om kijkfiles gaat) ?
6. Combien coûterait par kilomètre le placement
d’écrans entre les deux sens de circulation des autoroutes ?
6. Hoeveel zou het kosten om één kilometer schermen op te richten tussen de twee rijrichtingen van de
autosnelwegen ?
7. Dans combien d’accidents « réguliers », la curiosité des conducteurs circulant dans l’autre sens s’estelle traduite par un accident dans l’autre sens de circulation ?
7. In hoeveel « reguliere » ongevallen zorgden
nieuwsgierige blikken van de aan de andere kant van
de autosnelweg rijdende bestuurders, voor ongevallen
langs die andere kant ?
Réponse du ministre de la Mobilité du 19 décembre
2005, à la question no 357 de M. Guido De Padt du
13 septembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit van
19 december 2005, op de vraag nr. 357 van de heer
Guido De Padt van 13 september 2005 (N.) :
Je voudrais avant tout signaler que j’ai mis en place
un groupe de travail « interventions après accidents sur
les grands axes autoroutiers » afin de mieux connaı̂tre
la problématique. Ce groupe se penche sur les possibilités d’optimalisation des délais d’intervention des
différents services concernés à la suite d’un accident.
Mon souci est avant tout de réduire les conséquences
directes sur la fluidité de la circulation. Les travaux
sont en cours; un scénario d’intervention est d’ailleurs
en préparation.
Eerst en vooral, zou ik graag melden dat ik een
werkgroep « interventies na ongeval op de grote snelwegenassen » heb opgericht om de problematiek beter
te kennen. Die groep buigt zich over de mogelijkheden
van optimalisering van de interventietermijnen van de
verschillende diensten die na een ongeval betrokken
worden. Mijn bekommernis is eerst de vermindering
van de directe gevolgen op de vlotheid van het verkeer.
De werken zijn gelanceerd; een scenario van interventie is in voorbereiding.
1. Il n’existe pas de statistiques qui reprennent ces
chiffres de façon spécifique.
1. Deze cijfers worden niet specifiek bijgehouden in
statistieken.
Toutefois, si l’on prend le nombre d’accidents
corporels survenus le jour (environ 2 700 en 2003 sur
Wel kan men stellen dat, wanneer men het aantal
letselongevallen overdag als oriëntatie neemt voor het
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18945
les seules autoroutes belges) pour évaluer le nombre
d’embouteillages provoqués par des accidents, il est
possible de se faire une idée de l’ampleur du phénomène.
aantal files ingevolge ongevallen, (namelijk ongeveer
2 700 voor 2003, louter op de Belgische autowegen),
zulks een orde van grootte aangeeft voor zulk fenomeen.
À ma connaissance, il n’existe pas encore de chiffres
définitifs pour les années 2004 et 2005.
Voor de jaren 2004 en 2005 zijn mij nog geen definitieve cijfers bekend.
2. Je n’ai pas non plus d’information sur une éventuelle concentration particulière de lieux où se produisent des accidents générateurs d’embouteillages.
2. Ik heb ook geen informatie over enige bijzondere
concentratie qua plaats van ongevallen die files tot
gevolg hebben.
3. Les chiffres disponibles sur le nombre de kilomètres d’embouteillages concernent l’année 2003 et se
limitent aux autoroutes belges. Il n’existe pas davantage de ventilation en fonction du type d’embouteillage; les chiffres portent aussi bien sur les embouteillages structurels que sur les embouteillages occasionnels ou encore les embouteillages liés à des travaux
d’entretien ou de voirie.
3. De cijfers die gekend zijn aangaande het aantal
kilometer file betreffen enkel de Belgische autowegen
voor het jaar 2003. Er bestaat ook geen opsplitsing
naar gelang het soort file; de cijfers gaan zowel over
structurele files, incidentele files als files ingevolge
onderhoudswerken of wegeniswerken.
L’importance annuelle d’embouteillages sur les
autoroutes, exprimée en heures-kilomètres de bandes
de circulation, s’est élevée, en 2003, à 257 000 en Flandre et 34 000 en Wallonie.
In Vlaanderen waren er in 2003 op de autowegen
257 000 kilometerrijstrookuren per jaar (hiermee
wordt de zwaarte van de file aangegeven). In Wallonië
waren er dat 34 000.
Pour la Région de Bruxelles-Capitale, les chiffres ne
sont pas significatifs puisque le nombre de kilomètres
d’autoroute y est plutôt réduit. Nous disposons toutefois de données pour la zone de circulation autour de
Bruxelles (c’est-à-dire 143 km d’autoroute — dans une
zone délimitée par Affligem, Wolvertem, Bertem,
Rosières et Wauthier-Braine, incluant le ring RO), qui
annoncent 147 000 heures-kilomètres par bande de
circulation sur la même année.
Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn de
cijfers niet betekenisvol, gelet op het feit dat er hier
slechts een klein aantal kilometer autowegen voorhanden zijn. Wel bestaan er cijfergegevens voor het verkeersgebied rond Brussel (dat wil zeggen 143 km autoweg — binnen het gebied Affligem, Wolvertem,
Bertem, Rosières, Wauthier-Braine, de ring RO inbegrepen), te weten 147 000 kilometerrijstrookuren op
hetzelfde jaar.
À titre de comparaison, on a noté 7,76 millions de
véhicules-heures perdues en Flandre, 0,71 million en
Wallonie et 4,2 millions pour la zone autour de
Bruxelles.
Daar tegenover staan 7,76 miljoen voertuigverliesuren in Vlaanderen, 0,71 miljoen uren in Wallonië en
4,2 miljoen voor het gebied rond Brussel.
4. Par rapport à ces chiffres, déjà mentionnés dans
ma réponse à la question 3, la proportion
d’embouteillages occasionnels est faible, mais non
connue de façon précise. Elle semble être comprise
entre 8 et 12 %, ce qui signifie que les 88 à 92 %
restants concerne des embouteillages structurels ou liés
à des travaux.
4. Het aandeel van incidentele files in de cijfers, vernoemd in mijn antwoord op vraag 3, is klein, maar
niet exact bekend. Het kan geraamd worden op 8 à
12 % van deze cijfers; de overige 88 à 92 % betreffen
structurele files en files ingevolge werkzaamheden.
Les embouteillages occasionnels provoqués par la
curiosité des gens, représentent un pourcentage encore
plus faible, étant donné qu’ils se forment surtout dans
le sens de circulation opposé et que leur durée et
longueur sont généralement limitées. Ils ne prennent
de l’importance que lorsque la densité du trafic est
élevée.
Het aandeel kijkfiles bij de incidentele files is nog
geringer, aangezien de kijkfile zich vooral voordoet in
de tegengestelde rijrichting en meestal qua duur en
lengte klein is. Ze is slechts enigszins belangrijk
wanneer het aankomend verkeersdebiet er hoog is.
5. Au prix d’environ 10 euros par heure pour une
voiture et de 46 euros pour un camion, les pertes occasionnées par les congestions du trafic se chiffreraient,
en 2003, à 97 millions d’euros pour la Flandre, 8,1 mil-
5. In Vlaanderen zouden de congestiekosten in
2003, gerekend aan ongeveer 10 euro per uur voor een
personenwagen en 46 euro per uur voor een vrachtwagen, 97 miljoen euro bedragen, voor Wallonië 8,1 mil-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18946
lions d’euros pour la Wallonie et 49 millions d’euros
pour la zone autour de Bruxelles.
joen euro en voor het verkeersgebied rond Brussel 49
miljoen euro.
6. Je ne connais pas le prix de ces écrans empêchant
la vue sur l’autre bande de circulation.
6. Ik ken de kostprijs van dergelijke schermen die
het zicht op de andere rijstrook kunnen onttrekken
niet.
À cet égard, je rappelle que les autoroutes ne relèvent pas de la compétence de l’autorité fédérale, mais
de celle des gestionnaires de voirie, en l’occurrence les
régions. Il revient donc aux régions de juger de
l’opportunité d’un tel projet sur les autoroutes belges.
Hierover, dien ik te herinneren dat voor de autosnelwegen in feite niet de federale overheid, maar wel
de wegbeheerders, met name de gewesten, bevoegd
zijn. Het komt derhalve aan de gewesten toe om te
oordelen over de opportuniteit van een dergelijk project op de Belgische autosnelwegen.
7. Il n’existe pas de données chiffrées à ce sujet,
étant donné qu’il s’agit d’une variable qui ne peut pas
être déduite du formulaire des accidents de la route.
7. Hierover bestaan geen cijfergegevens, aangezien
dit een variabele betreft die niet uit het verkeersongevallenformulier kan worden afgeleid.
DO 2004200505084
DO 2004200505084
Question no 358 de M. Guido De Padt du 14 septembre 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 358 van de heer Guido De Padt van 14 september 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Radars numériques.
Digitale snelheidscamera’s.
De nouveaux radars numériques seront testés à
partir du mois d’août 2005 aux Pays-Bas. Durant quelques semaines, les véhicules en excès de vitesse seront
ainsi flashés mais les contrevenants ne recevront pas de
procès-verbal parce que non encore certifiés, ces appareils ne sont pas admis par les tribunaux. On attribue
de nombreux avantages aux contrôles numériques de
vitesse.
In Nederland worden vanaf de maand augustus
2005 proeven gedaan met nieuwe digitale flitspalen.
Gedurende enkele weken worden te hard rijdende
auto’s op de digitale plaat vastgelegd. Overtreders krijgen geen bekeuring op hun deurmat, omdat de apparatuur nog niet gecertifieerd is en dus niet door de
rechter wordt geaccepteerd. Men ziet grote voordelen
in digitale snelheidscontrole.
Ainsi, les photos peuvent être visualisées directement sur l’ordinateur et les caméras numériques
peuvent être utilisées en continu puisque l’utilisation
de films, à la capacité de stockage limitée, n’est plus
nécessaire. Une évolution similaire est sans doute aussi
à prévoir dans notre pays. Il serait dès lors utile de
savoir dans quel délai les contrôles numériques de
vitesse pourront être instaurés, ne fût-ce que pour
pouvoir moduler en conséquence les investissements
dans des appareils analogiques.
Zo kunnen de foto’s direct op de computer worden
uitgelezen en kunnen de digitale camera’s permanent
worden gebruikt, omdat er geen filmpjes meer nodig
zijn die vol geraken. Ook in ons land zal zich wellicht
een gelijkaardige ontwikkeling voordoen, waarbij het
nuttig is te weten tegen wanneer digitale snelheidscontroles zullen kunnen plaatsvinden, al was het maar
om de investeringen in analoge toestellen daarop te
kunnen afstemmen.
Pourriez-vous indiquer où en sont l’instauration et
l’agrément de tels radars numériques (tant fixes que
mobiles) dans notre pays et préciser en outre à partir
de quelle année de tels radars seront utilisés ?
Kan u meedelen in hoeverre in ons land de invoering
en erkenning van dergelijke digitale snelheidscamera’s
(zowel vaste als mobiele) is gevorderd en tegen welk
jaar dergelijke camera’s zullen worden gebruikt ?
Réponse du ministre de la Mobilité du 19 décembre
2005, à la question no 358 de M. Guido De Padt du
14 septembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit van
19 december 2005, op de vraag nr. 358 van de heer
Guido De Padt van 14 september 2005 (N.) :
Le cadre légal qui importe en l’occurrence est constitué par l’arrêté royal du 11 octobre 1997 relatif à
l’approbation et à l’homologation des appareils fonctionnant automatiquement, utilisés pour surveiller
l’application de la loi relative à la police de la circulation routière et des arrêtés pris en exécution de celle-ci.
Het wettelijk kader dat hierbij van belang is, is het
koninklijk besluit van 11 oktober 1997 betreffende de
goedkeuring en homologatie van de automatisch
werkende toestellen gebruikt om toezicht te houden op
de naleving van de wet betreffende de politie over het
wegverkeer en haar uitvoeringsbesluiten.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18947
Voici les pistes susceptibles d’être suivies pour
permettre l’utilisation de caméras numériques.
De pistes die kunnen gevolgd worden om het
gebruik van digitale camera’s mogelijk te maken zijn
de volgende.
1. Concernant les appareils de mesure pour lesquels
il n’y a pas de dispositions techniques prévues aux
annexes de l’arrêté, la division Métrologie du SPF
Économie, PME, Classes moyennes et Énergie peut,
sur la base de l’article 2.5.1 de l’arrêté royal précité,
délivrer soit un modèle d’approbation à effet limité,
soit une autorisation d’utilisation et une autorisation
de vente. Cette piste pourrait constituer une solution
provisoire mais l’élaboration d’une telle approbation
peut prendre du temps.
1. Op basis van artikel 2.5.1 van het geciteerde
koninklijk besluit kan de dienst Metrologie bij de
FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie,
hetzij een modelgoedkeuring van beperkte strekking
hetzij een gebruiksvergunning en verkoopvergunning
verlenen betreffende meettoestellen waarvoor geen
technische bepalingen in de bijlagen bij het besluit zijn
opgenomen. Deze piste zou een voorlopige oplossing
kunnen betekenen, maar het uitwerken van een dergelijke goedkeuring kan wel tijd in beslag nemen.
2. Les prescriptions techniques relatives aux cinémomètres telles qu’elles sont déterminées dans les
annexes de l’arrêté royal susmentionné, sont adaptées.
La division Métrologie dispose à cet effet de l’expertise
et de la compétence en la matière.
2. De technische voorschriften voor snelheidsmeters zoals die zijn vastgelegd in de bijlagen van het
voornoemd koninklijk besluit worden aangepast. De
dienst Metrologie heeft daarvoor de expertise en de
bevoegdheid op dit gebied.
Je voudrais toutefois signaler que dans les deux
hypothèses, il faudra porter une attention particulière
à la protection de la vie privée des « contrevenants ».
Ik wens echter laten melden dat er in beide hypothesen bijzondere aandacht zal moeten worden geschonken aan de bescherming van de privacy van de
« overtreders ».
Les dernières années, d’importants progrès technologiques ont été réalisés au niveau des caméras numériques; si l’on pouvait craindre auparavant que la manipulation des images soit plus facile avec une caméra
numérique plutôt qu’avec une caméra « traditionnelle », il semble qu’à l’heure actuelle, les caméras
numériques offrent, sur ce plan, de meilleures garanties que les caméras traditionnelles.
De digitale camera’s zouden technologisch wel erg
gevorderd zijn ten opzichte van enkele jaren geleden;
waar vroeger kon gevreesd worden dat het manipuleren van beelden gemakkelijker kon plaatsvinden bij
een digitale camera dan bij een andere « reguliere »
camera, lijkt het dat de digitale camera op dat vlak
momenteel betere waarborgen bieden dan de reguliere
camera.
Si la seconde piste est choisie, il appartiendra à la
Commission de la protection de la vie privée de remettre un avis sur le projet d’arrêté royal s’y rapportant,
dont l’élaboration relève de la compétence du ministre
de l’Économie.
De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer zal, in de mate er voor de tweede piste
wordt gekozen, over het desbetreffende ontwerp van
koninkijk besluit een advies moeten geven waarvan de
uitwerking tot de bevoegdheid van de minister van
Economie behoort.
La première piste par contre, implique que les zones
de police locale et la police fédérale déclarent à la
Commission le fait de vouloir traiter les données
personnelles d’une autre manière.
Daarentegen impliceert de eerste piste dat de lokale
politiezones en de federale politie een aangifte bij de
Commissie moeten doen indien zij de persoonlijke
gegevens op een andere manier willen behandelen.
Par ailleurs, l’installation de caméras n’est pas une
compétence fédérale mais une compétence régionale. Il
appartient donc aux régions de conclure des protocoles à ce sujet avec la police fédérale et les parquets.
Tot slot, betreft het installeren en de ingebruikname
van camera’s geen federale maar een regionale
bevoegdheid. Het zijn dus de gewesten die hieromtrent
protocollen afsluiten met de federale politie en de
parketten.
À cet égard, les régions semblent intéressées par
l’achat de caméras numériques en raison des avantages
qu’elles offrent. Il importe toutefois de vérifier, avec
les fabricants de ces appareils, si la réglementation
technique (fédérale) est respectée en la matière, ce qui
n’est pas encore garanti à ce jour.
In dat opzicht, lijken de gewesten geı̈nteresseerd
door de aankoop van digitale camera’s, gelet op de
voordelen die deze bieden. Het is echter van belang om
met de fabrikanten ervan te verifiëren of de (federale)
technische reglementering ter zake wordt nageleefd,
wat tot op heden nog niet verzekerd is.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18948
Pour les questions de timing, je vous renvoie donc à
M. Verwilghen, ministre de l’Économie, qui est
compétent en la matière.
In verband met de timing daarvan verwijs ik u dan
ook door naar de heer Verwilghen, minister van Economie.
DO 2004200505122
DO 2004200505122
Question no 359 de M. Jef Van den Bergh du 20 septembre 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 359 van de heer Jef Van den Bergh van
20 september 2005 (N.) aan de minister van
Mobiliteit :
Non-utilisation des clignotants.
Niet-gebruiken van de richtingaanwijzers.
La non-utilisation des clignotants dans la circulation constitue une source d’agacement majeure. En
effet, les conducteurs qui n’utilisent pas leurs clignotants gênent voire déconcertent les autres usagers de la
route.
Chauffeurs die hun richtingaanwijzers nietgebruiken zijn een grote ergernis in het verkeer. Op
deze manier hinderen of verwarren ze andere bestuurders.
1. Combien d’infractions aux règles concernant
l’utilisation des clignotants ont été constatées en 2004 ?
1. Hoeveel overtredingen op het gebruik van de
richtingaanwijzerswerden er in 2004 opgetekend ?
2. Dans combien de cas le conducteur fautif s’est-il
vu infliger une amende ?
2. Hoeveel boetes werden er uitgeschreven voor
deze overtreding ?
3. Envisagez-vous de renforcer les contrôles afin de
dénoncer la non-utilisation des clignotants ?
3. Overweegt u extra controles in te zetten om het
niet-gebruiken van de richtingaanwijzer aan de kaak te
stellen ?
4. Envisagez-vous de mener une campagne de sensibilisation sur l’utilisation des clignotants ?
4. Overweegt u een sensibiliseringsactie op te zetten
omtrent het gebruik van de richtingaanwijzers ?
Réponse du ministre de la Mobilité du 21 décembre
2005, à la question no 359 de M. Jef Van den Bergh du
20 septembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit van
21 december 2005, op de vraag nr. 359 van de heer Jef
Van den Bergh van 20 september 2005 (N.) :
1. Je ne dispose pas de statistiques sur le nombre
d’infractions liées à l’utilisation des clignotants.
1. Ik beschik niet over statistieken aangaande het
aantal overtredingen op het gebruik van de richtingaanwijzers.
En effet, il n’y a pas de tenue à jour automatique de
ces données par la police fédérale, ni de centralisation
des informations éventuelles en la matière des zones de
police locale.
Deze gegevens worden immers niet op een geautomatiseerde wijze bijgehouden door de federale politie,
en ook eventuele gegevens van de lokale politiezones
hieromtrent worden niet gecentraliseerd.
2. Il m’est également impossible de fournir des
statistiques concernant le nombre d’amendes résultant
de ces infractions, pour les raisons que je viens de citer.
2. Ik kan evenmin statistieken voorleggen omtrent
het aantal boetes voor deze overtredingen, om hoger
genoemde redenen.
3. La police me confirme que l’usage des clignotants fait l’objet d’une attention soutenue sur le terrain
de sa part.
3. De politie bevestigt mij dat het gebruik van richtingaanwijzers door hen als een permanent aandachtspunt op het terrein wordt beschouwd.
Lorsque la campagne sur l’usage des clignotants
sera lancée dans le courant de l’année prochaine (voir
réponse à la question 4), il serait souhaitable que les
services de police renforcent les contrôles, étant donné
que la complémentarité de la sensibilisation et de la
répression constitue la meilleure garantie pour un
changement des mentalités dans le chef du citoyen. Je
consulterai mon collègue ministre de l’Intérieur,
M. Patrick Dewael, à ce sujet.
Ten tijde van de campagne aangaande het gebruik
van richtingaanwijzers in de loop van volgend jaar (zie
antwoord op vraag 4) is het aangewezen dat er een verhoogde controle door de politiediensten zou plaatsvinden, vermits het hand in hand gaan van sensibilisering
en handhaving de beste waarborg biedt voor een
mentaliteitswijziging in hoofde van de burger. Ik zal
daarover overleg plegen met mijn collega minister van
Binnenlandse Zaken, de heer Patrick Dewael.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18949
4. Comme une sensibilisation permanente en la
matière est nécessaire, l’Institut belge pour la sécurité
routière (IBSR) aborde régulièrement ce thème dans
ses émissions télévisées Contacts (RTBF), Ça Roule
(RTL-TVi), Kijk Uit (VRT) et Veilig Thuis (VTM).
Par ailleurs, l’usage correct des clignotants est également traité dans les diverses publications gratuites de
l’IBSR qui sont notamment distribuées via les services
de police et le site Internet de l’IBSR, ainsi que dans la
revue Via Secura de l’IBSR et les manuels
d’apprentissage à la conduite.
4. Omdat permanente sensibilisering over deze
problematiek noodzakelijk is, besteedt het Belgisch
Instituut voor de Verkeersveiligheid (BIVV) regelmatig
aandacht aan dit thema in zijn tv-uitzendingen Kijk
Uit (VRT), Veilig Thuis (VTM), Contacts (RTBF) en
Ça Roule (RTL-TVi). Verder wordt het correcte
gebruik van de richtingaanwijzers ook behandeld in de
diverse gratis publicaties van het BIVV die onder
andere via de politiediensten en de BlW-website
worden verdeeld, alsook in het BIVV-tijdschrift Via
Secura en in de handboeken voor de rijopleiding.
L’emploi des clignotants constituait également l’un
des thèmes de la campagne radio portant sur les relations entre les chauffeurs de poids lourds et les automobilistes que l’IBSR a lancée cet automne, en collaboration avec la fédération professionnelle des transporteurs routiers.
Het gebruik van de richtingaanwijzers was ook een
van de thema’s in de radiocampagne over de relatie
tussen vrachtwagenchauffeurs en automobilisten die
het BIVV dit najaar opzette, in samenwerking met de
beroepsfederatie van vrachtvervoerders.
DO 2004200505230
DO 2004200505230
Question no 366 de M. Jef Van den Bergh du 28 septembre 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 366 van de heer Jef Van den Bergh van
28 september 2005 (N.) aan de minister van
Mobiliteit :
Sécurité des voitures sans permis.
Micro-auto’s en veiligheid.
La voiture sans permis constitue une solution de
remplacement pour les personnes à partir de 16 ans
désireuses de conduire sans être titulaires d’un permis
de conduire. Si la vitesse de 45 km/heure offre une
certaine mobilité au conducteur d’un tel véhicule, la
sécurité de ce moyen de transport me semble sujette à
caution. Sur les voiries où la vitesse est limitée à
90 km/heure, la différence de vitesse entre ces voiturettes et les autres véhicules me semble particulièrement
dangereuse. Par ailleurs, les voitures classiques
permettent d’accélérer plus rapidement et de freiner
plus fort. Le chauffeur d’une voiturette sera dès lors
amené à anticiper les réactions des autres conducteurs,
ce qui n’est pas aisé pour une personne qui n’est pas
titulaire d’un permis de conduire.
De brommobiel of micro-auto is een alternatief voor
de « 16+er » die zonder rijbewijs toch auto wil rijden.
Met 45 km/uur is de chauffeur van een dergelijk
autootje wel mobiel, maar vanuit de veiligheidsoptiek
is dit vervoersmiddel volgens mij minder interessant.
Vooral op wegen waar de maximumsnelheid is vastgelegd op 90 km/uur lijkt het snelheidsverschil me
gevaarlijk. Bovendien accelereren en remmen gewone
auto’s een pak sneller, wat ertoe leidt dat de bestuurder sneller moet inschatten wat anderen van plan zijn.
Voor iemand die geen rijbewijs bezit is dit geen sinecure.
1. Combien de ces voiturettes roulaient sur les
routes belges en 2004 ?
1. Hoeveel van dergelijke micro-auto’s reden er op
de Belgische wegen in 2004 ?
2.
a) Existe-t-il des statistiques distinctes pour les accidents impliquant des voiturettes ?
2.
a) Bestaan er aparte statistieken over het aantal ongevallen met micro-auto’s ?
b) Dans l’affirmative, combien d’accidents impliquant des voiturettes se sont produits en 2004 ?
b) Zo ja, hoeveel ongevallen gebeurden er in 2004
waarin micro-auto’s betrokken waren ?
3. Combien de ces accidents ont entraı̂né des décès ?
3. Hoeveel van deze ongevallen waren met dodelijke afloop ?
4. Combien de ces accidents ont fait des blessés
graves ?
4. Bij hoeveel van deze ongevallen vielen er zwaar
gewonden ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18950
Réponse du ministre de la Mobilité du 19 décembre
2005, à la question no 366 de M. Jef Van den Bergh du
28 septembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit van
19 december 2005, op de vraag nr. 366 van de heer Jef
Van den Bergh van 28 september 2005 (N.) :
J’ai l’honneur d’informer l’honorable membre de ce
qui suit.
Ik heb de eer het geachte lid het volgende mee te
delen.
1. La voiturette dont question ici est, selon le code
de la route belge, assimilée à un cyclomoteur de plus
de 2 roues.
1. De micro-auto waarvan hier sprake wordt,
volgens het Belgische verkeersreglement gelijkgesteld
met een bromfiets met meer dan 2 wielen.
L’article 2.17, 2 de l’arrêté royal du 1er décembre
1975 portant règlement général sur la police de la
circulation routière et de l’usage de la voie publique
stipule en effet : est considéré comme « cyclomoteur
classe B, tout véhicule à quatre roues équipé d’un
moteur d’une cylindrée ne dépassant pas 50 cm3 pour
les moteurs à allumage commandé ou, pour les autres
types de moteurs, d’une puissance maximale nette
n’excédant pas 4 kW et qui ne peut, par construction
et par la seule puissance de son moteur, dépasser sur
une route en palier la vitesse de 45 km à l’heure ».
Artikel 2.17, 2 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en het gebruik van de openbare
weg bepaalt immers : wordt beschouwd als « bromfiets
klasse B, elk vierwielig voertuig uitgerust met een
motor waarvan de cilinderinhoud ten hoogste 50 cm3
bedraagt voor de motoren met elektrische ontsteking
of, voor andere typen van motoren, met een nettomaximumvermogen van ten hoogste 4 kW en dat naar
bouw en motorvermogen, op een horizontale weg, niet
sneller kan rijden dan 45 km per uur ».
Il est excessivement difficile de déterminer le nombre de ces véhicules qui a circulé sur les routes belges
en 2004 : dans la mesure où ce type de véhicule est
exempté d’immatriculation, cela rend inutile l’emploi
de la base de données de la DIV qui permet généralement de fournir des données chiffrées très précises.
Het is uiterst moeilijk het aantal micro-auto’s op de
Belgische wegen in 2004 vast te stellen : aangezien dit
type voertuig vrijgesteld is van inschrijving, is ook het
gebruik van het gegevensbestand van de DIV, waarmee doorgaans zeer nauwkeurige cijfergegevens
kunnen worden verstrekt, nutteloos.
Dans sa revue Via Secura du deuxième trimestre
2005, l’Institut belge pour la sécurité routière écrit que
« en dépit de leur succès croissant, le nombre de voiturettes ne dépasse pas, selon les estimations, 10 000
véhicules » et précise qu’il n’y a « pas de chiffres officiels en raison de l’absence d’immatriculation ». Ces
estimations sont basées sur des contacts avec des
importateurs de ce type de voiturette.
In zijn tijdschrift Via Secura van het tweede trimester 2005 schrijft het Belgisch Instituut voor Verkeersveiligheid : « Ondanks hun stijgend succes, zijn ze naar
schatting met niet meer dan 10 000 (er is geen officieel
cijfer omdat inschrijving niet verplicht is) ». Deze
schattingen zijn gebaseerd op contacten met invoerders van dergelijke micro-auto’s.
2.
a) Les services de police ne disposent pas de statistiques spécifiques aux voiturettes étant donné que
les procès-verbaux actuellement utilisés ne distinguent pas de rubrique propre à ce type de véhicule.
2.
a) De politiediensten beschikken over geen specifieke
statistieken voor micro-auto’s aangezien er nu in
de processen-verbaal geen eigen rubriek bestaat
voor dit type voertuig.
b) Les services de police contactés n’ont pas été en
mesure de transmettre des données spécifiques aux
voiturettes.
b) De gecontacteerde politiediensten konden geen
specifieke gegevens verstrekken voor micro-auto’s.
Pour se forger une idée chiffrée, il faut recourir aux
dernières statistiques officielles disponibles pour les
accidents impliquant un cyclomoteur à 3 ou 4 roues.
Ainsi, il y a eu en 2000, 27 accidents impliquant un
cyclomoteur à 3 ou 4 roues. En 2001, ce chiffre était de
34 tandis qu’il était de 45 en 2002. On constate donc
bien une légère augmentation du nombre d’accidents
impliquant des cyclomoteurs de 3 ou 4 roues, sans
pour autant pouvoir déterminer la place occupée par
les voiturettes dans ces chiffres.
Om een idee te krijgen van hun aantal zijn er enkel
de laatst beschikbare officiële statistieken voor ongevallen waarin een drie- of vierwielige bromfiets
betrokken is. In 2000 gebeurden er 27 ongevallen met
een drie- of vierwielige bromfiets. In 2001 en 2002
waren dat er respectievelijk 34 en 45. Men constateert
dus wel een lichte stijging van het aantal ongevallen
met drie- of vierwielige bromfietsen, maar uit die
cijfers kan het aandeel van de micro-auto’s niet
worden afgeleid.
3. Il n’est pas possible de répondre à cette question
précise à l’heure actuelle pour les raisons susmention-
3. Om bovengenoemde redenen kan deze vraag op
dit ogenblik niet worden beantwoord. Ook hier dient
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18951
nées. Ici aussi, il conviendra de se baser sur les chiffres
des accidents impliquant un cyclomoteur à 3 ou
4 roues. Ces chiffres sont les suivants : en 2000, on a
compté 2 personnes décédées dans les trente jours
suivant leur accident. Ce chiffre a été ramené à zéro en
2001 mais est revenu à deux personnes pour l’année
2002.
men zich te baseren op de cijfers over ongevallen
waarin een drie- of vierwielige bromfiets betrokken is.
Die cijfers zijn als volgt : in 2000 overleden twee personen in de dertig dagen na hun ongeval. In 2001 viel dit
cijfer terug tot nul, maar in 2002 waren er opnieuw
twee.
4. Ici encore, il n’est pas possible actuellement de
répondre à cette question pour les raisons susmentionnées. Les chiffres des accidents impliquant un cyclomoteur à 3 ou 4 roues sont les suivants : en 2000, on a
compté 10 personnes grièvement blessées à la suite
d’un accident impliquant un cyclomoteur à 3 ou
4 roues. Ce chiffre est passé à 13 unités en 200. Il était
de 12 personnes pour l’année 2002.
4. Andermaal is het om bovengenoemde redenen
momenteel niet mogelijk om deze vraag te beantwoorden. Dit zijn de cijfers voor de ongevallen met een drieof vierwielige bromfiets : in 2000, 10 zwaargewonden
ten gevolge van een ongeval met een drie- of vierwielige bromfiets, in 2001 steeg dit cijfer tot 13, in 2002
waren er 12.
DO 2004200505254
DO 2004200505254
Question no 368 de Mme Frieda Van Themsche du
3 octobre 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 368 van mevrouw Frieda Van Themsche van
3 oktober 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
« Zones 30 ». — Lignes de bus.
« 30 km zones ». — Lijnbussen.
L’instauration des zones 30 a suscité un vif mécontentement, parfois injustifié mais parfois aussi très
compréhensible. L’une des sociétés à se plaindre
ouvertement est De Lijn. À la suite du déplorable accident à Sint-Lenarts, la société de transports publics a
légitimement tiré la sonnette d’alarme. Selon les
conducteurs des lignes de bus, aucune concertation n’a
été organisée dans le cadre de l’instauration d’une
zone 30 aux abords de l’ensemble des écoles et les
horaires des lignes de bus n’ont dès lors pas été pris en
considération. Les conducteurs sont ainsi fortement
mis sous pression pour respecter leurs horaires.
De invoering van de 30 km zones heeft heel wat
wrevel opgewekt, soms onterecht maar zeker ook
terecht. Een van de sectoren die duidelijk hun beklag
doen is De Lijn. Zij heeft naar aanleiding van het spijtige ongeval in Sint-Lenarts terecht aan de alarmbel
getrokken. Volgens de lijnchauffeurs werd er bij de
beslissing om aan alle scholen een 30 km zone in te
richten geen overleg gepleegd en dus geen rekening
gehouden met de tijdsschema’s van de lijnbussen. De
tijdsdruk op de chauffeurs wordt dus erg opgedreven.
1. Avez-vous préalablement consulté les responsables de la société De Lijn ?
1. Heeft u vooraf overleg gepleegd met verantwoordelijken van De Lijn ?
2. Dans l’affirmative, quelles mesures concrètes ont
été envisagées pour compenser les retards générés par
l’instauration des zones 30 ?
2. Zo ja, welke concrete maatregelen werden er
besproken om de vertragingen door de 30 km maatregel op te vangen ?
3. Dans la négative, avez-vous déjà pris des initiatives pour résoudre le problème des retards dus aux
zones 30 ?
3. Zo niet, heeft u al stappen gezet om alsnog het
probleem met de vertragingen ten gevolge van de
30 km zones op te vangen ?
4. Qu’en est-il des chauffeurs de bus qui roulent à
plus de 30 km à l’heure dans les zones 30 pendant les
week-ends, les vacances scolaires et la nuit ?
4. Wat met lijnchauffeurs die tijdens weekends,
schoolvakanties en nachtelijke uren vlugger dan 30 km
per uur rijden in de 30 km zones ?
Réponse du ministre de la Mobilité du 21 décembre
2005, à la question no 368 de Mme Frieda Van Themsche du 3 octobre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit van
21 december 2005, op de vraag nr. 368 van mevrouw
Frieda Van Themsche van 3 oktober 2005 (N.) :
1. La procédure d’association des régions a été
suivie.
1. De betrokkenheidsprocedure met de gewesten
werd gevolgd.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18952
2. Il ne relève pas de ma compétence de déterminer
le nombre de bus à mettre en place et la fréquence de
ces bus.
2. Het behoort niet tot mijn bevoegdheid te bepalen
hoeveel bussen er moeten worden ingezet en met welke
frequentie.
3. Cette question relève de la compétence des
régions.
3. Deze vraag behoort tot de bevoegdheid van de
gewesten.
4. Les règles de circulation sont valables pour tout
le monde. Un arrêté royal déterminant que les
panneaux de zones 30 se limitent aux jours d’école suit
actuellement la procédure législative.
4. Verkeersregels gelden voor iedereen. Er is een
ontwerp van koninklijk besluit in de maak dat zone
30-borden in schoolomgeving beperkt tot schooldagen.
DO 2004200505274
DO 2004200505274
Question no 371 de Mme Frieda Van Themsche du
5 octobre 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 371 van mevrouw Frieda Van Themsche van
5 oktober 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Victimes de la route aux abords des écoles.
Verkeersslachtoffers in de buurt van scholen.
Dans le prolongement de la politique de votre
prédécesseur, vous avez rendues obligatoires les zones
30 km/h à proximité des écoles. Nul ne conteste la
nécessité de renforcer la Sécurité routière près des
écoles ainsi qu’aux endroits de passage d’un grand
nombre d’enfants.
U hebt in navolging van de vorige minister de 30 km
zone rond de scholen dwingend ingesteld. Niemand
betwist de verkeersveiligheid rond scholen en plaatsen
waar vooral kinderen dagelijks voorbij komen.
1. Disposez-vous de statistiques concernant le
nombre d’accidents ayant impliqué des enfants dans
les zones où la vitesse a été ramenée à 30 km/h ?
1. Hebt u cijfermateriaal over het aantal verongelukte kinderen in de omgeving van scholen, hiermee
bedoel ik de zone die nu binnen de 30 km borden ligt ?
2. Dans l’affirmative, pouvez-vous nous informer
du nombre d’accidents survenus depuis 2000 dans
chacune des trois régions ?
2. Zo ja, kan u meedelen hoeveel ongevallen er
gebeurden sinds 2000, dit voor elk van de drie gewesten ?
3. Combien de morts et de blessés a-t-on eu à déplorer dans chacune des trois régions, par année, de 2000
à 2004 ?
3. Kan u meedelen hoeveel doden en gewonden er
te betreuren vielen voor elk van de drie gewesten en
per jaar van 2000 tot en met 2004 ?
4. Pouvez-vous nous communiquer le nombre de
morts et de blessés dans les zones 30 km/h dans
chacune des régions durant les six premiers mois de
2005 ?
4. Kan u meedelen hoeveel doden en gewonden er
waren binnen deze 30 km zone voor elk van de drie
gewesten voor de eerste zes maanden van 2005 ?
Réponse du ministre de la Mobilité du 21 décembre
2005, à la question no 371 de Mme Frieda Van Themsche du 5 octobre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit van
21 december 2005, op de vraag nr. 371 van mevrouw
Frieda Van Themsche van 5 oktober 2005 (N.) :
Les pv d’accidents ne sont pas triés par adresses
scolaires. Une zone de police bien organisée connaı̂t le
nombre d’accidents par rue.
De ongevallenpv’s worden niet geordend volgens
schooladres. Een goed georganiseerde politiezone kent
het aantallen ongevallen per straat.
La répartition du nombre total d’accidents par
région peut être retrouvée par l’honorable membre
dans le baromètre mensuel de la sécurité routière. À ce
effet, je fais référence à www.jesuispour.be.
De verdeling van het totaal aantal ongevallen per
gewest vindt het geacht kamerlid in de maandelijkse
verkeersveiligheidsbarometer. Hiervoor verwijs ik heel
graag naar www.ikbenvoor.be.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18953
DO 2005200606127
DO 2005200606127
Question no 389 de M. Servais Verherstraeten du
25 octobre 2005 (N.) au ministre de la Mobilité :
Vraag nr. 389 van de heer Servais Verherstraeten van
25 oktober 2005 (N.) aan de minister van Mobiliteit :
Institutions publiques. — Fonctionnaires dirigeants.
— Statut.
Overheidsinstellingen. — Leidinggevenden. — Statuut.
À la suite de la réforme Copernic, un système de
mandats a été instauré dans la fonction publique fédérale. Ce système devait être instauré au sein des SPF
(services publics fédéraux), mais également dans les
organismes parastataux et les établissements scientifiques.
Ingevolge Copernicus zijn bij het federaal openbaar
ambt de mandaten ingevoerd. Niet alleen bij de FOD’s
(Federale overheidsdiensten) maar ook bij de parastatalen en wetenschappelijke instellingen zouden die
moeten komen.
Or, on constate cependant que les mandats n’ont
pas été instaurés partout. Ils ne l’ont notamment pas
été dans différents organismes parastataux non
sociaux. De ce fait, il n’y a plus aucun rapport entre
l’importance de la fonction et la rémunération qui y est
associée.
In realiteit zien we echter dat de mandaten niet
overal werden ingevoerd, onder meer bij verschillende
niet-sociale parastatalen. Daardoor is er helemaal geen
verhouding meer tussen de functiezwaarte en de verloning van deze functies.
Actuellement, la confusion est totale en ce qui
concerne le statut des différentes fonctionnaires dirigeants.
Het is echter totaal onduidelijk wie momenteel —
wat de leidinggevenden betreft — over welk statuut
beschikt.
1. Pouvez-vous donner un aperçu des différentes
institutions publiques (établissements scientifiques,
organismes parastataux, etc.) qui relèvent de votre
compétence ?
1. Kan u een overzicht geven van de verschillende
overheidsinstellingen (wetenschappelijke instelling,
parastatale, enzovoort) die onder uw bevoegdheid
vallen ?
2. Quel est le statut du fonctionnaire dirigeant et (le
cas échéant) du fonctionnaire dirigeant adjoint
(nommé à titre définitif, avec ou sans mandat, mandataire cf. Copernic, autres, ...) ?
2. Wat is het statuut van de leidinggevende en
adjunct-leidinggevende ambtenaar (indien aanwezig)
(vast benoemd, met of zonder mandaat, mandaathouder cf. Copernicus, andere, ...) ?
3. Quelle est l’échelle de traitement du fonctionnaire dirigeant et du fonctionnaire dirigeant adjoint du
niveau A, l’échelle de traitement spéciale ou l’échelle
de traitement en ce qui concerne les indemnités liées au
mandat ?
3. Wat is de weddeschaal van de leidinggevende en
adjunct-leidinggevende ambtenaar binnen niveau A,
bijzondere weddeschaal of weddeschaal binnen de
mandaatvergoedingen ?
4. Dans certaines institutions, la carrière des fonctionnaires dirigeants n’est pas encore adaptée à la
réforme Copernic.
4. Bij bepaalde instellingen is de loopbaan van de
leidinggevenden nog niet aangepast aan Copernicus.
Pourquoi n’a-t-on pas encore procédé à cette adaptation ?
Waarom werd zulks nog niet uitgevoerd ?
Réponse du ministre de la Mobilité du 21 décembre
2005, à la question no 389 de M. Servais Verherstraeten du 25 octobre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Mobiliteit van
21 december 2005, op de vraag nr. 389 van de heer
Servais Verherstraeten van 25 oktober 2005 (N.) :
Étant donné qu’aucun organisme d’intérêt public ou
établissement public concerné par la réforme Copernic
ne relève de ma compétence, la question est sans objet
en ce qui me concerne.
Aangezien geen enkele instelling van openbaar nut
of overheidsinstelling die bij de Copernicushervorming betrokken is, onder mijn bevoegdheid valt, is
deze vraag wat mij betreft zonder nut.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18954
Ministre de l’Environnement
et des Pensions
Minister van Leefmilieu
en Pensioenen
Environnement
Leefmilieu
DO 2005200606373
DO 2005200606373
Question no 84 de M. Koen Bultinck du 24 novembre
2005 (N.) au ministre de l’Environnement et des
Pensions :
Vraag nr. 84 van de heer Koen Bultinck van 24 november 2005 (N.) aan de minister van Leefmilieu en
Pensioenen :
Campagne d’information pour la réduction des
produits phytopharmaceutiques et des biocides.
Informatiecampagne ter vermindering van gewasbeschermingsmiddelen en biociden.
Il a été décidé récemment, en collaboration avec
M. Demotte, ministre de la Santé publique, d’envoyer
à tous les agriculteurs une brochure contenant des
conseils destinés à limiter la pollution des eaux de
surface par des produits phytopharmaceutiques.
Samen met de minister van Volksgezondheid
Demotte werd recentelijk beslist dat elke landbouwer
een brochure zou ontvangen met tips om de verontreiniging van het oppervlaktewater door gewasbeschermingsmiddelen te beperken.
Cette campagne d’information s’inscrit dans le
cadre du programme fédéral pour la réduction des
produits phytopharmaceutiques et des biocides.
Deze informatiecampagne past in het federaal programma ter vermindering van gewasbeschermingsmiddelen en biociden.
1. Pouvez-vous me communiquer le coût de cette
campagne, dont la brochure constitue un élément ?
1. Kan u de kostprijs van deze campagne, waaronder een brochure, meedelen ?
2. Dans quelle mesure les Régions, qui sont également partiellement compétentes en matière d’environnement et d’eaux de surface, ont-elles été consultées
lors de l’élaboration de cette campagne ?
2. In welke mate werd deze campagne overlegd met
de gewesten die ook gedeeltelijk voor milieu en oppervlaktewater bevoegd zijn ?
3. N’estimez-vous pas qu’il serait opportun
d’élargir cette campagne aux ménages, compte tenu de
leur surconsommation de pesticides et de biocides ?
3. Acht u een uitbreiding van deze campagne naar
de gewone huishoudens niet opportuun, in de wetenschap dat ook daar heel wat overmatig gebruik bestaat
van pesticiden en biociden ?
Réponse du ministre de l’Environnement et des
Pensions du 22 décembre 2005, à la question no 84 de
M. Koen Bultinck du 24 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Leefmilieu en
Pensioenen van 22 december 2005, op de vraag nr. 84
van de heer Koen Bultinck van 24 november 2005
(N.) :
J’ai l’honneur de donner la réponse suivante à la
question de l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid ais volgt te antwoorden.
1. La brochure est basée sur les résultats d’un projet
de recherche financé par le Fonds budgétaire des
matières premières et des produits. Le projet a été
confié au département mécanisation, travail, constructions, bien-être des animaux et protection de l’environnement du CLO de Gand, au département de génie
rural du CRA-w à Gembloux et à la station de recherche fruitière de Gorsem. Il a été réalisé en étroite collaboration avec le service pesticides et engrais du service
public fédéral Santé publique, Sécurité de la chaı̂ne
alimentaire et Environnement.
1. De brochure is gebaseerd op de resultaten van
een onderzoeksproject gefinancierd door het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en producten. Het
project werd toevertrouwd aan het departement voor
mechanisatie, arbeid, gebouwen, dierenwelzijn en
milieubeveiliging van het CLO te Gent, het departement voor landbouwtechniek van het CRA-w te
Gembloux en het proefcentrum voor de fruitteelt te
Gorsem. Het werd gerealiseerd in nauwe samenwerking met de dienst pesticiden en meststoffen van de
Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid
van de voedselketen en Leefmilieu.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18955
Les auteurs ont évalué les facteurs influençant la
dérive des brumes de pulvérisation (types de buses et
de pulvérisateurs, présence de haies et écrans, conditions atmosphériques). Ils ont réalisé une enquête
auprès des producteurs fruitiers concernant la présence
de haies et de plans d’eau aux abords des vergers. Ils
ont également réalisé une enquête sur les matériels de
pulvérisation et les techniques anti-dérive utilisés en
Belgique.
De auteurs hebben de factoren geëvalueerd die de
drift van spuitnevels beı̈nvloeden (type doppen en
spuittoestellen, aanwezigheid van hagen en schermen,
klimaatsomstandigheden). Ze hebben een enquête
gehouden onder de fruittelers betreffende de aanwezigheid van hagen en wateroppervlakken rond boomgaarden. Ze hebben eveneens een enquête uitgevoerd
omtrent het spuitmateriaal en de antidrifttechnieken
die in België gebruikt worden.
Ils ont pris en compte les mesures de protection des
eaux superficielles appliquées dans 3 pays pionniers
dans ce domaine (Pays-Bas, Allemagne, Royaume-Uni)
de façon à créer un système s’intégrant aux autres
systèmes de réduction de risque mis en place dans les
pays environnants.
Er werd ook rekening gehouden met de beschermende maatregelen voor het oppervlaktewater die
toegepast worden in 3 pionierslanden in dit domein
(Nederland, Duitsland, Groot-Brittannië) teneinde een
systeem te creëren dat zich integreert in risciobeheersingssystemen die gelden in de ons omringende landen.
L’étude a coûté 37 509 euros. Pour l’impression et la
distribution de la brochure, un montant de
15 488,64 euros a été payé.
De studie heeft 37 509 euro gekost. Voor het drukken en versturen van de brochure werd 15 488,64 euro
betaald.
2. La distribution de la brochure se situe dans le
contexte du programme fédéral de réduction des pesticides à usage agricole et des biocides. Les activités
développées dans ce contexte sont suivies par un
Comité directeur, au sein duquel sont représentées les
régions. Le comité directeur a approuvé unanimement
la distribution de la brochure.
2. De verspreiding van de brochure kadert in het
federaal programma ter vermindering van gewasbeschermingsmiddelen en biociden. De activiteiten in de
context van dit programma worden opgevolgd door
een stuurgroep, waarin de Gewesten zijn vertegenwoordigd. De stuurgroep heeft de verspreiding van de
brochure unaniem goedgekeurd.
3. Les mesures recommandées dans la brochure
ainsi que l’étude qui est à la base de celles-ci se rapportent aux techniques d’application utilisées par les agriculteurs. Elles ne sont donc pas pertinentes pour les
particuliers. Il n’empêche que la sensibilisation de tous
les concernés, y compris les utilisateurs non-professionnels de produits phytopharmaceu-tiques et de
biocides, est reprise comme point d’action dans le
programme fédéral et qu’il est donc bien prévu de développer des initiatives à ce sujet.
3. De maatregelen aanbevolen in de brochure, evenals de studie die er de basis van vormt, hebben betrekking op spuittechnieken die door landbouwers worden
toegepast. Voor huishoudens zijn ze hoegenaamd niet
relevant. Dit neemt niet weg dat bewustmaking van
alle betrokkenen, dus ook van de niet-professionele
gebruikers van gewasbeschermingsmiddelen en biociden, opgenomen is als een actiepunt in het federaal
programma en dat hierrond dus wel degelijk initiatieven zullen worden ontwikkeld.
Pensions
Pensioenen
DO 2004200504126
DO 2004200504126
Question no 98 de Mme Annick Saudoyer du 29 avril
2005 (Fr.) au ministre de l’Environnement et des
Pensions :
Vraag nr. 98 van mevrouw Annick Saudoyer van
29 april 2005 (Fr.) aan de minister van Leefmilieu
en Pensioenen :
Pensions au taux ménage.
Gezinspensioenen.
Dans l’état actuel de la législation relative aux
pensions des travailleurs salariés et des travailleurs
indépendants, une pension au taux ménage ne peut
être allouée qu’au travailleur marié dont le conjoint
n’exerce aucune activité professionnelle (sauf dans les
limites autorisées), ne bénéficie pas d’une pension de
retraité ou de survie ou d’une indemnité pour cause de
maladie, d’invalidité ou de chômage.
In de huidige stand van de wetgeving betreffende de
pensioenen van werknemers en zelfstandigen kan een
gezinspensioen uitsluitend worden toegekend aan een
gehuwde werknemer wiens echtgenoot geen enkele
beroepsactiviteit uitoefent (dit mag enkel binnen
bepaalde grenzen) en geen rustpensioen, overlevingspensioen of een uitkering voor ziekte, invaliditeit of
werkloosheid geniet.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18956
Il s’en déduit que si le conjoint d’un pensionné bénéficie, par exemple, d’une allocation de chômage, ne
fut-ce que pour un seul jour, la pension de retraite sera
calculée au taux isolé pour tout le mois considéré.
Hieruit kan worden afgeleid dat wanneer de echtgenoot van een gepensioneerde bijvoorbeeld — al is het
voor een dag — werkloosheidsuitkering ontvangt, het
rustpensioen voor de hele betrokken maand volgens
het tarief voor alleenstaanden wordt berekend.
Le conjoint du bénéficiaire d’une pension est tenu de
déclarer son activité professionnelle à l’Office national
des pensions (ONP) ou à l’Institut national d’assurances sociales pour travailleurs indépendants (INASTI).
Si les revenus de son activité professionnelle restent
dans les limites autorisées pour une année civile, la
pension calculée au taux ménage est maintenue.
De echtgenoot van een gepensioneerde moet zijn
beroepsactiviteiten aangeven bij de Rijksdienst voor
Pensioenen (RVP) of het Rijksinstituut voor de sociale
verzekeringen der zelfstandigen (RSVZ). Indien de
inkomsten uit de beroepsactiviteiten voor een kalenderjaar binnen de toegestane grenzen blijven, blijft
men het pensioen berekenen als gezinspensioen.
Pourriez-vous communiquer les raisons qui justifient, dans le chef de deux conjoints, la distinction qui
est ainsi opérée entre, d’une part, le cumul autorisé
d’une pension au taux ménage avec un plafond de
revenu professionnel et, d’autre part, le cumul non
autorisé d’une même pension avec une allocation
sociale ?
Kunt u ons meedelen waarom er in het geval van
twee echtgenoten een onderscheid wordt gemaakt tussen de toegestane cumulatie van een gezinspensioen
met een begrensd beroepsinkomen enerzijds, en de
niet-toegestane cumulatie van eenzelfde pensioen met
een sociale uitkering anderzijds ?
Il me semble logique que si l’on autorise le cumul
d’une pension de retraite avec un certain montant de
revenus professionnels, le même raisonnement doit
être suivi en ce qui concerne un revenu de remplacement.
Als men de cumulatie van een rustpensioen met een
bepaald bedrag aan beroepsinkomsten toestaat, zou
men logischerwijze toch dezelfde redenering moeten
volgen wanneer het een vervangingsinkomen betreft ?
Réponse du ministre de l’Environnement et des
Pensions du 23 décembre 2005, à la question no 98 de
Mme Annick Saudoyer du 29 avril 2005 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Leefmilieu en
Pensioenen van 23 december 2005, op de vraag nr. 98
van mevrouw Annick Saudoyer van 29 april 2005
(Fr.) :
En réponse à sa question, j’ai l’honneur de faire
savoir à l’honorable membre ce qui suit.
In antwoord op haar vraag, heb ik de eer het
geachte lid het volgende mee te delen.
Les pensions de retraite et de survie ne sont payables
que si les intéressés n’exercent pas d’activité professionnelle.
De rust- en overlevingspensioenen zijn slechts uitbetaalbaar indien de gerechtigden geen beroepsactiviteit
uitoefenen.
Une activité professionnelle, ne dépassant pas
certaines limites de revenus, est néanmoins compatible
avec le paiement total ou partiel de la pension.
Een beroepsactiviteit, waarvan de inkomsten
bepaalde grensbedragen niet overschrijden, kan evenwel samengaan met de gehele of gedeeltelijke betaling
van pensioen.
Par contre, aucune disposition ne permet en effet de
cumuler le paiement de la pension avec, par exemple,
le bénéfice d’indemnités de chômage, de maladie ou
d’invalidité, ce cumul étant purement et simplement
interdit, quel que soit le montant de ces indemnités,
même si elles font suite et découlent d’une activité
professionnelle autorisée.
Daarentegen bestaat er geen enkele bepaling die de
cumulatie toestaat van de betaling van een pensioen
met bijvoorbeeld het genot van werkloosheidsuitkeringen, van ziekte- of invaliditeitsvergoedingen. De
cumulatie van een pensioen met dergelijke uitkeringen
verboden is, ongeacht het bedrag van de uitkeringen,
zelfs indien ze voorvloeien uit een toegelaten beroepsactiviteit.
Lorsque le travailleur salarié a perçu au cours d’un
mois un revenu de remplacement, la pension doit être
suspendue durant tout ce même mois.
Indien de gepensioneerde werknemer in de loop van
een maand een vervangingsinkomen heeft genoten,
moet het pensioen geschorst worden tijdens die
maand.
De manière similaire, lorsqu’il s’agit d’un bénéficiaire marié, la pension de retraite ne peut être attribuée au taux de ménage, qu’à la condition que le
Dezelfde regeling geldt voor een gerechtigde die
gehuwd is. Het gezinspensioen kan dan pas toegekend
worden op voorwaarde dat de echtgenoot elke be-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18957
conjoint ait cessé toute activité professionnelle ou, s’il
la poursuit, qu’il respecte les limites de revenus professionnels autorisés.
roepsactiviteit heeft stopgezet of, indien de beroepsactiviteit wordt voortgezet, dat de inkomsten de vastgestelde grenzen niet overschrijden.
Si, au cours d’une année civile, le conjoint exerce
une activité, dont les revenus dépassent un tant soit
peu la limite autorisée, la pension ne peut être payée
qu’au taux d’isolé durant l’année entière. Par contre,
s’il bénéficie d’une prestation de sécurité sociale, ne
fut-ce que durant un seul jour, la pension est réduite au
taux isolé durant tout le mois considéré.
Indien in de loop van een burgerlijk jaar de echtgenoot een activiteit uitoefent waarvan de inkomsten de
vastgestelde grensbedragen overschrijden, wordt het
pensioen als alleenstaande betaald voor het volledige
jaar. Indien de echtgenoot echter een sociale uitkering
geniet, zelfs voor één enkele dag, dan wordt het
pensioen teruggebracht tot het bedrag als alleenstaande voor de betrokken maand.
Cette différentiation dans la manière de réglementer
le cumul d’une pension de travailleur salarié avec ces
deux types de revenus s’explique par leur nature
fondamentalement différente. Les revenus professionnels résultent d’une activité entreprise volontairement
et, n’étant en rien à charge de la collectivité, sont de ce
fait tolérés dans une certaine mesure, tandis qu’aux
seconds s’applique le principe général d’interdiction
du bénéfice de deux types de revenus de remplacement
pour une même période.
Dit verschil in behandeling in de reglementering
voor de cumulatie van een pensioen als werknemer
met de twee types van inkomsten is gebaseerd op hun
fundamenteel verschillende aard. De beroepsinkomsten vloeien voort uit een vrijwillig uitgevoerde activiteit en zijn niet ten laste van de gemeenschap en
worden derhalve binnen bepaalde grenzen toegestaan.
In het andere geval geldt echter het algemene principe
dat een gerechtigde geen twee types van vervangingsinkomens voor eenzelfde periode kan genieten.
DO 2004200504767
DO 2004200504767
Question no 108 de M. Koen Bultinck du 8 juillet 2005
(N.) au ministre de l’Environnement et des
Pensions :
Vraag nr. 108 van de heer Koen Bultinck van 8 juli
2005 (N.) aan de minister van Leefmilieu en
Pensioenen :
Droit à une pension de retraite anticipée. — Condition
de carrière minimale. — Travailleurs salariés et
travailleurs indépendants. — Discrimination.
Recht op vervroegd rustpensioen. — Loopbaanvoorwaarde. — Werknemers en zelfstandigen. — Discriminatie.
Depuis la réforme des pensions de 1997, la condition de carrière minimale imposée pour l’ouverture du
droit à une pension de retraite anticipée était identique
dans le régime des travailleurs salariés et dans celui des
travailleurs indépendants. La loi-programme du
27 décembre 2004 a apporté une modification au texte
légal du régime des travailleurs salariés mais pas à
celui des travailleurs indépendants. La modification
du texte légal du régime des travailleurs salariés donne
à l’Office national des pensions la base légale lui
permettant d’appliquer la nouvelle règle de totalisation des périodes étrangères avec les périodes belges.
En vertu de cette nouvelle règle, les années de carrière
belges sont additionnées aux années de carrière européennes et bilatérales pour vérifier si la condition de
carrière minimale est remplie. Cette nouvelle règle ne
peut pas être appliquée dans le régime des travailleurs
indépendants, ce qui entraı̂ne une discrimination entre
les travailleurs salariés et les travailleurs indépendants.
L’Institut national d’assurances sociales pour travailleurs indépendants peut totaliser soit les années belges
Sinds de pensioenhervorming van 1997 was de loopbaanvoorwaarde gesteld voor de opening van het recht
op een vervroegd rustpensioen identiek in de pensioenregeling voor werknemers en zelfstandigen. Met de
programmawet van 27 december 2004 werd een wetswijziging doorgevoerd in de regeling voor werknemers
maar niet in de regeling voor zelfstandigen. De wetswijziging in het stelsel der werknemers geeft aan de
Rijksdienst voor pensioenen de wettelijke basis om de
nieuwe regeling inzake samentelling van de buitenlandse en Belgische periodes toe te passen. In deze
nieuwe regeling worden Belgische loopbaanjaren
samengeteld met Europese en bilaterale jaren om na te
gaan of aan de loopbaanvoorwaarde voldaan is. Deze
nieuwe regeling kan voor zelfstandigen niet toegepast
worden met een discriminatie tussen werknemers en
zelfstandigen tot gevolg. Het Rijksinstituut voor de
sociale verzekeringen der zelfstandigen mag ofwel
Belgische jaren met Europese samentellen ofwel Belgische met bilaterale. Bovendien is door deze verschillende behandeling de rechtszekerheid niet gewaar-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18958
et européennes, soit les années belges et bilatérales. De
plus, cette différence de traitement ne garantit pas la
sécurité juridique dans le cas d’une carrière mixte
comme travailleur salarié et indépendant.
borgd in het geval van een gemengde loopbaan als
werknemer en zelfstandige.
Le dernier rapport annuel du Service de médiation
Pensions (2004) dénonce cette discrimination. Le
Collège des Médiateurs recommande d’adapter dans
les meilleurs délais les textes légaux dans le régime des
travailleurs indépendants pour permettre dans le
régime de pension des travailleurs indépendants la
même totalisation des années de carrière belges avec
les années de carrière étrangères, que celle opérée dans
le régime des travailleurs salariés. Le collège recommande de donner le même effet rétroactif que celui
prévu dans le régime des travailleurs salariés.
In het jongste jaarverslag van de Ombudsdienst
Pensioenen (2004) wordt deze discriminatie aangeklaagd. Het college van ombudsmannen adviseert om
zo spoedig mogelijk de wetteksten in het stelsel der
zelfstandigen aan te passen zodat in de pensioenregeling voor de zelfstandigen dezelfde samentelling van de
Belgische loopbaanjaren met loopbaanjaren in het buitenland mogelijk gemaakt wordt als deze in de werknemersregeling. Het College beveelt aan om hieraan
dezelfde terugwerkende kracht te verlenen als in de
regeling voor werknemers.
1. Êtes-vous au courant de cette discrimination ?
1. Bent u op de hoogte van deze discriminatie ?
2.
a) Avez-vous déjà pris des initiatives pour supprimer
cette discrimination ?
2.
a) Heeft u al initiatieven genomen om deze discriminatie weg te werken ?
b) Dans l’affirmative, suivrez-vous la recommandation du Service de médiation Pensions ?
b) Zo ja, volgt u de aanbeveling van de Ombudsdienst Pensioenen ?
c) Dans la négative, quelles sont vos motivations ?
c) Zo neen, wat is uw motivatie ?
Réponse du ministre de l’Environnement et des
Pensions du 22 décembre 2005, à la question no 108 de
M. Koen Bultinck du 8 juillet 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Leefmilieu en
Pensioenen van 22 december 2005, op de vraag nr. 108
van de heer Koen Bultinck van 8 juli 2005 (N.) :
En réponse à sa question, j’ai l’honneur de faire
savoir à l’honorable membre que la matière en question relève de la compétence du ministre des Classes
moyennes. (Question no 104 du 27 décembre 2005.)
In antwoord op zijn vraag, heb ik de eer het geachte
lid mee te delen dat de betreffende materie behoort tot
de bevoegdheid van de minister van Middenstand.
(Vraag nr. 104 van 27 december 2005.)
DO 2004200504792
DO 2004200504792
Question no 110 de M. Koen Bultinck du 12 juillet
2005 (N.) au ministre de l’Environnement et des
Pensions :
Vraag nr. 110 van de heer Koen Bultinck van 12 juli
2005 (N.) aan de minister van Leefmilieu en
Pensioenen :
Cumul d’une pension avec une activité professionnelle. — Limites de revenus.
Cumulatie pensioen met een beroepsactiviteit. —
Inkomensgrenzen.
En matière de limites de revenus pour le cumul
d’une pension avec une activité professionnelle, il
existe une distinction illicite entre les pensionnés relevant du régime des travailleurs indépendants et ceux
relevant des autres régimes (travailleurs salariés et
secteur public). En effet, une nouvelle règle a été introduite à partir du 1er janvier 2002 dans le régime des
travailleurs indépendants, qui déroge au principe de
base des limites par année civile. Cette distinction
écorne la sécurité juridique et entraı̂ne des problèmes
supplémentaires lorsque le pensionné a une carrière
mixte comme indépendant et salarié ou fonctionnaire.
Pour la même activité, sa pension sera payable dans un
régime et non payable dans l’autre. Dans le rapport
Inzake de inkomensgrenzen voor de cumulatie van
een pensioen met een beroepsactiviteit bestaat een ongeoorloofd onderscheid tussen gepensioneerden in de
regeling voor zelfstandigen en in de andere regelingen
(werknemer en openbare sector). Sinds 1 januari 2002
is er immers in de regeling voor zelfstandigen een
nieuwe regel ingevoegd die afwijkt van het basisprincipe van de grenzen per kalenderjaar. Dit onderscheid
tast de rechtszekerheid aan en levert extra problemen
op wanneer de gepensioneerde een gemengde loopbaan heeft als zelfstandige en werknemer of ambtenaar. Voor dezelfde activiteit zal zijn pensioen in de
ene regeling wel en in de andere regeling niet betaalbaar zijn. In het jaarverslag van 2004 klaagt de Om-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18959
annuel 2004, le Service de médiation Pensions dénonce
cette situation injustifiée. Le Collège des Médiateurs
recommande d’appliquer les mêmes limites de revenus
en matière d’activité professionnelle autorisée dans
tous les régimes de pensions, que ce soit par année ou
par partie d’année, de façon à ce que tous les pensionnés soient traités de la même manière.
budsdienst Pensioenen deze onrechtvaardige situatie
aan. Het College van Ombudsmannen adviseert om in
alle pensioenregelingen dezelfde inkomensgrenzen
voor de toegelaten beroepsactiviteit in te voeren, ofwel
per jaar ofwel per gedeelte van een jaar, zodat alle
gepensioneerden gelijk behandeld worden.
1. Avez-vous déjà pris des initiatives afin
d’appliquer dans tous les régimes de pensions les
mêmes limites de revenus en matière d’activité professionnelle autorisée ?
1. Werden reeds initiatieven genomen om in alle
pensioenregelingen dezelfde inkomensgrenzen voor de
toegelaten beroepsactiviteiten in te voeren ?
2. Dans la négative, quelles sont vos motivations ?
2. Zo neen, wat is uw motivatie ?
Réponse du ministre de l’Environnement et des
Pensions du 20 décembre 2005, à la question no 110 de
M. Koen Bultinck du 12 juillet 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Leefmilieu en
Pensioenen van 20 december 2005, op de vraag nr. 110
van de heer Koen Bultinck van 12 juli 2005 (N.) :
En réponse à sa question, j’ai l’honneur de communiquer au l’honorable membre ce qui suit.
In antwoord op zijn vraag, heb ik de eer het geachte
lid het volgende mee te delen.
Dans le régime de pension des travailleurs salariés,
il est tenu compte du plafond annuel pour le cumul
d’une activité professionnelle avec une pension de
travailleur salarié, sauf si la pension n’a pas été attribuée pour une année civile complète. Dans ce cas, le
plafond annuel est multiplié par une fraction dont le
dénominateur est 12 et le numérateur est égal au
nombre de mois couverts par le droit à pension (article 64, § 3, 3e alinéa de l’arrêté royal du 21 décembre
1967 portant règlement général du régime de pension
de retraite et de survie des travailleurs salariés).
In de pensioenregeling voor werknemers wordt voor
de cumulatie van een beroepsactiviteit en een werknemerspensioen, rekening gehouden met de jaargrens,
behalve wanneer het pensioen niet voor een volledig
kalenderjaar is toegekend. In dit geval wordt de jaargrens vermenigvuldigd met een breuk waarvan de
noemer 12 is en de teller gelijk is aan het aantal maanden die door het recht op pensioen zijn gedekt (artikel 64 § 3, 3e lid van het koninklijk besluit 21 december 1967 tot vaststelling van het algemeen reglement
betreffende het rust- en overlevingspensioen voor
werknemers).
Il existe des règles semblables dans les régimes de
pension des travailleurs indépendants et du secteur
public.
Er bestaan gelijkaardige regelingen in de pensioenstelsels van de zelfstandigen en van de openbare sector.
Dans le régime de pension des travailleurs indépendants, on a instauré à partir du 1er janvier 2002 une
nouvelle règle qui déroge au principe de base des
plafonds par année civile et aux règles dans le régime
de pension des travailleurs salariés et du secteur
public.
In de pensioenregeling voor zelfstandigen werd met
ingang van 1 januari 2002 een nieuwe regel ingevoerd
die afwijkt van het basisprincipe van de grenzen per
kalenderjaar en van de regelingen in het pensioenstelsel van de werknemers en van de openbare sector.
Lorsque l’activité professionnelle débute et/ou
prend fin au cours d’une année civile les montants que
les revenus professionnels ne peuvent pas dépasser
sont multipliés par une fraction dont le dénominateur
est 12 et le numérateur égal au nombre de mois
d’activité professionnelle couverts par le droit à la
pension (article 107, § 3, C, alinéa 2 de l’arrêté royal
du 22 décembre 1967 portant règlement général relatif
à la pension de retraite et de survie des travailleurs
indépendants tel qu’il a été modifié par l’arrêté royal
du 14 novembre 2002 avec effet au 1er janvier 2002).
Wanneer de beroepsbezigheid in de loop van een
kalenderjaar aanvangt en/of wordt stopgezet, worden
de bedragen die de beroepsinkomsten niet mogen
overschrijden, vermenigvuldigd met een breuk waarvan de noemer 12 is en de teller gelijk is aan het aantal
maanden van beroepsbezigheid die door het recht op
het pensioen zijn gedekt (artikel 107, § 3, C, tweede lid
van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en
overlevingspensioen der zelfstandigen, zoals gewijzigd
bij koninklijk besluit van 14 november 2002 met uitwerking op 1 januari 2002).
Cette disposition vise donc une situation particulière, c’est-à-dire celle d’une activité professionnelle
qui n’est pas exercée sur toute l’année civile, et conduit
Deze bepaling beoogt dus een specifieke situatie,
met name deze van een beroepsactiviteit die niet wordt
uitgeoefend gedurende het gehele kalenderjaar. Inge-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18960
à comparer le revenu professionnel perçu à la limite de
revenus autorisée calculée au prorata du nombre de
mois au cours desquels l’activité a été exercée.
volge daarvan moet men het ontvangen beroepsinkomen vergelijken met de toegelaten inkomensgrens
berekend in verhouding tot het aantal maanden
waarin de activiteit werd uitgeoefend.
En cas de dépassement de 15 % au moins de la limite
ainsi calculée, la pension est suspendue pour les mois
d’activité. Le paiement est maintenu pour les mois au
cours desquels aucune activité n’a été exercée.
Bij een overschrijding met minstens 15 % van de
aldus berekende grens, wordt het pensioen opgeschort
voor de maanden waarin de bezigheid werd uitgeoefend. Het pensioen blijft uitbetaald voor de maanden
waarin geen enkele activiteit werd uitgeoefend.
Je voudrais en tout cas relativiser quelque peu votre
question, dans le sens que lorsque l’activité recouvre
toute l’année, la limite de revenus utilisée dans les trois
différents régimes de pensions est identique.
Ik zou uw vraagstelling in ieder geval enigszins
willen nuanceren, in die zin dat indien de activiteit
over het gehele jaar loopt, de gehanteerde inkomensgrens in de drie verschillende pensioenregelingen identiek is.
Ce n’est que lorsque l’activité n’est pas exercée
pendant toute l’année qu’une différence est en effet
perceptible entre les trois régimes de pension.
Het is enkel wanneer de activiteit niet gedurende het
hele jaar wordt uitgeoefend dat is er inderdaad een
verschil merkbaar tussen de drie pensioenregelingen.
Les administrations de pension ont été chargées
d’étudier cette problématique.
De pensioenadministraties werden belast met een
onderzoek van deze problematiek.
DO 2004200504960
DO 2004200504960
Question no 119 de M. Geert Lambert du 5 août 2005
(N.) au ministre de l’Environnement et des
Pensions :
Vraag nr. 119 van de heer Geert Lambert van 5 augustus 2005 (N.) aan de minister van Leefmilieu en
Pensioenen :
Régime de pension du personnel des compagnies
aériennes.
Pensioenstelsel voor luchtvaartpersoneel.
Ces dernières semaines, j’ai rencontré à plusieurs
reprises des anciens travailleurs du secteur aérien.
Après avoir perdu leur emploi, notamment auprès de
la Sabena, bon nombre de ces travailleurs ont pu
retrouver du travail, souvent dans les transports
aériens mais aussi dans une multitude d’autres
secteurs. Un grand nombre de personnes exerçaient
une profession à risques dans le secteur aérien. Ainsi,
les hôtesses de l’air et les stewards sont considérés
comme des personnes effectuant un métier à risques, à
juste titre d’ailleurs.
De afgelopen weken kwam ik meermaals in contact
met ex-werknemers uit de luchtvaartsector. Na het
jobverlies bij onder meer Sabena, zijn er al heel wat
mensen terug aan het werk kunnen gaan, dikwijls in
de luchtvaart maar tevens in een waaier van andere
sectoren. Een groot aantal personen oefende binnen de
luchtvaartsector een risicovol beroep uit. Stewards en
stewardessen bijvoorbeeld worden beschouwd als
personen die een risicoberoep uitoefenen, terecht
natuurlijk.
Or, les personnes qui ont exercé une telle profession
à risques sont confrontées à un problème lorsqu’elles
acceptent d’exercer une profession « ordinaire » après
la fin abrupte de leur carrière dans le secteur aérien. En
effet, en optant pour un emploi « normal », elles
perdent des droits importants en matière de pension,
qu’elles avaient accumulés au fil des ans. Tout à coup,
elles devront travailler bien plus longtemps avant de
pouvoir prendre leur retraite ou avant de pouvoir
bénéficier d’une pension complète. Les anciens travailleurs à risques du secteur aérien comprennent parfaitement qu’ils ne peuvent plus constituer des droits
spéciaux à partir du moment où ils n’exercent plus une
profession à risques. Ils se demandent néanmoins
Voor mensen die zulk een risicoberoep hebben uitgeoefend treedt er echter een probleem op wanneer zij
zich engageren voor de uitoefening van een « gewoon »
beroep na hun abrupt beëindigde carrière in de luchtvaart. Door te kiezen voor een « normale » job raken ze
immers een belangrijk opgebouwd pensioenrecht
kwijt. Ze zullen plots veel langer moeten werken voordat ze op pensioen kunnen gaan of het volledige
pensioen kunnen trekken. Ex-risico-luchtvaartwerknemers begrijpen natuurlijk dat ze geen speciale rechten meer kunnen opbouwen wanneer ze geen risicoberoep meer uitoefenen. Ze vragen zich wel af
waarom ze alle rechten die ze tijdens de uitoefening
van hun risicoberoep verkregen kwijtraken bij het aan-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18961
pourquoi ils perdent tous les droits qu’ils ont acquis
durant l’exercice de leur profession à risques en acceptant un emploi « ordinaire ». Car en fin de compte, ils
ont quand même supporté ces risques durant toutes ces
années.
1. Êtes-vous au courant de cette situation ?
vaarden van een « gewone » job. Ten slotte hebben ze
immers het risico al die jaren gedragen.
1. Is u op de hoogte van deze situatie ?
2. Envisagez-vous de prendre des mesures dans un
proche avenir afin de mieux respecter les intérêts des
travailleurs concernés ?
2. Plant u in de nabije toekomst eventueel maatregelen waardoor er meer recht gedaan kan worden aan
de belangen van de beschreven werknemers ?
Réponse du ministre de l’Environnement et des
Pensions du 20 décembre 2005, à la question no 119 de
M. Geert Lambert du 5 août 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Leefmilieu en
Pensioenen van 20 december 2005, op de vraag nr. 119
van de heer Geert Lambert van 5 augustus 2005 (N.) :
En réponse à sa question, j’ai l’honneur de faire
savoir à l’honorable membre ce qui suit.
In antwoord op zijn vraag, heb ik de eer het geachte
lid het volgende mee te delen.
Un grand nombre de stewards et d’hôtesses de l’exSabena ont, après la faillite, repris une activité, soit
dans le secteur de l’aviation auprès d’autres compagnies, soit dans d’autres secteurs.
Een groot aantal stewards en stewardessen van exSabena zijn na het faillissement terug aan de slag
gegaan, deels in de luchtvaart bij andere maatschappijen, deels in andere sectoren.
Ces travailleurs ne perdent pas nécessairement le
bénéfice des droits en matière de pension précédemment constitués en qualité de membre du personnel
navigant de l’aviation civile.
Deze werknemers verliezen niet noodzakelijk hun
eerdere als lid van het vliegend personeel van de
burgerluchtvaart opgebouwde pensioenrechten.
L’arrêté royal du 3 novembre 1969 réglementant le
régime de pension pour le personnel navigant, prévoit
certaines dispositions dérogeant à la réglementation
générale s’appliquant aux travailleurs salariés :
Het koninklijk besluit van 3 november 1969 dat de
pensioenregeling voor de burgerluchtvaart vaststelt,
voorziet in een aantal bepalingen die afwijken van de
algemene regeling voor werknemers :
— les stewards et hôtesses obtiennent un tantième
préférentiel (34èmes au lieu de 45èmes) s’ils prouvent
une activité habituelle et en ordre principal en
qualité de personnel navigant durant au moins 23
ans;
— stewards en stewardessen bekomen een preferentieel tantième (34sten in plaats van 45sten) mits het
bewijs van een gewone en hoofdzakelijke tewerkstelling als vliegend personeel gedurende ten minste 23 jaar;
— indépendamment du nombre d’années prestées
dans l’aviation, l’âge de la pension est fixé à 55 ans
et la pension est calculée compte tenu d’un
montant plafond maximum des rémunérations,
qui est 50 % plus élevé que le plafond ordinaire des
rémunérations s’appliquant aux travailleurs salariés.
— ongeacht het aantal in de luchtvaart gepresteerde
jaren, is de pensioenleeftijd vastgesteld op 55 jaar
en wordt het pensioen berekend op een maximum
loonplafond, dat 50 % hoger ligt dan het gewone
loonplafond toepasselijk voor werknemers.
Ce régime préférentiel est financé par des cotisations
complémentaires versées tant par les compagnies
aériennes que par le personnel salarié concerné.
Deze preferentiële regeling wordt gefinancierd door
aanvullende bijdragen gestort zowel door de luchtvaartmaatschappijen als door de betrokken werknemers.
Lorsque, après une occupation durant 23 ans dans
l’aviation, une hôtesse est ensuite occupée dans un
autre secteur, celle-ci conserve pour ces périodes le
dénominateur préférentiel de 34èmes, ou, en d’autres
mots, elle peut, si elle le désire, obtenir à 55 ans sa
pension calculée à raison de 23/34èmes,
Wanneer een stewardess, na 23 jaar tewerkstelling
in de luchtvaart, vervolgens in een andere sector wordt
tewerkgesteld, behoudt zij voor deze tijdvakken de
voordelige breuk in 34sten, of, met andere woorden op
55 jaar kan ze, indien ze dat wenst, een pensioen bekomen berekend in 23/34sten.
Ce n’est que si l’occupation dans l’aviation civile
n’atteint pas la durée précitée de 23 ans, que la pension
sera calculée à raison de 45èmes (pour les femmes en
Enkel indien de tewerkstelling in de burgerluchtvaart de voormelde duur van 23 jaar niet bereikt, zal
het pensioen berekend worden in 45sten (voor de vrou-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18962
44èmes à partir du 1er janvier 2006 et en 45èmes à partir
du 1er janvier 2009).
welijke gerechtigden in 44sten vanaf 1 januari 2006 en
in 45en vanaf 1 januari 2009).
L’âge de la pension (55 ans) et le plafond plus élevé
restent par contre d’application.
De pensioenleeftijd (55 jaar) en het verhoogd loonplafond blijven evenwel ongewijzigd.
En ce moment, je n’envisage aucune modification
sur ce point spécifique.
Ik overweeg op dit moment geen aanpassingen op
dit specifieke punt.
DO 2005200606009
DO 2005200606009
Question no 123 de M. Francis Van den Eynde du
19 octobre 2005 (N.) au ministre de
l’Environnement et des Pensions :
Vraag nr. 123 van de heer Francis Van den Eynde van
19 oktober 2005 (N.) aan de minister van Leefmilieu en Pensioenen :
Médiateur des pensions. — Permanence dans certaines
villes.
Ombudsman van de pensioenen. — Terbeschikkingstelling van het publiek in bepaalde steden.
Il me revient que les citoyens pourront dorénavant
consulter le médiateur des pensions chaque dernier
vendredi du mois dans les locaux du Service de médiation de la ville de Gand.
Ik verneem dat voortaan de ombudsman van de
pensioenen elke laatste vrijdag van de maand op de
Stedelijke Ombudsdienst van Gent ter beschikking van
het publiek zal zijn.
1. Une telle permanence sera-t-elle également organisée dans d’autres villes ?
1. Zal dit ook in andere steden gebeuren ?
2. Dans l’affirmative, lesquelles ?
2. Zo ja, in welke steden ?
3. Comment ces villes ont-elles été sélectionnées ?
3. Hoe werden deze steden geselecteerd ?
Réponse du ministre de l’Environnement et des
Pensions du 22 décembre 2005, à la question no 123 de
M. Francis Van den Eynde du 19 octobre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Leefmilieu en
Pensioenen van 22 december 2005, op de vraag nr. 123
van de heer Francis Van den Eynde van 19 oktober
2005 (N.) :
En réponse à sa question, j’ai l’honneur de communiquer à l’honorable membre ce qui suit.
In antwoord op zijn vraag, heb ik de eer het geachte
lid het volgende mee te delen.
L’arrêté royal du 27 avril 1997 instaurant un service
de médiation pensions dispose dans son article 9 que
dans les limites de leur compétence, les membres du
Service de médiation ne reçoivent des instructions
d’aucune autorité.
Het koninklijk besluit van 27 april 1997 tot instelling van een ombudsdienst pensioenen bepaalt in artikel 9 dat binnen de grenzen van hun ambt de ombudspersonen van geen enkele overheid instructies ontvangen.
Ceci signifie entre autres que le service de médiation
pensions, à l’instar de tout service de médiation institutionnel, agit en toute indépendance.
Dit betekent onder meer dat de ombudsdienst
pensioenen, zoals elke institutionele ombudsdienst, in
alle onafhankelijkheid optreedt.
L’initiative de Gand constitue un projet-test qui fera
l’objet d’une évaluation au terme d’une année.
Het initiatief in Gent is een proefproject dat na een
jaar geëvalueerd wordt.
Si le test s’avère concluant, ce qui signifie que le
seuil d’accessibilité est réellement abaissé et donc
amélioré pour les citoyens, le service de médiation
pensions étendra l’initiative à d’autres grandes villes
du pays.
Als het project aanslaat, dit wil zeggen dat de drempel voor de burgers effectief verlaagt, wil de ombudsdienst pensioenen het initiatief uitbreiden naar meerdere grote steden van het land.
Étant donné que le projet-test ne fait que démarrer,
qu’il ne sera pas nécessairement maintenu ou étendu, il
est prématuré de pouvoir faire un choix entre d’autres
grandes villes pouvant entrer en ligne de compte, ainsi
qu’entre les critères présidant à leur sélection.
Vermits het proefproject nog maar net gestart is en
niet noodzakelijk behouden blijft of uitgebreid wordt,
is het nog te vroeg om een keuze te kunnen maken tussen andere steden die in aanmerking komen alsook de
criteria voor hun selectie vast te leggen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18963
Ministre de l’Emploi
Minister van Werk
DO 2004200505012
DO 2004200505012
Question no 340 de Mme Annemie Turtelboom du
1er septembre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 340 van mevrouw Annemie Turtelboom van
1 september 2005 (N.) aan de minister van
Werk :
Chefs de ménage de familles monoparentales sans
emploi.
Werkloze gezinshoofden van eenoudergezinnen.
Les familles monoparentales sont de plus en plus
nombreuses. En Belgique, près d’une femme sur dix
entre 18 et 44 ans est chef de ménage d’une famille
monoparentale. Il ressort d’une étude du « Steunpunt
Werkgelegenheid » que la position sur le marché du
travail de ces femmes isolées avec enfants est nettement
moins favorable que celle des mères qui cohabitent
avec un partenaire, alors que les premières sont chefs
de ménage.
Eenoudergezinnen vormen een snel groeiende
gezinspositie. In België staat bijna een op de tien vrouwen tussen 18 en 44 jaar aan het hoofd van een eenoudergezin. Uit een studie van het Steunpunt Werkgelegenheid blijkt dat de arbeidsmarktpositie van deze
alleenstaanden met kinderen ondanks het feit dat ze
gezinshoofd zijn doorgaans veel minder gunstig is dan
die van moeders die samenwonen met een partner.
Il est remarquable de constater qu’à peine la moitié
des mères isolées (52,3 %) a un emploi rémunéré. C’est
surtout à Bruxelles et en Wallonie que le taux
d’activité de ces femmes est très bas mais, dans certaines villes flamandes comme Anvers, Genk et Gand
également, le nombre de mères isolées ayant un emploi
rémunéré dépasse à peine 50 %. Cette situation est
symptomatique des problèmes qui se posent en
matière d’accueil des enfants et des pièges financiers et
non-financiers à l’emploi.
Opmerkelijke vaststelling is dat amper de helft van
de alleenstaande moeders (52,3 %) een betaalde baan
heeft. Vooral in Brussel en Wallonië ligt de werkzaamheidsgraad van deze vrouwen laag. Maar ook in een
aantal Vlaamse steden als Antwerpen, Genk en Gent
heeft nauwelijks meer dan de helft van de alleenstaande moeders betaald werk. Een en ander legt
enkele pijnpunten bloot aangaande problematiek van
kinderopvang en financiële en niet-financiële werkloosheidsvallen.
1. Au vu des conclusions de cette étude relative au
nombre de chefs de ménage de familles monoparentales sans emploi, envisagez-vous de faire procéder à
une analyse plus détaillée des éléments concrets qui
sont à la base de ce taux de chômage élevé ?
1. Zal u naar aanleiding van deze resultaten over
het aantal werkloze gezinshoofden van eenoudergezinnen een verdere analyse laten doorvoeren die de concrete redenen van de hoge werkloosheidsgraad moet
aantonen ?
2. Le manque de structures d’accueil y est-il pour
quelque chose, selon vous ?
2. In welke mate acht u het gebrek aan kinderopvang verantwoordelijk voor deze situatie ?
3.
a) Le taux de chômage élevé s’explique-t-il en partie
par l’existence de pièges financiers et nonfinanciers à l’emploi ?
3.
a) Wordt de hoge werkloosheidsgraad mede verklaard door financiële en niet-financiële werkloosheidsvallen ?
b) Dans l’affirmative, lesquels ?
b) Zo ja, welke ?
4. Quelles initiatives comptez-vous prendre pour y
remédier ?
4. Welke initiatieven neemt u om hieraan te remediëren ?
5. Votre politique sera-t-elle à l’avenir plus attentive à la catégorie des chefs de ménage de familles
monoparentales sans emploi, plus particulièrement en
ce qui concerne la réduction du taux de chômage de
ces personnes ?
5. Zal de groep van werkloze gezinshoofden van
eenoudergezinnen in de toekomst bijzondere aandacht
krijgen in uw beleid meer in het bijzonder met het oog
op het reduceren van de werkloosheidsgraad bij deze
mensen ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18964
Réponse du ministre de l’Emploi du 20 décembre
2005, à la question no 340 de Mme Annemie Turtelboom du 1er septembre 2005 (N.) :
Je connais les résultats de l’étude du « Steunpunt
Werkgelegenheid » en ce qui concerne le taux
d’activité des mères isolées.
Il est possible que des problèmes relatifs à la garde
des enfants peuvent, pour cette catégorie de travailleurs, constituer un obstacle pour trouver un emploi
convenable.
Dans la réglementation du chômage, le travailleur
isolé qui cohabite, avec enfants à charge, est considéré
comme un travailleur ayant charge de famille. La
conséquence est qu’il/elle a, pour toute la durée de son
chômage complet, droit à des allocations à 60 % du
salaire reçu dans le passé, ou au minimum pour les
travailleurs ayant charge de famille. Ces travailleurs ne
peuvent non plus, en raison de leur statut de travailleur ayant charge de famille, être suspendus pour
chômage de longue durée.
Beaucoup de ces mères isolées avec enfants bénéficient d’une pension alimentaire pour leurs enfants et
souvent pour elles-mêmes aussi.
Le fait de recommencer à travailler peut avoir pour
conséquence une réduction des rentes alimentaires
accordées ou la perte complète de leur propre rente
alimentaire.
S’il s’agit de femmes peu qualifiées, qui ne peuvent
donc espérer qu’un salaire modeste si elles recommencent à travailler, il est possible qu’il s’agit d’un piège à
l’emploi. Recommencer à travailleur peut en effet
conduire à une réduction du revenu net de la famille,
d’autant plus si ces femmes doivent également assumer
des coûts liés à la garde des enfants.
Dans le passé, l’incitant à la recherche active d’un
emploi était minime pour certaines de ces chômeuses.
Aujourd’hui, ces chômeuses sont elles aussi reprises
par l’ONEm dans la procédure de suivi du comportement de recherche. Tant que les résultats de cette
approche ne sont pas suffisamment fiables pour ce
groupe spécifique, j’estime qu’il n’est pas opportun de
prendre des mesures supplémentaires.
Antwoord van de minister van Werk van 20 december 2005, op de vraag nr. 340 van mevrouw Annemie
Turtelboom van 1 september 2005 (N.) :
Ik ken de resultaten van de studie van het
« Steunpunt Werkgelegenheid » wat betreft de activiteitsgraad van de alleenstaande moeders.
Het is mogelijk dat problemen met betrekking tot de
kinderopvang voor deze categorie werknemers een
hinderpaal kunnen zijn om een geschikte baan te
vinden.
De alleenstaande werknemer die samenwoont met
kinderen ten laste wordt in de werkloosheidsreglementering beschouwd als werknemer met gezinslast.
Als gevolg daarvan heeft hij/zij gedurende de ganse
duur van zijn/haar volledige werkloosheid recht op
uitkeringen aan 60 % van het loon dat in het verleden
verdiend werd of aan het minimum voor werknemers
met gezinslast. Deze werknemers kunnen in hoofde
van hun statuut van werknemer met gezinslast ook
niet geschorst worden wegens langdurige werkloosheid.
Veel van deze alleenstaande moeders met kinderen
genieten onderhoudsgeld voor hun kinderen en vaak
ook voor henzelf.
Terug aan het werk gaan kan tot gevolg hebben dat
de toegekende onderhoudsuitkeringen verminderd
worden, of, wat hun eigen onderhoudsuitkering
betreft, dat ze volledig verloren gaat.
Als ze laag gekwalificeerd zijn en dus maar op een
bescheiden loon kunnen hopen als ze terug aan de slag
gaan, is er hier mogelijks sprake van een werkloosheidsval. Opnieuw aan het werk gaan kan immers
voor gevolg hebben dat het netto-inkomen van het
gezin daalt, zeker als er ook kosten voor kinderopvang
moeten gemaakt worden.
In het verleden was de stimulans, om actief naar
werk te zoeken, voor sommige van deze werklozen
gering.
Vandaag worden ook deze werklozen, in functie
van het aanspreken van de onderscheiden leeftijdsgroepen, opgenomen in de procedure van opvolging
van het zoekgedrag door de RVA. Zolang de resultaten van deze aanpak niet voldoende betrouwbaar zijn
voor deze specifieke groep meen ik dat het niet wenselijk is bijkomende maatregelen te nemen.
DO 2004200505049
DO 2004200505049
Question no 342 de Mme Greet Van Gool du 8 septembre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 342 van mevrouw Greet Van Gool van
8 september 2005 (N.) aan de minister van
Werk :
Werkloosheid. — Moederschapsverlof. — Procedure.
Zwangere vrouwen hebben recht op vijftien weken
moederschapsverlof : één week verplicht verlof vóór de
Chômage. — Congé de maternité. — Procédure.
Les femmes enceintes ont droit à un congé de maternité de quinze semaines, dont une semaine à prendre
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18965
obligatoirement avant la date présumée de l’accouchement et neuf semaines immédiatement après la
naissance. Les cinq semaines restantes peuvent être
réparties selon les désirs de l’intéressée. Les chômeuses
enceintes bénéficient des mêmes droits.
vermoedelijke bevallingsdatum en negen weken verplicht na de geboorte. De overige vijf weken zijn vrij te
kiezen. Ook werkloze zwangere vrouwen genieten dit
recht.
Pour pouvoir bénéficier d’une indemnité de maternité, la femme enceinte est tenue d’en faire la demande
auprès de sa mutualité. Les chômeuses doivent en
outre faire compléter des documents par l’ONEm.
Om recht te krijgen op een moederschapsuitkering
moet een zwangere vrouw een uitkeringsaanvraag
doen bij haar mutualiteit. Werkloze werkneemsters
dienen eveneens formulieren te laten invullen door de
RVA.
Après le congé d’accouchement, elles doivent répéter la même — double — procédure administrative
pour rouvrir le droit aux allocations de chômage.
L’ONEm, tout comme l’INAMI, réclament dès lors
des documents administratifs.
Na de periode van moederschapsrust dienen zij, om
het recht op werkloosheid opnieuw te openen, deze
dubbele administratieve molen opnieuw te doorlopen.
Dus zowel voor de RVA als voor het RIZIV zijn administratieve documenten vereist.
Pourquoi des documents séparés doivent-ils être
complétés par l’ONEm lors de la demande de
l’indemnité d’accouchement ?
Waarom moeten er evenwel aparte documenten
voor de RVA ingevuld worden bij de aanvraag van de
uitkering voor moederschapsverlof ?
L’INAMI ne pourrait-il pas demander les données
relatives au chômage à l’ONEm ?
Het RIZIV kan de gegevens omtrent werkloosheid
toch ook opvragen bij de RVA ?
Un meilleur échange d’informations entre les différentes institutions de sécurité sociale, entre l’ONEm et
l’INAMI en particulier, devrait permettre de simplifier
la procédure de manière significative.
Door een betere gegevensuitwisseling tussen de verschillende instellingen van sociale zekerheid, en dan
vooral tussen de RVA en het RIZIV, zou deze procedure dan ook sterk vereenvoudigd kunnen worden.
Il est évident que les possibilités d’application de la
déclaration multifonctionnelle et de la Banquecarrefour de la sécurité sociale permettent un tel croisement de données.
De toepassingsmogelijkheden van de multifunctionele aangifte en de kruispuntbank van de sociale
zekerheid maken dergelijke koppeling zeker mogelijk.
1. Qu’en est-il de ce croisement de données ?
2. Permettrait-il
évoqués ci-dessus ?
de
remédier
problémes
2. Worden de geschetste problemen daardoor verholpen ?
Réponse du ministre de l’Emploi du 20 décembre
2005, à la question no 342 de Mme Greet Van Gool du
8 septembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk van 20 december 2005, op de vraag nr. 342 van mevrouw Greet Van
Gool van 8 september 2005 (N.) :
Tant dans l’assurance maladie que dans l’assurance
chômage, la personne qui prétend à des allocations
doit demander ces allocations. Dans les deux cas, la
demande doit se faire auprès des organismes qui paieront les allocations. Ces organismes ont un propre rôle
à jouer dans la sécurité sociale.
Zowel in de ziekteverzekering als in de werkloosheidsverzekering moet de persoon die aanspraak
maakt op uitkeringen die uitkeringen aanvragen. De
aanvraag moet in de beide gevallen gebeuren bij de
instellingen die de uitkeringen zullen uitbetalen. Die
instellingen hebben in de sociale zekerheid een eigen
rol te spelen.
La procédure normale pour un(e) chômeur/-se qui
demande des allocations de maladie-invalidité est
d’introduire sa demande auprès de l’organisme via
lequel il/elle souhaite recevoir les allocations. En cas
de congé de maternité, la même procédure est d’application. L’organisme concerné demandera alors par le
biais d’une feuille de renseignements à l’organisme de
paiement de la chômeuse les données nécessaires afin
de pouvoir verser à la chômeuse concernée les allocations auxquelles elle a droit.
De normale procedure voor een werkloze die aanspraak maakt op uitkeringen van de ziekte en invaliditeitsverzekering is dat die persoon een aanvraag
indient bij de instelling via welke hij/zij de uitkeringen
wenst te ontvangen. Bij zwangerschapsverlof geldt
dezelfde procedure. De aangesproken instelling zal
dan bij middel van een inlichtingenblad aan de uitbetalingsinstelling van de werkloze de nodige gegevens
opvragen teneinde de betrokken werkloze de uitkeringen te kunnen betalen waarop hij/zij recht heeft.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
aux
1. Hoever staat het met deze koppeling van gegevens ?
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18966
En principe, les services de l’Office national de
l’Emploi n’interviennent pas dans cette procédure.
De Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening komt in
principe niet tussen in deze procedure.
Si vous avez connaissance d’un cas où la personne
concernée a dû faire appel aux services de l’ONEm, il
ne peut s’agir que d’un cas où la procédure normale,
via l’organisme de paiement, ne pouvait pas être
suivie. Le cas où il y avait une contestation traitait
probablement du droit aux allocations de chômage.
Indien u weet heeft van een geval waarbij de betrokken persoon de RVA heeft moeten aanspreken, dan
kan het enkel gaan om een situatie waarbij de normale
procedure, via de uitbetalingsinstelling niet kon
gevolgd worden. Waarschijnlijk gaat het geval waarin
er een betwisting bestond over het recht op werkloosheidsuitkeringen.
À la fin du congé de maternité, et pour autant que la
chômeuse concernée est apte au travail, il est à
nouveau possible de prétendre à des allocations en tant
que chômeuse. La personne concernée doit à cet effet
introduire une demande via son organisme de paiement. La demande se fait par un formulaire C6, à
savoir une déclaration d’aptitude physique.
Aan het einde van het zwangerschapsverlof, en voor
zover de betrokken werkloze arbeidsgeschikt is kan er
opnieuw aanspraak gemaakt worden op uitkeringen
als werkloze. De betrokkene moet daartoe een aanvraag indienen via haar uitbetalingsinstelling. De aanvraag gebeurt met een formulier C6 zijnde een verklaring van lichamelijke geschiktheid.
Celle est la procédure normale où la personne
concernée redemande des allocations en tant que
chômeuse après une période d’incapacité de travail.
Dit is de normale procedure waarbij opnieuw uitkeringen aangevraagd worden als werkloze na een
periode van arbeidsongeschiktheid.
DO 2004200505243
DO 2004200505243
Question no 353 de Mme Hilde Vautmans du 30 septembre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 353 van mevrouw Hilde Vautmans van
30 september 2005 (N.) aan de minister van
Werk :
Emplois d’étudiant. — Recrutement en tant que
travailleurs ordinaires.
Tewerkstelling als jobstudent. — Aanwerving als
gewone werknemer.
Les étudiants qui ont achevé leurs études peuvent
encore travailler pendant 23 jours au cours des mois de
vacances suivants sous le régime du travail d’étudiant.
Dans la pratique, toutefois, il arrive régulièrement que
certaines entreprises soient à ce point satisfaites des
prestations des étudiants diplômés, qu’elles souhaitent
les engager après cette période comme salariés ordinaires. Lorsque l’engagement intervient juste après la
période d’emploi en tant qu’étudiant, l’employeur et le
travailleur perdent le droit au régime avantageux en
matière de travail des étudiants, sauf en cas de passage
à un autre trimestre entre les deux contrats ou s’il
s’agit d’une autre fonction clairement définie.
Studenten die afgestudeerd zijn mogen de daaropvolgende vakantiemaanden nog 23 dagen aan de slag
onder het regime van studentenarbeid. In de praktijk
blijkt echter regelmatig dat sommige bedrijven
dermate tevreden zijn van de prestaties van de (afgestudeerde) student dat ze hem of haar na deze periode
in dienst willen nemen als gewone werknemer.
Wanneer dit gebeurt aansluitend op de tewerkstelling
als jobstudent, verliezen werknemer en werkgever de
voordelige regeling inzake studentenarbeid, met uitzondering evenwel indien er een kwartaalwissel tussen
zit of indien het een duidelijk afgelijnde andere functie
is.
Il s’est avéré à diverses reprises que les entreprises
renoncent à engager l’étudiant immédiatement en tant
que salarié ordinaire à cause de ce régime ONSS défavorable.
Herhaaldelijk is gebleken dat bedrijven afzien van
hun voornemen om de student onmiddellijk te engageren als werknemer wegens deze nadelige RSZ-regeling.
1. Pourquoi les employeurs ne peuvent-ils pas engager des étudiants préalablement recrutés par le biais
d’un contrat de travail d’étudiant, comme salariés
immédiatement après le contrat d’occupation
d’étudiant, sans perdre les avantages du régime ONSS
du travail d’étudiant ?
1. Waarom is het voor werkgevers onmogelijk om
personen die ze eerst hebben geëngageerd via een arbeidsovereenkomst in het kader van studentenarbeid
onmiddelijk daarop volgend aan te werven als werknemer zonder de voordelige RSZ-regeling van de studentenarbeid te verliezen ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18967
2. S’indique-t-il de conserver ce régime compte tenu
de la problématique du chômage des jeunes ?
2. Heeft het zin deze regeling nog langer vol te
houden rekening houdend met de problematiek van de
jongerenwerkloosheid ?
3.
a) Envisagez-vous d’adapter cette réglementation de
sorte que les employeurs puissent engager immédiatement en tant que salariés les étudiants recrutés
sous contrat d’étudiant ?
3.
a) Overweegt u deze regeling aan te passen zodat
werkgevers mensen die ze engageren via een arbeidsovereenkomst voor studenten onmiddellijk
daarop volgend kunnen aanwerven als werknemer ?
b) Dans l’affirmative, quel calendrier prévoyez-vous
d’appliquer ?
b) Zo ja, welke timing stelt u voorop ?
c) Dans la négative, pourquoi ne jugez-vous pas utile
de remédier à ce problème ?
c) Zo neen, waarom acht u het niet wenselijk om dit
probleem te remediëren ?
Réponse du ministre de l’Emploi du 20 décembre
2005, à la question no 353 de Mme Hilde Vautmans du
30 septembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk van 20 december 2005, op de vraag nr. 353 van mevrouw Hilde
Vautmans van 30 september 2005 (N.) :
Comme vous le savez, le nouveau règlement en
matière de travail d’étudiant est entré en vigueur le
1er juillet 2005, et ce par le biais de la Loi-programme
du 11 juillet 2005. Un premier arrêté royal y afférent
est paru récemment, à savoir le 30 novembre 2005 au
Moniteur belge.
Zoals u weet trad op 1 juli 2005 de nieuwe regeling
omtrent de studentenarbeid in werking, en dit door
middel van de Programmawet van 11 juli 2005. Een
eerste koninklijk besluit daartoe verscheen recentelijk
op 30 november 2005 in het Belgisch Staatsblad.
En effet, les étudiants qui viennent de terminer leurs
études peuvent, dans les mois d’été qui suivent
(jusques et y compris le 30 septembre), travailler sous
contrat d’étudiant. Contrairement à ce que vous suggérez dans votre question, les employeurs ont bel et bien
la possibilité de recruter d’abord sous contrat
d’étudiant les étudiants qui viennent de quitter l’école
et de passer ensuite à un contrat de travail normal,
sans que cela n’entraı̂ne la perte du bénéfice du règlement ONSS avantageux pour le travail d’étudiant. Il
ne peut en effet être question de priver de jeunes diplômés d’un emploi à part entière, a fortiori compte tenu
du problème du chômage des jeunes.
Studenten die afgestudeerd zijn kunnen in de daaropvolgende zomermaanden (tot en met 30 september)
inderdaad nog 23 dagen werken met een studentenovereenkomst. Het is — in tegenstelling tot wat u in
uw vraagstelling suggereert — zeker wel mogelijk
voor werkgevers om schoolverlaters eerst aan te
werven met een studentenovereenkomst en vervolgens
onmiddellijk daarna over te gaan op een gewone arbeidsovereenkomst zonder dat daardoor de voordelige
RSZ-regeling wegvalt inzake studentenarbeid. Het kan
immers niet de bedoeling zijn om schoolverlaters de
mogelijkheid op een volwaardige job te ontzeggen,
zeker gezien het probleem van de jongerenwerkloosheid.
Cependant, la condition est qu’il doit s’agir d’une
fonction clairement différente. La logique derrière cela
est en effet qu’autrement, le contrat d’étudiant est
utilisé abusivement comme une période d’essai bon
marché, ce qui ne peut être l’objectif recherché. La loi
sur les contrats de travail prévoit une période d’essai
explicite et l’objectif ne peut être de prolonger celle-ci
de 23 jours de travail d’étudiant uniquement pour les
jeunes qui quittent l’école.
Voorwaarde is wel dat het om een duidelijk verschillende functie dient te gaan. De redenering hierachter is namelijk dat de studentenovereenkomst anders
misbruikt wordt als een goedkope proefperiode wat
niet de bedoeling kan zijn. De wet op de arbeidsovereenkomsten voorziet een duidelijke proefperiode en
het kan niet het opzet zijn om deze enkel en alleen
voor schoolverlaters te verlengen met 23 dagen studentenarbeid.
Votre remarque relative au changement de trimestre
concerne un ancien règlement qui n’est plus d’application.
Uw bemerking over de kwartaalwissel betreft een
oude regeling die niet meer van toepassing is.
Je pense dès lors que la réglementation actuelle est
suffisamment claire et qu’elle offre aux étudiants toute
la sécurité voulue pour se protéger contre une utilisation illégitime du travail d’étudiant en tant que période
d’essai.
Ik denk dus dat de huidige reglementering
voldoende duidelijk is en afdoende zekerheid biedt aan
studenten om zich te beschermen tegen een onrechtmatig gebruik van de studentenarbeid als proefperiode.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18968
DO 2004200504759
DO 2004200504759
Question no 356 de M. Bart Tommelein du 7 juillet
2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 356 van de heer Bart Tommelein van 7 juli
2005 (N.) aan de minister van Werk :
Chômeurs qui démarrent une activité d’indépendant.
— Formulaire C54E.
Werklozen die een zelfstandige activiteit opstarten. —
Formulier C54E.
En principe, les bénéficiaires d’une allocation de
chômage ne peuvent travailler pour leur propre
compte. Une exception est prévue pour les chômeurs
qui démarrent une activité d’indépendant.
In principe mag iemand die een werkloosheidsuitkering geniet, niet werken voor eigen rekening. Er
bestaat een uitzondering voor werklozen die een zelfstandige activiteit opstarten.
Dans la mesure où il est admis que les indépendants
ne réalisent pas encore de bénéfices au cours des
premiers mois de leur nouvelle activité, ils peuvent
exercer un nombre limité d’activités pendant une
période maximale de six mois. Ces activités sont fixées
limitativement. Il s’agit des études de faisabilité du
projet envisagé, de l’aménagement de locaux, de
l’installation de matériel et l’établissement des contacts
nécessaires à la mise en œuvre du projet.
Omdat aangenomen wordt dat zelfstandigen in de
eerste maanden waarin ze hun zaak opstarten nog
geen winst maken, mogen zij gedurende maximaal zes
maanden een beperkt aantal activiteiten uitoefenen.
Deze zijn limitatief vastgelegd. Het gaat om studies
betreffende de haalbaarheid van het vooropgestelde
project, het inrichten van lokalen en het aanleggen van
het materiaal en het leggen van contacten nodig voor
de inwerkingstelling van het project.
Pour bénéficier de cet avantage, un chômeur doit
compléter le formulaire C54E auprès de son organisme
de paiement des allocations de chômage.
Wil een werkloze dit voordeel genieten dan moet hij
of zij het formulier C54E invullen bij zijn of haar uitkeringsinsteling.
1. À combien de reprises le formulaire C54E a-t-il
été utilisé l’année dernière ?
1. Hoeveel maal werd het afgelopen jaar gebruik
gemaakt van het formulier C54E ?
2. Combien de fois l’administration a-t-elle été
confrontée à des litiges relatifs à des indépendants
débutants qui dépassaient le nombre d’activités autorisées ?
2. Hoe vaak werd de administratie geconfronteerd
met betwistingen inzake starters die meer deden dan
het aantal toegelaten activiteiten ?
3. Estimez-vous la période de six mois suffisamment longue ?
3. Acht u de periode van zes maanden voldoende
lang ?
4. Jugez-vous opportun d’étendre la liste des activités autorisées ?
4. Acht u een uitbreiding van de toegelaten activiteiten opportuun ?
Réponse du ministre de l’Emploi du 23 décembre
2005, à la question no 356 de M. Bart Tommelein du
7 juillet 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk van 23 december 2005, op de vraag nr. 356 van de heer Bart
Tommelein van 7 juli 2005 (N.) :
1. L’Office national de l’Emploi ne dispose pas de
chiffres précis relatifs à ce type de demandes. Une estimation permet d’en évaluer le nombre pour le pays à
quelques milliers de cas par an. Le nombre de déclarations C 45 E a certes tendance à augmenter.
1. De Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening beschikt
niet over precieze cijfers met betrekking tot dit type
aanvragen. Een steekproef laat toe het aantal voor het
land op jaarbasis te schatten op een paar duizend
gevallen. Het aantal aangiften C45E vertoont wel een
stijgende tendens.
2. Il n’existe pas non plus de chiffres exacts sur le
nombre de litiges en la matière. Il est toutefois certain
que le pourcentage est réduit.
2. Ook over het aantal betwistingen bestaat geen
exact cijfer. Het staat evenwel vast dat het om een
gering percentage gaat.
3. Outre les formules d’octroi souple de crédit et
d’accompagnement via le Fonds de participation qui
existent depuis longtemps, le gouvernement a décidé
récemment d’accorder un soutien supplémentaire aux
chômeurs qui souhaitent s’installer comme indépendants et notamment aux jeunes. Mon département
prépare la réglementation pour prévoir un type parti-
3. Naast de sinds lang bestaande formules van
soepele kredietverstrekking en begeleiding via het
Participatiefonds, heeft de regering onlangs beslist
bijkomende ondersteuning te verstrekken aan werklozen die zich als zelfstandige wensen te vestigen, onder
meer aan jongeren. Mijn departement bereidt regelgeving voor om te voorzien in een bijzonder type over-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18969
culier de contrat pour les entrepreneurs débutants, en
« activant » l’allocation de chômage. Pour les débutants de moins de 30 ans, le contrat de solidarité entre
générations prévoit un élargissement du soutien :
eenkomst voor startende ondernemers, met « activering » van de werkloosheidsuitkering. Voor starters
jonger dan 30 jaar voorziet het generatiepact immers
in een uitbreiding van de ondersteuning door :
a) en octroyant, durant la phase de préparation,
pendant au maximum 6 mois, une l’allocation
d’attente;
a) gedurende maximum 6 maanden een wachtuitkering toe te kennen tijdens de voorbereidingsfase;
b) en permettant de cumuler ces allocations avec
l’indemnité de frais mensuelle de 375 euros, déjà
en vigueur;
b) deze cumuleerbaar te maken met de maandelijkse
onkostenvergoeding van 375 euro die reeds
bestond;
c) en doublant le prêt sans intérêt jusqu’à 4 500 euros
et
c) de renteloze lening te verdubbelen naar 4 500 euro
en
d) en prolongeant la phase d’accompagnement.
d) de begeleidingsfase te verlengen.
Par ces mesures, le gouvernement souhaite encourager le passage à une activité indépendante et augmenter les chances de réussite.
Met deze maatregelen wil de regering de overstap
naar een zelfstandige activiteit aanmoedigen en de
slaagkansen verhogen.
DO 2005200606044
DO 2005200606044
Question no 361 de M. Guy D’Haeseleer du
20 octobre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 361 van de heer Guy D’Haeseleer van
20 oktober 2005 (N.) aan de minister van Werk :
Départements et parastataux. — Fonctionnaires. —
Régimes de départ anticipé.
Departementen en parastatalen. — Ambtenaren. —
Vervroegde uittredingstelsels.
Les fonctionnaires des ministères et des parastataux
peuvent également recourir aux régimes de départ
anticipé.
Ambtenaren kunnen binnen de ministeries en parastatalen ook een beroep doen op vervroegde uittredingstelsels.
1.
a) Quels régimes de départ sont actuellement prévus
au sein de votre département ou des parastataux
relevant de votre compétence ?
1.
a) Welke uittredingstelsels bestaan er momenteel
binnen uw departement of de parastatalen waarvoor u bevoegd bent ?
b) Pour quelle durée ces régimes ont-ils été conclus ?
b) Voor welke duur werden deze stelsels afgesloten ?
2.
a) Combien de fonctionnaires ont recouru à ces régimes au cours des cinq dernières années, par
régime, par sexe et par région ?
2.
a) Hoeveel ambtenaren maakten de jongste vijfjaar
gebruik van deze stelsels, opgesplitst per stelsel,
geslacht en gewest ?
b) Quel était le coût de ces régimes, par régime et par
région ?
b) Wat was de kostprijs van deze stelsels, opgesplitst
per stelsel en gewest ?
Réponse du ministre de l’Emploi du 23 décembre
2005, à la question no 361 de M. Guy D’haeseleer du
20 octobre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk van 23 december 2005, op de vraag nr. 361 van de heer Guy
D’haeseleer van 20 oktober 2005 (N.) :
Au SPF Emploi, Travail et Concertation sociale, et
au SPF Technologie de l’Information et de la Communication il n’existe aucun système spécifique de départ
anticipé qui déroge à la règle générale valable pour
tous les fonctionnaires fédéraux. Pour le reste, la question relève des attributions de mon collègue de la
Fonction publique. (Question no 164 du 20 octobre
2005, Questions et Réponses, Chambre, 2005-2006,
no 103, p. 18704.)
Bij de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal
Overleg, en bij de FOD Informatie- en Communicatietechnologie bestaat er geen specifiek stelsel van vervroegde uittreding dat afwijkt van de algemene regeling voor alle federale ambtenaren. Verder behoort de
vraag tot de bevoegdheid van mijn collega van Ambtenarenzaken. (Vraag nr. 164 van 20 oktober 2005,
Vragen en Antwoorden, Kamer, 2005-2006, nr. 103,
blz. 18704.)
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18970
DO 2005200606086
DO 2005200606086
Question no 363 de Mme Anne Barzin du 24 octobre
2005 (Fr.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 363 van mevrouw Anne Barzin van 24 oktober 2005 (Fr.) aan de minister van Werk :
Loi du 26 juin 2002 relative aux fermetures
d’entreprises. — Entrée en vigueur.
Wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de
ondernemingen. — Inwerkingtreding.
La loi du 26 juin 2002 relative aux fermetures
d’entreprises, n’est d’après le site Internet du Moniteur
belge, toujours pas en vigueur à l’heure actuelle.
Volgens de website van het Belgisch Staatsblad is de
wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de
ondernemingen nog steeds niet in werking getreden.
D’après l’article 90 de la loi précitée du 26 juin
2002, c’est au ministre de l’Emploi qu’il revient de
fixer la date d’entrée en vigueur de la loi.
Volgens artikel 90 van de voornoemde wet van
26 juni 2002 bepaalt de minister van Werk de datum
waarop die wet in werking treedt.
1. Pour quelles raisons la loi du 26 juin 2002 relative aux fermetures d’entreprises, n’est-elle pas encore
en vigueur plus de trois ans après sa publication au
Moniteur belge ?
1. Waarom is de wet van 26 juni 2002 betreffende
de sluiting van de ondernemingen meer dan drie jaar
na haar bekendmaking in het Belgisch Staatsblad nog
steeds niet in werking getreden ?
2. Quand pensez-vous pouvoir la faire entrer en
vigueur ?
2. Wanneer zal u de wet in werking doen treden ?
Réponse du ministre de l’Emploi du 20 décembre
2005, à la question no 363 de Mme Anne Barzin du
24 octobre 2005 (Fr.) :
Antwoord van de minister van Werk van 20 december 2005, op de vraag nr. 363 van mevrouw Anne
Barzin van 24 oktober 2005 (Fr.) :
La loi précitée du 26 juin 2002 prévoit que sa date
d’entrée en vigueur est fixée par le Roi. Cette entrée en
vigueur ne peut être envisagée que pour autant qu’une
série de mesures d’exécution soit adoptée simultanément.
De voornoemde wet van 26 juni 2002 bepaalt dat
haar datum van inwerkingtreding wordt vastgelegd
door de Koning. Deze inwerkingtreding kan echter
maar worden doorgevoerd voor zover gelijktijdig een
reeks uitvoeringsmaatregelen worden genomen.
À cette fin, début du mois de décembre 2002, un
certain nombre de commissions et sous-commissions
paritaires ont été consultées afin de savoir si elles
souhaitaient ou non maintenir, dans le cadre de la
nouvelle loi de 2002, les mesures sectorielles spécifiques (en matière d’information et d’exclusion du
champ d’application) qui avaient été adoptées sur la
base de l’ancienne réglementation.
Vandaar dat in het begin van december 2002 een
zeker aantal paritaire comités en subcomités geraadpleegd werden om na te gaan of zij al dan niet, in het
kader van de nieuwe wet van 2002, het behoud wensten van de specifieke sectorale maatregelen (betreffende informatie en uitsluiting uit het toepassingsgebied) die waren aangenomen op de basis van de oude
wetgeving.
Au terme de cette consultation, le Conseil national
du Travail fut saisi, le 17 décembre 2003, d’une
demande d’avis sur un projet d’arrêté exécutant la loi
du 26 juin 2002 ainsi que sur une série de questions qui
pouvaient nécessiter une modification de la loi du
26 juin 2002 et qui portaient, entre autre, sur la transposition de deux directives européennes ayant une
incidence sur la réglementation sur les fermetures d’entreprises. Il s’agit de :
Aan het einde van deze raadplegingsronde werd de
Nationale Arbeidsraad op 17 december 2003 om advies verzocht over een ontwerp van uitvoeringsbesluit
van de wet van 26 juni 2002 en over een aantal kwesties die een wijziging van de wet van 26 juni 2002
konden noodzakelijk maken en die onder andere
betrekking hadden op de omzetting van twee Europese
richtlijnen die een invloed hebben op de regelgeving
inzake sluiting van ondernemingen. Het gaat om :
— la directive 98/50/CE du Conseil du 29 juin 1998
modifiant la directive 77/187/CEE du Conseil du
14 février 1977 concernant le rapprochement des
législations des États membres relatives au maintien des droits des travailleurs en cas de transferts
d’entreprises, d’établissements ou de parties d’établissements (ces deux directives ont été codifiées
par la directive 2001/23/CE du Conseil du 12 mars
2001);
— de richtlijn 98/50/EG van de Raad van 29 juni
1998 tot wijziging van richtlijn 77/187/EEG van de
Raad van 14 februari 1977 inzake de onderlinge
aanpassing van de wetgevingen der lidstaten
betreffende het behoud van de rechten van de
werknemers bij overgang van ondernemingen,
vestigingen of onderdelen van vestigingen; deze
twee richtlijnen werden gecodificeerd door de
richtlijn 2001/23/EG van de Raad van 12 maart
2001;
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18971
— la directive 2002/74/CE du Parlement européen et
du Conseil du 23 septembre 2002 modifiant la
directive 80/987/CEE du Conseil du 20 octobre
1980 concernant le rapprochement des législations
des États membres relatives à la protection des
travailleurs en cas d’insolvabilité de l’employeur.
— de richtlijn 2002/74/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 september 2002 tot wijziging van de richtlijn 80/987/EEG van de Raad van
20 oktober 1980 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten inzake de
bescherming van de werknemers bij insolventie
van de werkgever.
Le Conseil national du Travail a rendu deux avis :
l’avis no 1513 du 4 mai 2005 concernant la modification de la loi du 26 juin 2002 relative aux fermetures
d’entreprises et l’avis no 1526 du 12 juillet 2005 sur le
projet d’arrêté royal portant exécution de la loi du
26 juin 2002 susmentionnée. Je précise que cet avis
no 1526 contenait également des propositions de modifications de la loi du 26 juin 2002 susmentionnée.
De Nationale Arbeidsraad heeft twee adviezen uitgebracht : advies nr. 1513 van 4 mei 2005 betreffende
de wijziging van de wet van 26 juni 2002 betreffende
de sluiting van de ondernemingen en advies nr. 1526
van 12 juli 2005 betreffende het ontwerp van koninklijk besluit tot uitvoering van voormelde wet van
26 juni 2002. Ik duid erop dat dit advies nr. 1526
eveneens voorstellen bevat tot wijzigingen van voormelde wet van 26 juni 2002.
Un avant-projet de loi a été rédigé par mon administration début septembre 2005. Celui-ci sera prochainement soumis au Conseil des ministres.
Een voorontwerp van wet werd begin september
2005 geredigeerd door mijn administratie. Dit zal weldra worden voorgelegd aan de Ministerraad.
Une fois adopté par le Conseil des ministres, cet
avant-projet pourra être envoyé au Conseil d’État
pour qu’il rende son avis dans un délai ne dépassant
pas un mois, en application de l’article 84, alinéa 1er,
1o, des lois coordonnées sur le Conseil d’État.
Eens dit voorontwerp zal zijn aangenomen door de
Ministerraad, zal het overgemaakt kunnen worden
aan de Raad van State voor advies binnen een termijn
die één maand niet overschrijdt, in toepassing van artikel 84, eerste lid, 1o van de gecoördineerde wetten op
de Raad van State.
En conséquence, la loi du 26 juin 2002 relative aux
fermetures d’entreprises ne pourra entrer en vigueur
que lorsque ce projet de loi sera adopté par le législateur. Je rappelle que cette entrée en vigueur ne pourra
avoir lieu que pour autant que simultanément un
arrêté royal fixant les modalités d’exécution de cette
loi soit adopté.
Vervolgens zal de wet van 26 juni 2002 betreffende
de sluiting van de ondernemingen pas in werking
kunnen treden wanneer dit wetsontwerp aangenomen
wordt door de wetgever. Ik herhaal dat deze inwerkingtreding pas plaats kan hebben voor zover er gelijktijdig een koninklijk besluit wordt genomen dat de uitvoeringsmodaliteiten van deze wet bepaalt.
DO 2005200606127
DO 2005200606127
Question no 365 de M. Servais Verherstraeten du
25 octobre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 365 van de heer Servais Verherstraeten van
25 oktober 2005 (N.) aan de minister van Werk :
Institutions publiques. — Fonctionnaires dirigeants.
— Statut.
Overheidsinstellingen. — Leidinggevenden. — Statuut.
À la suite de la réforme Copernic, un système de
mandats a été instauré dans la fonction publique fédérale. Ce système devait être instauré au sein des SPF
(Services publics fédéraux), mais également dans les
organismes parastataux et les établissements scientifiques.
Ingevolge Copernicus zijn bij het federaal openbaar
ambt de mandaten ingevoerd. Niet alleen bij de FOD’s
(Federale overheidsdiensten) maar ook bij de parastatalen en wetenschappelijke instellingen zouden die
moeten komen.
Or, on constate cependant que les mandats n’ont
pas été instaurés partout. Ils ne l’ont notamment pas
été dans différents organismes parastataux non
sociaux. De ce fait, il n’y a plus aucun rapport entre
l’importance de la fonction et la rémunération qui y est
associée.
In realiteit zien we echter dat de mandaten niet
overal werden ingevoerd, onder meer bij verschillende
niet-sociale parastatalen. Daardoor is er helemaal geen
verhouding meer tussen de functiezwaarte en de verloning van deze functies.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18972
Actuellement, la confusion est totale en ce qui
concerne le statut des différentes fonctionnaires dirigeants.
Het is echter totaal onduidelijk wie momenteel —
wat de leidinggevenden betreft — over welk statuut
beschikt.
1. Pouvez-vous donner un aperçu des différentes
institutions publiques (établissements scientifiques,
organismes parastataux, etc.) qui relèvent de votre
compétence ?
1. Kan u een overzicht geven van de verschillende
overheidsinstellingen (wetenschappelijke instelling,
parastatale, enzovoort) die onder uw bevoegdheid
vallen ?
2. Quel est le statut du fonctionnaire dirigeant et (le
cas échéant) du fonctionnaire dirigeant adjoint
(nommé à titre définitif, avec ou sans mandat, mandataire cf. Copernic, autres, ...) ?
2. Wat is het statuut van de leidinggevende en
adjunct-leidinggevende ambtenaar (indien aanwezig)
(vast benoemd, met of zonder mandaat, mandaathouder cf. Copernicus, andere, ...) ?
3. Quelle est l’échelle de traitement du fonctionnaire dirigeant et du fonctionnaire dirigeant adjoint du
niveau A, l’échelle de traitement spéciale ou l’échelle
de traitement en ce qui concerne les indemnités liées au
mandat ?
3. Wat is de weddeschaal van de leidinggevende en
adjunct-leidinggevende ambtenaar binnen niveau A,
bijzondere weddeschaal of weddeschaal binnen de
mandaatvergoedingen ?
4. Dans certaines institutions, la carrière des fonctionnaires dirigeants n’est pas encore adaptée à la
réforme Copernic.
4. Bij bepaalde instellingen is de loopbaan van de
leidinggevenden nog niet aangepast aan Copernicus.
Pourquoi n’a-t-on pas encore procédé à cette adaptation ?
Waarom werd zulks nog niet uitgevoerd ?
Réponse du ministre de l’Emploi du 23 décembre
2005, à la question no 365 de M. Servais Verherstraeten du 25 octobre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk van 23 december 2005, op de vraag nr. 365 van de heer Servais Verherstraeten van 25 oktober 2005 (N.) :
Veuillez trouver ci-après la réponse à la question
posée.
Gelieve hierna het antwoord op de gestelde vraag te
vinden.
1. Les institutions parastatales suivantes sont de ma
compétence : l’Office national de l’emploi, la Caisse
auxiliaire de paiement des allocations de chômage, le
Conseil national du travail et le Pool des marins de la
marine marchande.
1. Volgende parastatale instellingen ressorteren
onder mijn bevoegdheid : de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening, de Hulpkas voor werkloosheidsuitkeringen, de Nationale Arbeidsraad en de Pool van de
zeelieden ter koopvaardij.
Ci-dessous les réponses aux questions 2 et 3 par institution parastatale dans le même ordre que ci-dessus :
Hieronder de antwoorden op de vragen 2 en 3 per
parastatale instelling in dezelfde volgorde als hierboven vermeld :
— Le fonctionnaire dirigeant de l’ONEm et son
adjoint ont respectivement une fonction de mandat
d’administrateur général (classe 7) et d’administrateur général adjoint (classe 6). Cette pondération a
été publié au Moniteur belge du 29 avril 2004.
— De Leidend ambtenaar van de RVA en zijn adjunct
hebben respectievelijk een mandaatfunctie van
administrateur-generaal (klasse 7) en adjunctadministrateur-generaal (klasse 6). Deze weging werd
gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van
29 april 2004.
— Le titulaire de la fonction de management de
l’Office national de l’emploi dont la fonction est en
classe 7 reçoit un traitement de 146 224,75 euros, le
titulaire dont la fonction de management est en
classe 6 reçoit 127 028,75 euros et ceci en vertu de
l’arrêté royal du 11 juillet 2001 relatif à la pondération des fonctions de management et d’encadrement dans les services publics fédéraux et fixant
leur traitement (Moniteur belge de 22 mars 2004).
Ce montant a été établi à l’indice pivot 105,20. À
l’indice pivot actuel qui est de 138,01, ils correspondent respectivement à 117 600,70 euros et
— De titularis van de managementfunctie klasse 7 bij
de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening ontvangt
een wedde van 146 224,75 euro, deze van de managementfunctie klasse 6 ontvangt 127 028,75 euro
en dit krachtens het koninklijk besluit van 11 juli
2001 betreffende de weging van de managementen staffuncties in de federale overheidsdiensten en
tot vaststelling van hun wedde (Belgisch Staatsblad
van 22 mars 2004). Deze bedragen zijn gebonden
aan de spilindex 105,20. Aan de huidige spilindex
dit is 138,01 stemmen ze respectievelijk overeen
met 117 600,70 euro en 102 162,41 euro. Hetgeen
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18973
102 162,41 euros. Ce qui donne à l’indice actuel
(1,3728) le traitement annuel brut suivant : 161 442
et 140 248 euros.
aan de huidige index (1,3728) de volgende brutojaarwedden geeft : 161 442 en 140 248 euro.
— Le statut du fonctionnaire dirigeant et du fonctionnaire dirigeant adjoint de la Caisse auxiliaire de
paiement des allocations de chômage est celui
d’une fonction de mandat, conformément à l’arrêté
royal du 30 novembre 2003 relatif à la désignation,
à l’exercice et à la pondération des fonctions de
management dans les institutions publiques de
sécurité sociale.
— Het statuut van Leidend ambtenaar en van
adjunct-leidend ambtenaar van de Hulpkas voor
Werkloosheidsuitkeringen is dat van mandaathouder, overeenkomstig het koninklijk besluit van
30 november 2003 betreffende de aanduiding, de
uitoefening en de weging van de managementfuncties in de openbare instellingen van sociale zekerheid.
— L’arrêté royal du 2 avril 2004 relatif à la pondération des fonctions de management dans les institutions publiques de sécurité sociale et fixant le traitement y afférent détermine le traitement et les
échelles de traitement du fonctionnaire dirigeant et
du fonctionnaire dirigeant adjoint de la Caisse
auxiliaire de paiement des allocations de chômage.
— Het koninklijk besluit van 2 april 2004 betreffende
de -weging van de managementfuncties in de openbare instellingen van sociale zekerheid en tot vaststelling van de eraan verbonden wedde bepaalt de
weddenschalen van de Leidend en adjunct-leidend
ambtenaar van de Hulpkas voor werkloosheidsuitkeringen.
— Pour le Conseil national du travail les dirigeants
sont le président, le secrétaire et le secrétaire
adjoint, tous nommés par arrêté royal.
— Bij de Nationale Arbeidsraad zijn de
-leidinggevenden de voorzitter, de secretaris en de
adjunct-secretaris, allen benoemd bij koninklijk
besluit.
— Aussi bien le président que le secrétaire jouissent
de l’échelle de traitement 16 B, le secrétaire adjoint
jouit de l’échelle de traitement 16 A.
— Zowel de voorzitter als de secretaris -genieten de
weddenschaal 16 B, de adjunct-secretaris geniet de
weddenschaal 16 A.
— En ce qui concerne le Pool des marins de la marine
marchande, le statut du fonctionnaire dirigeant est
imprécis. Il n’est pas prévu que la fonction dirigeante devienne un mandat. Dans ce cas l’ancienne
réglementation reste d’application. La fonction est
actuellement remplie par l’octroi de fonctions
supérieures et ceci depuis déjà 11 ans. Un fonctionnaire dirigeant adjoint n’est pas prévu.
— Bij de Pool van de zeelieden ter koopvaardij is het
onduidelijk wat het statuut van de Leidend Ambtenaar is. De invulling van het leidinggevend ambt is
niet voorzien bij wijze van een mandaat. Bij
gebreke hieraan blijft de vroegere regeling overeind. De functie is momenteel ingevuld door toekenning van hogere functies en dit reeds gedurende
11 jaar. Een adjunct-leidend ambtenaar is niet
voorzien.
L’échelle de traitement du chef de service appartient à la classe A 3. Dès que l’arrêté relatif aux
échelles de traitement particulières sera publié,
l’échelle de traitement du chef de service sera intégré à l’échelle A 32 (si moins de 14 ans ancienneté
pécuniaire) et à l’échelle A 33 (si plus de 14 ans
ancienneté pécuniaire).
De weddenschaal van de leidinggevende behoort
tot klasse A 3. Nadat het desbetreffende besluit
betreffende de bijzondere weddenschalen gepubliceerd wordt, zal de weddenschaal van de leidinggevende worden vastgesteld in schaal A 32 (indien
minder dan 14 jaar geldelijke anciënniteit) en in
schaal A 33 (indien meer dan 14 jaar geldelijke
anciënniteit).
4. En ce qui concerne l’Office national de l’emploi
les arrêtés royaux du 11 juillet 2001 et du 9 mars 2004
sont indépendants des arrêté royal du 5 mai 2002 et du
4 augustus 2004 concernant la réforme des carrières
« Copernic ». Les mandats d’administrateur général et
d’administrateur général adjoint sont actuellement
vacants à la Caisse auxiliaire de paiement des allocations de chômage. La procédure de désignation est en
cour. Les réformes « Copernic » ne s’appliquent pas au
Conseil national du travail et au Pôle des marins de la
marine marchande.
4. Wat de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening
betreft zijn de koninklijk besluit’s van 11 juli 2001 en
van 9 maart 2004 niet afhankelijk van de koninklijk
besluit’s van 5 september 2002 en van 4 augustus 2004
betreffende de « Copernicus »-hervorming van de loopbanen. De mandaten van Administrateur-generaal en
adjunct-administrateur-generaal zijn momenteel
vacant bij de Hulpkas voor werkloosheidsuitkeringen.
De procedure van aanduiding is lopend. Bij de Nationale Arbeidsraad en de Pool van de zeelieden ter koopvaardij zijn de « Copernicus »-hervormingen niet van
toepassing.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18974
DO 2005200606147
DO 2005200606147
Question no 366 de Mme Annemie Turtelboom du
4 novembre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 366 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) aan de minister van Werk :
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
Les questions suivantes se posent quant au recours à
des travailleurs intérimaires par les cabinets :
Met betreking tot het inschakelen van uitzendkrachten op kabinetten rijzen volgende vragen :
1. A-t-on envisagé au sein de votre cabinet de faire
appel à des travailleurs intérimaires au cours de la
présente législature ?
1. Werd tijdens deze legislatuur op uw kabinet
overwogen om een beroep te doen op uitzendkrachten ?
2. Dans l’affirmative, pour quel motif concret ?
2. Zo ja, wat was daarvoor de concrete aanleiding ?
3. Avez-vous effectivement fait appel à des travailleurs intérimaires ou en employez-vous encore actuellement ?
3. Heeft u op uw kabinet daadwerkelijk een beroep
gedaan op uitzendkrachten of wordt er momenteel nog
een beroep op gedaan ?
4. Dans l’affirmative, combien de travailleurs intérimaires ont-ils travaillé ou travaillent-ils encore à
votre cabinet ?
4. Zo ja, hoeveel uitzendkrachten waren of zijn op
uw kabinet aan het werk ?
5. En quelle qualité sont-ils engagés et à quelles
tâches sont-ils affectés ?
5. In welke hoedanigheid zijn ze aan de slag en voor
welke taken worden ze ingezet ?
6. Envisagez-vous de faire appel à l’avenir à des
travailleurs intérimaires au sein de votre cabinet ?
6. Overweegt u in de toekomst een beroep te doen
op het inzetten van uitzendkrachten op uw kabinet ?
Réponse du ministre de l’Emploi du 23 décembre
2005, à la question no 366 de Mme Annemie Turtelboom du 4 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk van 23 december 2005, op de vraag nr. 366 van mevrouw Annemie
Turtelboom van 4 november 2005 (N.) :
Je me réfère à la réponse du ministre de la Fonction
publique. (Question no 167 du 4 novembre 2005,
Questions et Réponses, Chambre, 2005-2006, no 104,
p. 18933.)
Ik verwijs naar het antwoord van de minister van
Ambtenarenzaken. (Vraag nr. 167 van 4 november
2005, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2005-2006,
nr. 104, blz. 18933.)
DO 2005200606247
DO 2005200606247
Question no 380 de Mme Annemie Turtelboom du
17 novembre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 380 van mevrouw Annemie Turtelboom van
17 november 2005 (N.) aan de minister van
Werk :
Obésité. — Bien-être au travail. — Maladies. —
Accompagnement préventif.
Zwaarlijvige mensen. — Welzijn op het werk. —
Ziekten. — Preventieve begeleiding.
L’obésité relève non seulement de la santé publique
mais a également une incidence sur le fonctionnement
et le bien-être de l’individu au travail. En raison de
leur maladie, les personnes obèses ne peuvent pas
toujours exécuter leur travail dans des conditions
confortables. Dans le cadre du bien-être au travail,
cette donnée devrait, dans la mesure du possible, être
prise en considération. Les travailleurs qui courent le
risque de contracter certaines maladies à cause de leur
obésité, devraient bénéficier d’un accompagnement
préventif. L’absentéisme pour cause de maladie
Obesitas is niet alleen een probleem van volksgezondheid, maar heeft ook gevolgen voor iemands
functioneren en welzijn op het werk. Zwaarlijvige
mensen worden soms door deze aandoening verhinderd om hun job op een comfortabele manier uit te
voeren. In het kader van het welzijn op het werk is het
aangeraden dat er in de mate van het mogelijke rekening wordt gehouden met dit gegeven. Werknemers
die door obesitas het risico lopen om bepaalde ziekten
te krijgen, worden best preventief begeleid. Ziekteverzuim is immers zowel voor de betrokkenen zelf, als
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18975
entraı̂ne, pour les intéressés comme pour les employeurs, un coût élevé qui peut par ailleurs donner lieu à
de nombreux désagréments.
voor hun werkgevers een kostelijke zaak die tevens tot
heel wat ongemakken kan leiden.
1. Les analyses de risques réalisées dans le cadre du
bien-être au travail tiennent-elles également compte
des conséquences de l’obésité pour le travailleur
concerné lors de l’exercice de son travail ?
1. Wordt in het maken van risicoanalyses in het
kader van het welzijn op het werk ook rekening
gehouden met de gevolgen van obesitas op de uitoefening van de job door de betrokken werknemer ?
2.
a) Dans le cadre du bien-être au travail, des mesures
sont-elles prises pour les personnes obèses afin
d’éviter qu’elles ne subissent des désagréments
dans l’exercice de leur travail ?
2.
a) Worden in het kader van het welzijn op het werk
maatregelen genomen voor zwaarlijvige personen
die kunnen helpen voorkomen dat zij hinder ondervinden bij het uitoefenen van hun job ?
b) Dans l’affirmative, lesquelles ?
b) Zo ja, welke ?
3.
a) Les patients obèses sont-ils informés par des
conseillers en prévention des risques réels qu’ils
courent de contracter certaines maladies, comme le
diabète par exemple ?
3.
a) Worden zwaarlijvige patiënten door preventieadvisuers op de hoogte gesteld van de concrete
risico’s die ze lopen om bepaalde ziekten, zoals
diabetes, op te doen ?
b) Ces personnes sont-elles informées des actions
qu’elles peuvent entreprendre pour éviter ces maladies ?
b) Worden deze mensen op de hoogte gesteld van
hetgeen ze kunnen ondernemen om deze ziekten te
voorkomen ?
Réponse du ministre de l’Emploi du 23 décembre
2005, à la question no 380 de Mme Annemie Turtelboom du 17 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk van 23 december 2005, op de vraag nr. 380 van mevrouw Annemie
Turtelboom van 17 november 2005 (N.) :
Veuillez trouver ci-dessous la réponse aux questions
posées.
Gelieve hierna het antwoord op de gestelde vragen
te vinden.
Les problèmes concernant l’obésité sont avant tout
des problèmes dans le cadre de la santé publique. Le
domaine du bien-être des travailleurs lors de l’exécution de leur travail concerne uniquement la prévention
de problèmes de santé qui découlent de l’exécution du
travail. L’obésité ne peut être considérée comme un
problème de santé lié au travail. Néanmoins, le
conseiller en prévention-médecin du travail doit,
lorsqu’un travailleur corpulent se présente dans le
cadre de la surveillance de la santé comme réglementée
à l’arrêté royal du 28 mai 2003 relatif à la surveillance
de la santé des travailleurs, tenir compte de la gêne que
ressent ce travailleur à cause de sa corpulence lors de
l’exécution de ses tâches. Le cas échéant, il peut,
conformément à l’article 20, § 3 de l’arrêté cité,
mentionner au travailleur quels services sociaux ou
institutions peuvent lui fournir l’aide ou l’assistance
souhaitée. Dans chaque cas le conseiller en prévention
médecin du travail ne peut pratiquer de discrimination
ni de sélection mais il doit conseiller l’employeur à
adapter les conditions de travail si nécessaire.
Problemen in verband met obesitas zijn in de eerste
plaats problemen in het kader van de volksgezondheid. Het domein van het welzijn van de werknemers
bij de uitvoering van hun werk heeft enkel betrekking
op het voorkomen van gezondheidsklachten die
voortvloeien uit de uitvoering van het werk. Obesitas
kan als dusdanig niet beschouwd worden als een
gezondheidsprobleem dat arbeidsgerelateerd is. Niettemin dient de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer,
wanneer een zwaarlijvige werknemer zich aanbiedt in
het kader van het gezondheidstoezicht zoals geregeld
in het koninklijk besluit van 28 mei 2003 betreffende
het gezondheidstoezicht op de werknemers, rekening
te houden met de hinder die deze werknemer van zijn
zwaarlijvigheid ondervindt bij het uitoefenen van zijn
taken. In voorkomend geval kan hij, overeenkomstig
artikel 20, § 3 van voornoemd besluit, de werknemer
meedelen welke sociale diensten of instellingen hem de
gewenste hulp of bijstand kunnen verlenen. In elk
geval mag de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer
zwaarlijvigen niet discrimineren of uitselecteren, maar
zal hij de werkgever zo nodig aanraden om de arbeidsomstandigheden aan te passen.
Ce n’est donc pas la mission de l’employeur de prendre des mesures dans le cadre de l’obésité sur la base
de la réglementation sur le bien-être. Bien sûr, l’employeur est libre de mettre en place certaines mesures
Het is dus geen opdracht van de werkgever om op
basis van de welzijnsreglementering maatregelen te
treffen in het kader van obesitas. Het staat de werkgever natuurlijk wel vrij om, rekening houdend met het
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18976
telles qu’offrir une nourriture saine, tout en tenant
compte du bien-être général de ses travailleurs. Cependant, il doit ici veiller à ne pas viser les travailleurs
corpulents lors de l’élaboration de ces mesures et donc
ne pas contribuer à une discrimination de ces travailleurs.
algemene welzijn van zijn werknemers, bepaalde algemene maatregelen op stapel te zetten zoals bijvoorbeeld het aanbieden van gezonde voeding. Hij moet
hierbij evenwel opletten dat hij bij het uitwerken van
maatregelen de zwaarlijvige werknemers niet viseert
en aldus geen discriminatie van deze werknemers in de
hand werkt.
DO 2005200606279
DO 2005200606279
Question no 385 de Mme Trees Pieters du 21 novembre
2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 385 van mevrouw Trees Pieters van
21 november 2005 (N.) aan de minister van
Werk :
Arrêté royal du 22 septembre 2005. — Agrément de
centres touristiques.
Koninklijk besluit van 22 september 2005. — Erkenning van toeristische centra.
Le 12 octobre 2005, le ministre des classes moyennes
publiait l’arrêté royal du 22 septembre 2005 modifiant
l’arrêté royal du 11 août 1960 portant exécution de la
loi du 22 juin 1960 instaurant le repos hebdomadaire
dans l’artisanat et le commerce. Ce nouvel arrêté
modifie notamment la législation relative aux heures
d’ouverture des magasins. Il apporte ainsi des modifications à l’article 3 de l’arrêté royal du 11 août 1960
qui fixe les conditions auxquelles doivent satisfaire les
villes et les communes pour être reconnues comme
centre touristique. Les villes et les communes reconnues en tant que centre touristique peuvent obtenir
d’importants élargissements des heures d’ouverture
des magasins.
Op 12 oktober 2005 publiceerde de minister van
Middenstand het koninklijk besluit van 22 september
2005 tot wijziging van het koninklijk besluit van
11 augustus 1960 tot uitvoering van de wet van 22 juni
1960 tot invoering van een wekelijkse rustdag in
nering en ambacht, met daarin een aanpassing van de
wetgeving op de winkelopeningstijden. Artikel 3 van
het koninklijk besluit van 11 augustus 1960 wordt aangepast. Dat bepaalt de voorwaarden om als stad of
gemeente als toeristisch centrum erkend te kunnen
worden. Steden en gemeenten die erkend worden,
kunnen verregaande verruimingen bekomen op de
winkelopeningstijden.
L’arrêté royal du 22 septembre 2005 aligne la définition de la notion de centre touristique dans le cadre de
l’obligation légale du jour de repos hebdomadaire sur
la définition d’application dans la législation relative
au travail dominical. Cet alignement n’est pas négatif
puisqu’il rend la législation plus transparente. Toutefois, des problèmes subsistent à ce jour en ce qui
concerne l’objectivation des critères d’agrément de
centres touristiques. Il s’agit toujours pour l’heure
d’une décision politique. Pour arriver à une législation
plus transparente et plus objective, il est indispensable
qu’une concertation ait lieu avec les secteurs concernés, les consommateurs et les autres ministres compétents.
Het koninklijk besluit van 22 september 2005 schakelt de definitie van het begrip toeristisch centrum in
het kader van de wettelijke verplichtingen op de wekelijkse rustdag gelijk met de definitie gehanteerd in de
wetgeving op de zondagsarbeid. Op zich is dit geen
slechte zaak, het maakt de wetgeving transparanter.
Maar tot op vandaag zijn er nog steeds problemen met
de objectivering van de erkenningscriteria voor toeristische centra. Nu is dit nog steeds een politieke beslissing. Om tot een transparantere en objectievere wetgeving te komen, is het noodzakelijk dat er degelijk overleg wordt gepleegd met de betrokken sectoren, consumenten en collega-ministers.
1. Pouvez-vous indiquer quelles sont les implications concrètes de l’arrêté royal susdit du 22 septembre
2005 ?
1. Kan u meedelen wat de concrete gevolgen zijn
van het voornoemd koninklijk besluit van 22 september 2005 ?
2. Avez-vous été consulté dans le cadre de cet arrêté
royal ?
2. Werd er overleg met u gepleegd inzake dit
koninklijk besluit ?
3.
a) Qu’en est-il de l’objectivation des critères
d’agrément des centres touristiques ?
3.
a) Wat is de stand van zaken met betrekking tot de
objectivering van de erkenningscriteria voor toeristische centra ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18977
b) Prenez-vous des initiatives à cet égard en tant que
ministre de l’Emploi ?
b) Neemt u hierin als minister van Werk initiatieven ?
c) Dans quelle mesure cet arrêté royal répond-il à ces
initiatives ou interfère-t-il avec elles ?
c) In hoeverre sluit dit koninklijk besluit aan of in
hoeverre doorkruist dit koninklijk besluit deze
initiatieven ?
Réponse du ministre de l’Emploi du 23 décembre
2005, à la question no 385 de Mme Trees Pieters du
21 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk van 23 december 2005, op de vraag nr. 385 van mevrouw Trees Pieters van 21 november 2005 (N.) :
1. Il est exact que le ministre des Classes moyennes
a publié le 12 octobre 2005 un arrêté royal modifiant
les critères pour la reconnaissance comme centre
touristique, en ce qui concerne la réglementation sur le
repos hebdomadaire dans l’artisanat et le commerce.
Le ministre a, dans cette matière, adopté les critères
qui valent pour la reconnaissance comme centre touristique dans le cadre de l’interdiction du travail du
dimanche. Cette dernière réglementation relève de ma
compétence.
1. Het klopt dat de minister van Middenstand op
12 oktober 2005 een koninklijk besluit publiceerde dat
de criteria voor erkenning als toeristisch centrum heeft
gewijzigd, voor wat betreft de wetgeving op de wekelijkse rustdag in nering en ambacht. De minister heeft
in dit verband de criteria overgenomen die gelden voor
de erkenning als toeristisch centrum in het kader van
het verbod op zondagsarbeid. Deze laatste regelgeving
valt onder mijn bevoegdheid.
Les conséquences de cet arrêté royal sont plutôt
limitées. Il est correct de dire que la transparence de la
réglementation est renforcée par l’emploi des mêmes
critères dans le cadre des deux procédures de reconnaissance comme centre touristique. Toutefois cela ne
signifie nullement qu’automatiquement, ensemble
pour les deux réglementations (interdiction du travail
du dimanche et repos hebdomadaire dans l’artisanat et
le commerce), une reconnaissance et de fait une dérogation peut être obtenue.
De gevolgen van dit koninklijk besluit zijn eerder
beperkt. Het is correct dat de transparantie van de
wetgeving verhoogt door dezelfde criteria te gebruiken
in het kader van de twee erkenningsprocedures tot
toeristisch centrum. Doch dit impliceert geenszins dat
men voortaan automatisch voor de twee regelingen
samen (verbod op zondagsarbeid en wekelijkse rustdag in nering en ambacht) een erkenning en dito uitzondering zal kunnen verkrijgen.
La reconnaissance comme centre touristique dans le
cadre du travail du dimanche demeure exclusivement
de la compétence du ministre de l’Emploi. L’interprétation donnée par mon administration aux critères
visés demeure inchangée, suite à quoi les dossiers
continueront à être traités comme dans les années
précédentes. On ne bénéficiera donc pas automatiquement d’une dérogation au niveau du travail du dimanche dans le cas où on a déjà obtenu une dérogation en
ce qui concerne le repos hebdomadaire dans l’artisanat
et le commerce.
De erkenning tot toeristisch centrum in het kader
van de zondagsarbeid blijft exclusief tot de bevoegdheid behoren van de minister van Werk. De interpretatie die door mijn administratie wordt gegeven aan de
betrokken criteria blijft onverkort gelden, waardoor
de dossiers zullen worden behandeld zoals de voorbije
jaren. Men zal dus niet automatisch een uitzondering
genieten op het vlak van de zondagsrust, indien men
reeds een uitzondering heeft verkregen op het vlak van
de wekelijkse rustdag in nering en ambacht.
2. Par rapport à l’arrêté royal publié actuellement
aucune concertation n’a eu lieu directement avec moi
ou avec mes collaborateurs.
2. Met betrekking tot het thans gepubliceerde
koninklijk besluit werd met mij of mijn medewerkers
geen rechtstreeks overleg gepleegd.
En tout cas, j’ai pris contact avec le ministre des
Classes moyennes afin de débattre de l’interprétation
des critères. Mon administration a déjà des années de
pratique concernant l’utilisation de ces critères et a, à
leur propos, une interprétation claire. Il me paraı̂t
donc logique qu’on continue encore a en faire application.
In elk geval heb ik contact opgenomen met de minister van Middenstand teneinde thans te beraadslagen
over de interpretatie van de criteria. Mijn administratie heeft reeds jaren ervaring met het gebruik van deze
criteria en heeft er een duidelijke interpretatie aan
gegeven. Het lijkt mij dan ook logisch dat hier verder
gebruik wordt van gemaakt.
3. Fin de l’année passée et au début de cette année
une réflexion avait été menée avec les collaborateurs
du ministre des Classes moyennes en vue d’objectiver
3. Eind vorig jaar en begin dit jaar werd met de
medewerkers van de minister van Middenstand overlegd omtrent de objectivering van de erkenningscri-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18978
les critères de reconnaissance pour les centres touristiques. Cette réflexion n’a pas abouti à des résultats
jusqu’à présent.
teria voor toeristische centra. Dit overleg heeft tot op
heden geen resultaat opgeleverd.
À l’occasion de l’arrêté royal actuellement publié,
j’ai moi-même prévu de remettre de nouveau le dossier
sur la table et en accord avec les acteurs concernés de
rechercher des critères de reconnaissance objectifs.
Naar aanleiding van het thans gepubliceerde
koninklijk besluit heb ik mij voorgenomen om het
dossier opnieuw op tafel te leggen en in samenspraak
met de betrokken actoren te zoeken naar objectieve
erkenningscriteria.
L’arrêté royal en question n’interfère d’aucune
manière sur cette initiative. Il a trait plutôt à une
harmonisation des critères et non à une objectivation.
Het bewuste koninklijk besluit doorkruist deze initiatieven op geen enkele wijze. Het komt neer op een
harmonisering van de criteria, doch niet op een objectivering.
DO 2005200606290
DO 2005200606290
Question no 386 de Mme Ingrid Meeus du 21 novembre 2005 (N.) au ministre de l’Emploi :
Vraag nr. 386 van mevrouw Ingrid Meeus van
21 november 2005 (N.) aan de minister van
Werk :
Entreprises et écoles. — Directive européenne relative
à la nouvelle norme sonore.
Bedrijven en scholen. — Europese richtlijn nieuwe
geluidsnorm.
Nous avons pu lire récemment dans la presse qu’un
Belge sur trois est victime de nuisances sonores au
travail. Dans l’ensemble de l’Europe, 60 millions de
travailleurs seraient exposés plus d’un quart d’heure
par jour à des niveaux sonores potentiellement dangereux. Un tiers de toutes les maladies professionnelles
en Europe résulte de nuisances sonores. Des bruits
pouvant provoquer la surdité résonnent souvent dans
de nombreux ateliers et classes, ce qui coûte des
millions à l’Europe en frais d’indemnisation, en congés
de maladie, ... Le Parlement européen a édicté le
6 février 2003 une directive contenant les normes minimales de sécurité et de santé pour les travailleurs exposés au bruit. Cette directive doit être transposée en
droit national par tous les États membres européens
avant le 16 février 2006.
Recentelijk konden we lezen in de pers dat één Belg
op drie last heeft van lawaai op het werk. In heel
Europa zouden 60 miljoen werknemers elke dag meer
dan een kwartier blootgesteld zijn aan mogelijk
gevaarlijke geluidsniveaus. Een derde van alle beroepsziekten in Europa worden veroorzaakt door geluidshinder. Op heel wat werkplaatsen en in klaslokalen
klinken vaak geluiden die kunnen leiden tot gehoorverlies. Dat kost Europa miljoenen aan schadevergoedingen, ziekteverlof en dergelijke ten gevolge van
gehoorverlies. Het Europese Parlement vaardigde op
6 februari 2003, een richtlijn uit met daarin de minimum vereisten qua gezondheid en veiligheid voor
werklieden die blootgesteld worden aan lawaai. Deze
richtlijn moet door alle Europese lidstaten voor
16 februari 2006 omgezet zijn in nationale wetgeving.
La réduction de la norme sonore de 90 dB à 87 dB
sur les lieux du travail constitue une des principales
modifications inscrites dans cette directive. Réduire
l’émission maximale de bruit de 90 dB à 87 dB n’est
pas aussi simple qu’il n’y paraı̂t. Il s’agit en fait de
réduire de moitié l’intensité de l’émission sonore. La
mise en œuvre de cette directive ne sera dès lors pas
chose aisée.
In deze richtlijn is de verlaging van de geluidsnorm
op de werkvloer van 90dB naar 87dB één van de
belangrijkste veranderingen. De maximale geluidsuitstoot terugbrengen van 90dB naar 87dB is echter niet
zo eenvoudig als het lijkt. Wat men eigenlijk vraagt is
de geluidsbron met de helft te verminderen. Deze richtlijn zal dan ook niet zo eenvoudig te implementeren
zijn.
De nombreuses écoles ont veillé au cours des dernières années à ne pas dépasser la limite des 90 dB et ont
investi dans des appareils et des techniques permettant
d’atteindre cet objectif. Cette nouvelle directive leur
impose toutefois de prendre encore davantage de
mesures.
Vele scholen zorgden er de afgelopen jaren voor dat
de limiet van 90 dB niet werd overschreden en investeerden in machines en technieken die dat mogelijk
maakten. Door deze nieuwe richtlijn echter zien zij
zich verplicht om nog meer maatregelen te treffen.
Il en va de même pour de nombreuses entreprises
qui ont déjà investi beaucoup d’argent par le passé
dans des mesures de protection pour leurs travailleurs.
Hetzelfde geldt voor vele bedrijven die in het verleden reeds veel geld staken in beschermingsmiddelen
voor hun werknemers.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18979
1. Quelles mesures les autorités publiques ont-elles
déjà prises pour veiller à ce que les entreprises et les
écoles puissent répondre à la nouvelle norme sonore
européenne qui devrait entrer en vigueur en février
2006 ?
1. Welke maatregelen heeft de overheid reeds genomen om ervoor te zorgen dat bedrijven en scholen
zullen voldoen aan de nieuwe geluidsnorm die volgens
Europa in februari 2006 geı̈mplementeerd moet zijn ?
2. Quel sera le coût total de l’adaptation à la
nouvelle norme sonore pour les entreprises et les
écoles belges ?
2. Hoeveel zal de totale kost voor onze Belgische
bedrijven en scholen bedragen om de aanpassing aan
de nieuwe geluidsnorm door te voeren ?
3. Serait-il éventuellement possible d’accorder un
incitant financier ou fiscal aux entreprises et aux
écoles qui fournissent un effort considérable pour
répondre à cette nouvelle norme sonore ?
3. Is er eventueel een mogelijkheid dat bedrijven en
scholen die een zware inspanning leveren om aan die
geluidsnorm te voldoen een financiële of fiscale aanmoediging krijgen ?
Réponse du ministre de l’Emploi du 23 décembre
2005, à la question no 386 de Mme Ingrid Meeus du
21 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de minister van Werk van 23 december 2005, op de vraag nr. 386 van mevrouw Ingrid
Meeus van 21 november 2005 (N.) :
Veuillez trouver ci-dessous les réponses aux questions posées.
Gelieve hieronder de antwoorden op de gestelde
vragen te vinden.
Avec la Directive 2003/10/CE du Parlement européen et du Conseil du 6 février 2003 concernant les
prescriptions minimales de sécurité et de santé relatives à l’exposition des travailleurs aux risques dus aux
agents physiques (bruit), une série de mesures sont
introduites au niveau européen afin de protéger les
travailleurs contre les risques liés à l’exposition au
bruit, étant donné ses incidences sur la santé et la sécurité, notamment les dommages causés à l’ouı̈e. Une de
ces mesures est une augmentation des valeurs limites
qui sont en vigueur depuis la Directive 86/188/CEE du
Conseil du 12 mai 1986 concernant la protection des
travailleurs contre les risques dus à l’exposition au
bruit pendant le travail. La révision possible de ces
valeurs limites dans la lumière du progrès et de la
connaissance scientifique a été inscrite dans cette
dernière directive.
Met de Richtlijn 2003/10/EG van het Europees
Parlement en de Raad van 6 februari 2003 betreffende
de minimumvoorschriften inzake gezondheid en veiligheid met betrekking tot de blootstelling van werknemers aan de risico’s van fysische agentia (lawaai),
worden op het Europese niveau een reeks maatregelen
ingevoerd om werknemers te beschermen tegen de
risico’s van lawaaibloot-stelling, vanwege de gevolgen
daarvan voor de gezondheid en de veiligheid, met
name gehoorschade. Eén van de maatregelen is een
verlaging van de drempelwaarden, die sinds de Richtlijn 86/188/EEG van de Raad van 12 mei 1986 betreffende de bescherming van werknemers tegen de
risico’s van blootstelling aan lawaai op het werk van
kracht zijn. De mogelijke herziening van deze drempelwaarden in het licht van de vooruitgang van de
wetenschappelijke kennis werd in laatstgenoemde
richtlijn ingeschreven.
Préalablement à l’introduction de sa proposition de
directive, la Commission européenne a commandé un
rapport d’impact au Berufsgenossenschaftliches Institut für Arbeitssicherheit (BIA) dans la République
fédérale d’Allemagne. Dans cette étude il est établi que
les montants que les Pays membres remboursent
comme réparation peuvent être déterminés facilement,
par contre, la plupart des experts s’accordent à dire
que ceci ne représente qu’une partie infime des coûts
économiques réels causés par l’exposition démesurée.
L’introduction des mesures reprises par la Directive
2003/10/CE vise, entre autres, la diminution des ces
coûts.
Voorafgaand aan het indienen van haar voorstel
van Richtlijn heeft de Europese Commissie in 1992 een
effectenrapport laten uitvoeren door het Berufsgenossenschaftliches Institut für Arbeitssicher-heit (BIA) in
de Bondsrepubliek Duitsland. In deze studie wordt
gesteld dat de bedragen die de Lidstaten uitkeren aan
schadevergoeding gemakkelijk kunnen worden vastgesteld. Daarentegen zijn de meeste deskundigen het
erover eens dat dit slechts een klein deel is van de
werkelijke economische kosten als gevolg van overmatige blootstelling. Het invoeren van de maatregelen
vervat in Richtlijn 2003/10/EG beoogt onder meer
deze kosten te drukken.
En dehors des coûts de revalidation et d’indemnisation, les coûts suivants doivent être pris en compte : les
coûts du temps de travail perdu et des arrêts de travail
causés par la maladie, les frais de la surveillance médicale préventive, les frais générés lorsque des travailleurs formés doivent être remplacés prématurément,
Naast revalidatie en uitkering moeten ook de
volgende kosten in rekening worden gebracht; de
kosten van onder andera de verloren arbeidstijd, werkonderbrekingen als gevolg van ziekte, de kosten van
preventieve medische keuringen, de kosten die ontstaan wanneer geschoolde werknemers voortijdig
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18980
et, non pas en dernière instance, de l’abaissement de la
qualité de vie, et du niveau de vie des personnes atteintes.
moeten vervangen worden en niet in de laatste plaats
de gederfde levensvreugde en de economische achteruitgang van de getroffen personen.
Le rapport d’impact allemand de 1990 a été
comparé avec la situation belge de la même année avec
une population de travailleurs de 3 814 500. Approximativement, il a été accepté que la population professionnelle en Belgique soit répartie sur les différents
secteurs d’activités de la même façon qu’en Allemagne.
Dit Duitse effecten rapport uit 1990 werd vergeleken
met de Belgische situatie van 1990 met een toenmalige
beroepsbevolking van 3 814 500 werknemers. Als
benadering werd aanvaard dat de beroepsbevolking in
België ongeveer op dezelfde wijze als in Duitsland over
de verschillende sectoren is verspreid.
Les coûts supplémentaires pour les travailleurs
peuvent être ventilés dans les rubriques suivantes :
De bijkomende kosten voor de werkgevers kunnen
uitgesplitst worden over volgende rubrieken :
a) les coûts liés à la constatation et à l’évaluation des
risques;
a) kosten met betrekking tot de vaststelling en de
beoordeling van de risico’s;
II a été estimé qu’environ 800 000 travailleurs sont
exposés à un niveau de bruit dépassant Lex, 8 h =
80 dB(A). Le total des mesurages à effectuer prendra environ 80 000 heures si on considère un mesurage pour chaque groupe de 10 personnes exposées. A un coût moyen de 50 euro par heure, le
coût total pour ce poste s’élève à 4 000 000 euros.
Étant donné que ces mesurages sont effectués
approximativement tous les trois ans, le prix
annuel total de ce poste revient à 1 333 000 euros.
Si l’on estime qu’un tiers de ces mesurages sont
déjà effectués pour répondre aux dispositions
réglementaires en vigueur actuellement, un
montant approximatif pour ce poste de coût de
440 000 euros peut être budgétisé.
Er wordt geschat dat ongeveer 800 000 werknemers blootgesteld zijn aan lawaai van meer dan
Lex, 8 h = 80 dB(A). Het totaal van de uit te voeren
metingen zal ongeveer 80 000 uur in beslag nemen
als men één meting veronderstelt voor elke groep
van 10 blootgestelden. Aan een gemiddelde kostprijs van 50 euro per uur, bedraagt de totale kost
hiervoor 4 000 000 euro. Gezien deze metingen,
naar schatting gemiddeld om de drie jaar worden
uitgevoerd, komt de jaarlijkse kost hiervoor afgerond op 1 333 000 euro. Indien geschat wordt dat
één derde van deze metingen nu reeds worden uitgevoerd om te voldoen aan de huidige reglementaire bepalingen, dan kan voor deze kostenpost een
benaderend bedrag van 440 000 euro worden
begroot.
b) coûts relatifs aux mesures de prévention et de diminution de l’exposition;
b) kosten met betrekking tot maatregelen ter voorkoming of vermindering van de blootstelling;
En général ces coûts doivent être considérés
comme faisant partie des coûts de production.
Normalement ces coûts seront compensés par les
avantages économiques découlant de la prévention
des atteintes à la santé et des accidents.
De kosten hiervoor dienen over het algemeen als
een deel van de productiekosten te worden
beschouwd. De economische voordelen van het
voorkomen van gezondheidsschade en ongevallen
compenseren gewoonlijk deze kosten.
Normalement, la protection des groupes à risque
particulièrement sensibles n’entraı̂ne pas de coûts
importants, tandis que les avantages (en terme de
protection de la santé) sont évidents.
De bescherming van bijzonder gevoelige risicogroepen brengt gewoonlijk geen grote kosten met
zich mee, terwijl de voordelen (in termen van
gezondheidsbescherming) duidelijk zijn.
La valeur d’exposition déclenchant l’action suite à
laquelle un programme de limitation de l’exposition doit être établi a été diminuée en comparaison
de la Directive précédente 86/188/CEE (article 5 de
la Directive 86/188/CEE et article 148decies 2. 1 a)
5.2 du RGPT) d’une valeur de 5dB(A) jusqu’à Lex,
8 h = 85 dB(A).
Het actieniveau waarbij een programma ter beperking van de blootstelling moet worden opgesteld is
ten opzichte van de bestaande richtlijn 86/188/
EEG (artikel 5 van de richtlijn 86/188/EEG en artikel 148decies 2. 1 a) 5.2 van het ARAB) met
5 dB(A) verlaagd tot Lex, 8 h = 85 dB(A).
Si l’on considère ce programme comme une mesure
organisationnelle de planification et d’exécution
des mesures destinées à la limitation du bruit,
l’augmentation de ce coût pour les entreprises,
causée par l’abaissement de cette valeur déclenchant l’action, peut être négligée.
Wanneer men het programma beschouwt als een
organisatorische maatregel voor het plannen en
uitvoeren van maatregelen ter beperking van het
lawaai, is de stijging van de kosten voor bedrijven
als gevolg van deze verlaging van het actieniveau te
verwaarlozen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18981
Le principe d’orienter en première instance les
mesures de prévention ou de diminution de
l’exposition au bruit aux niveaux d’exposition les
plus élevés est maintenu.
Het principe blijft dat bij het vaststellen van de
prioriteiten de maatregelen ter voorkoming of vermindering van de blootstelling aan lawaai allereerst gericht dienen te zijn op de hoogste blootstellingsniveaus.
Les zones où la valeur d’exposition dépasse Lex,
8 h = 85 dB(A) et/ou Ppiek = 140 Pa doivent être
délimitées par une signalisation appropriée et leurs
accès doivent être limités. En application de la
Directive 86/188/CEE cette obligation n’était d’application qu’à partir du niveau de Lex, 8 h =
90 dB(A) et/ou Pmax = 200 Pa. Dès lors, approximativement un peu moins du double des zones de
travail actuelles devront être signalisées. Les coûts
afférents sont néanmoins minimes et uniques.
Wanneer de blootstelling het niveau overschrijdt
van Lex, 8 h = 85 dB(A) en/of Ppiek = 140 Pa moeten
deze zones worden aangeduid door een passende
signalering, moeten zij afgebakend worden en hun
toegang beperkt. Deze verplichting geldt in richtlijn 86/188/EEG slechts vanaf Lex, 8 h = 90 dB(A)
en/of Pmax = 200 Pa. Er zullen dus ongeveer iets
minder dan dubbel zoveel werkzones moeten afgebakend worden als heden. De kosten hiervoor zijn
echter miniem en eenmalig.
Il n’existe presque pas de données d’une portée
générale concernant les coûts des mesures de
prévention et de diminution de l’exposition. Faire
une estimation générale de ces coûts, qui représentent sans aucun doute une partie importante de la
totalité des frais, est pour cette raison impossible.
Er zijn nauwelijks algemeen geldige gegevens
beschikbaar betreffende de kosten van maatregelen
ter voorkoming of vermindering van blootstelling.
Een algemene schatting van deze kosten, die zonder twijfel een belangrijk deel van het totale bedrag
zullen uitmaken, is daarom niet mogelijk.
Du point de vue de l’économie nationale il est
important que les coûts soient pris en charge par
les secteurs qui les engendrent. Le développement
de machines moins bruyantes et la détermination
des niveaux sonores par les fabricants, exigée par
la Directive concernant les machines 89/392/CEE,
engendre des coûts supplémentaires qui se répercuteront sur le prix de revient de ces machines. Le
choix de machines moins bruyantes est plus
onéreux, cependant, l’utilisation de machines
traditionnellement bruyantes engendre également
des frais qui seront plus importants étant donné
l’obligation par les utilisateurs d’appliquer les
mesures de protection contre le bruit de la Directive 2003/10/CE. Les conséquences de l’achat de
machines moins bruyantes mais plus onéreuses se
révèleront à long terme préférables sur le plan économique et technique.
Vanuit nationaal economisch standpunt gezien is
het van belang dat de kosten worden gedragen
door de sectoren waar ze ontstaan. Het ontwerpen
van minder lawaaierige machines en het aangeven
van de geluidsniveaus door de fabrikanten, zoals
vereist door de Richtlijn betreffende de machines
89/392/EEG, veroorzaakt extra kosten, die doorberekend worden in de prijs van deze machines.
Hoewel de keuze van geluidsarme machines duurder kan zijn dan de aanschaf van traditionele luidruchtige machines, maken de maatregelen ter
bescherming tegen lawaai waartoe de gebruikers
ingevolge de richtlijn 2003/10/EG verplicht zijn,
het normaliter duurder om lawaaierige machines
te gebruiken, met het gevolg dat de aanschaf van
de duurdere geluidsarme machines op langere
termijn economischer en ook technisch gezien
beter is.
c) coûts liés à la protection individuelle;
c) kosten met betrekking tot de persoonlijke beschermingsmiddelen;
Actuellement une protection auditive individuelle
doit être dispensée à environ 534 000 travailleurs.
Son coût total annuel se chiffre aux envions de
13 350 000 euros.
Actueel moet aan ongeveer 534 000 werknemers
gehoorbescherming worden uitgereikt. De totale
kost op jaarbasis bedraagt hiervoor ongeveer
13 350 000 euro.
Si une protection auditive doit également être mise
à la disposition des 266 000 travailleurs exposés
aux valeurs de 80 à 85 dB(A) le coût total annuel
s’élèvera à approximativement 20 000 000 euros
(donc un coût supplémentaire de 6 650 000 euros).
Indien aan de ongeveer 266 000 werknemers die
blootgesteld zijn aan niveaus vanaf 80 tot 85 dB(A)
eveneens gehoorbescherming moet worden ter
beschikking gesteld, brengt dit de totale kosten per
jaar op ongeveer 20 000 000 euro (dus een extra
kost van 6 650 000 euro).
d) coûts liés à l’information et la formation des
travailleurs;
d) kosten met betrekking tot voorlichting en opleiding van de werknemers;
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18982
Dans la supposition qu’il se produit tous les deux
ans un changement dans le régime d’exposition, le
temps nécessaire à l’information et la formation
peut être estimé à une demi-heure pour chaque
période de deux ans. Un nombre supplémentaire
de 266 000 travailleurs profiteront de cette mesure
en application des dispositions de la Directive
2003/10/CE. Si on estime le coût moyen d’une
heure de travail à 50 euros, le coût total annuel de
ce poste de coûts s’élèvera à 3 325 000 euros.
Er kan worden geschat dat de tijd benodigd voor
het verstrekken van voorlichting en opleiding ongeveer een half uur per periode van twee jaar zal
vergen. Hiervoor wordt verondersteld dat er zich
om de twee jaar een verandering van het blootstellingpatroon voordoet. Ongeveer een bijkomend
aantal van 266 000 werknemers zullen, volgens de
bepalingen van de Richtlijn 2003/10/EG, van deze
maatregel moeten kunnen genieten. Berekend aan
een werktijdkost van 50 euro per uur bedraagt het
totaal van deze kostenpost op jaarbasis
3 325 000 euro.
e) coûts liés à la surveillance préventive de la santé.
e) kosten in verband met het preventief gezondheidstoezicht.
Conformément l’article 10, point 1 de la Directive
2003/10/CE une surveillance appropriée de la
santé doit être exercée si un risque pour la santé
existe. L’article 10 point 2 ouvre le droit à la
surveillance de la santé à partir de la valeur
d’exposition supérieure déclenchant l’action, c’està-dire dès Lex, 8 h = 85 dB(A) ou Pcrête = 140 Pa.
Volgens artikel 10, 1. van Richtlijn 2003/10/EG
dient een passend gezondheidstoezicht te worden
uitgevoerd wanneer er een risico voor de gezondheid bestaat. Artikel 10. 2. opent het recht op
gezondheidstoezicht vanaf de bovenste actiewaarden, namelijk vanaf Lex, 8 h = 85 dB(A) of Ppiek =
140 Pa.
Un examen audiométrique préventif est également
offert aux travailleurs exposés au bruit dépassant
les valeurs d’exposition inférieures déclenchant
l’action de Lex, 8 h = 80 dB(A) ou Pcrête = 112,
lorsqu’il ressort de l’évaluation des risques qu’il
existe un risque pour la santé.
Een preventief audiometrisch onderzoek moet
echter ook ter beschikking staan van werknemers
die worden blootgesteld aan lawaai dat de onderste actiewaarden vanaf Lex, 8 h = 80 dB(A) of
Ppiek = 112 Pa overschrijdt, indien uit de risicobeoordeling blijkt dat er een risico voor de gezondheid bestaat.
Si on partait de l’hypothèse qu’il y aurait toujours
un risque à chaque circonstance où il y a exposition à la valeur d’exposition inférieure et que les
travailleurs feraient donc également usage de
l’examen audiométrique préventif offert, un nombre de 266 000 travailleurs supplémentaires
seraient concernés en comparaison avec la réglementation actuelle.
Uitgaande van de meest ongunstige veronderstelling dat er inderdaad steeds een gezondheidsrisico
zou bestaan in alle omstandigheden waar men
blootstaat aan de onderste actiewaarde en dat de
werknemers het ter beschikking staande preventief
medisch onderzoek dan ook zouden benutten, dan
worden, in vergelijking met de huidige reglementering, hierdoor 266 000 bijkomende werknemers
betrokken.
La fréquence d’examen d’application pour les
intensités d’exposition comprises entre 85 et 90
dB(A) est d’une fois tous les trois ans. L’application de cette fréquence aux 266 000 travailleurs
susnommés, represente environ 89 000 prestations
supplémentaires de surveillance de santé par an.
De onderzoeksfrequentie onder de huidige reglementering voor een blootstellingintensiteit begrepen tussen 85 en 90 dB(A) bedraagt éénmaal om de
drie jaar. Deze frequentie toegepast op laatstgenoemde 266 000 werknemers, staat voor ongeveer
89 000 bijkomende prestaties van gezondheidstoezicht op jaarbasis.
Si on applique un coût de 80 euros par unité de
prestation de surveillance de santé, majoré d’une
heure d’obstacle au travail, estimée à 50 euros, le
coût total de ces prestations supplémentaires peut
être estimé à 11 570 000 euros. Dans le cas où dans
les faits seulement un tiers des travailleurs concernés feraient usage de cet examen qui leur est offert,
le coût additionnel annuel s’élèverait au chiffre
arrondi de 3 857 000 euros.
Wanneer de eenheidskost van ongeveer 80 euro
per prestatie van het gezondheidstoezicht, vermeerderd met de kostprijs voor één uur werkverlet, begroot op 50 euro, wordt de totale kostprijs
voor deze bijkomende prestaties geschat op
11 570 000 euro. In geval slechts een derde van
deze werknemers dit ter beschikking staande onderzoek werkelijk zouden benutten dan komt de
jaarlijkse meerkost hiervoor op afgerond
3 857 000 euro.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18983
En première instance il est ressorti de cette étude
allemande que les coûts liés à l’application des
mesures préventives de la Directive 2003/10/CE
seront finalement beaucoup plus bas que les
montants que les économies nationales doivent
affecter au dédommagement dans le sens le plus
large.
Uit deze Duitse studie is vooral gebleken dat de
kosten in verband met de toepassing van de preventieve maatregelen vervat in de Richtlijn 2003/
10/EG uiteindelijk veel lager zullen zijn dan het
bedrag dat de nationale economieën nu uitgeven
voor de vergoeding van de schade in de breedste
zin van het woord.
L’arrêté royal transposant les dispositions de la
directive 2003/10/CE en droit national sera conçu
comme un arrêté d’exécution de la loi du 4 août
1996 relative au bien-être des travailleurs lors de
l’exécution de leur travail. Cette loi est de l’ordre
public. Dès lors l’octroi d’une subvention ou avantage fiscal en compensation de son exécution ne
peut être considéré.
Het koninklijk besluit dat de bepalingen van de
Richtlijn 2003/10/EG in nationaal recht omzet zal
opgevat worden als een uitvoeringsbesluit van de
wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn
van de werknemers bij de uitvoering van hun
werk. Deze wet is van openbare orde. Een betoelaging of fiscaal voordeel kan als compensatie voor
haar uitvoering dan ook niet worden overwogen.
Secrétaire d’État aux Affaires européennes,
adjoint au ministre des Affaires étrangères
Staatssecretaris voor Europese Zaken,
toegevoegd aan de minister
van Buitenlandse Zaken
DO 2005200606147
DO 2005200606147
Question no 47 de Mme Annemie Turtelboom du
4 novembre 2005 (N.) au secrétaire d’État aux
Affaires européennes, adjoint au ministre des
Affaires étrangères :
Vraag nr. 47 van mevrouw Annemie Turtelboom van
4 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken :
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
Les questions suivantes se posent quant au recours à
des travailleurs intérimaires par les cabinets :
Met betreking tot het inschakelen van uitzendkrachten op kabinetten rijzen volgende vragen :
1. A-t-on envisagé au sein de votre cabinet de faire
appel à des travailleurs intérimaires au cours de la
présente législature ?
1. Werd tijdens deze legislatuur op uw kabinet
overwogen om een beroep te doen op uitzendkrachten ?
2. Dans l’affirmative, pour quel motif concret ?
2. Zo ja, wat was daarvoor de concrete aanleiding ?
3. Avez-vous effectivement fait appel à des travailleurs intérimaires ou en employez-vous encore actuellement ?
3. Heeft u op uw kabinet daadwerkelijk een beroep
gedaan op uitzendkrachten of wordt er momenteel nog
een beroep op gedaan ?
4. Dans l’affirmative, combien de travailleurs intérimaires ont-ils travaillé ou travaillent-ils encore à
votre cabinet ?
4. Zo ja, hoeveel uitzendkrachten waren of zijn op
uw kabinet aan het werk ?
5. En quelle qualité sont-ils engagés et à quelles
tâches sont-ils affectés ?
5. In welke hoedanigheid zijn ze aan de slag en voor
welke taken worden ze ingezet ?
6. Envisagez-vous de faire appel à l’avenir à des
travailleurs intérimaires au sein de votre cabinet ?
6. Overweegt u in de toekomst een beroep te doen
op het inzetten van uitzendkrachten op uw kabinet ?
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18984
Réponse du secrétaire d’État aux Affaires européennes, adjoint au ministre des Affaires étrangères du
21 décembre 2005, à la question no 47 de
Mme Annemie Turtelboom du 4 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de staatssecretaris voor Europese
Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse
Zaken van 21 december 2005, op de vraag nr. 47 van
mevrouw Annemie Turtelboom van 4 november 2005
(N.) :
Je tiens à référer l’honorable membre à la réponse à
votre question no 167 du 4 novembre 2005 communiquée par le ministre de la Fonction publique à la
Chambre. (Questions et Réponses, Chambre, 20052006, no 104, p. 18933.)
Ik wens het geachte lid te verwijzen naar het
antwoord op uw vraag nr. 167 van 4 november 2005
dat door de minister van Ambtenarenzaken meegedeeld werd aan de Kamer. (Vragen en Antwoorden,
Kamer, 2005-2006, nr. 104, blz. 18933.)
Secrétaire d’État aux Familles
et aux Personnes handicapées,
adjointe au ministre des Affaires sociales
et de la Santé publique
Staatssecretaris voor het Gezin
en Personen met een handicap,
toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken
en Volksgezondheid
DO 2005200606244
DO 2005200606244
Question no 72 de Mme Greet Van Gool du 17 novembre 2005 (N.) à la secrétaire d’État aux Familles
et aux Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique :
Vraag nr. 72 van mevrouw Greet Van Gool van
17 november 2005 (N.) aan de staatssecretaris
voor het Gezin en Personen met een handicap,
toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid :
Droits dérivés des personnes handicapées.
Afgeleide rechten van personen met een handicap.
Les personnes handicapées peuvent prétendre non
seulement à une allocation (allocation de remplacement de revenus et/ou allocation d’intégration) mais
aussi à des droits dits dérivés.
Personen met een handicap kunnen niet alleen een
uitkering krijgen (een inkomensvervangende tegemoetkoming en/of integratietegemoetkoming), maar ook
zogenaamde « afgeleide rechten ».
Citons à ce titre la carte spéciale de stationnement,
le tarif téléphonique social, les tarifs sociaux pour le
gaz et l’électricité, la gratuité des déplacements en bus,
en métro et en train, la majoration supplémentaire de
la quotité du revenu exemptée d’impôt des personnes
physiques et, enfin, les avantages sociaux afférents aux
véhicules, à savoir :
Denken we maar aan de parkeerkaart, het sociaal
telefoontarief, het sociaal tarief voor gas en elektriciteit, gratis bus, metro, tram en trein, de toeslag op de
belastingvrije som in de personenbelasting en tenslotte
ook fiscale voordelen met betrekking tot voertuigen :
— l’application du taux réduit de la TVA (6 % au
lieu de 21 %) à l’achat d’une voiture, de pièces
détachées et d’accessoires automobiles et aux
entretiens et réparations;
— 6 % BTW in plaats van 21 % bij aankoop auto,
onderdelen en toebehoren en bij onderhoud en
herstelling;
— le remboursement de la TVA payée pour l’achat
d’une voiture;
— teruggave betaald bedrag aan BTW voor verkrijgen van auto;
— l’exemption :
— vrijstelling van :
• de la taxe de mise en circulation;
• belasting op in verkeerstelling;
• de la taxe de circulation;
• verkeersbelasting;
• de la taxe compensatoire des accises.
• accijnscompenserende belasting.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18985
Cependant, le bénéfice des droits dérivés doit généralement faire l’objet d’une demande auprès du service
concerné et est fonction d’une attestation délivrée par
le Service des Allocations aux personnes handicapées.
La durée de validité de ces attestations ainsi que des
droits dérivés est en général réduite.
Pouvez-vous communiquer les informations suivantes concernant chaque type de droit dérivé :
Meestal moeten die afgeleide rechten wel bij de
betrokken dienst aangevraagd worden, op basis van
een attest dat door de dienst « Tegemoetkomingen aan
personen met een handicap » wordt afgeleverd. Deze
attesten en de afgeleide rechten hebben meestal maar
een beperkte geldigheidsduur.
Kan u per afgeleid recht een overzicht geven van :
1. le nombre de demandes introduites en vue de
bénéficier des droits dérivés en question;
1. het aantal aanvragen dat voor het verkrijgen van
die afgeleide rechten wordt ingediend;
2. le nombre de personnes bénéficiant des droits
dérivés en question;
2. het aantal personen dat gebruik maakt van de
respectieve afgeleide rechten;
3. la durée de validité de chaque attestation ou droit
dérivé;
3. de geldigheidstermijn van elk van de attesten of
de rechten;
4. le nombre de formulaires à remplir annuellement
pour pouvoir bénéficier des droits dérivés ?
4. het aantal formulieren die jaarlijks voor deze afgeleide rechten moeten worden ingevuld ?
Réponse de la secrétaire d’État aux Familles et aux
Personnes handicapées, adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique du 22 décembre
2005, à la question no 72 de Mme Greet Van Gool du
17 novembre 2005 (N.) :
Antwoord van de staatssecretaris voor het Gezin en
Personen met een handicap, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid van
22 december 2005, op de vraag nr. 72 van mevrouw
Greet Van Gool van 17 november 2005 (N.) :
J’ai l’honneur de communiquer les informations
suivantes à l’honorable membre.
Ik heb de eer het geachte lid volgende gegevens mee
te delen.
En ce qui concerne les avantages sociaux et fiscaux
pour personnes handicapées, une distinction doit être
faite entre :
Met betrekking tot de sociale en fiscale voordelen
voor personen met een handicap dient een onderscheid
gemaakt te worden tussen :
A) les avantages pour lesquels la direction générale
Personnes handicapées constate l’invalidité, mais
qui sont octroyés par d’autres instances. Il s’agit ici
des avantages fiscaux en matière de véhicules automobiles, de l’exonération supplémentaire dans le
cadre de l’impôt des personnes physiques, de la
réduction en matière de précompte immobilier, du
tarif téléphonique social, du logement social;
A) voordelen waarvoor de directie-generaal personen
met een handicap de vaststelling van de invaliditeit
doet, maar waar het voordeel door andere instanties wordt toegekend. Het betreft hier : de fiscale
voordelen inzake autovoertuigen, de toeslag op de
belastingvrije som in de personenbelasting, de vermindering inzake de onroerende voorheffing, het
sociaal telefoontarief, de sociale huisvesting;
B) les avantages qui dépendent directement d’un droit
lié à une allocation pour personne handicapée. Il
s’agit ici du tarif social pour le gaz et l’électricité,
de l’exonération de la redevance pour les eaux
usées en Région flamande, de l’abonnement gratuit
auprès de De Lijn;
B) voordelen die rechtstreeks afhangen van een recht
verbonden aan een tegemoetkoming aan personen
met een handicap. Het gaat om het sociaal gas- en
elektriciteitstarief, de vrijstelling van de heffing op
de afvalwaters in het Vlaams Gewest, het gratis
abonnement bij De Lijn;
C) les avantages qui peuvent être obtenus directement
auprès de la direction générale personnes handicapées. Il s’agit ici de la carte de stationnement et de
la carte de réduction pour les transports publics.
C) voordelen die rechtstreeks kunnen worden verkregen bij de directie-generaal personen met een
handicap. Het betreft de parkeerkaart en de verminderingskaart voor het openbaar vervoer.
En fonction des catégories d’avantages précités, des
réponses distinctes doivent être données aux questions
posées par l’honorable membre.
Op grond van de hiervoor vermelde categorieën
dienen verschillende antwoorden te worden gegeven
op de door het geachte lid gestelde vragen.
A) Avantages pour lesquels la direction générale
personnes handicapées constate l’invalidité, mais qui
sont octroyés par d’autres instances. Il s’agit ici des
avantages fiscaux en matière de véhicules automobiles,
A) Voordelen waarvoor de directie-generaal personen met een handicap de vaststelling van de invaliditeit doet, maar waar het voordeel door andere instanties wordt toegekend. Het betreft hier : de fiscale voor-
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18986
de l’exonération supplémentaire dans le cadre de
l’impôt des personnes physiques, de la réduction en
matière de précompte immobilier, du tarif téléphonique social, du logement social.
delen inzake autovoertuigen, de toeslag op de belastingvrije som in de personenbelasting, de vermindering
inzake de onroerende voorheffing, het sociaal telefoontarief, de sociale huisvesting.
1. Il n’existe pas de chiffres par avantage. Pour 2005
(de janvier à septembre inclus), 15 988 demandes
générales d’examen médical ont déjà été introduites. Pour 2004, ce chiffre s’élevait à 24 293 demandes.
1. Er bestaan geen cijfers per voordeel. Voor 2005
(van januari tot en met september) werden reeds
15 988 algemene aanvragen voor een medisch
onderzoek ingediend. Voor 2004 bedroeg dit
24 293 aanvragen.
2. Ce nombre n’est pas connu au sein de la direction
générale personnes handicapées.
2. Dit is niet bekend bij de directie-generaal personen
met een handicap.
3. La durée de validité de l’attestation est égale à la
période pour laquelle la reconnaissance médicale a
été octroyée. Cette période peut avoir une durée
déterminée (jusqu’à une date fixe) ou indéterminée
(jusqu’au moment où une nouvelle constatation
médicale remplace la constatation précédente).
3. De geldigheidsduur van het attest is gelijk aan de
termijn waarvoor de medische erkenning werd
toegekend. Dit kan zijn : een bepaalde duur (tot
een bepaalde datum) of onbepaalde duur (tot een
nieuwe medische vaststelling de vorige vaststelling
komt vervangen).
4. Ce nombre n’est pas connu au sein de notre
service.
4. Dit is onze dienst niet bekend.
B) Avantages qui dépendent directement d’un droit
liquidé à une allocation pour personne handicapée. Il
s’agit ici du tarif social pour le gaz et l’électricité, de
l’exonération de la redevance pour les eaux usées en
Région flamande, de l’abonnement gratuit auprès de
De Lijn.
B) Voordelen die rechtstreeks afhangen van een
recht verbonden aan een tegemoetkoming aan personen met een handicap. Het gaat om het sociaal gas- en
elektriciteitstarief, de vrijstelling van de heffing op de
afvalwaters in het Vlaams Gewest, het gratis abonnement bij De Lijn;
1. Il n’existe également pas de chiffres à ce sujet étant
donné que le droit est lié au bénéfice d’une allocation et que des demandes distinctes ne sont dès lors
pas introduites.
1. Ook hier bestaan geen cijfers daar het recht gekoppeld is aan het genieten van een tegemoetkoming
en er dus geen aparte aanvragen voor ingediend
worden.
2. Ce nombre n’est pas connu au sein de la direction
générale personnes handicapées.
2. Dit is niet bekend bij de directie-generaal personen
met een handicap.
3. Pour le tarif social en matière de gaz et
d’électricité, une attestation est envoyée dans le
courant du mois de mars à toutes les personnes qui
peuvent prétendre à l’avantage. Pour l’exonération
de la redevance pour les eaux usées en Région
flamande, des attestations électroniques sont envoyées chaque année au mois de juin via la BanqueCarrefour de la sécurité sociale à la Vlaamse
Milieumaatschappij, de même que des attestations
papier aux bénéficiaires. Pour l’abonnement
gratuit auprès de De Lijn, un échange électronique
de données a lieu tous les mois. La carte est envoyée par De Lijn aux bénéficiaires.
3. Voor het sociaal gas- en elektriciteitstarief wordt
elk jaar aan al de personen die aanspraak kunnen
maken op net voordeel een attest opgestuurd in de
loop van de maand maart. Voor de vrijstelling van
de heffing op de afvalwaters in het Vlaams Gewest
worden er elk jaar in de maand juni elektronische
attesten via de Kruispuntbank van de Sociale
Zekerheid verstuurd naar de Vlaamse Milieumaatschappij en papieren attesten naar de rechthebbenden. Voor het gratis abonnement bij De
Lijn is er maandelijks een elektronische uitwisseling van gegevens. De kaart wordt door De Lijn
aan de rechthebbenden toegezonden.
4. Ce nombre n’est pas connu au sein de notre
service.
4. Dit is onze dienst niet bekend.
C) Avantages qui peuvent être obtenus directement
auprès de la direction générale personnes handicapées.
Il s’agit ici de la carte de stationnement et de la carte de
réduction pour les transports publics.
C. Voordelen die rechtstreeks kunnen worden verkregen bij de directie-generaal personen met een
handicap. Het betreft hier de parkeerkaart en de verminderingskaart voor het openbaar vervoer.
1. Carte de stationnement : au cours de l’année 2005
(de janvier à septembre inclus) : 40 184 et au cours
de l’année 2004 : 56 502; carte de réduction pour
1. Parkeerkaart : in het jaar 2005 : (januari tot en met
september) : 40 184 en in het jaar 2004 : 56 502, verminderingskaart voor het openbaar vervoer : in het
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18987
les transports publics : au cours de l’année 2005 (de
janvier à septembre inclus) : 917, et au cours de
l’année 2004 : 1 094.
jaar 2005 (januari tot en met september) : 917, en in
het jaar 2004 : 1 094.
2. Nombre de cartes de stationnement en circulation
en octobre 2005 : 235 810; nombre de cartes de
réduction pour les transports publics en circulation
en octobre 2005 :10 328.
2. Aantal in omloop zijnde parkeerkaarten in oktober 2005 : 235 810, aantal in omloop zijnde verminderingskaarten openbaar vervoer in oktober 2005 :
10 328.
3. Jusqu’au 30 septembre 2005, la durée de validité
était de 10 ans maximum ou correspondait à la
période de la reconnaissance médicale. À partir du
1 oktober 2005, la durée de validité est identique à
la durée de la reconnaissance médicale, à savoir
une durée limitée (cas assez exceptionnel) ou illimitée.
3. Tot 30 september 2005 was de geldigheidsduur
maximum 10 jaar of de termijn gelijk aan de medische erkenning. Vanaf 1 oktober 2005 is de geldigheidsduur identiek aan de duur van de medische
erkenning; dit wil zeggen : bepaalde duur (eerder
uitzonderlijk) of onbepaalde duur.
4. Ce nombre n’est pas connu au sein de notre
service.
4. Dit is onze dienst niet bekend.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18989
IV. Sommaire par ministre et mentionnant l’objet
IV. Inhoudsopgave volgens minister met vermelding van het onderwerp
CA
DO
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
Premier ministre
Eerste minister
1
2005200606337 22-11-2005
107
Mme Marie Nagy
Conférences interministérielles.
Interministeriële conferenties.
18871
1
2005200606343 22-11-2005
108
Mme Marie Nagy
Accords de coopération conclus par l’État fédéral.
Door de federale overheid gesloten samenwerkingsakkoorden.
18873
Vice-première ministre et ministre de la Justice
Vice-eerste minister en minister van Justitie
1
2004200504700 30- 6-2005
734
Jef Van den Bergh
Excès de vitesse. — Conducteurs étrangers.
Snelheidsovertredingen. — Buitenlandse chauffeurs.
18875
1
2004200504754
6- 7-2005
741
Mw. Trees Pieters
Mise en œuvre de la nouvelle loi sur les ASBL.
Toepassing van de nieuwe VZW-wet.
18876
8
2005200606242 17-11-2005
835
Guido De Padt
* Commission européenne. — Proposition relative à
la conservation des données de téléphonie mobile
et d’internet.
Europese Commissie. — Voorstel inzake het bewaren van GSM- en internetgegevens.
18783
8
2005200606285 21-11-2005
837
Bart Laeremans
* Cour d’appel d’Anvers. — Comparution tardive de
magistrats limbourgeois.
Hof van beroep van Antwerpen. — Laattijdige verschijning op de zitting van Limburgse magistraten.
18784
8
2005200606288 21-11-2005
838
Mme Annick
Saudoyer
* Création de tribunaux basés sur la sharia en vue
d’arbitrer les litiges familiaux.
Oprichting van op de sharia gestoelde rechtbanken
voor bemiddeling in familieconflicten.
18784
8
2005200606291 21-11-2005
839
Mw. Sabien
Lahaye-Battheu
* Nombre de poursuites du chef d’insolvabilité frauduleuse.
Aantal vervolgingen omwille van bedrieglijk onvermogen.
18785
8
2005200606304 22-11-2005
840
Guido De Padt
* Incendies criminels.
Brandstichtingen.
18786
1
2005200606312 22-11-2005
841
Bart Laeremans
* Marchés publics locaux. — Vente de vêtements à
des prix choc par des Pakistanais.
Plaatselijke openbare markten. — Verkoop van
kledij tegen uitzonderlijk lage prijzen door Pakistani.
18787
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18990
CA
DO
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2005200606339 22-11-2005
842
Jean-Pierre
Malmendier
Situation des juristes de parquet et référendaires près
les cours d’appel et les tribunaux de première
instance.
Toestand van de parketjuristen en de referendarissen bij de hoven van beroep en de rechtbanken
van eerste aanleg.
18879
8
2005200606348 23-11-2005
843
Ortwin Depoortere * Sûreté de l’État. — Protection des opposants à
l’islam. — Suivi des menaces proférées par des
intégristes musulmans.
Staatsveiligheid. — Bescherming van islamcritici. —
Toezicht op bedreigingen geuit door extremistische islamieten.
18788
8
2005200606356 23-11-2005
844
Mw. Trees Pieters
* Actes illégaux. — Annulation immédiate d’actes
juridiques administratifs et d’actes émanant
d’une autorité.
Onwettelijke akten. — Onmiddellijke intrekking
van administratieve rechtshandelingen en
gezagshandelingen.
18788
1
2005200606437 28-11-2005
851
Guido De Padt
Infractions au code de la route. — Infractions graves
du premier degré. — Chiffres relatifs au premier
semestre de 2005.
Verkeersovertredingen. — Zware overtredingen
eerste graad. — Inbreuken. — Cijfers voor de
eerste helft van 2005.
18881
1
2005200606441 28-11-2005
852
Guido De Padt
Infractions de roulage. — Infractions graves du
deuxième degré. — Infractions. — Chiffres pour
le premier semestre 2005.
Verkeersovertredingen. — Zware overtredingen
tweede graad. — Inbreuken. — Cijfers voor de
eerste helft van 2005.
18883
1
2005200606442 28-11-2005
853
Guido De Padt
Infractions au code de la route. — Infractions graves
du troisième degré. — Contraventions. — Chiffres relatifs à la première moitié de 2005.
Verkeersovertredingen. — Zware overtredingen
derde graad. — Inbreuken. — Cijfers voor de
eerste helft van 2005.
18887
1
2005200606566
868
Melchior Wathelet
Directions générales de la police fédérale. — Fonctions de directeur-général et d’adjoint. — Déséquilibre linguistique.
Algemene directies van de federale politie. — Functies van directeur-generaal en adjunct-directeurgeneraal. — Onevenwichtige verdeling volgens
taalrol.
18888
9-12-2005
Vice-premier ministre et ministre des Finances
Vice-eerste minister en minister van Financiën
8
2005200606229 17-11-2005
980
Carl Devlies
* Déductibilité fiscale des cotisations d’assainissement
pour l’épuration des eaux usées.
Fiscale aftrekbaarheid van de saneringsbijdragen
voor de zuivering van afvalwater.
18789
8
2005200606231 17-11-2005
981
Dirk Claes
* Indépendants. — Investissements de sécurisation.
Zelfstandigen. — Beveiligingsinvesteringen.
18790
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
CA
DO
Date
Datum
18991
Question no
Vraag nr.
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
8
2005200606234 17-11-2005
982
Mw. Marleen
Govaerts
* Taxes sur les opérations de bourse et sur les livraisons de titres au porteur (TOB et TLT) indûment
perçues.
Ten onrechte geı̈nde beurs- en leveringstaks (TOB
en TAT).
18791
8
2005200606257 18-11-2005
983
Hagen Goyvaerts
* Application du système du gasoil professionnel au
transport des malades.
Toekenning van de regeling « professionele diesel »
voor ziekenvervoer.
18792
8
2005200606259 18-11-2005
984
Mw. Trees Pieters
* Garderies scolaires. — Frais de garde d’enfants
payées aux écoles maternelles et primaires. —
Charges de famille.
Schoolse opvang. — Uitgaven voor kinderoppas
betaald aan kleuteren lagere scholen. —
Gezinslasten.
18792
8
2005200606267 21-11-2005
987
Geert Versnick
* TVA. — Donations aux institutions agréées.
BTW. — Schenkingen aan erkende instellingen.
18793
8
2005200606271 21-11-2005
988
Mw. Trees Pieters
* Coperfin. — Simplification administrative. —
Changement de mentalité. — Suppression des
statistiques comparatives. — Sensibilisation du
personnel.
Coperfin. — Administratieve vereenvoudiging. —
Mentaliteitsverandering. — Afschaffing van
vergelijkende statistieken. — Sensibilisatie van
het personeel.
18794
8
2005200606275 21-11-2005
989
Servais
Verherstraeten
* Revenus d’une société néerlandaise en nom collectif
(VOF ou « vennootschap onder firma »).
Inkomsten uit een Nederlandse VOF.
18796
8
2005200606278 21-11-2005
990
Hagen Goyvaerts
* Titrisation des créances fiscales.
Effectisering belastingschulden.
18797
8
2005200606280 21-11-2005
991
Mw. Trees Pieters
* TVA. — Exemption des prestations artistiques.
BTW. — Vrijstelling van artistieke prestaties.
18798
8
2005200606287 21-11-2005
992
Guido De Padt
* Droits d’enregistrement. — Transferts de propriété.
Registratierechten. — Eigendomsoverdrachten.
18799
8
2005200606298 22-11-2005
994
Guido De Padt
* Fonctionnaires fédéraux. — Déplacements entre le
domicile et le lieu de travail. — Primes pour les
déplacements à pied et à bicyclette.
Federale ambtenaren. — Woon-werkverkeer. —
Fiets- en voetgangerspremies.
18800
8
2005200606310 22-11-2005
995
Mme Dominique
Tilmans
* Agences locales pour l’emploi (ALE). — Entreprises
de titres services.
Plaatselijke
Werkgelegenheidsagentschappen
(PWA’s). — Dienstenchequebedrijven.
18801
8
2005200606314 22-11-2005
996
Luc Goutry
* Indexation du revenu cadastral du matériel et de
l’outillage des entreprises.
Indexering van het kadastraal inkomen van materiaal en outillage van bedrijven.
18803
8
2005200606318 22-11-2005
998
Ortwin Depoortere * Lutte contre l’achat et la vente de produits contrefaits.
Aanpak van verkoop en koop van namaakproducten.
18803
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18992
CA
DO
Question no
Vraag nr.
Date
Datum
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
8
2005200606336 22-11-2005
999
Mme Muriel Gerkens * CBFA. — Porter plainte devant la justice.
CBFA. — Aanklacht bij het gerecht.
18804
8
2005200606341 22-11-2005
1000
Mme Muriel Gerkens * Parc automobile des entreprises. — Voitures
« propres ».
Bedrijfswagenpark. — « Schone » auto’s.
18804
8
2005200606345 22-11-2005
1001
Jean-Jacques Viseur * Imposition des bonis de liquidation à l’impôt des
personnes physiques.
Taxatie van liquidatieboni in de personenbelasting.
18805
8
2005200606349 23-11-2005
1002
Mw. Sabien
Lahaye-Battheu
* Perception forcée d’amendes judiciaires.
Gedwongen inning van gerechtelijke boetes.
18806
8
2005200606356 23-11-2005
1003
Mw. Trees Pieters
* Actes illégaux. — Annulation immédiate d’actes
juridiques administratifs et d’actes émanant
d’une autorité.
Onwettelijke akten. — Onmiddellijke intrekking
van administratieve rechtshandelingen en
gezagshandelingen.
18807
1
2005200606513
2-12-2005
1025
Mme Muriel Gerkens
Déductions fiscales pour l’efficacité énergétique des
entreprises.
Belastingaftrek ter bevordering van de energieefficiëntie van de bedrijven.
18890
1
2005200606627 19-12-2005
1041
Luc Goutry
Extension du système du diesel professionnel au
secteur du transport des malades.
Uitbreiding van het systeem van de professionele
diesel tot de sector van het ziekenvervoer.
18891
Vice-première ministre et ministre du Budget et de la Protection de la consommation
Vice-eerste minister en minister van Begroting en Consumentenzaken
Protection de la consommation — Consumentenzaken
1
2004200505113 19- 9-2005
137
Roel Deseyn
Code de bonne conduite à l’usage des call centers.
Gedragscode voor callcenters.
18892
8
2005200606241 17-11-2005
159
Roel Deseyn
* Installation d’un service de blocage des SMS.
Installeren van een SMS blokkerende dienst.
18808
8
2005200606311 22-11-2005
160
Stijn Bex
* Protection du citoyen contre le harcèlement téléphonique.
Bescherming van de burger tegen telefoonterreur.
18809
Vice-premier ministre et ministre de l’Intérieur
Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken
1
2003200432180 17- 9-2004
367
Hagen Goyvaerts
Trafics de drogue et d’illégaux en provenance
d’Afrique du Nord.
Drugs- en illegalensmokkel vanuit Noord-Afrika.
18895
1
2004200503684 29- 3-2005
567
Dylan Casaer
Conseil d’État. — Procédures. — Référé.
Raad van State. — Procedures. — Kort geding.
18897
1
2004200504732
678
Dylan Casaer
Chiens dangereux. — Enregistrement local et traitement des cas de morsure.
Gevaarlijke honden. — Lokale registratie en
verwerking van bijtincidenten.
18900
4- 7-2005
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
CA
DO
18993
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2005200606029 20-10-2005
748
Guido De Padt
Contrôles policiers en matière de consommation de
drogue et d’alcool au volant.
Politiecontroles op druggebruik en alcoholgebruik
door autobestuurders.
18905
1
2005200606127 25-10-2005
755
Guido De Padt
Institutions publiques. — Fonctionnaires dirigeants.
— Statut.
Overheidsinstellingen. — Leidinggevenden. —
Statuut.
18906
1
2005200606157
4-11-2005
761
Mw. Marleen
Govaerts
Problèmes avec les cartes d’identité électroniques
dans certaines administrations communales du
Limbourg.
Problemen met elektronische identiteitskaarten in
bepaalde Limburgse gemeentehuizen.
18909
1
2005200606195 10-11-2005
766
Guy D’haeseleer
Commissaires et autres représentants du gouvernement.
Regeringscommissarissen en andere vertegenwoordigers van de regering.
18910
8
2005200606233 17-11-2005
776
Mw. Marleen
Govaerts
* Affrontements avec de jeunes allochtones. — Mesures préventives dans les grandes villes.
Rellen met allochtone jongeren. — Preventieve
maatregelen in de grootsteden.
18810
8
2005200606246 17-11-2005
779
Guido De Padt
* Accidents de la route. — Consommation d’alcool et
de drogues.
Verkeersongevallen. — Gebruik van alcohol en
drugs.
18811
8
2005200606250 18-11-2005
780
Eric Libert
* Rapports d’activités du Collège des gouverneurs de
province.
Activiteitsverslagen van het College van provinciegouverneurs.
18812
8
2005200606265 21-11-2005
781
Eric Libert
* Commissaires de brigade. — Statut juridique.
Brigadecommissarissen. — Juridisch statuut.
18812
1
2005200606296 22-11-2005
783
Stijn Bex
8
2005200606309 22-11-2005
785
8
2005200606315 22-11-2005
1
8
Déclarations du ministre dans le cadre d’une
instruction.
Uitspraak van de minister in een gerechtelijk
onderzoek.
18912
Bart Laeremans
* SPF. — Office des étrangers. — Site internet. —
Informations en français.
FOD. — Dienst Vreemdelingenzaken. — Website.
— Franstalige informatie.
18813
786
Bart Laeremans
* Véhicules de police de la zone Merchtem, Asse,
Opwijk et Wemmel. — Inscription étrange.
Politiewagens van de zone Merchtem, Asse, Opwijk
en Wemmel. — Vreemd opschrift.
18813
2005200606324 22-11-2005
787
Melchior Wathelet
Cartes d’identité électroniques. — Communes. —
Membres du personnel statutaire de Belgacom.
Elektronische identiteitskaarten. — Gemeenten. —
Leden van het statutair personeel van Belgacom.
18913
2005200606332 22-11-2005
788
Gerolf Annemans
* Ancienneté des pompiers volontaires recrutés en
tant que pompiers professionnels.
Anciënniteit van de vrijwillige brandweer bij
aanwerving als beroepskracht.
18814
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18994
CA
DO
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2005200606356 23-11-2005
791
Mw. Trees Pieters
8
2005200606358 23-11-2005
793
Filip De Man
Actes illégaux. — Annulation immédiate d’actes
juridiques administratifs et d’actes émanant
d’une autorité.
Onwettelijke akten. — Onmiddellijke intrekking
van administratieve rechtshandelingen en
gezagshandelingen.
* Armes de service des zones de police locale.
Dienstbewapening van de lokale politiezones.
18914
18814
Ministre des Affaires étrangères
Minister van Buitenlandse Zaken
8
2005200606240 17-11-2005
273
Mw. Inga Verhaert * Sixième conférence ministérielle de l’OMC à Hong
Kong. — Produits agricoles.
Zesde WTO Ministeriële Conferentie in Hong
Kong. — Landbouw producten.
18815
Ministre de la Défense
Minister van Landsverdediging
1
2005200606131 25-10-2005
283
Luc Sevenhans
Victimes de guerre civiles de la Seconde guerre
mondiale. — Reconnaissances.
Burgerlijke oorlogsslachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog. — Erkenningen.
18917
1
2005200606132 25-10-2005
284
Luc Sevenhans
Département. — Absentéisme.
Departement. — Ziekteverzuim.
18918
1
2005200606163
4-11-2005
289
Luc Sevenhans
Département. — Attribution de jobs de vacances.
Departement. — Toewijzing van vakantiejobs.
18920
@
2005200606195 10-11-2005
291
Guy D’Haeseleer
Commissaires et autres représentants du gouvernement.
Regeringscommissarissen en andere vertegenwoordigers van de regering.
18922
8
2005200606262 18-11-2005
293
Luc Sevenhans
* Hôpital militaire. — Missions à l’étranger.
Militair Hospitaal. — Rol van buitenlandse opdrachten.
18816
1
2005200606266 21-11-2005
294
Luc Sevenhans
Département. — Attribution de jobs de vacances.
Departement. — Toewijzing van vakantiejobs.
18923
8
2005200606268 21-11-2005
295
Luc Sevenhans
* Centre des grands brûlés de l’Hôpital militaire.
Brandwondencentrum van het Militair Hospitaal.
18816
8
2005200606276 21-11-2005
296
Luc Sevenhans
* Centre des grands brûlés de l’hôpital militaire. —
Suivi des patients.
Brandwondencentrum van het Militair Hospitaal.
— Opvolging van de patiënten.
18817
8
2005200606305 22-11-2005
297
Bart Laeremans
* Diverses catégories de victimes de guerre. — Déséquilibres.
Diverse categorieën van oorlogsslachtoffers. —
Wanverhoudingen.
18818
1
2005200606308 22-11-2005
298
Mw. Ingrid Meeus
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
Étude « Qualité des nouvelles recrues ».
Studie « Kwaliteit van de Instroom ».
2006
18926
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
CA
DO
18995
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
1
2005200606319 22-11-2005
299
Mw. Ingrid Meeus
Coopération entre les départements de la Défense et
de l’Intérieur. — Militaires. — « Call takers ».
Samenwerking tussen Defensie en Binnenlandse
Zaken. — Militairen. — « Call-talkers ».
18927
8
2005200606320 22-11-2005
300
Luc Sevenhans
* Présence militaire belge au Royaume-Uni.
Belgische militaire aanwezigheid in het Verenigd
Koninkrijk.
18819
8
2005200606326 22-11-2005
301
Mw. Ingrid Meeus
* Stages pour les jeunes organisés durant les vacances
d’été.
Jongerenstages tijdens de zomervakantie.
18820
8
2005200606350 23-11-2005
302
Mw. Ingrid Meeus
* Service de l’Inspection générale. — Plaintes relatives
au harcèlement sur le lieu de travail.
Dienst Algemene Inspectie. — Klachten over pesterijen op de werkvloer.
18820
8
2005200606355 23-11-2005
303
Mw. Ingrid Meeus
* Personnel militaire. — Valeur moyenne BMI.
Legerpersoneel. — Gemiddelde BMI waarde.
18821
Ministre de l’Économie, de l’Énergie, du Commerce extérieur et de la Politique scientifique
Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid
Économie — Economie
8
2005200606286 21-11-2005
375
François-Xavier de
Donnea
* Application de la libération du marché de l’énergie.
Vrijmaking van de energiemarkt.
18822
8
2005200606293 21-11-2005
376
Mark Verhaegen
* Effets du traité de Kyoto sur l’emploi.
Kyoto-druk op werkgelegenheid.
18823
Énergie — Energie
8
2005200606274 21-11-2005
156
Guido De Padt
* Extension du tarif d’électricité de nuit à toute la
durée du week-end.
Uitbreiding van het nachttarief voor elektriciteit
naar het hele weekend.
18823
Politique scientifique — Wetenschapsbeleid
8
2005200606334 22-11-2005
87
Ortwin Depoortere * Nombre d’étudiants étrangers aux universités francophones. — Financement des Communautés.
Aantal buitenlandse studenten en Franstalige
universiteiten. — Financiering van de gemeenschappen.
18824
Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
Affaires sociales — Sociale Zaken
1
2005200606147
4-11-2005
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
367
Mw. Annemie
Turtelboom
2005
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
2006
18928
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18996
CA
DO
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
8
2005200606245 17-11-2005
376
Mw. Annemie
Turtelboom
* Corrélation entre le taux d’emploi et l’absentéisme
pour cause de maladie.
Verband tussen werkgelegenheid en ziekteverzuim.
18825
8
2005200606254 18-11-2005
377
Mw. Greet Van
Gool
* Paiement d’office des allocations sociales auxquelles
des ex-détenus avaient droit avant leur incarcération.
Ambtshalve uitbetaling van de sociale uitkeringen
waar ex-gedetineerden voor hun gevangenschap
recht op hadden.
18826
8
2005200606284 21-11-2005
378
Mw. Greet Van
Gool
* Paiement du pécule de vacances dans le cadre de la
reprise progressive du travail.
Verrekening van het vakantiegeld bij progressieve
tewerkstelling.
18828
8
2005200606299 22-11-2005
379
Koen Bultinck
* Étude relative aux stents abdominaux.
Studie buikstents.
18829
8
2005200606306 22-11-2005
380
Benoı̂t Drèze
* INAMI. — Budget annuel affecté aux PET-scans.
RIZIV. — Jaarbudget voor PET-scanners.
18830
8
2005200606321 22-11-2005
381
Mw. Annemie
Turtelboom
* Critères de définition du statut de travailleur salarié
ou indépendant. — Requalification du statut de
salarié à celui d’indépendant. — Cotisations de
sécurité sociale payées.
Criteria ter bepaling van het statuut van werknemer
of zelfstandige. — Herkwalificatie van werknemer naar zelfstandige. — Betaalde sociale zekerheidsbijdragen.
18830
8
2005200606323 22-11-2005
382
Mw. Annemie
Turtelboom
* Critères de définition du statut de travailleur salarié
ou indépendant. — Requalification. — Récupération d’allocations versées indûment.
Criteria ter bepaling van het statuut van werknemer
of zelfstandige. — Herkwalificatie. — Terugvordering van de onverschuldigd betaalde uitkeringen.
18831
8
2005200606329 22-11-2005
383
Koen Bultinck
* Augmentation de la vente des analgésiques forts. —
Étude de l’INAMI.
Stijging verkoop zware pijnstillers. — RIZIV-studie.
18832
8
2005200606347 23-11-2005
384
Mw. Annemie
Turtelboom
* Critères de définition du statut de travailleur salarié
ou indépendant. — Requalifications.
Criteria ter bepaling van het statuut van werknemer
of zelfstandige. — Herkwalificaties.
18832
Santé publique — Volksgezondheid
1
2005200606147
4-11-2005
573
Mw. Annemie
Turtelboom
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
18929
8
2005200606230 17-11-2005
582
Koen Bultinck
* Nouvelle mode des renards comme animaux domestiques.
Vossen als nieuwste huisdierenrage.
18833
8
2005200606302 22-11-2005
583
Bart Laeremans
* CPAS de la ville de Bruxelles. — Factures impayées
d’hôpitaux.
OCMW van de stad Brussel. — Onbetaalde ziekenhuisfacturen.
18833
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
CA
DO
18997
Question no
Vraag nr.
Date
Datum
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
8
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
2005200606307 22-11-2005
584
Benoı̂t Drèze
* Importance des services d’oncologie.
Belang van de oncologiediensten.
18834
Ministre de la Coopération au Développement
Minister van Ontwikkelingssamenwerking
1
2004200505039
1
8- 9-2005
99
Francis Van den
Eynde
Coopération au développement. — Aide accordée
aux régimes non démocratiques.
Ontwikkelingssamenwerking. — Hulp aan ondemocratische regimes.
18930
2005200606044 20-10-2005
101
Guy D’Haeseleer
Départements et parastataux. — Fonctionnaires. —
Régimes de départ anticipé.
Departementen en parastatalen. — Ambtenaren. —
Vervroegde uittredingsstelsels.
18933
1
2005200606147
4-11-2005
106
Mw. Annemie
Turtelboom
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
18934
1
2005200606195 10-11-2005
107
Guy D’haeseleer
Commissaires et autres représentants du gouvernement.
Regeringscommissarissen en andere vertegenwoordigers van de regering.
18935
Ministre de la Fonction publique, de l’Intégration sociale,
de la Politique des grandes villes
et de l’Égalité des chances
Minister van Ambtenarenzaken,
Maatschappelijke Integratie,
Grootstedenbeleid en Gelijke Kansen
Fonction publique — Ambtenarenzaken
1
2005200606147
4-11-2005
167
Mw. Annemie
Turtelboom
8
2005200606298 22-11-2005
170
Guido De Padt
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
18935
* Fonctionnaires fédéraux. — Déplacements entre le
domicile et le lieu de travail. — Primes pour les
déplacements à pied et à bicyclette.
Federale ambtenaren. — Woon-werkverkeer. —
Fiets- en voetgangerspremies.
18834
Intégration sociale — Maatschappelijke Integratie
1
2005200606147
4-11-2005
154
Mw. Annemie
Turtelboom
8
2005200606243 17-11-2005
163
8
2005200606338 22-11-2005
164
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
18936
Mw. Greet Van
Gool
* Intégration des CPAS dans le réseau de la sécurité
sociale.
Integratie van de OCMW’s in het netwerk van de
sociale zekerheid.
18836
Staf Neel
* Aide médicale urgente aux étrangers en séjour illégal.
Dringende medische hulpverlening aan illegalen.
18837
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
18998
CA
DO
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
Politique des grandes villes — Grootstedenbeleid
1
2005200606147
4-11-2005
51
Mw. Annemie
Turtelboom
8
2005200606263 18-11-2005
53
Eric Libert
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
18937
* Politique des grandes villes. — Financement par le
fédéral à partir de 2003.
Grootstedenbeleid. — Financiering door de federale
overheid vanaf 2003.
18838
Gelijke Kansen — Égalité des chances
1
2005200606147
4-11-2005
79
Mw. Annemie
Turtelboom
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
18938
Ministre de la Mobilité
Minister van Mobiliteit
1
2004200504989 22- 8-2005
344
Jef Van den Bergh
Priorité des piétons sur les automobilistes aux passages pour piétons.
Voorrang voor voetgangers aan zebrapaden.
18939
1
2004200505066 13- 9-2005
354
Guido De Padt
Sécurité routière. — Banques de données hospitalières et policières.
Verkeersveiligheid. — Ziekenhuisbestanden. —
Politiebestanden.
18941
1
2004200505077 13- 9-2005
357
Guido De Padt
Autoroutes. — Accidents. — Embouteillages. —
Écrans.
Autosnelwegen. — Ongevallen. — Files. — Schermen.
18943
1
2004200505084 14- 9-2005
358
Guido De Padt
Radars numériques.
Digitale snelheidscamera’s.
18946
1
2004200505122 20- 9-2005
359
Jef Van den Bergh
Non-utilisation des clignotants.
Niet-gebruiken van de richtingaanwijzers.
18948
1
2004200505230 28- 9-2005
366
Jef Van den Bergh
Sécurité des voitures sans permis.
Micro-auto’s en veiligheid.
18949
1
2004200505254
3-10-2005
368
Mw. Frieda Van
Themsche
« Zones 30 ». — Lignes de bus.
« 30 km zones ». — Lijnbussen.
18951
1
2004200505274
5-10-2005
371
Mw. Frieda Van
Themsche
Victimes de la route aux abords des écoles.
Verkeersslachtoffers in de buurt van scholen.
18952
1
2005200606127 25-10-2005
389
Servais
Verherstraeten
Institutions publiques. — Fonctionnaires dirigeants.
— Statut.
Overheidsinstellingen. — Leidinggevenden. —
Statuut.
18953
8
2005200606239 17-11-2005
398
Dylan Casaer
* Vélomoteurs et motocyclettes.
Bromfietsen en motorfietsen.
18839
8
2005200606258 18-11-2005
399
Dirk Claes
* Dégagement de l’autoroute après un accident.
Vrijmaken van de autoweg na een ongeval.
18840
8
2005200606289 21-11-2005
400
Ortwin Depoortere * Échange de permis de conduire non européens.
Omruiling van niet-Europese rijbewijzen.
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
18841
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
CA
DO
18999
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
8
2005200606303 22-11-2005
401
Guido De Padt
* Réduction du nombre de poids lourds sur les routes
en stimulant le transport par voie navigable. —
Stimulation de la navigation en estuaire avec des
bateaux de navigation intérieure.
Vermindering aantal trucks op de weg door stimulering van het binnenscheepvaartverkeer. —
Stimulering van de estuaire vaart met binnenschepen.
18841
8
2005200606322 22-11-2005
402
Dylan Casaer
* Sécurité des mouvements aériens en Belgique.
Veiligheid van vliegbewegingen in België.
18842
Ministre de l’Environnement
et des Pensions
Minister van Leefmilieu
en Pensioenen
Environnement — Leefmilieu
8
2005200606341 22-11-2005
82
Mme Muriel Gerkens * Parc automobile des entreprises. — Voitures
« propres ».
Bedrijfswagenpark. — « Schone » auto’s.
18843
1
2005200606373 24-11-2005
84
Koen Bultinck
18954
Campagne d’information pour la réduction des
produits phytopharmaceutiques et des biocides.
Informatiecampagne ter vermindering van gewasbeschermingsmiddelen en biociden.
Pensions — Pensioenen
1
2004200504126 29- 4-2005
98
Mme Annick
Saudoyer
Pensions au taux ménage.
Gezinspensioenen.
18955
6
2004200504767
8- 7-2005
108
Koen Bultinck
Droit à une pension de retraite anticipée. — Condition de carrière minimale. — Travailleurs salariés et travailleurs indépendants. — Discrimination.
Recht op vervroegd rustpensioen. — Loopbaanvoorwaarde. — Werknemers en zelfstandigen.
— Discriminatie.
18957
1
2004200504792 12- 7-2005
110
Koen Bultinck
Cumul d’une pension avec une activité professionnelle. — Limites de revenus.
Cumulatie pensioen met een beroepsactiviteit. —
Inkomensgrenzen.
18958
1
2004200504960
5- 8-2005
119
Geert Lambert
Régime de pension du personnel des compagnies
aériennes.
Pensioenstelsel voor luchtvaartpersoneel.
18960
1
2005200606009 19-10-2005
123
Francis Van den
Eynde
Médiateur des pensions. — Permanence dans certaines villes.
Ombudsman van de pensioenen. — Terbeschikkingstelling van het publiek in bepaalde
steden.
18962
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
19000
CA
DO
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
8
2005200606295 21-11-2005
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
132
Philippe Monfils
* Périodes de services militaires assimilables dans le
calcul de la pension.
Perioden van militaire dienst die bij de pensioenberekening met arbeidsperioden kunnen worden
gelijkgesteld.
18844
Ministre de l’Emploi
Minister van Werk
1
2004200505012
1- 9-2005
340
Mw. Annemie
Turtelboom
Chefs de ménage de familles monoparentales sans
emploi.
Werkloze gezinshoofden van eenoudergezinnen.
18963
1
2004200505049
8- 9-2005
342
Mw. Greet Van
Gool
Chômage. — Congé de maternité. — Procédure.
Werkloosheid. — Moederschapsverlof. — Procedure.
18964
1
2004200505243 30- 9-2005
353
Mw. Hilde
Vautmans
Emplois d’étudiant. — Recrutement en tant que
travailleurs ordinaires.
Tewerkstelling als jobstudent. — Aanwerving als
gewone werknemer.
18966
1
2004200504759
7- 7-2005
356
Bart Tommelein
Chômeurs
qui
démarrent
une
activité
d’indépendant. — Formulaire C54E.
Werklozen die een zelfstandige activiteit opstarten.
— Formulier C54E.
18968
1
2005200606044 20-10-2005
361
Guy D’Haeseleer
Départements et parastataux. — Fonctionnaires. —
Régimes de départ anticipé.
Departementen en parastatalen. — Ambtenaren. —
Vervroegde uittredingstelsels.
18969
1
2005200606086 24-10-2005
363
Mme Anne Barzin
Loi du 26 juin 2002 relative aux fermetures
d’entreprises. — Entrée en vigueur.
Wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de
ondernemingen. — Inwerkingtreding.
18970
1
2005200606127 25-10-2005
365
Servais
Verherstraeten
Institutions publiques. — Fonctionnaires dirigeants.
— Statut.
Overheidsinstellingen. — Leidinggevenden. —
Statuut.
18971
1
2005200606147
4-11-2005
366
Mw. Annemie
Turtelboom
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
18974
8
2005200606238 17-11-2005
379
Mw. Annemie
Turtelboom
* Corrélation entre le taux d’emploi et l’absentéisme
pour cause de maladie. — SPF. — Étude des
conséquences du vieillissement sur le lieu de
travail.
Verband tussen werkgelegenheid en ziekteverzuim.
— FOD. — Onderzoek naar de gevolgen van de
vergrijzing op de werkvloer.
18845
1
2005200606247 17-11-2005
380
Mw. Annemie
Turtelboom
Obésité. — Bien-être au travail. — Maladies. —
Accompagnement préventif.
Zwaarlijvige mensen. — Welzijn op het werk. —
Ziekten. — Preventieve begeleiding.
18974
8
2005200606248 17-11-2005
381
Mw. Annemie
Turtelboom
* Personnes corpulentes. — Harcèlement moral au
travail. — Plaintes.
Zwaarlijvige mensen. — Pesterijen op het werk. —
Klachten.
18846
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
CA
DO
Date
Datum
19001
Question no
Vraag nr.
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
8
2005200606253 18-11-2005
382
Mw. Annemie
Turtelboom
* Réduction des charges salariales pour les jeunes
travailleurs. — Recrutement de travailleurs des
huit
nouveaux
États
membres
de
l’Union européenne.
Loonkostverlaging van jonge werknemers. —
Aanwerving arbeidskrachten uit de acht nieuwe
EU-lidstaten.
18846
8
2005200606256 18-11-2005
383
Mw. Sabien
Lahaye-Battheu
* Nouveau système d’activation des demandeurs
d’emploi. — Notion d’emploi convenable.
Nieuw activeringssysteem voor werkzoekenden. —
Begrip « passende dienstbetrekking ».
18847
8
2005200606261 18-11-2005
384
Mw. Maggie De
Block
* Actions de grève. — Travailleurs intérimaires. —
Interdiction de travailler.
Stakingsacties. — Uitzendkrachten. — Verplichting
om niet te werken.
18848
1
2005200606279 21-11-2005
385
Mw. Trees Pieters
Arrêté royal du 22 septembre 2005. — Agrément de
centres touristiques.
Koninklijk besluit van 22 september 2005. — Erkenning van toeristische centra.
18976
1
2005200606290 21-11-2005
386
Mw. Ingrid Meeus
Entreprises et écoles. — Directive européenne relative à la nouvelle norme sonore.
Bedrijven en scholen. — Europese richtlijn nieuwe
geluidsnorm.
18978
8
2005200606292 21-11-2005
387
Guido De Padt
* Anciens travailleurs indépendants se présentant à un
poste de salarié.
Gewezen zelfstandigen die zich aanbieden voor een
job als werknemer.
18849
8
2005200606342 22-11-2005
388
Mw. Marleen
Govaerts
* Travail au noir chez les fruiticulteurs du sud du
Limbourg.
Zwartwerk in de Zuid-Limburgse fruitteelt.
18850
Secrétaire d’État à la Modernisation des Finances et à la Lutte contre la fraude fiscale,
adjoint au ministre des Finances
Staatssecretaris voor Modernisering van de Financiën en de Strijd tegen de fiscale fraude,
toegevoegd aan de minister van Financiën
8
2005200606271 21-11-2005
52
Mw. Trees Pieters
* Coperfin. — Simplification administrative. —
Changement de mentalité. — Suppression des
statistiques comparatives. — Sensibilisation du
personnel.
Coperfin. — Administratieve vereenvoudiging. —
Mentaliteitsverandering. — Afschaffing van
vergelijkende statistieken. — Sensibilisatie van
het personeel.
18851
8
2005200606301 22-11-2005
53
Dirk Van der
Maelen
* Conférence de presse du 27 octobre 2005 sur les
résultats de la lutte contre la fraude fiscale.
Persconferentie van 27 oktober 2005 over de resulaten inzake fraudebestrijding.
18852
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
19002
CA
DO
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
8
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
2005200606356 23-11-2005
54
Mw. Trees Pieters
* Actes illégaux. — Annulation immédiate d’actes
juridiques administratifs et d’actes émanant
d’une autorité.
Onwettelijke akten. — Onmiddellijke intrekking
van administratieve rechtshandelingen en
gezagshandelingen.
18853
Secrétaire d’État aux Affaires européennes, adjoint au ministre
des Affaires étrangères
Staatssecretaris voor Europese Zaken,
toegevoegd aan de minister
van Buitenlandse Zaken
1
2005200606147
4-11-2005
47
Mw. Annemie
Turtelboom
Cabinets. — Recours à des travailleurs intérimaires.
Kabinetten. — Inschakelen van uitzendkrachten.
18983
Secrétaire d’État aux Familles et aux Personnes handicapées,
adjointe au ministre des Affaires sociales et de la Santé publique
Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap,
toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
1
2005200606244 17-11-2005
72
Mw. Greet Van
Gool
Droits dérivés des personnes handicapées.
Afgeleide rechten van personen met een handicap.
18984
Secrétaire d’État
aux Entreprises publiques, adjoint à la ministre du Budget et de la Protection de la consommation
Staatssecretaris
voor Overheidsbedrijven, toegevoegd aan de minister van Begroting en Consumentenzaken
8
2005200606232 17-11-2005
734
Francis Van den
Eynde
* SNCB. — Filiale Inter Ferry Boats. — Rapports
négatifs de la police de l’environnement.
NMBS. — Dochteronderneming Inter Ferry Boats.
— Negatieve rapporten milieupolitie.
18854
8
2005200606236 17-11-2005
735
Koen T’Sijen
* SNCB. — Nombre de participants à la grève du
7 octobre 2005.
NMBS. — Aantal stakers op 7 oktober 2005.
18855
8
2005200606237 17-11-2005
736
Patrick De Groote
* SNCB. — Transport international de marchandises.
NMBS. — Interlandelijk goederentreinverkeer.
18855
8
2005200606255 18-11-2005
737
Hagen Goyvaerts
* SNCB. — Gare de Veltem. — Stationnement d’un
train de travaux. — Situation dangereuse.
NMBS. — Station van Veltem. — Stationering
werktrein. — Gevaarlijke toestand.
18856
8
2005200606269 21-11-2005
738
Jan Mortelmans
* SNCB. — Comité consultatif des usagers. — Gare
de Weerde.
NMBS. — Comité van de Gebruikers. — Station
Weerde.
18856
8
2005200606270 21-11-2005
739
Jan Mortelmans
* SNCB. — Comité des usagers. — Avis. — Recommandations.
NMBS. — Comité van de Gebruikers. — Advies. —
Aanbevelingen.
18857
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
CA
DO
Date
Datum
19003
Question no
Vraag nr.
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
8
2005200606272 21-11-2005
740
Jan Mortelmans
* SNCB. — Comité consultatif des usagers. — Répartition des gares en catégories.
NMBS. — Comité van de Gebruikers. — Indeling
van de stations in categorieën.
18857
8
2005200606273 21-11-2005
741
Stijn Bex
* Travaux à la gare de Louvain.
Werken aan het station van Leuven.
18858
8
2005200606277 21-11-2005
742
Olivier Chastel
* La Poste. — Disparition des boı̂tes postales dans la
Thurawanie.
De Post. — Verdwijnen van postbussen op het
grondgebied van Thurawanie.
18859
8
2005200606282 21-11-2005
743
Hagen Goyvaerts
* SNCB. — Défectuosités techniques persistantes sur
la ligne Louvain-Aarschot.
NMBS. — Aanhoudende technische defecten aan de
spoorlijn Leuven-Aarschot.
18860
8
2005200606283 21-11-2005
744
Hagen Goyvaerts
* SNCB. — Gare de Herent. — Accès dangereux.
NMBS. — Station van Herent. — Gevaarlijke
toegang.
18860
8
2005200606297 22-11-2005
745
Bart Laeremans
* La Poste. — Banque. — Documents de paiement. —
Emploi des langues.
De Post. — Bank. — Betalingsdocumenten. —
Taalgebruik.
18861
8
2005200606313 22-11-2005
746
Bart Laeremans
* Belgacom. — Hal-Vilvorde. — Exigences linguistiques imposées aux membres du personnel.
Belgacom. — Halle-Vilvoorde. — Taalvereisten
personeelsleden.
18861
8
2005200606317 22-11-2005
747
Roel Deseyn
* Annulation de l’achat de locomotives du type 14.
De annulering van de aankoop van de type 14locomotieven.
18862
8
2005200606328 22-11-2005
748
Dirk Claes
* Cartes d’identité électroniques. — Possibilité de
recrutement à titre définitif par les communes du
personnel détaché par des entreprises publiques.
Elektronische identiteitskaarten. — Mogelijke definitieve aanwerving van het gedetacheerd overheidsbedrijfpersoneel door de gemeenten.
18863
8
2005200606333 22-11-2005
749
Francis Van den
Eynde
* SNCB. — Gares voyageurs. — Nombre de voyageurs. — Effectifs.
NMBS. — Reizigersstations. — Aantal reizigers. —
Aantal personeelsleden.
18864
8
2005200606340 22-11-2005
750
Staf Neel
* SNCB. — Force majeure ou accident. — Contrat de
gestion. — Recours à des moyens de transport de
rechange.
NMBS. — Overmacht of ongeval. — Beheersovereenkomst. — Gebruik van ander vervoer.
18864
8
2005200606346 23-11-2005
751
Mme Marie Nagy
* SNCB. — IFB. — Terminal « Schijnpoort ».
NMBS. — IFB. — Terminal Antwerpen Schijnpoort.
18865
8
2005200606351 23-11-2005
752
Mw. Ingrid Meeus
* SNCB. — Parcs industriels de Tamise, Bornem et
Saint-Nicolas. — Arrêts supplémentaires.
NMBS. — Industrieparken van Temse, Bornem en
Sint-Niklaas. — Extra haltes.
18866
8
2005200606352 23-11-2005
753
Jef Van den Bergh
* SNCB. — Nuisances sonores à Kallo.
NMBS. — Geluidsoverlast in Kallo.
18867
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
2005
2006
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51e ZITTINGSPERIODE
QRVA 51 104
26 - 12 - 2005
19004
CA
DO
Date
Datum
Question no
Vraag nr.
Objet
Voorwerp
Auteur
* Question sans réponse
8
2005200606354 23-11-2005
CHAMBRE • 4e SESSION DE LA 51e LÉGISLATURE
Composition — Zetwerk: IPM S.A.
Page
Blz.
* Vraag zonder antwoord
754
Roel Deseyn
* La Poste. — Libéralisation du marché belge des
services postaux.
De Post. — Liberalisering van de Belgische postmarkt.
2005
2006
18868
KAMER • 4e ZITTING VAN DE 51 ZITTINGSPERIODE
Impression — Drukwerk: Chambre des représentants — Kamer van volksvertegenwoordigers 1436

Documents pareils